16 JUNI 2006. - Decreet betreffende de begeleiding van de scheepvaart op de maritieme toegangswegen en de organisatie van het Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 26-10-2006 en tekstbijwerking tot 26-04-2024)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-3, 3bis
HOOFDSTUK II. - Taken, bevoegdheden en organisatie van het begeleiden van de scheepvaart in het algemeen.
Art. 4, 4bis, 4ter, 5-6, 6bis
HOOFDSTUK III. - Het verkeersbegeleidingssysteem.
Afdeling I. - Territoriale bevoegdheid en doelstelling.
Art. 7-8
Afdeling II. - Melding en beheer van gegevens.
Art. 9-15
Afdeling III. - Begeleiding van vaartuigen in het VBS-werkingsgebied.
Art. 16-30
Afdeling IV. - Maatregelen in verband met het verkeer naar, van en in de havens en op de waterwegen.
Art. 31, 31bis, 32-33
Afdeling V. - Infrastructuur.
Art. 34-36
Afdeling VI. - Retributies.
Art. 37, 37bis, 38-41
HOOFDSTUK IV. - MRCC en het optreden bij scheepvaartincidenten.
Art. 42-43, 43bis, 44-52
HOOFDSTUK V. - Sancties.
Art. 53-55
HOOFDSTUK VI. - Aansprakelijkheid.
Art. 56-57
HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen.
Art. 58-70
2007036930 2007036931 2007036934 2007036962 2009201725 2011203817 2015035432 2015036160 2017011288 2019014022 2021031441 2021032542 2024006717
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.
Art.2.§ 1. Voor de toepassing van dit decreet en zijn uitvoeringsbesluiten wordt verstaan onder :
1° verkeersbegeleidingssysteem, afgekort VBS : het geheel van instanties dat is opgezet om de veiligheid en de efficiëntie van het scheepsverkeer te verbeteren en het milieu te beschermen, dat in het verkeer kan interveniëren en dat op verkeerssituaties die zich in het VBS-werkingsgebied voordoen, kan reageren;
2° VBS-werkingsgebied : de wateren waar daadwerkelijk het verkeersbegeleidingssysteem wordt georganiseerd;
3° Maritiem Reddings- en Coördinatiecentrum, afgekort MRCC : het kuststation dat is opgezet voor de coördinatie van de opsporings- en reddingsactiviteiten binnen het opsporings- en reddingsgebied, alsmede om adequaat op scheepvaartincidenten te reageren;
4° opsporings- en reddingsgebied : de wateren waar het MRCC daadwerkelijk optreedt, conform internationale bepalingen of afspraken;
5° Maritieme Assistentiedienst, afgekort MAS : een maritieme raadgevende dienst, verantwoordelijk om incidentenrapporten in ontvangst te nemen, en contactpunt tussen de kapitein en de autoriteiten van de kuststaat in geval van een incident [1 , overeenkomstig de MAS-resolutie]1;
6° bevoegde instantie : de door de Vlaamse Regering met de in dit decreet vermelde taken belaste dienst of diensten van het Vlaamse Gewest;
7° havenkapitein : de havenkapitein zoals omschreven in de wet van 5 mei 1936 tot vaststelling van het statuut der havenkapiteins;
8° havengebied : de havengebieden zoals omschreven in het decreet van 2 maart 1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens en bijbehorende uitvoeringsbesluiten;
9° havenbedrijf : het havenbedrijf zoals gedefinieerd in het decreet van 2 maart 1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens en bijbehorende uitvoeringsbesluiten;
10° vaartuig : elk drijvend tuig, met of zonder eigen beweegkracht, met of zonder waterverplaatsing, gebruikt of geschikt om te worden gebruikt als middel om zich te verplaatsen in, over of onder water, met inbegrip van de niet- blijvend aan de wal of aan de bodem verbonden installaties;
11° exploitant : de reder of beheerder van een vaartuig;
12° maatschappij : de maatschappij, vermeld in voorschrift 1.2 van hoofdstuk IX van het SOLAS-verdrag;
13° gezagvoerder : de kapitein, schipper en eenieder die de feitelijke leiding heeft over een vaartuig;
14° scheepsagent : de persoon die opdracht of toestemming heeft om namens de exploitant van een schip informatie te verstrekken;
15° vaarwegmarkering : het door middel van betonning, bebakening of verlichting aangeven van vaarroutes, vaargeulen, vaarrichtingen en mogelijke gevaren voor de scheepvaart;
16° verkeersteken : een in, naast of boven een vaarweg aangebracht voorwerp of aangebrachte combinatie van voorwerpen waarmee aan het scheepvaartverkeer een van de volgende inlichtingen worden gegeven :
a) een inlichting over de toestand in een bepaald gedeelte van een vaarweg;
b) een inlichting, aanbeveling, gebod of verbod onderscheidenlijk opheffing van een gebod of verbod voor het verkeersgedrag in een bepaald gedeelte van een vaarweg;
17° scheepsrouteringssysteem : een systeem van een of meer routes of routeringsmaatregelen om het risico van scheepsongevallen te verkleinen dat bestaat uit verkeersscheidingsstelsels, vaarwegen voor tweerichtingsverkeer, aanbevolen koerslijnen, gebieden die moeten worden gemeden, zones voor kustverkeer, rotondes, voorzorgsgebieden en diepwaterroutes, voorzover het betrekking heeft op het gebruik en de bescherming van de vaarweg en/of erop gericht is het scheepvaartverkeer op de meest doeltreffende wijze te begeleiden;
18° toevluchtsoord : een voor de opvang van een vaartuig in nood aangewezen haven, deel van een haven of andere beschutte aanleg- of ankerplaats dan wel veilig gebied;
19° kuststation : een door een lidstaat van de Europese Unie uit hoofde van de Monitoringrichtlijn aangewezen walinstallatie, belast met een door de Internationale Maritieme Organisatie goedgekeurd systeem van verplichte melding of organisatie, belast met de coördinatie van opsporings- of reddingsoperaties;
20° ongeval : een ongeval in de zin van de IMO-code voor het onderzoek naar ongevallen en incidenten en ongevallen op zee;
21° scheepvaartactoren : alle publieke en private belanghebbenden bij de afwikkeling van het scheepvaartverkeer, waaronder de waterweg- en havenbedrijven, de vaarwegbeheerders, de loodsdiensten, de sleepdiensten, [1 de vast-, en]1 losmaakdiensten, de Dienst Afzonderlijk Beheer Vloot, de reders, de scheepsagenten en de terminalexploitanten;
22° toelatingsbeleid : het vaststellen van de voorwaarden waaronder vaartuigen kunnen gebruikmaken van het VBS-werkingsgebied, in overleg met de betrokkenen, in het bijzonder met de loodsdienst van het Vlaamse Gewesten de havenkapiteinsdienst;
23° ketenbenadering : een geïntegreerde organisatie van de verkeersbegeleidingssystemen en de scheepvaartactoren, waarbij de vaartrajecten vanaf zee tot aan de ligplaats, en omgekeerd, worden beschouwd als onderdeel van één aaneengesloten keten, teneinde een optimale verkeersafwikkeling te bekomen. Hierbij wordt de optimalisatie van de volledige scheepsreis beoogd en niet de optimalisatie van de werking van één der scheepvaartactoren;
24° vaarplan : de planning in het kader van het toelatingsbeleid, op grond van de ketenbenadering, voor de opvaart of afvaart van een vaartuig in het VBS-werkingsgebied;
25° FAL-verdrag : het verdrag inzake het vergemakkelijken van het internationaal verkeer ter zee, ondertekend in Londen op 9 april 1965, met bijbehorende protocollen [1 , en latere wijzigingen]1;
26° SOLAS-verdrag : het internationaal verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee, ondertekend in Londen op 1 november 1974, met bijbehorende protocollen [1 , en latere wijzigingen]1;
27° SAR-verdrag : het internationaal verdrag inzake opsporing en redding op zee, ondertekend in Hamburg op 27 april 1979, met bijbehorende protocollen [1 , en latere wijzigingen]1;
28° MARPOL-verdrag : het internationaal verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen van 1973 en het bijbehorende protocol van 1978 [1 , en latere wijzigingen]1;
