7 NOVEMBER 2000. - Koninklijk besluit houdende oprichting en samenstelling van de organen die gemeenschappelijk zijn aan iedere federale overheidsdienst. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-11-2000 en tekstbijwerking tot 19-09-2023)
HOOFDSTUK I. - De federale overheidsdienst.
Art. 1
Afdeling 1. - De Beleidsraad.
Art. 2-3
Afdeling 2. - Het Directiecomité.
Art. 4-6
Afdeling 3. - De beleidscel. (opgeheven) <KB 2008-04-27/30, art. 4, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008>
Art. 7-8
Afdeling 4. (...) <KB 2007-08-17/64, art. 16, § 2, 007; Inwerkingtreding : 28-10-2007>
Art. 8bis, 8ter
HOOFDSTUK II. - De programmatorische federale overheidsdienst.
Art. 9-10, 10bis
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 11-13
2002002083 2002002177 2002002178 2002002179 2002002180 2002002181 2002002182 2002002183 2002002184 2002002185 2002002186 2002002187 2002002188 2002002189 2002002233 2002002262 2002021487 2002023050 2003000282 2003002011 2003003211 2003003390 2003009274 2003012135 2003021065 2003021175 2003021214 2003021216 2003200860 2005002012 2007003449 2008021015 2008201478 2009000193 2016015081 2018032041 2018202641 2020030205 2021201191 2022033360 2022043244 2023043711
HOOFDSTUK I. - De federale overheidsdienst.
Artikel 1. <KB 2008-04-27/30, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008> Een federale overheidsdienst is een gecentraliseerde dienst van het Rijk. Zij wordt beheerd door een directiecomité. De Minister die het gezag uitoefent over de federale overheidsdienst kan beslissen tot de oprichting van een beleidsraad binnen de overheidsdienst.
Afdeling 1. - De Beleidsraad.
Art.2. (De Beleidsraad is samengesteld uit :
- de minister (voorzitter);
- desgevallend, de minister of de staatssecretaris bevoegd voor een deel van de opdrachten van de federale overheidsdienst;
- de voorzitter van het Directiecomité;
- desgevallend, de directeur algemeen beleid van de cel algemeen beleid;
- de directeur(s) van de beleidscel(len);
- experten, niet behorend tot de federale overheidsdiensten of de federale programmatorische overheidsdiensten.) <KB 2003-07-19/33, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 12-07-2003>
Het aantal experten wordt vastgesteld door de Regering bij de aanvang van de legislatuur, onverminderd de herziening ervan tijdens deze legislatuur.
In functie van de materie die wordt behandeld, worden op de Beleidsraad door de voorzitter uitgenodigd : de hoofden van de verschillende operationele diensten van de federale overheidsdienst en, eventueel, de voorzitter van het Directiecomité van andere federale overheidsdiensten, het hoofd van federale instellingen van openbaar nut alsook het hoofd van elke andere openbare dienst (en de directeur van het secretariaat of de directeurs van de secretariaten). <KB 2003-07-19/33, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 12-07-2003>
(De frequentie, de bijeenroeping en de agenda van de vergaderingen worden vastgelegd door de minister die het voorzitterschap waarneemt.) <KB 2003-07-19/33, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 12-07-2003>
Art.3. <KB 2008-04-27/30, art. 2, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008> Op vraag van de Minister of de Staatssecretaris, verleent de beleidsraad onder meer advies :
1° bij de totstandkoming van het strategisch plan van de Minister of de Staatssecretaris, alsook bij wijzigingen hieraan;
2° over de jaarlijkse begrotingsvoorstellen van de Minister of de Staatssecretaris alsook de eventuele aanpassing van de begroting;
3° over het ontwerp van managementplan van de voorzitter van het Directiecomité.
Afdeling 2. - Het Directiecomité.
Art.4.Het Directiecomité is samengesteld uit :
- een voorzitter;
- de hoofden van de operationele diensten van de federale overheidsdienst;
- [1 de hoofden van de functionele diensten belast met "Begroting en Beheerscontrole", "Personeel en Organisatie" en "Informatie- en Communicatietechnologie van de federale overheidsdienst]1;
- (de directeur(s) van de betrokken beleidscel(len) of hoofd(en) van de betrokken beleidskern(en).) <KB 2008-04-27/30, art. 3, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008>
Het Directiecomité stelt zijn huishoudelijk reglement op. Dit reglement wordt meegedeeld aan alle personeelsleden.
----------
(1)<KB 2022-12-20/04, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 23-01-2023>
Art.5.Het Directiecomité wordt belast met het beheer van de federale overheidsdienst, overeenkomstig het strategisch plan.
Het formuleert alle nuttige voorstellen met betrekking tot de werking van de federale overheidsdienst en verzekert de coördinatie tussen de diensten onderling en hun activiteiten.
Het stelt het begrotingsontwerp en de eventuele aanpassing hieraan voor; het houdt toezicht op de uitvoering ervan.
