Details





Titel:

23 JUNI 2019. - Koninklijk besluit tot aanpassing van verschillende koninklijke besluiten ingevolge de overdracht van bepaalde bevoegdheden van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid naar het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen en houdende bepaalde terminologische aanpassingen



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 19 december 1967 houdende algemeen reglement in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967, houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen
Art. 1-22
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
Art. 23
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten
Art. 24-25
HOOFDSTUK 4. Wijzigingen van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 houdende de organisatie en de werking van de Commissie "Kunstenaars"
Art. 26-27
HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten met betrekking tot de zelfstandigheidsverklaring aangevraagd door bepaalde kunstenaars
Art. 28
HOOFDSTUK 6. - Wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot uitvoering van de wet van 13 juli 2005 betreffende de invoering van een jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen
Art. 29
HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het koninklijk besluit van 17 januari 2006 tot invoering van een stelsel van uitkeringen voor moederschapshulp ten gunste van vrouwelijke zelfstandigen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Art. 30
HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 1 juli 2006 tot uitvoering van artikel 23ter, § 11, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen
Art. 31
HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 11 mei 2007 ter uitvoering van hoofdstuk VI, van titel IV, van de programmawet (I) van 27 december 2006 tot oprichting van een Schadeloosstellingfonds voor asbestslachtoffers
Art. 32
HOOFDSTUK 10. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 11 februari 2013 houdende samenstelling en werking van de kamers van de Administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie
Art. 33-34
HOOFDSTUK 11. - Slotbepalingen
Art. 35-36



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1967121910  1967122203  1971072008  2003022764  2003022765  2005022676  2006022093  2006022706  2007022862  2013201070 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 19 december 1967 houdende algemeen reglement in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967, houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen
Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 december 1967 houdende algemeen reglement in uitvoering van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de bepaling onder 6° wordt vervangen als volgt :
  "6° onder " directeur-generaal " : de directeur-generaal van de Directie-generaal Zelfstandigen van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid opgericht door het koninklijk besluit van 23 mei 2001 houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid;";
  2° artikel 1 wordt aangevuld met de bepalingen onder 7° en 8°, luidende:
  "7° onder "dienst Externe Audit": de dienst Externe Audit, bedoeld in artikel 21 § 9, van het koninklijk besluit nr. 38;
  8° onder "Toezichtscomité": het Toezichtscomité, bedoeld in artikel 21 § 10, van het koninklijk besluit nr. 38.".

Art.2. In artikel 3, § 2, zesde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 november 2005, worden de woorden "Minister belast met Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.3. In artikel 6, eerste en derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 januari 1991, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.4. In artikel 10, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 december 1973, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.5. In artikel 47bis, § 2, vierde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2005, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.6. In artikel 55, eerste en derde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "Minister van Middenstand" telkens vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.7. In artikel 56, eerste en tweede lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "Minister van Middenstand" telkens vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.8. In artikel 58 van hetzelfde besluit, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.9. In artikel 59 van hetzelfde besluit, worden de woorden "Minister van Middenstand" telkens vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.10. In artikel 60, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 december 1970, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.11. In artikel 60bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 april 1994 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 januari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "Minister van Middenstand" en het woord "ambtenaar" respectievelijk vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft" en door de woorden "ambtenaar van de dienst Externe Audit";
  2° in paragraaf 2, wordt het vierde lid vervangen als volgt:
  "De in de vorige leden bedoelde som dient door de sociale verzekeringskas betaald te worden met de opbrengst der bijdragen die bestemd zijn om de beheerskosten van de betrokken kas te dekken. De opbrengst van deze sancties wordt toegewezen aan de beheersontvangsten van het Rijksinstituut."
  3° in paragraaf 4, eerste en tweede lid, worden de woorden "Minister van Middenstand" telkens vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.12. In artikel 60ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 april 1994 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juli 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt :
  " De in artikel 60bis, § 2, bedoelde ambtenaar kan in een sociale verzekeringskas afgevaardigd worden wanneer één van de voorwaarden bepaald door artikel 20, § 2bis, van het koninklijk besluit nr. 38 vervuld is.";
  2° in het vierde lid worden de woorden "De Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "De minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".
  3° in het vijfde lid worden de woorden "nationale Schatkist" vervangen door de woorden "beheersontvangsten van het Rijksinstituut".

Art.13. Artikel 60quater, ingevoegd bij het koninlijk besluit van 19 maart 1996, wordt vervangen als volgt :
  "Art. 60quater. Met het oog op de toepassing van de in artikel 20, § 2ter, van het koninklijk besluit nr. 38 bedoelde sancties, wordt een voorafgaande ingebrekestelling door de verantwoordelijke van de dienst Externe Audit aan de sociale verzekeringskas verzonden.
  De sociale verzekeringskas beschikt over dertig dagen om haar eventuele opmerkingen te doen kennen aan de verantwoordelijke van de dienst Externe Audit per aangetekende zending of via elk ander middel dat een vaste datum en een verzekerde ontvangst waarborgt van de zending.
  De minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft deelt, desgevallend na advies van het Toezichtscomité, zijn beslissing tot het al dan niet opleggen van een sanctie aan de betrokken kas per aangetekende zending of via elk ander middel dat een vaste datum en een verzekerde ontvangst waarborgt van de zending mee.
  Indien de minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft beslist de sanctie op te leggen, moet de betrokken kas overgaan tot betaling van het bedrag van de sanctie vóór het einde van het kalenderkwartaal volgend op datgene in de loop waarvan de beslissing werd betekend.".