29° VN-Zeerechtverdrag : het verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee, ondertekend in Montego Bay op 10 december 1982 met de overeenkomst betreffende de uitvoering van deel XI van voornoemd verdrag, ondertekend in New York op 29 juli 1994 [1 , en latere wijzigingen]1;
30° Vredesverdrag : het definitieve vredestraktaat tussen België en Nederland, ondertekend in Londen op 19 april 1839 [1 , en latere wijzigingen]1;
31° Scheldeverlichtingsverdrag : het verdrag tussen [1 België]1 en Nederland regelende de verlichting en de bebakening van de Westerschelde en hare mondingen, ondertekend in 's-Gravenhage op 23 oktober 1957 [1 , en latere wijzigingen]1;
32° Schelderadarverdrag : de overeenkomst tussen België en Nederland inzake het aanleggen van een walradarketen langs de Westerschelde en haar mondingen, ondertekend in Brussel op 29 november 1978, en gewijzigd door notawisselingen van 10 en 15 mei 1984 en van 22 maart 2000 en 25 juni 2002 [1 , en latere wijzigingen]1;
33° Scheldereglement : het verdrag tussen het Vlaamse Gewest, België en Nederland tot herziening van het reglement ter uitvoering van artikel IX van het traktaat van 19 april 1839 en van hoofdstuk II, afdeling 1 en 2, van het traktaat van 5 november 1842, zoals gewijzigd, voor het loodswezen en het gemeenschappelijke toezicht daarop (Scheldereglement), ondertekend in Middelburg op 11 januari 1995, en de uitvoeringsbesluiten [1 , en latere wijzigingen]1;
34° Monitoringrichtlijn : Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad [1 , en latere wijzigingen]1;
35° ISPS-Verordening : Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten [1 , en latere wijzigingen]1;
36° Havendecreet : het decreet van 2 maart 1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens, en de uitvoeringsbesluiten;
37° Loodsdecreet : het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de loodsdienst van het Vlaams Gewest en betreffende de brevetten van havenloods en bootsman, en de uitvoeringsbesluiten;
38° nautische publicaties : officiële schriftelijke berichten van het verkeersbegeleidingssysteem, gericht aan alle scheepvaartactoren;
39° minister : de minister die het begeleiden van de scheepvaart en de organisatie van het MRCC in zijn bevoegdheid heeft;
40° informatie : betreft onder meer verkeersbewegingen, meteorologische omstandigheden en/of bijzonderheden, veiligheidsaangelegenheden, verkeerssituaties, de positie van het betrokken vaartuig en deze van vaartuigen in de omgeving, de identiteit en de bedoelingen van de vaartuigen in de omgeving, de toestand van de vaarweg en alle andere inlichtingen belangrijk in het kader van een veilige en vlotte afhandeling van het scheepvaartverkeer of die van invloed kunnen zijn op de voortgang van het betrokken schip zonder onnodige tussenkomst in gebruikelijke navigatie van een vaartuig of de aanvaarde relatie tussen de gezagvoerder en de loods;
41° navigatie-assistentie : de dienstverlening tijdens moeilijke navigatie- of meteorologische omstandigheden, bij storingen of gebreken, of indien de scheepvaart dit vereist, of ter voorkoming van enige calamiteit, verstrekt op verzoek van een vaartuig of wanneer zulks door het verkeersbegeleidingssysteem nodig wordt geacht;
42° verkeersorganisatie : het ordenen van het scheepvaartverkeer om het ontstaan van gevaarlijke situaties of opstoppingen te voorkomen, in het bijzonder bij hoge scheepvaartverkeersdichtheid of wanneer speciale transporten een invloed kunnen hebben op het gewone scheepvaartverkeer, om de veilige en vlotte afwikkeling van het scheepvaartverkeer in de betrokken gebieden mogelijk te maken, of wanneer de veiligheid van mensenlevens of de bescherming van het milieu of eigendommen zulks vereist. Hiertoe kan een systeem van op- of afvaarttoelatingen, of vaarplannen worden ingesteld, toekenning van ruimte, rapportering over bewegingen in het VBS-werkingsgebied, te volgen routes, snelheidsbeperkingen of andere aangepaste maatregelen die door het verkeersbegeleidingssysteem nodig geacht worden;
43° verkeersaanwijzing : een door een daartoe bevoegd persoon gegeven gebod om een bepaald resultaat in het verkeersgedrag te bewerkstelligen of opgelegd verbod van een bepaald resultaat in het verkeersgedrag;
44° RIS-richtlijn : Richtlijn 2005/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende geharmoniseerde River Information Services (RIS) op de binnenwateren in de Gemeenschap [1 , en latere wijzigingen]1;
[1 45° MAS-resolutie : resolutie A.950(23) van de Internationale Maritieme Organisatie, " Maritime Assistance Services (MAS) " genaamd, en latere wijzigingen;
46° schip dat bijstand behoeft : een schip in omstandigheden die gevaar voor verlies van het schip, voor het milieu of voor de scheepvaart kunnen opleveren, onverminderd de bepalingen van het SAR-verdrag;
47° Toevluchtsoordenresolutie : resolutie A.949(23) van de Internationale Maritieme Organisatie, " Guidelines on places of refuge for ships in need of assistance " genaamd, en latere wijzigingen;
48° samenwerkingsakkoord Kustwacht : samenwerkingsakkoord van 8 juli 2005 tussen de Federale Staat en het Vlaamse Gewest betreffende de oprichting van en de samenwerking in een structuur Kustwacht;
49° PSC-richtlijn : richtlijn 2009/16/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende havenstaatcontrole, en latere wijzigingen;]1
[2 50° richtlijn Onderzoek Ongevallen : richtlijn 2009/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 tot vaststelling van de grondbeginselen voor het onderzoek van ongevallen in de zeescheepvaartsector en tot wijziging van de richtlijn 1999/35/EG van de Raad en richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad, en latere wijzigingen.]2
§ 2. De Vlaamse Regering kan de in § 1 omschreven begrippen alsmede de andere in dit decreet gebruikte begrippen aanvullend of specifiek omschrijven, met het oog op de regeling van de in dit decreet geregelde aangelegenheden of de bepaling van het toepassingsgebied van door of krachtens dit decreet bepaalde regelen.
----------
(1)<DVR 2012-07-06/06, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
(2)<DVR 2013-07-12/14, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 19-08-2013>
Art.3.Dit decreet regelt onder meer de omzetting van de Monitoringrichtlijn [2 , de PSC-richtlijn en de richtlijn Onderzoek Ongevallen]2.
Dit decreet geldt onverminderd de volkenrechtelijke en gemeenschapsrechtelijke rechten en verplichtingen van het Vlaamse Gewest met betrekking tot de erin geregelde aangelegenheden, in het bijzonder die welke opgenomen zijn in het VN-Zeerechtverdrag, het FAL-verdrag, het SOLAS-verdrag, het SAR-verdrag, liet MARPOL-verdrag, liet Vredesverdrag, het Scheldeverlichtingsverdrag, het Schelderadarverdrag, het Scheldereglement, de ISPS-Verordening, de RIS-richtlijn en de verdragen en andere volkenrechtelijke en gemeenschapsrechtelijke regelen die met betrekking tot deze aangelegenheden later zullen worden vastgesteld, met inbegrip van de regelen die vastgesteld zijn door de Permanente Commissie van Toezicht op de Scheldevaart.
----------
(1)<DVR 2012-07-06/06, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
(2)<DVR 2013-07-12/14, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 19-08-2013>
Art.3bis. [1 De Vlaamse Regering kan voor de materies die bij dit decreet worden geregeld, de nodige maatregelen nemen ter uitvoering van internationale standaarden of van verplichtingen die voortvloeien uit de internationale verdragen, vermeld in artikel 3, en de internationale akten die krachtens die verdragen tot stand komen.