[1 Het Directiecomité is verantwoordelijk voor de strategische personeelsplanning en ontwerpt het in overeenstemming met het beleid van de bevoegde ministers. Daarnaast valideert het directiecomité ook het operationeel personeelsplan.]1
----------
(1)<KB 2023-06-15/17, art. 1, 010; Inwerkingtreding : 29-09-2023>
Art.6.De voorzitter van het Directiecomité is als hoofd van de federale overheidsdienst verantwoordelijk voor het operationeel management.
[1 Hij is verantwoordelijk voor de uitvoering van de operationele personeelsplanning en zijn belangrijkste instrument, het operationeel personeelsplan. In het operationeel personeelsplan worden, voor elke personeelsenveloppe, de kost van de betaalde voltijdse equivalenten van het personeelsbestand en de kost van geplande en nog te plannen toekomstige acties (aanwerving, bevordering, vertrek) vergeleken met de beschikbare budgettaire middelen. De beoordeling van de budgettaire haalbaarheid gebeurt bij de uitvoering van de voorziene acties van het operationeel personeelsplan. Deze beoordeling wordt ondersteund door een regelmatige monitoring van het risico op overschrijding van de personeelskredieten.]1
----------
(1)<KB 2023-06-15/17, art. 2, 010; Inwerkingtreding : 29-09-2023>
Afdeling 3. - De beleidscel. (opgeheven)
Art.7. (opgeheven) <KB 2008-04-27/30, art. 4, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008>
Art.8. (opgeheven) <KB 2008-04-27/30, art. 4, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008>
Afdeling 4. (...)
Art. 8bis. (Opgeheven) <KB 2007-08-17/64, art. 16, § 2, 007; Inwerkingtreding : 28-10-2007>
Art. 8ter. (Opgeheven) <KB 2007-08-17/64, art. 16, § 2, 007; Inwerkingtreding : 28-10-2007>
HOOFDSTUK II. - De programmatorische federale overheidsdienst.
Art.9. Bij aanvang van de legislatuur, wordt door de Ministerraad het aantal programmatorische federale overheidsdiensten vastgelegd onverminderd (de herziening ervan) tijdens deze legislatuur. <KB 2001-07-19/34, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 07-08-2001>
Art.10. <KB 2008-04-27/30, art. 5, 008; Inwerkingtreding : 20-03-2008> Bij aanvang van de legislatuur, wordt door de Ministerraad beslist in welke van de programmatorische overheidsdiensten een Directiecomité zal worden opgericht.
Het Regeringslid die het gezag uitoefent over de programmatorische federale overheidsdienst kan beslissen een beleidsraad op te richten binnen de perken van de daartoe bij het begin van de legislatuur toegekende budgettaire middelen, onverminderd de herziening ervan tijdens de legislatuur.
De Minister, gebeurlijk de Staatssecretaris, onder wiens bevoegdheid de programmatorische federale overheidsdienst ressorteert bepaalt de samenstelling van de organen ervan.
Art. 10bis. <Ingevoegd bij KB 2001-07-19/34, art. 18, 002; Inwerkingtreding : 07-08-2001> De programmatorische federale overheidsdienst wordt geleid door een voorzitter.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art.11. Het koninklijk besluit van 6 september 1993 betreffende de bevoegdheden van de ambtenaren-generaal van de ministeries wordt opgeheven.
Art.12. Dit besluit treedt in werking op dezelfde datum als de koninklijke besluiten houdende respectievelijk oprichting van de federale overheidsdiensten.
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op :
* 15-05-2001 voor FOD Personeel en Organisatie <2001-05-11/32>, FOD Informatie- en communicatietechnologie <2001-05-11/31>;
* 16-05-2001 voor FOD Budget en Beheerscontrole <2001-05-15/30>;
* 17-05-2001 voor FOD Kanselarij van de Eerste Minister <2001-05-15/31>;
* 29-05-2001 voor FOD Sociale Zekerheid <2001-05-23/31>, FOD Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu <2001-05-23/32>, FOD Justitie <2001-05-23/30>;
* 24-11-2001 voor FOD Mobiliteit en Vervoer <2001-11-30/31>;
* 18-01-2002 voor FOD Binnenlandse Zaken <2002-01-14/30>;
* 07-02-2002 voor FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg <2002-02-03/30>;
* 22-02-2002 voor FOD Financiën <2002-02-17/30>;
* 05-03-2002 voor FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie <2002-02-25/30>, POD Activabeheer <2002-02-25/34>, POD Consumentenzaken <2002-02-25/31>, POD Duurzame ontwikkeling <2002-02-25/33>, POD Telecommunicatie <2002-02-26/31>;
* 15-03-2002 voor FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking <2002-03-08/32>;
* 25-12-2002 voor POD Wetenschapsbeleid <2002-12-12/35>;
* 28-12-2002 voor POD Maatschappelijke Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie <2002-12-12/38>)
Art. 13. Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.