Details





Titel:

11 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit houdende samenstelling en werking van de kamers van de Administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 21-02-2013 en tekstbijwerking tot 11-04-2024)



Inhoudstafel:


Art. 1-10, 10/1, 11-13



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2019200182  2019A00182  2024005432  2024201992 



Artikels:

Artikel 1. De administratieve Commissie ter regeling van de arbeidsrelatie ingesteld bij artikel 329, § 1 van de programmawet (I) van 27 december 2006, hierna genoemd "Administratieve Commissie", wordt ingesteld bij de Federale Overheidsdienst (FOD) Sociale Zekerheid.

Art.2.§ 1. Overeenkomstig artikel 329, § 2, eerste lid van de programmawet (I) van 27 december 2006, bestaat elke kamer van de Administratieve Commissie, naast de voorzitter :
  1° uit minstens twee leden aangewezen op voorstel van de minister bevoegd voor [1 het sociaal statuut der zelfstandigen]1, onder de personeelsleden van de Directie-generaal Zelfstandigen van de FOD Sociale Zekerheid of onder de personeelsleden van het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen;
  2° uit minstens twee leden aangewezen op voorstel van de ministers bevoegd voor Sociale Zaken en Werk, onder de personeelsleden van [2 de Directie-generaal Juridische Expertise]2 van de FOD Sociale Zekerheid, onder de personeelsleden van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg of onder de personeelsleden van de Rijksdienst voor sociale zekerheid.
  Elke kamer van de Administratieve Commissie wordt voorgezeten door een magistraat aangewezen door de Minister van Justitie.
  § 2. In geval van afwezigheid of verhindering van een lid, bedoeld in § 1, 1°, kan het worden vervangen door een ander lid dat afkomstig is uit de instelling of directie-generaal bedoeld in § 1, 1°.
  In geval van afwezigheid of verhindering van een lid, bedoeld in § 1, 2°, kan het worden vervangen door een ander lid dat afkomstig is uit de instelling of directie-generaal bedoeld in § 1, 2°.
  In geval van afwezigheid of verhindering van de voorzitter van een kamer, kan het voorzitterschap waargenomen worden door [2 een magistraat die als plaatsvervanger is aangewezen door de Minister van Justitie]2.
  ----------
  (1)<KB 2019-06-23/15, art. 33, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2019> <KB 2019-06-23/16, art. 33, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2019>
  (2)<KB 2024-03-28/28, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.3.§ 1. De voorzitters [1 , de plaatsvervangende voorzitters]1 en de leden worden benoemd voor een hernieuwbaar mandaat van zes jaar.
  De leden worden benoemd voor het geheel der kamers.
  § 2. Het mandaat kan beëindigd worden indien wordt vastgesteld dat de in de vorige paragraaf bedoelde leden meermaals, zonder reden, niet deelnamen aan de vergaderingen van de Administratieve Commissie.
  De leden, bedoeld in artikel 2, § 1, 1° en 2°, maken niet langer deel uit van de Administratieve Commissie wanneer hun administratief ambt een einde neemt. Zij blijven evenwel aan tot wanneer een nieuw lid van de Administratieve Commissie wordt benoemd.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.4. Het secretariaat en de griffie van de kamers van de Administratieve Commissie worden verzekerd door ambtenaren van de FOD Sociale Zekerheid.