De Vlaamse Regering kan aan de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied en binnen het havengebied aan de havenkapiteinsdienst verplichtingen opleggen over de volgende aspecten om onder meer uitvoering te geven aan de toepasselijke internationale en Unierechtelijke verplichtingen:
1° de werking van het verkeersbegeleidingssysteem in het VBS-werkingsgebied, respectievelijk over de werking van het verkeersbegeleidingssysteem binnen het havengebied;
2° de eisen waaraan de uitrusting van het verkeersbegeleidingssysteem binnen het VBS-werkingsgebied, respectievelijk binnen het havengebied moet voldoen, met inbegrip van de technische apparatuur en de infrastructuur;
3° andere vereisten dan de vereisten, vermeld in punt 1° en 2°, waaraan de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied respectievelijk de havenkapiteinsdienst moet voldoen.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2024-03-22/20, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 06-05-2024>
HOOFDSTUK II. - Taken, bevoegdheden en organisatie van het begeleiden van de scheepvaart in het algemeen.
Art.4.§ 1. Het begeleiden van de scheepvaart behelst de volgende taken :
1° het organiseren en beheren van het verkeersbegeleidingssysteem binnen het VBS-werkingsgebied, vermeld in artikel 7, met inbegrip van het centraal beheersysteem, vermeld in artikel 13, en het treffen van maatregelen om een goede uitvoering van en coördinatie met de bevoegde diensten buiten het VBS-werkingsgebied te bevorderen;
2° het opstarten, de ondersteuning, de coördinatie en het beëindigen van reddings- en opsporingsacties binnen het opsporings- en reddingsgebied en, in het algemeen, het optreden als MRCC;
3° [1 het treffen]1 van alle maatregelen die de uitvoering van de taken, vermeld in 1° en 2°, rechtstreeks of onrechtstreeks ondersteunen;
4° het loodsen van de schepen conform het Loodsdecreet.
§ 2. De Vlaamse Regering wijst de bevoegde instanties aan die belast zijn met de uitvoering van de taken, vermeld in dit decreet. Binnen het havengebied is de havenkapiteinsdienst de bevoegde instantie, tenzij dat uitdrukkelijk anders werd overeengekomen tussen de minister en het havenbedrijf in kwestie.
§ 3. Bij de uitvoering van de door of krachtens dit decreet bepaalde taken, treden de met het begeleiden van de scheepvaart belaste personeelsleden enkel op als ondersteuner van de gezagvoerder; de houders van het loodsbrevet die deel uitmaken van de loodsdienst zoals bedoeld in het Loodsdecreet treden op als raadgever van de gezagvoerder, conform het Loodsdecreet.
§ 4. De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels betreffende de opleiding en de kwalificatie van liet personeel dat belast is met de uitvoering van de taken, vermeld in dit decreet.
----------
(1)<DVR 2012-07-06/06, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
Art. 4bis. [1 § 1. De bevoegde instanties die taken uitoefenen in het kader van dit decreet, brengen de bevoegde federale onderzoeksinstantie, opgericht ter uitvoering van de richtlijn onderzoek ongevallen, onverwijld in kennis van elk ongeval of incident. De Vlaamse Regering kan de ongevallen en incidenten die onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen, nader omschrijven.
De Vlaamse Regering kan de nadere regels voor de melding aan de bevoegde onderzoeksinstantie, vermeld in het eerste lid, nader omschrijven.
§ 2. De bevoegde instanties, die taken uitoefenen in het kader van dit decreet, leveren de nodige ondersteuning aan de bevoegde onderzoeksinstantie, vermeld in paragraaf 1.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2013-07-12/14, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 19-08-2013>
Art.4ter. [1§ 1. In dit artikel wordt verstaan onder:
1° accreditatie van een VBS-opleidingscentrum: de formele bevestiging door de bevoegde instantie, vermeld in de paragraaf 2, eerste lid, dat een VBS-opleidingscentrum werkt met een kwaliteitsmanagementsysteem om de VBS-opleidingen doeltreffend te verstrekken, en daarvoor voldoet aan de vereiste voorwaarden;
2° goedkeuring van een VBS-opleiding: de formele bevestiging door de bevoegde instantie, vermeld in de paragraaf 2, eerste lid, dat een VBS-opleidingscentrum voldoet aan de normen van IALA voor de implementatie, het verschaffen en de beoordeling van een VBS-opleiding;
3° IALA: International Association of Marine Aids to Navigation and Lighthouse Authorities, in het Nederlands Internationale Associatie voor Autoriteiten voor Maritieme Navigatiehulpmiddelen en Vuurtorens, zoals die wordt omgevormd naar een gouvernementele organisatie, International Organization for Marine Aids to Navigation, of in het Nederlands de Internationale Organisatie voor Maritieme Navigatiehulpmiddelen voor de scheepvaart;
4° VBS-opleiding: elke opleiding die een personeelslid die belast is met het begeleiden van de scheepvaart, nodig heeft om te kunnen worden beschouwd als bekwaam voor de uitvoering van de functie.
§ 2. De Vlaamse Regering wijst de bevoegde instantie aan die belast is met al de volgende aspecten:
1° de accreditatie van de VBS-opleidingscentra;
2° de goedkeuring van VBS-opleidingen;
3° de controle en aanvaarding van certificaten en kwalificaties van de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart.
De Vlaamse Regering kan, in overeenstemming met internationaal vastgestelde bepalingen, zoals die zijn opgenomen in de toepasselijke IALA-standaarden en de eraan verbonden IALA-aanbevelingen, -richtlijnen en modelcursussen:
1° de voorwaarden bepalen waaraan personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart, moeten voldoen en de VBS-opleidingen die moeten worden gevolgd om gekwalificeerd te zijn voor de uitoefening van de functie. In die voorwaarden zijn ook de voorwaarden voor het behoud van de kwalificaties voor de uitvoering van de functie begrepen;
2° de nadere regels bepalen voor de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart voor het verkrijgen van hun persoonlijk trainingsoverzicht en om persoonlijk trainingslogboek bij te houden door de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst waarbij de houder werkt;
3° de voorwaarden en de procedure bepalen voor de accreditatie van VBS-opleidingscentra en de goedkeuring van VBS-opleidingen, met inbegrip van:
a) de organisatie van audits voor het verkrijgen van de accreditatie of de goedkeuring;
b) de voorwaarden en de procedure voor de goedkeuring van de VBS-opleidingen die kunnen worden gegeven door de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, aan de eigen personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart;
c) de voorwaarden en de procedure bepalen voor de vernieuwing, schorsing en intrekking van een accreditatie van een VBS-opleidingscentrum, of van een goedkeuring van een VBS-opleiding;
4° de voorwaarden en de procedure bepalen voor de uitreiking van certificaten, voor de vernieuwing, schorsing en intrekking van certificaten en voor vermeldingen in het persoonlijk trainingsoverzicht, vermeld in punt 2° ;
5° de geldigheidsduur vaststellen van de verschillende documenten die zijn uitgereikt en de gegevens die erin vermeld moeten worden;
6° een controlemechanisme uitwerken voor certificaten die niet zijn behaald bij een VBS-opleidingscentrum die door de bevoegde instantie, vermeld in het eerste lid, is geaccrediteerd, of voor een VBS-opleiding die de bevoegde instantie, vermeld in het eerste lid, heeft goedgekeurd.
§ 3. Met het oog op de uitvoering van de bevoegdheden en de taken, vermeld in dit artikel of met het oog op de uitvoering van dit artikel en de uitvoeringsbesluiten ervan, worden persoonsgegevens verwerkt. De verwerking van de persoonsgegevens in dit kader is beperkt tot de persoonsgegevens die nodig zijn voor het dos- sierbeheer als taak van algemeen belang.
