15 SEPTEMBER 2023. - Koninklijk besluit inzake de aanpassing van de bedragen van het gewaarborgd minimumpensioen en de inkomensgarantie voor ouderen
Hoofdstuk 1. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een volledige loopbaan
Art. 1-2
Hoofdstuk 2. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een onvolledige loopbaan
Art. 3-4
Hoofdstuk 3. - Opheffingsbepaling
Art. 5
Hoofdstuk 4. - Slotbepalingen
Art. 6-7
Hoofdstuk 1. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een volledige loopbaan
Artikel 1. De bedragen van 14.654,58 euro en van 11.727,37 euro bedoeld in artikel 152, eerste lid, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 augustus 2021, worden respectievelijk vervangen door de bedragen van 15.258,58 euro en 12.210,73 euro met ingang van 1 januari 2024.
Art.2. Het bedrag van 11.570,64 euro bedoeld in artikel 153, eerste lid, van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 augustus 2021, wordt vervangen door het bedrag van 12.047,53 euro met ingang van 1 januari 2024.
Hoofdstuk 2. - Aanpassing van het gewaarborgd minimumpensioen voor een onvolledige loopbaan
Art.3. De bedragen van 14.962,33 euro en van 11.973,64 euro bedoeld in artikel 33, eerste lid, van de herstelwet van 10 februari 1981 inzake de pensioenen van de sociale sector, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 augustus 2021, worden respectievelijk vervangen door de bedragen van 15.579,02 euro en 12.467,14 euro met ingang van 1 januari 2024.
Art.4. Het bedrag van 11.813,62 euro bedoeld in artikel 34, eerste lid, van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 augustus 2021, wordt vervangen door het bedrag van 12.300,53 euro met ingang van 1 januari 2024.
Hoofdstuk 3. - Opheffingsbepaling
Art.5. Artikelen 2, 2°, 3, 2°, 4, 2°, 5, 2° en 9, 2°, van het koninklijk besluit van 7 april 2023 tot aanpassing aan de welvaart van bepaalde uitkeringen in de regeling voor werknemers worden opgeheven.
Hoofdstuk 4. - Slotbepalingen
Art.6. Dit koninklijk besluit treedt in werking op 1 januari 2024
Art. 7. De minister bevoegd voor Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.