Art.5.[1 Aan de voorzitters en plaatsvervangende voorzitters wordt een zitpenning van 100 euro toegekend]1 per deelname aan een zitting van een duur van minstens 3 uur.
  [1 Dit bedrag wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer van mei 2023 en varieert zoals bepaald bij de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de openbare schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmee rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.]1
  De voorzitters [1 en de plaatsvervangende voorzitters]1 hebben recht op terugbetaling van hun reiskosten, onder de voorwaarden bepaald bij het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten.
  Voor de toepassing van het voorgaande lid worden de voorzitters gelijkgesteld met ambtenaren van niveau A.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.6.§ 1. [2 De voorzitters stellen]2 de dagorde van de zittingen vast.
  [2 De voorzitters worden ermee belast]2 :
  1° te waken over de eenheid van de beslissingen [2 en de adviezen]2;
  2° te waken over de goede uitvoering van het artikel 12;
  3° elk jaar een activiteitenverslag te bezorgen aan de bevoegde ministers.
  [2 ...]2
  [2 ...]2
  De Administratieve Commissie stelt een huishoudelijk reglement op dat inzonderheid de dagen van de zittingen en de termijn bepaalt waarbinnen de dagorde aan de leden wordt meegedeeld. Dit reglement wordt onderworpen aan de goedkeuring van de ministers bevoegd voor Sociale Zaken, Werk en [1 het sociaal statuut der zelfstandigen]1.
  § 2. De zittingen van de kamers van de Administratieve Commissie zijn niet openbaar.
  Deze kamers beslissen op stukken na in voorkomend geval de partij(en) van de arbeidsrelatie gehoord te hebben, hetzij op vraag van de meerderheid der leden of de Voorzitter, hetzij op uitdrukkelijke vraag van de een of andere partij.
  In voorkomend geval kunnen de partijen zich laten vertegenwoordigen door een advocaat of door elke andere persoon naar keuze die beschikt over een schriftelijk mandaat.
  Wanneer bijkomende inlichtingen noodzakelijk blijken te zijn om te oordelen, kan de voorzitter van elke kamer deze op eigen initiatief aanvragen.
  § 3. De kamers beraadslagen geldig bij aanwezigheid van de meerderheid van de leden of vertegenwoordigde leden, voor zover de meerderheid van de aanwezige of vertegenwoordigde leden bedoeld in artikel 2, § 1, 1° en 2°, zich gunstig uitspreken.
  De voorzitter heeft geen stemrecht behalve in geval van staking van stemmen.
  ----------
  (1)<KB 2019-06-23/15, art. 34, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2019> <KB 2019-06-23/16, art. 34, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2019>
  (2)<KB 2024-03-28/28, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.7.Om de goede werking van de Administratieve Commissie te garanderen wordt gevraagd, voor de aanvragen bedoeld in artikel 338, § 2, eerste lid, van de programmawet (I) van 27 december 2006 :
  1° de aanvraag in te dienen bij de griffie van de administratieve afdeling, hetzij door de neerlegging van een verzoekschrift ter plaatse, hetzij [1 bij een aangetekende zending of op enige andere wijze met vermelding van een zekere datum en de bevestiging van ontvangst van deze post]1, binnen de termijn voorzien in het genoemde artikel;
  2° de volgende gegevens op de aanvraag te vermelden :
  a) de naam, de voornaam, de woonplaats en in voorkomend geval het rijksregisternummer [1 en/of het ondernemingsnummer]1 van de partijen van de arbeidsrelatie vermelden;
  b) het voorwerp van de aanvraag;
  c) de betrokken activiteitssector en beroep vermelden;
  3° bij de aanvraag alle documenten te voegen die dienstig kunnen zijn om de arbeidsrelatie te kwalificeren en die met name de voorwaarden betreffende de uitvoering ervan verduidelijken;
  4° de aanvraag door alle partijen van de arbeidsrelatie te laten ondertekenen.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.8.
  <Opgeheven bij KB 2024-03-28/28, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.9.Om de goede werking van de Administratieve Commissie te garanderen, wordt gevraagd, voor de aanvragen bedoeld in artikel 338, § 2, [1 tweede lid,]1 van voormelde programmawet :
  1° de aanvraag in te dienen bij de griffie van de Administratieve Commissie, hetzij door de neerlegging van een verzoekschrift ter plaatse, hetzij [1 bij een aangetekende zending of op enige andere wijze met vermelding van een zekere datum en de bevestiging van ontvangst van deze post, binnen de termijn voorzien in het genoemde artikel]1;
  2° de volgende gegevens op de aanvraag te vermelden :
  a) de naam, de voornaam, de woonplaats en in voorkomend geval het rijksregisternummer [1 en/of het ondernemingsnummer]1 van de aanvrager;
  b) het voorwerp van de aanvraag;