De verwerking van de persoonsgegevens in het kader van het eerste lid is nodig voor al de volgende aspecten:
1° om een accreditatie van een VBS-opleidingscentrum te verlenen en om een goedkeuring aan een VBS-opleiding te verlenen;
2° voor audits in het kader van de accreditatie van een VBS-opleidingscentrum of een goedkeuring van een VBS-opleiding;
3° om te verifiëren of de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart beschikken over de benodigde kwalificaties voor hun functie.
De verwerking van persoonsgegevens in het kader van dit artikel heeft, afhankelijk van de doeleinden waarvoor de persoonsgegevens nodig zijn voor elk van de verwerkingsverantwoordelijken en verwerkers, vermeld in dit artikel, betrekking op de volgende categorieën van persoonsgegevens:
1° identificatiegegevens, met inbegrip van documenten met een uniek identificatienummer die gelinkt kunnen worden aan de persoon;
2° opleidings- en kwalificatiegegevens, met inbegrip van de relevante vermeldingen op certificaten of in persoonlijke trainingsoverzichten;
3° contactgegevens.
De Vlaamse Regering kan de categorieën en de verwerkingen, vermeld in het tweede en derde lid, nader omschrijven.
§ 4. De persoonsgegevens die de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, in het kader van dit artikel bijhouden, zijn uitsluitend toegankelijk voor:
1° de eigen personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart voor hun eigen gegevens;
2° de eigen personeelsleden die betrokken zijn bij de opleiding, kwalificatie, inzet of verloning van een personeelslid dat belast is met het begeleiden van de scheepvaart.
De persoonsgegevens van de contactpersonen bij een VBS-opleidingscentrum en bij de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, in het kader van het verkrijgen van een accreditatie van een VBS-opleidingscentrum of van een goedkeuring van een VBS-opleiding, zijn uitsluitend toegankelijk voor:
1° de personeelsleden van de bevoegde instantie, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, die betrokken zijn bij de behandeling van de aanvraag;
2° de auditoren die instaan voor de uitvoering van de audit.
Elk VBS-opleidingscentrum beschermt de beoordelingsoverzichten van elke leerling afdoende en verzekert dat die alleen toegankelijk zijn voor de volgende personen die daarvoor geautoriseerd zijn:
1° de eigen lesgevers en beoordelaars, die instaan voor de VBS-opleiding binnen het opleidingscentrum;
2° de personeelsleden van de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, die hiërarchische meerdere zijn van, of verantwoordelijk zijn voor de opvolging van opleidingen en de kwalificaties van de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart en die een opleiding volgen in het VBS-opleidingscentrum;
3° de personeelsleden van de bevoegde instantie, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, die betrokken zijn bij de uitvoering van een audit, of de auditoren die betrokken zijn bij de uitvoering van een audit;
4° de leerling zelf voor elke beoordeling die deze leerling betreffen.
De contactgegevens van auditoren zijn uitsluitend toegankelijk voor:
1° de aanvrager van een audit;
2° de personeelsleden van de bevoegde instantie, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, die de aanvraag behandelen en het auditrapport verwerken;
3° de bevoegde IALA-personeelsleden;
4° de betrokken auditoren voor hun eigen gegevens.
Als er persoonsgegevens in een auditrapport verwerkt worden, zijn die persoonsgegevens uitsluitend toegankelijk voor:
1° de persoon op wie de gegevens betrekking hebben;
2° de personeelsleden van de bevoegde instantie, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, en van de aanvrager, die een auditrapport verwerken;
3° de bevoegde IALA-personeelsleden.
De Vlaamse Regering kan de toegankelijkheid tot de persoonsgegevens, vermeld in deze paragraaf, nader regelen.
§ 5. De persoonsgegevens die een VBS-opleidingscentrum bijhoudt om een accreditatie van het VBS-opleidingscentrum te krijgen of om een goedkeuring van een VBS-opleiding te krijgen, of die de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, bijhoudt om een goedkeuring van een VBS-opleiding te verkrijgen, met inbegrip van een opleiding in het kader van het kwalificatieproces van de eigen personeelsleden, worden bewaard gedurende 45 jaar, of uiterlijk totdat het personeelslid dat belast is met het begeleiden van de scheepvaart, met pensioen gaat.
Met behoud van toepassing van de regelgeving over de bewaring door de bevoegde instanties die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, van de persoonsgegevens van hun eigen personeelsleden, stelt de Vlaamse Regering de maximale bewaartermijn vast voor de overige persoonsgegevens die in het kader van dit artikel verwerkt worden. De persoonsgegevens worden in ieder geval niet langer bewaard dan nodig is voor de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt. De door de Vlaamse Regering vastgestelde maximale bewaartermijnen gaan de termijn van tien jaar na het overlijden van de houder van het certificaat, van de kwalificatie of van het persoonlijk trainingsoverzicht, niet te boven. Bij de vaststelling van de maximale bewaartermijnen wordt in het bijzonder rekening gehouden met de mogelijke noodzaak aan gegevens omtrent de opleidingen en kwalificaties, tijdens de beroepsloopbaan en in voorkomend geval nog erna.
Persoonsgegevens die in een auditrapport verwerkt worden, worden geanonimiseerd tien jaar nadat het rapport is gefinaliseerd.
§ 6. De volgende instanties treden op als verwerkingsverantwoordelijke van persoonsgegevens, vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming, voor de verwerking van persoonsgegevens in het kader van dit artikel:
1° de bevoegde instantie, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, voor de persoonsgegevens die door haar worden verwerkt in het kader van het verlenen van een accreditatie van een VBS-opleidingscentrum en het verlenen van een goed keuring van een VBS-opleiding, met inbegrip van een opleiding in het kader van het kwalificatieproces van de eigen personeelsleden, of in het kader van een individuele beslissing betreffende de aanvaarding of niet-aanvaarding van een certificaat;
2° de VBS-opleidingscentra, voor de persoonsgegevens die door hen worden verwerkt in het kader van de opleiding en het verwerven van de benodigde kwalificaties door de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart, en in het kader van een accreditatie van het VBS-opleidingscentrum of goedkeuring van een VBS-opleiding;
3° de bevoegde instantie voor het VBS-werkingsgebied, respectievelijk de havenkapiteinsdienst, voor de persoonsgegevens van de eigen personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart, die door hen worden ver- werkt in het kader van het verkrijgen van een goedkeuring van een VBS-regio-opleiding, of van een VBS-opleiding in het kader van het kwalificatieproces, van de personeelsleden die belast zijn met het begeleiden van de scheepvaart, met inbegrip van de verwerking van persoonsgegevens in het kader van het persoonlijk trainingsoverzicht, vermeld in paragraaf 2, tweede lid, 2°.
De auditoren treden op als verwerker, vermeld in artikel 4, 8), van de algemene verordening gegevensbescherming, voor de persoonsgegevens die verwerkt moeten worden bij een audit in het kader van de accreditatie van een opleidingscentrum of een goedkeuring van een VBS-opleiding.
De verwerkingsverantwoordelijken en de verwerker zien erop toe dat de te verwerken persoonsgegevens juist zijn en, als dat nodig is, dat die gegevens worden geactualiseerd. ]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2024-03-22/20, art. 12, 009; Inwerkingtreding : 06-05-2024>
Art.5. Ter uitvoering van de met het Koninkrijk der Nederlanden overeengekomen regelen, vermeld in artikel 3, tweede lid, de regelen, vastgesteld door de Permanente Commissie van Toezicht op de Scheldevaart, of andere volkenrechtelijke en gemeenschapsrechtelijke regelen, en, bij ontstentenis van dergelijke regelen, telkens als de omstandigheden dat vereisen, maar alsdan met uitdrukkelijke of stilzwijgende toestemming van de betrokken staten die over de betrokken wateren soevereiniteit of soevereine rechten uitoefenen, en overeenkomstig eventueel nader door de Vlaamse Regering bepaalde regelen, kunnen de werking van het verkeersbegeleidingssysteem en het MRCC zich uitstrekken en kunnen de personeelsleden van de bevoegde instantie als ondersteuner optreden buiten de grenzen van het Koninkrijk België en de wateren waar het Koninkrijk België soevereiniteit of soevereine rechten uitoefent, met inbegrip van de volle zee.
