2 MEI 2021. - Koninklijk besluit tot verlenging van diverse maatregelen genomen op vlak van werkloosheid in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 januari 2021 betreffende het toekennen van een toeslag voor werknemers die in 2020 tijdelijk werkloos werden gesteld
Art. 1-21
2020041830 2020201678 2020202000 2020203024 2020203113 2021020167
Artikel 1. In artikel 16 van het koninklijk besluit van 30 maart 2020 tot aanpassing van de procedures in het kader van tijdelijke werkloosheid omwille van het COVID-19-virus en tot wijziging van artikel 10 van het koninklijk besluit van 6 mei 2019 tot wijziging van de artikelen 27, 51, 52bis, 58, 58/3 en 63 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering en tot invoeging van de artikelen 36sexies, 63bis en 124bis in hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijke besluiten van 22 juni 2020, 15 juli 2020 en 22 december 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het tweede lid, wordt het cijfer "8," geschrapt en worden de woorden "maart 2021" vervangen door de woorden "juni 2021";
2° in het derde lid worden de woorden "maart 2021" vervangen door de woorden "juni 2021";
3° in het vierde lid wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021";
4° in het vijfde lid worden de woorden "maart 2021" vervangen door de woorden "juni 2021";
5° tussen het vijfde en het zesde lid wordt het als volgt luidende lid ingevoegd:
"In afwijking van het eerste lid is artikel 8 van dit besluit van toepassing op de aanvraag om, de procedure betreffende en de toekenning van de werkloosheidsuitkeringen die betrekking hebben op de maanden februari tot augustus 2020 en oktober 2020 tot maart 2021.".
Art.2. In artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 april 2020 tot het tijdelijk versoepelen van de voorwaarden waaronder werklozen, al dan niet met bedrijfstoeslag, kunnen worden tewerkgesteld in vitale sectoren en tot het tijdelijk bevriezen van de degressiviteit van de volledige werkloosheidsuitkeringen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020, 27 september 2020, 13 december 2020 en 12 februari 2021, wordt de datum "28 februari 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.3. In artikel 5 van hetzelfde besluit van 23 april 2020, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020, 27 september 2020, 13 december 2020 en 12 februari 2021, worden in het eerste lid de woorden "met elf maanden" vervangen door de woorden "met vijftien maanden" en wordt in het tweede en derde lid de datum "28 februari 2021" telkens vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.4. In artikel 7 van het hetzelfde koninklijk besluit van 23 april 2020, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 juni 2020, 15 juli 2020, 13 september 2020 en 13 december 2020, worden in de tweede zin de woorden "31 maart 2021" vervangen door de woorden "30 juni 2021".
Art.5. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 22 juni 2020 betreffende diverse tijdelijke maatregelen in de werkloosheidsreglementering omwille van het COVID-19-virus en tot wijziging van de artikelen 12 en 16 van het koninklijk besluit van 30 maart 2020 tot aanpassing van de procedures in het kader van tijdelijke werkloosheid omwille van het COVID-19-virus en tot wijziging van artikel 10 van het koninklijk besluit van 6 mei 2019 tot wijziging van de artikelen 27, 51, 52bis, 58, 58/3 en 63 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering en tot invoeging van de artikelen 36sexies, 63bis en 124bis in hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020 en 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.6. In artikel 2 van hetzelfde koninklijk besluit van 22 juni 2020, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020 en 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.7. In artikel 4 van hetzelfde koninklijk besluit van 22 juni 2020, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020 en 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.8. In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit van 22 juni 2020, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juli 2020 en 22 december 2020, wordt de datum "30 april 2021" vervangen door de datum "31 augustus 2021".
Art.9. In artikel 14 van het koninklijk besluit van 15 juli 2020 tot verlenging van de maatregelen genomen op vlak van werkloosheid in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 (I), gewijzigd bij koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.10. In artikel 2 van de wet van 15 juli 2020 tot verbetering van de toestand van de werknemers in de culturele sector, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.11. In artikel 4, eerste en tweede lid, van dezelfde wet van 15 juli 2020, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" driemaal vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.12. In artikel 5 van dezelfde wet van 15 juli 2020, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "31 maart 2021" vervangen door de datum "30 juni 2021".
Art.13. In artikel 6, tweede lid, van dezelfde wet van 15 juli 2020, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "1 april 2021" vervangen door de datum "1 juli 2021".
Art.14. In artikel 8, eerste lid, van dezelfde wet van 15 juli 2020, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2020, wordt de datum "1 april 2021" vervangen door de datum "1 juli 2021".
Art.15. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 20 januari 2021 betreffende het toekennen van een toeslag voor werknemers die in 2020 tijdelijk werkloos werden gesteld worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepalingen onder 2°/1 worden ingevoegd, luidende :
"2°/1 de volledig werkloze: de werknemer bedoeld in artikel 28, § 3, van het werkloosheidsbesluit, met uitzondering van de werknemer van wie op basis van de regels die bij collectieve arbeidsovereenkomst zijn vastgelegd, werd vastgesteld dat hij verminderd arbeidsgeschikt is voor het beroep dat hij normaal uitoefent;";
2° de bepalingen onder 4°/1 worden ingevoegd, luidende :
"4°/1 Z: het aantal volle uitkeringen in het zesdagenstelsel dat de volledig werkloze in de periode van maart 2020 tot november 2020 heeft genoten in toepassing van de artikelen 74 en 100 van het werkloosheidsbesluit. De halve uitkeringen in toepassing van artikel 74 worden opgeteld, waarbij twee halve uitkeringen gelijk zijn aan één volle uitkering;".
Art.16. In artikel 2 van hetzelfde koninklijk besluit 20 januari 2021 wordt een paragraaf 3/1 ingevoegd, luidende :
" § 3/1. De werknemer die tijdens de periode van maart 2020 tot november 2020 minstens 53 volle uitkeringen als volledig werkloze heeft genoten, heeft recht op een toeslag bij de werkloosheidsuitkeringen voor de laatste maand van 2020 waarvoor hij op het ogenblik van de eerste betaling van de toeslag al volledige werkloosheidsuitkeringen heeft genoten, waarvan het bedrag wordt verkregen door toepassing van de volgende formule :
(Z - 52) * 10
Het bedrag mag evenwel niet lager zijn dan 150 euro.".
Art.17. In artikel 3, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit 20 januari 2021, worden de woorden "of volledig" ingevoegd tussen het woord "tijdelijk" en het woord "werkloze".
Art.18. In artikel 5 van hetzelfde koninklijk besluit van 20 januari 2021 wordt een tweede lid ingevoegd, luidende :
"De betalingen van deze voorlopige toeslag worden beschouwd als bijkomende ingediende gevallen, bovenop de gevallen die zijn vastgelegd in artikel 2 van het koninklijk besluit van 16 september 1991 tot vaststelling van de vergoedingen voor administratiekosten van de uitbetalingsinstellingen belast met de uitbetaling van werkloosheidsuitkeringen.".
Art.19. In artikel 6, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit van 20 januari 2021 worden de woorden "of volledig" ingevoegd tussen het woord "tijdelijk" en het woord "werkloze".
Art.20. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 31 maart 2021.
In afwijking van het eerste lid, hebben de artikelen 2 en 3 uitwerking vanaf 28 februari 2021.
In afwijking van het eerste lid, hebben de artikelen 15, 16, 17, 18 en 19 uitwerking vanaf 1 december 2020.
Art. 21. De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.