Art.14. In artikel 61, eerste lid, vervangen bij het koninklijk besluit van 12 december 2006, worden de woorden "de directeur-generaal" vervangen door de woorden "de verantwoordelijke van de dienst Externe Audit".

Art.15. In artikel 62, tweede lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "aan de Minister van Sociale Voorzorg" vervangen door de woorden "aan de minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft en aan de minister die de Sociale Zaken onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.16. In artikel 63, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 april 1976, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft";
  2° in paragraaf 2, worden de woorden "Minister van Middenstand" en "Minister van Sociale Voorzorg" vervangen respectievelijk door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft" en "minister die de Sociale Zaken onder zijn bevoegdheid heeft";
  3° in paragraaf 3, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.17. In artikel 65, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 april 1976, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.18. In artikel 67bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 5 april 1976, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.19. In artikel 73 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 december 1970, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.20. In artikel 74, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 december 1970, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.21. In artikel 79 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 december 1970, worden de woorden "Minister van Sociale Voorzorg" en "Minister van Middenstand" vervangen respectievelijk door de woorden "minister die de Sociale Zaken onder zijn bevoegdheid heeft" en "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

Art.22. In artikel 95 van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 maart 1983, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, worden de woorden " artikel 21, § 3, 2°" vervangen door de woorden " artikel 21, § 3, eerste lid, 2°";
  2° in paragraaf 3, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
Art.23. Artikel 199 van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 augustus 2007, wordt afgeschaft.

HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten
Art.24. In artikel 4, § 2, derde lid, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 1994, worden de woorden "Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

Art.25. In artikel 5, § 2, derde lid, en § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

HOOFDSTUK 4. Wijzigingen van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 houdende de organisatie en de werking van de Commissie "Kunstenaars"
Art.26. In artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 houdende de organisatie en de werking van de Commissie "Kunstenaars", worden de woorden "de Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

Art.27. In artikel 7, tweede lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten met betrekking tot de zelfstandigheidsverklaring aangevraagd door bepaalde kunstenaars
Art.28. In artikel 1, vierde lid, van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 tot vaststelling van de toekenningsvoorwaarden en -modaliteiten met betrekking tot de zelfstandigheidsverklaring aangevraagd door bepaalde kunstenaars, worden de woorden "de Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

HOOFDSTUK 6. - Wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot uitvoering van de wet van 13 juli 2005 betreffende de invoering van een jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen
Art.29. In artikel 8, vierde lid, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot uitvoering van de wet van 13 juli 2005 betreffende de invoering van een jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het koninklijk besluit van 17 januari 2006 tot invoering van een stelsel van uitkeringen voor moederschapshulp ten gunste van vrouwelijke zelfstandigen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Art.30. In artikel 5, § 3, van het koninklijk besluit van 17 januari 2006 tot invoering van een stelsel van uitkeringen voor moederschapshulp ten gunste van vrouwelijke zelfstandigen en tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 1 juli 2006 tot uitvoering van artikel 23ter, § 11, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen
Art.31. In artikel 5 van het koninklijk besluit van 1 juli 2006 tot uitvoering van artikel 23ter, § 11, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, worden de woorden "Minister van Middenstand" vervangen door de woorden "minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft".

HOOFDSTUK 9. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 11 mei 2007 ter uitvoering van hoofdstuk VI, van titel IV, van de programmawet (I) van 27 december 2006 tot oprichting van een Schadeloosstellingfonds voor asbestslachtoffers
Art.32. In artikel 3, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 11 mei 2007 ter uitvoering van hoofdstuk VI, van titel IV, van de programmawet (I) van 27 december 2006 tot oprichting van een Schadeloosstellingfonds voor asbestslachtoffers, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 23 augustus 2015, worden de woorden "DG Zelfstandigen" telkens vervangen door de woorden "Directie-generaal Zelfstandigen".

HOOFDSTUK 10. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 11 februari 2013 houdende samenstelling en werking van de kamers van de Administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie
Art.33. In artikel 2, § 1, van het koninklijk besluit van 11 februari 2013 houdende samenstelling en werking van de kamers van de Administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de bepaling onder 1°, worden de woorden "Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen";
  2° in de bepaling onder 2°, worden de woorden "Directie-generaal Sociaal Beleid" vervangen door de woorden "de Directie-generaal Beleidsondersteuning en -coördinatie".

Art.34. In artikel 6, § 1, vijfde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "Middenstand" vervangen door de woorden "het sociaal statuut der zelfstandigen".

HOOFDSTUK 11. - Slotbepalingen
Art.35. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 2019.

Art. 36. De minister die Sociale Zaken onder zijn bevoegdheid heeft en de minister die het sociaal statuut der zelfstandigen onder zijn bevoegdheid heeft, zijn belast, ieder wat hem betreft, met de uitvoering van dit besluit.