Art.6. Binnen de grenzen van de wetten, decreten en besluiten betreffende de scheepvaart, in het bijzonder de politie- en scheepvaartreglementen en de door de Vlaamse Regering ter uitvoering van dit decreet vastgestelde regelen, kan de bevoegde instantie nautische publicaties verspreiden.
De Vlaamse Regering kan de samenstelling, de uitgave en de verschijning van de nautische publicaties nader regelen.
De gezagvoerders en scheepvaartactoren zijn ertoe gehouden steeds met die nautische publicaties rekening te houden en de erin opgenomen voorschriften na te leven.
Art. 6bis. [1 Om de vlotheid en de veiligheid van het scheepvaartverkeer niet in het gedrang te brengen en omwille van de bescherming van de vaarweginfrastructuur, moet, voor de door de Vlaamse Regering aangewezen wateren en kustzone, een toelating van de bevoegde instantie worden verkregen voor de organisatie van bijzondere of buitennormale transporten en bijzondere gebeurtenissen, die een invloed hebben of zouden kunnen hebben op de vlotheid en de veiligheid van het scheepvaartverkeer of op de vaarweginfrastructuur. De Vlaamse Regering wijst de bevoegde instantie aan.
Indien een toelating voor de organisatie van bijzondere of buitennormale transporten of bijzondere gebeurtenissen wordt verleend, kan de bevoegde instantie hieraan voorwaarden verbinden.
De Vlaamse Regering kan de bijzondere en buitennormale transporten en bijzondere gebeurtenissen, alsook de procedure voor het vragen van en de voorwaarden voor het verkrijgen van een toelating tot bijzondere of buitennormale transporten en bijzondere gebeurtenissen, nader omschrijven.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2012-07-06/06, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
HOOFDSTUK III. - Het verkeersbegeleidingssysteem.
Afdeling I. - Territoriale bevoegdheid en doelstelling.
Art.7. De bevoegde instanties organiseren en beheren het verkeersbegeleidingssysteem op de door de Vlaamse Regering aangewezen wateren. De Vlaamse Regering kan de omschrijving, de afbakening en de indeling van het VBS-werkingsgebied en de taken, uitgeoefend door het verkeersbegeleidingssysteem aldaar, nader omschrijven.
Telkens als dat noodzakelijk is, en overeenkomstig de eventueel nader door de Vlaamse Regering bepaalde regelen, kan de aangewezen bevoegde instantie de haar door of krachtens dit decreet toegekende bevoegdheden eveneens uitoefenen buiten het VBS-werkingsgebied.
Art.8. Binnen het VBS-werkingsgebied coördineert het verkeersbegeleidingssysteem het scheepvaartverkeer van en naar de havens, waterwegen en lig- en ankerplaatsen, rekening houdend onder meer met artikel 31, om de vlotheid en de veiligheid van dit verkeer, de bescherming van de vaarweginfrastructuur alsmede de vrijwaring van het milieu na te streven. Het verkeersbegeleidingssysteem doet geen afbreuk aan de volkenrechtelijke regelen met betrekking tot de vrijheid van scheepvaart en het recht van onschuldige doorvaart.
Afdeling II. - Melding en beheer van gegevens.
Art.9.§ 1. [1 De gezagvoerder van een vaartuig dat op weg is naar een haven gelegen binnen het VBS-werkingsgebied of naar een andere Belgische haven gelegen buiten het VBS-werkingsgebied, waarbij de grens van het Vlaamse Gewest wordt overschreden, moet zich aanmelden bij de bevoegde instantie, volgens de door de Vlaamse Regering bepaalde regels.
De Vlaamse Regering kan de regels bepalen voor de vrijstelling van melding.]1
§ 2. De Vlaamse Regering wijst de personen en instanties aan die aan de bevoegde instantie en het MRCC, direct of indirect, gegevens moeten verstrekken of doorgeven.
De Vlaamse Regering bepaalt de relevante gegevens, de wijze waarop en de termijn waarbinnen die gegevens moeten worden verstrekt of doorgegeven.
De Vlaamse Regering kan de regels bepalen voor de vrijstelling van de gegevensverstrekking.
----------
(1)<DVR 2012-07-06/06, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
Art.10. De gezagvoerders melden hun passage op de door de bevoegde instantie opgerichte meldpunten, overeenkomstig de inlichtingen, procedurevoorschriften en nadere instructies, vastgesteld door de Vlaamse Regering.
Art.11. Onder meer om uitvoering te geven aan volkenrechtelijke en gemeenschapsrechtelijke verplichtingen, kan de Vlaamse Regering de scheepseigenaars, de gezagvoerders en de andere scheepvaartactoren verplichtingen opleggen met betrekking tot de melding van andere gegevens aan de bevoegde instantie dan die welke bepaald zijn door en krachtens de voorgaande artikelen.
Art.12. § 1. De bevoegde instantie ontvangt, verwerkt, beheert en zendt gegevens, verkregen met behulp van automatische identificatiesystemen.
Bij onregelmatige afwezigheid of gebrekkige werking van dergelijke systemen ten gevolge waarvan de verkeersbegeleiding in het gedrang komt of kan komen, kan de bevoegde instantie passende acties ondernemen.
De Vlaamse Regering kan regels bepalen inzake de uitvoering van het ontvangen, verwerken, beheren en verzenden van gegevens met behulp van automatische identificatiesystemen.
§ 2. De bevoegde instantie ontvangt, verwerkt, beheert en zendt gegevens verkregen met behulp van radar, camera en andere detectiesystemen.
De Vlaamse Regering kan regels bepalen inzake de uitvoering van het ontvangen, verwerken, beheren en verzenden van gegevens met behulp van radar, camera en andere detectiesystemen.
Art.13. Door middel van een centraal beheersysteem centraliseert, verwerkt en verspreidt de bevoegde instantie relevante gegevens in verband met de scheepvaart, de vaartuigen, de ladingen en de opvarenden en de desbetreffende dienstverleningen, met inbegrip van die welke vermeld worden in de voorgaande artikelen en die welke worden ontvangen, gegenereerd of ingevoerd door de scheepvaartactoren en andere instanties of ondernemingen.
De door de bevoegde instantie verwerkte of ter beschikking gestelde gegevens en de andere in het centraal beheersysteem opgenomen of ervoor bestemde gegevens, in het bijzonder als ze berusten op een meldingsplicht, mogen niet voor commerciële doeleinden worden verspreid of anderszins doorgegeven. Hiervan kan worden afgeweken mits de beheerder van het centraal beheersysteem uitdrukkelijk en voorafgaandelijk instemming verleent en onder de met die beheerder overeengekomen voorwaarden. Die beheerder wordt binnen de bevoegde instantie door de minister aangewezen.
Art.14.§ 1. De informatie die op grond van dit decreet en de besluiten, genomen ter uitvoering ervan, aan de bevoegde instantie wordt verstrekt, wordt opgeslagen in het centraal beheersysteem dat eigendom is van het Vlaamse Gewest en is in beginsel vertrouwelijk.
Het centraal beheersysteem is alleen toegankelijk voor de hiertoe bevoegde eigen personeelsleden van de bevoegde instantie.
§ 2. Als de bevoegde instantie daartoe verplicht is, ingevolge volkenrechtelijke of gemeenschapsrechtelijke regelen of ingevolge een besluit van de Vlaamse Regering, alsook telkens als de bevoegde instantie dat na een gemotiveerde aanvraag noodzakelijk acht met het oog op de doelstellingen, vermeld in artikel 8, de goede werking van het openbaar gezag, een openbare dienst of openbare instantie of een scheepvaart- of havengebonden dienst, kan de beheerder van het centraal beheersysteem een beveiligde koppeling van een extern informaticasysteem aan het centraal beheersysteem, de terbeschikkingstelling van gegevens of andere vormen van dienstverlening of samenwerking toestaan.
