Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

14 APRIL 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige koninklijke besluiten betreffende de stelsels van onderbreking van de beroepsloopbaan tot verhoging van de leeftijd van het gehandicapte kind inzake ouderschapsverlof



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1991012632  1998002123  1999012413  2001009191  2002012710  2009204878 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 4quater van het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 juni 1999 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het derde en het vierde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  "Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.2. In artikel 35, § 1, van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2006 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en het vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  "De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de ambtenaar zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.3. In artikel 12 van het koninklijk besluit van 7 mei 1999 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2007 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, wordt paragraaf 3 vervangen door de volgende bepalingen :
  " § 3. De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de ambtenaar zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.4. In artikel 32, § 1, van het koninklijk besluit van 16 maart 2001 betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 december 2006 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.5. In artikel 13 van het koninklijk besluit van 10 juni 2002 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 november 2006, 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en het vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen :
  "Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.6. In artikel 3 van het koninklijk besluit van 16 november 2009 houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coörperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2012, worden de eerste en tweede paragraaf vervangen door de volgende bepalingen :
  " § 1. Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof :
  - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt;
  - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.
  Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.
  § 2. Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art.7. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 20 mei 2011.

Art. 8. De Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken, de Minister bevoegd voor Justitie, de Minister bevoegd voor Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 14 april 2013.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken,
  K. GEENS
  De Minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking,
  J.-P. LABILLE
  De Minister van Justitie,
  Mevr. A. TURTELBOOM
  De Minister van Werk,
  Mevr. M. DE CONINCK
  De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken,
  H. BOGAERT