  c) de betrokken activiteitssector en beroep vermelden;
  3° bij de aanvraag alle documenten te voegen die dienstig kunnen zijn om de arbeidsrelatie te kwalificeren en die met name de voorwaarden betreffende de uitvoering ervan verduidelijken;
  4° de aanvraag te ondertekenen.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 7, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.10.Om de goede werking van de Administratieve Commissie te garanderen, wordt gevraagd, voor de aanvragen bedoeld in [1 artikel 338/2, § 1,]1 van voormelde programmawet :
  1° de aanvraag in te dienen bij de griffie van de Administratieve Commissie, hetzij door de neerlegging van een verzoekschrift ter plaatse, hetzij [1 bij een aangetekende zending of op enige andere wijze met vermelding van een zekere datum en de bevestiging van ontvangst van deze post, binnen de termijn voorzien in het genoemde artikel]1;
  2° de volgende gegevens op de aanvraag te vermelden :
  a) de naam, de voornaam, de woonplaats en in voorkomend geval het rijksregisternummer [1 en/of het ondernemingsnummer]1 van de aanvrager;
  b) [1 het voorwerp van de aanvraag en de gegevens van het advies waarvan men in kennis werd gesteld;]1
  c) [1 ...]1
  3° bij de aanvraag alle documenten te voegen die dienstig kunnen zijn om de arbeidsrelatie te kwalificeren en die met name de voorwaarden betreffende de uitvoering ervan verduidelijken;
  4° de aanvraag te ondertekenen [1 of de aanvraag door alle partijen van de arbeidsrelatie te laten ondertekenen naargelang de adviesaanvraag gebeurt op initiatief van een partij die in kennis werd gesteld van een advies van de Commissie dan wel op initiatief van beide partijen]1.
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 8, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.10/1. [1 In het kader van de tegensprekelijke procedure bedoeld in artikel 338/2, § 2, eerste lid, van de voormelde programmawet licht de Commissie de andere partij bij de arbeidsrelatie in van het verzoek van de aanvrager en van de mogelijkheid om tussen te komen.
   Deze kennisgeving gebeurt binnen een termijn van één maand na ontvangst van het verzoek van de eerste partij. De kennisgeving gebeurt per brief of op een andere wijze met vermelding van een zekere datum.
   De andere partij bij de arbeidsrelatie ontvangt samen met de kennisgeving een kopij van het aanvraagformulier, alsook alle inlichtingen en stukken die de eerste partij aan de Commissie heeft bezorgd. De tussenkomende partij beschikt over een termijn van één maand om haar tussenkomst te melden en standpunt in te nemen over het verzoek van de eerste partij. Zij kan hierbij zelf ook stukken bezorgen aan de Commissie. Bij ontstentenis van tijdig antwoord, wordt de andere partij bij de arbeidsrelatie geacht niet te willen tussenkomen in de procedure.
   De Commissie bezorgt de aanvrager uiterlijk 8 dagen vóór de zitting, het antwoord, de documenten en inlichtingen die zij van de andere partij bij de arbeidsrelatie heeft ontvangen.
   Indien de Commissie bijkomende inlichtingen vraagt aan één van de partijen, dan bezorgt de Commissie deze informatie aan de andere partij en beschikt die partij over een nieuwe termijn van één maand om hierop te antwoorden en bijkomende stukken neer te leggen. De Commissie stuurt deze elementen op haar beurt uiterlijk 8 dagen vóór de zitting naar de andere partij.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij KB 2024-03-28/28, art. 9, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>


Art.11.
  <Opgeheven bij KB 2024-03-28/28, art. 10, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art.12.[1 De beslissingen en adviezen van de Administratieve Commissie worden respectievelijk genomen en uitgebracht binnen de drie maanden volgend op de datum van indiening van de aanvraag. Deze termijn wordt in voorkomend geval verlengd:
   - met het aantal dagen tussen de datum van de aanvraag van bijkomende documenten waarvan sprake in artikel 6, § 2, vierde lid, van dit besluit, en de datum van ontvangst van deze documenten;
   - met het aantal dagen tussen het verzoek tussen te komen in de zaak zoals bedoeld in artikel 338/2, § 2, eerste lid, van de programmawet (I) van 27 december 2006 en de datum van antwoord op dit verzoek.
   De termijn bedoeld in het eerste lid wordt evenwel opgeschort gedurende de perioden waarin de Administratieve Commissie niet bijeenkomt. Deze perioden worden gedefinieerd in het huishoudelijk reglement van de Administratieve Commissie.]1
  ----------
  (1)<KB 2024-03-28/28, art. 11, 004; Inwerkingtreding : 21-04-2024>

Art. 13. De Eerste Minister, de minister bevoegd voor Sociale Zaken, de minister bevoegd voor Zelfstandigen en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.