§ 3. De voorwaarden van de koppeling, vermeld in § 2, terbeschikkingstelling, dienstverlening of samenwerking worden voorafgaandelijk bepaald in [1 een geschreven overeenkomst]1.
[1 De Vlaamse Regering kan nadere regels voor de opmaak van dergelijke overeenkomsten bepalen.]1
§ 4. Met het behoud van de toepassing van de bepalingen van de overeenkomsten, vermeld in § 3, en van hoofdstuk IV, kan de bevoegde instantie de koppeling of de terbeschikkingstelling van gegevens onmiddellijk en zonder formaliteit of vergoeding schorsen of beëindigen als inbreuk wordt gemaakt op volkenrechtelijke of gemeenschapsrechtelijke regelen, dit decreet, zijn uitvoeringsbesluiten en de bepalingen van de overeenkomst of andere toepasselijke regelen.
§ 5. De beheerder van het centraal beheersysteem kan door hem ontvangen of verwerkte gegevens ter beschikking stellen aan derden en publiceren, zonder afbreuk te doen aan de vertrouwelijkheid van de verplichte meldingen.
Het ter beschikking stellen aan derden en het publiceren van ontvangen of verwerkte gegevens door de beheerder van het centraal beheersysteem kan enkel na gemeenschappelijk akkoord met de instantie die deze gegevens heeft aangeleverd, voorzover het niet gaat om gegevens die werden verstrekt op basis van dit decreet, zijn uitvoeringsbesluiten, scheepvaart- en havenreglementen of andere wetten, decreten of besluiten die desbetreffend een meldingsplicht opleggen.
§ 6. De beheerder van het centraal beheersysteem staat geen koppeling toe, maakt geen gebruik van de bevoegdheid, vermeld in § 5, en geeft geen gegevens vrij, als dat economische, financiële of commerciële belangen zou kunnen schaden of als dat afbreuk doet aan de vertrouwelijkheid van de verplichte melding, behalve in de door de Vlaamse Regering bepaalde uitzonderingsgevallen.
§ 7. Informatie en gegevens kunnen ter beschikking gesteld worden aan de personeelsleden van het verkeersbegeleidingssysteem ter lering en verbetering van het systeem en de kwalificatie van het personeel.
----------
(1)<DVR 2012-07-06/06, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
Art.15.Met behoud van de toepassing van de in het [1 titel II, hoofdstuk 3, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018]1 bepaalde uitzonderingen op de openbaarheid van bestuursdocumenten, wijzen de bevoegde instantie en de andere diensten, instanties en ondernemingen die toegang hebben tot de in het centraal beheersysteem opgenomen gegevens, zelfs als ze die gegevens zelf hebben gegenereerd of ingevoerd, door derden gedane aanvragen tot openbaarmaking van informatie, met inbegrip van milieu-informatie, bovendien af als :
1° de aanvraag betrekking heeft op gegevens die aan de bevoegde instantie of andere diensten, instanties en ondernemingen werden verstrekt of doorgegeven op basis van dit decreet, zijn uitvoeringsbesluiten, scheepvaart- en havenreglementen of andere wetten, decreten of besluiten die desbetreffend een meldingsplicht opleggen;
2° de openbaarmaking economische, financiële of commerciële belangen zou kunnen schaden.
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.138, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Afdeling III. - Begeleiding van vaartuigen in het VBS-werkingsgebied.
Art.16. Overeenkomstig de hieronder volgende bepalingen omvat het verkeersbegeleidingssysteem onder meer de volgende dienstverleningen :
1° een informatiedienst die tijdig essentiële informatie ter beschikking stelt voor de nautische besluitvorming aan boord;
2° een navigatie-assistentiedienst die ondersteuning biedt bij de nautische besluitvorming aan boord en die de effecten ervan volgt;
3° een verkeersorganisatiedienst die de ontwikkeling van gevaarlijke verkeerssituaties tracht te voorkomen en die bijdraagt tot de veilige en vlotte beweging van de scheepvaart in het VBS-werkingsgebied;
4° een loodsdienst zoals bedoeld in het Loodsdecreet.
Art.17. De gezagvoerders die het VBS-werkingsgebied of een door de Vlaamse Regering bepaald deel ervan binnenvaren, zijn ertoe verplicht aan het verkeersbegeleidingssysteem deel te nemen op de door de Vlaamse Regering voorgeschreven wijze.
Art.18. De Vlaamse Regering kan regelen vaststellen betreffende de door het verkeersbegeleidingssysteem via radioberichtgeving of op andere passende wijzen aan de gezagvoerders te verstrekken informatie over nautisch relevante omstandigheden.
Art.19. Op verzoek van een gezagvoerder, zonder afbreuk te doen aan zijn eigen gezag, taak en verantwoordelijkheden, en overeenkomstig de nader door de Vlaamse Regering te bepalen regelen, kan het verkeersbegeleidingssysteem, als de organisatie van de dienst en de omstandigheden het toelaten, bijzondere inlichtingen verstrekken of op een andere wijze nadere ondersteuning bieden.
Art.20. Het verkeersbegeleidingssysteem verzorgt de permanente opvolging van het scheepvaartverkeer door contact en gegevensuitwisseling met de gezagvoerders, overeenkomstig de door de Vlaamse Regering vastgestelde bepalingen.
Art.21. De Vlaamse Regering kan scheepsrouteringssystemen instellen, die een integrerend deel uitmaken van het verkeersbegeleidingssysteem.
Overeenkomstig de toepasselijke volkenrechtelijke regelen deelt de Vlaamse Regering die scheepsrouteringssytemen in voorkomend geval mee aan de Internationale Maritieme Organisatie of legt ze die systemen er ter goedkeuring aan voor.
Art.22. Overeenkomstig de door de Vlaamse Regering bepaalde regelen is de bevoegde instantie belast met het toelatingsbeleid.
Art.23. In het raam van het toelatingsbeleid kan de bevoegde instantie met de gezagvoerders onder meer vaarplannen en andere maatregelen overeenkomen, waarvan de naleving door het verkeersbegeleidingssysteem wordt gevolgd.
Art.24. Als de bevoegde instantie met de gezagvoerder geen overeenstemming bereikt over vaarplannen of andere maatregelen als vermeld in artikel 23, en, in het algemeen, telkens als het toelatingsbeleid of de omstandigheden dat vereisen, kan de bevoegde instantie, met behoud van de toepassing van de toepasselijke reglementen betreffende de politie en de scheepvaart, aan de vaartuigen verkeersaanwijzingen richten.
Die verkeersaanwijzingen laten de bevoegdheid van de gezagvoerder onverlet. Alleen de gezagvoerder is meester over de leiding en de manoeuvres van het vaartuig.
De Vlaamse Regering kan bepalen welke categorieën personeelsleden bevoegd zijn om verkeersaanwijzingen aan de vaartuigen te richten.
Art.25. Onverminderd de bevoegdheden van andere overheden en de eigen bevoegdheden van de bevoegde instantie, bepaald in hoofdstuk III, is de bevoegde instantie met het oog op de begeleiding van de scheepvaart bevoegd voor het opleggen van verplichtingen als vermeld in artikel 13, derde lid, van de wet van 11 april 1989 houdende goedkeuring en uitvoering van diverse internationale akten inzake de zeevaart.
Art.26. Elk bericht dat door het verkeersbegeleidingssysteem wordt gericht aan een vaartuig of vaartuigen moet duidelijk maken of het een informatie, een loodsadvies, een waarschuwing of een verkeersaanwijzing of een navigatie-assistentie bevat. De aard van het bericht hoeft evenwel niet noodzakelijk uitdrukkelijk te worden gespecificeerd, zolang de aard ondubbelzinnig blijkt uit de vorm, de inhoud of de context ervan.
De Vlaamse Regering kan bepalen welke categorieën personeelsleden bevoegd zijn om de onderscheiden soorten berichten aan de vaartuigen te richten.
In geen geval doet een bericht van het verkeersbegeleidingssysteem afbreuk aan de uitsluitende eindverantwoordelijkheid van de gezagvoerder voor de navigatie en aan de adviserende verantwoordelijkheid van de loods,vermeld in artikel 8 van het Loodsdecreet, artikel 10 van het Scheldereglement en andere relevante regelgeving. De gezagvoerder is er steeds toe gehouden de berichten van het verkeersbegeleidingssysteem te toetsen aan en te interpreteren in het licht van de reële nautische omstandigheden aan boord en de eisen van het goed zeemanschap. Hij moet zich op basis van een en ander, en rekening houdend met artikel 24, tweede lid, steeds een eigen oordeel vormen.
Art.27. De Vlaamse Regering bepaalt welke maatregelen de bevoegde instantie kan nemen of welke aanbevelingen ze aan de gezagvoerders kan richten als ze in geval van uitzonderlijk slecht weer of ruwe zee van mening is dat er groot gevaar bestaat voor verontreiniging van de Belgische zee- of kustgebieden of die van andere lidstaten van de Europese Gemeenschap, of als de veiligheid van mensen wordt bedreigd.
De Vlaamse Regering kan bepalen welke categorieën van personeelsleden bevoegd zijn tot het nemen van de maatregelen, vermeld in het eerste lid.
Art.28. Overeenkomstig de eventueel nader door de Vlaamse Regering bepaalde regelen draagt het verkeersbegeleidingssysteem bij tot het loodsen op afstand door de daartoe nodige apparatuur ter beschikking te stellen en andere ondersteuning te verlenen, zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het Loodsdecreet.
Art.29. Overeenkomstig nader door de Vlaamse Regering bepaalde regelen houdt de bevoegde instantie over het verloop van de verkeersbegeleiding en in het bijzonder over de communicatie met de gezagvoerders gedurende een bepaalde tijd gegevens bij, en stelt die, in het bijzonder ten behoeve van strafrechtelijk of gerechtelijk bevolen deskundigenonderzoek over ongevallen, ter beschikking van bevoegde overheden en personen.
Art.30. Onder meer om uitvoering te geven aan volkenrechtelijke en gemeenschapsrechtelijke verplichtingen kan de Vlaamse Regering de scheepseigenaars, de gezagvoerders en de andere scheepvaartactoren andere of bijkomende verplichtingen opleggen met betrekking tot het verkeersbegeleidingssysteem, voorzover zulks gebeurt met het oog op het gebruik en de bescherming van de vaarweg en/of om het scheepvaartverkeer op de meest doeltreffende wijze te begeleiden.
Afdeling IV. - Maatregelen in verband met het verkeer naar, van en in de havens en op de waterwegen.
Art.31. § 1. Onverminderd de wettelijke en decretale bevoegdheden van de havenbedrijven en de havenkapiteinsdiensten kan de Vlaamse Regering maatregelen nemen om de scheepvaart van en naar de havens optimaal te coördineren met de scheepvaart in de havengebieden en de scheepvaart in doorvaart en om de vlotheid en de veiligheid van de scheepvaart tussen de zee en de ligplaats te bevorderen in het raam van de ketenbenadering, voorzover zulks gebeurt met het oog op het gebruik en de bescherming van de vaarweg en/of om het scheepvaartverkeer op de meest doeltreffende wijze te begeleiden.
De maatregelen kunnen pas worden genomen nadat overleg werd gepleegd tussen alle bevoegde instanties van het verkeersbegeleidingssysteem en het havenbedrijf, overeenkomstig de nader door de Vlaamse Regering bepaalde regels.
§ 2. Op verzoek en onder de uitsluitende verantwoordelijkheid van de betrokken havenbedrijven kan de bevoegde instantie bij de coördinatie van de scheepvaart rekening houden met bijzondere belangen van het betrokken havenbedrijf, op voorwaarde dat het havenbedrijf waarvan de vraag uitgaat, overeenkomstig de door de Vlaamse Regering nader bepaalde regels :
1° aantoont dat dat niet leidt tot de verstoring van de vlotheid en de veiligheid van het algemene verkeer;
2° heeft aangetoond dat dat niet leidt tot een verstoring van de mededinging;
3° aantoont dat het havenbedrijf het goede functioneren waarborgt van de gehele keten van de verkeersafwikkeling;
4° het verzoek per individueel geval indient.
Art. 31bis. [1 § 1. De havenkapiteinsdiensten lichten, als zij bij het vervullen van hun normale taak opmerken dat er klaarblijkelijke gebreken aan het schip zijn, die afbreuk kunnen doen aan de veilige vaart van het schip of die een gevaar voor schade kunnen opleveren aan het mariene milieu, via de geëigende weg de instantie van de federale overheid die bevoegd is voor de havenstaatcontrole, onmiddellijk in.
§ 2. De havenkapiteinsdiensten rapporteren via de geëigende weg aan de instantie, vermeld in de eerste paragraaf, indien mogelijk in elektronische vorm, de volgende gegevens :
1° scheepsinformatie : naam, IMO-identificatienummer, roepletters en vlaggenstaat;
2° informatie betreffende de vaarroute : laatste aanloophaven en haven van bestemming;
3° beschrijving van de aan boord of vanaf de ligplaats vastgestelde klaarblijkelijke gebreken.
De Vlaamse Regering kan de rapportage van bijkomende gegevens verplicht stellen.
§ 3. De Vlaamse Regering kan nadere regels vaststellen voor de rapportage van klaarblijkelijke gebreken, vermeld in paragraaf 1, de gegevens, vermeld in paragraaf 2, en de wijze waarop deze klaarblijkelijke gebreken en gegevens moeten worden gerapporteerd.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2012-07-06/06, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 11-08-2012>
Art.32. De Vlaamse Regering wordt ertoe gemachtigd om binnen de perken van de begroting subsidies toe te kennen aan de havenbedrijven ten behoeve van de activiteiten van hun havenkapiteinsdiensten die expliciet kunnen worden toegewezen aan de verkeersafwikkeling, de veiligheid en de vrijwaring van het milieu.
Voor investeringen ten behoeve van dergelijke activiteiten kan de Vlaamse Regering hetzij subsidies toekennen aan het havenbedrijf, hetzij overgaan tot financiering of medefinanciering van het havenbedrijf.
De nadere voorwaarden waaronder de subsidie of de medefinanciering wordt verleend, worden vastgesteld bij besluit van de Vlaamse Regering en worden gespecificeerd bij overeenkomst van het betrokken havenbedrijf.
Met behoud van de toepassing van de wettelijke en reglementaire besluiten inzake de begrotingscontrole, wordt het toezicht op de naleving door de havenbedrijven, bepaald in dit artikel en in de besluiten en de overeenkomsten ter uitvoering van dit artikel, uitgeoefend door de gewestelijke havencommissaris overeenkomstig artikel 23 van het Havendecreet.
Art.33. De Vlaamse Regering kan eveneens maatregelen nemen voor de goede coördinatie van de scheepvaart buiten het VBS-werkingsgebied.
Afdeling V. - Infrastructuur.
Art.34. De Vlaamse Regering verstrekt de bevoegde instantie de passende apparatuur om permanent zijn taken te kunnen vervullen, zijn bevoegdheden uit te oefenen en, waar vereist door volkenrechtelijke of gemeenschapsrechtelijke regelen, inter-connectie en interoperabiliteit met de nationale systemen van andere lidstaten en van de bevoegde diensten van de Europese Gemeenschappen te waarborgen.
Art.35. De vaarwegmarkering en verkeerstekens in het VBS-werkingsgebied maken integraal deel uit van het verkeersbegeleidingssysteem.
De Vlaamse Regering regelt de plaatsing, het beheer en het onderhoud van de vaarwegmarkering en de verkeerstekens.
Art.36. De Vlaamse Regering kan de bevoegde instantie belasten met het begeleiden van de scheepvaart en het nautisch beheer ter hoogte van beweegbare bruggen en van de sluizen die gelegen zijn binnen het VBS-werkingsgebied, inclusief het havengebied.
Afdeling VI. - Retributies.
Art.37. § 1. Voor het gebruik van de dienstverlening van het verkeersbegeleidingssysteem door vaartuigen met als bestemming een haven, waterweg, lig- of ankerplaats in het VBS-werkingsgebied of in een gebied, beheerd door een waterweg- of havenbestuur in België, is een VBS-retributie verschuldigd.
Van deze verplichting zijn vrijgesteld :
1° de door de Vlaamse Regering op basis van hun aard, karakteristieken, bestemming of vaartraject aangewezen categorieën van vaartuigen;
2° per bezoek of per doorvaart, de door de Vlaamse Regering bij wijze van uitzondering met naam aangewezen vaartuigen die worden ingezet met een pedagogisch, humanitair, filantropisch of cultureel doel, deelnemen aan een bijzondere manifestatie of werkzaamheden verrichten in het algemeen belang.
De betaling van het loodsgeld, de LOA-vergoeding, de havengelden en de andere vergoedingen, worden geregeld in de desbetreffende reglementaire bepalingen.
§ 2. Met inachtname van de terzake geldende volkenrechtelijke, gemeenschapsrechtelijke en grondwettelijke regelen bepaalt de Vlaamse Regering het tarief van de VBS-retributie alsook de wijze waarop en de instantie door wie de VBS-retributie wordt geïnd.
Art. 37bis.[1 § 1. Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder :
1° VBS-vergoeding : de VBS-retributie, vermeld in artikel 37;
2° tariefgebied : het gebied waarbinnen verkeersbegeleiding verstrekt wordt;
3° lengte : de lengte over alles.
§ 2. Een VBS-vergoeding is verschuldigd voor ieder vaartuig dat uit zee komt, met als bestemming een Vlaamse haven die in het verkeersbegeleidingssysteem is ingeschakeld; ze geldt als vergoeding voor in- en uitvaart.
Als het vaartuig gedurende één kalenderdag meer dan eenmaal het tariefgebied binnenvaart, is het tarief maar eenmaal verschuldigd.
De VBS-vergoeding is niet verschuldigd bij scheepvaartverkeer tussen Vlaamse havens.
§ 3. Voor de volgende categorieën van vaartuigen is geen vergoeding verschuldigd :
1° binnenschepen;
2° [2 schepen tot 41 meter lengte;]2
3° schepen in eigendom van of in beheer bij het Rijk of een gewest;
4° vaartuigen voor het winnen of vervoeren van zand, baggerspecie of grind, maar alleen als ze daartoe worden gebruikt ter uitvoering van werkzaamheden in opdracht van de vaarweg- of waterbeheerder;
5° vaartuigen in dienst van het loodswezen van Nederland en Vlaanderen.
§ 4. De Vlaamse minister bevoegd voor het vervoer, kan aan een vaartuig vrijstelling van VBS-vergoeding verlenen als het deelneemt aan een bijzondere manifestatie of werkzaamheden verricht in het algemeen belang.
§ 5. Het bedrag van de verschuldigde VBS-vergoeding wordt overeenkomstig het tarief opgenomen in de onderstaande tabel, vastgesteld op grond van de lengte van het vaartuig.
In het geval van gesleepte vaart is de VBS-vergoeding verschuldigd voor de sleepboot en het gesleepte vaartuig afzonderlijk, op grond van hun respectievelijke lengte.
[<font color="red">1</font> ''Lengte in meter | Bedrag van de VBS-vergoeding in euro |
41 t/m 100 | 113,45 |
101 | 121,16 |
102 | 128,87 |
103 | 136,58 |
104 | 144,29 |
105 | 152,00 |
106 | 159,71 |
107 | 167,42 |
108 | 175,13 |
109 | 182,84 |
110 | 190,55 |
111 | 198,26 |
112 | 205,97 |
113 | 213,68 |
114 | 221,39 |
115 | 229,10 |
116 | 236,81 |
117 | 244,52 |
118 | 252,23 |
119 | 259,94 |
120 | 267,65 |
121 | 275,36 |
122 | 283,07 |
123 | 290,78 |
124 | 298,49 |
125 | 306,20 |
126 | 313,91 |
127 | 321,62 |
128 | 329,33 |
129 | 337,04 |
130 | 344,75 |
131 | 352,46 |
132 | 360,17 |
133 | 367,88 |
134 | 375,59 |
135 | 383,30 |
136 | 391,01 |
137 | 398,72 |
138 | 406,43 |
139 | 414,14 |
140 | 421,85 |
141 | 429,56 |
142 | 437,27 |
143 | 444,98 |
144 | 452,69 |
145 | 460,40 |
146 | 468,11 |
147 | 475,82 |
148 | 483,53 |
149 | 491,24 |
150 | 498,95 |
151 | 506,66 |
152 | 514,37 |
153 | 522,08 |
154 | 529,79 |
155 | 537,50 |
156 | 545,21 |
157 | 552,92 |
158 | 560,63 |
159 | 568,34 |
160 | 576,05 |
161 | 583,76 |
162 | 591,47 |
163 | 599,18 |
164 | 606,89 |
165 | 614,60 |
166 | 622,31 |
167 | 630,02 |
168 | 637,73 |
169 | 645,44 |
170 | 653,15 |
171 | 660,86 |
172 | 668,57 |
173 | 676,28 |
174 | 683,99 |
175 | 691,70 |
176 | 699,41 |
177 | 707,12 |
178 | 714,83 |
179 | 722,54 |
180 | 730,25 |
181 | 737,96 |
182 | 745,67 |
183 | 753,38 |
184 | 761,09 |
185 | 768,80 |
186 | 776,51 |
187 | 784,22 |
188 | 791,93 |
189 | 799,64 |
190 | 807,35 |
191 | 815,06 |
192 | 822,77 |
193 | 830,48 |
194 | 838,19 |
195 | 845,90 |
196 | 853,61 |
197 | 861,32 |
198 | 869,03 |
199 | 876,74 |
200 | 884,45 |
201 | 892,16 |
202 | 899,87 |
203 | 907,58 |
204 | 915,29 |
205 | 923,00 |
206 | 930,71 |
207 | 938,42 |
208 | 946,13 |
209 | 953,84 |
210 | 961,55 |
211 | 969,26 |
212 | 976,97 |
213 | 984,68 |
214 | 992,39 |
215 | 1.000,10 |
216 | 1.007,81 |
217 | 1.015,52 |
218 | 1.023,23 |
219 | 1.030,94 |
220 | 1.038,65 |
221 | 1.046,36 |
222 | 1.054,07 |
223 | 1.061,78 |
224 | 1.069,49 |
225 | 1.077,20 |
226 | 1.084,91 |
227 | 1.092,62 |
228 | 1.100,33 |
229 | 1.108,04 |
230 | 1.115,75 |
231 | 1.123,46 |
232 | 1.131,17 |
233 | 1.138,88 |
234 | 1.146,59 |
235 | 1.154,30 |
236 | 1.162,01 |
237 | 1.169,72 |
238 | 1.177,43 |
239 | 1.185,14 |
240 | 1.192,85 |
241 | 1.200,56 |
242 | 1.208,27 |
243 | 1.215,98 |
244 | 1.223,69 |
245 | 1.231,40 |
246 | 1.239,11 |
247 | 1.246,82 |
248 | 1.254,53 |
249 | 1.262,24 |
250 en meer | 1.269,95]<font color="red">1</font> |
(<font color="red">1</font>)<DVR <a href="/cgi_loi/article.pl?language=nl&lg_txt=n&cn_search=2023033106" target="_blank">2023-03-31/06</a>, art. 5, 008; Inwerkingtreding : 01-05-2023> |