27 APRIL 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten met betrekking tot de technische keuring
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen
Art. 2-14
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 10 oktober 1974 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de bromfietsen, de motorfietsen en hun aanhangwagens moeten voldoen
Art. 15-16
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 23 december 1994 tot vaststelling van de erkenningsvoorwaarden en de regeling van de administratieve controle van de instellingen belast met de controle van de in het verkeer gebrachte voertuigen
Art. 17-35
HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 28 april 2011 tot vaststelling van het bedrag en de betalingswijze van de vergoedingen te innen voor de goedkeuring van motorvoertuigen
Art. 36
HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen
Art. 37-38
BIJLAGE.
Art. N
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. Dit besluit voorziet in de omzetting van richtlijn 2014/45/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de periodieke technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens en tot intrekking van richtlijn 2009/40/EG.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen
Art.2. Aan artikel 1, § 2, van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 april 2009, 17 juni 2013, 10 juli 2013 en 18 oktober 2013 en het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden een punt 124° tot en met 127° toegevoegd, die luiden als volgt:
"124° gebreken: de technische defecten of andere vormen van niet-naleving die tijdens een technische controle worden vastgesteld;
125° kleine gebreken: de gebreken die geen belangrijke gevolgen hebben voor de veiligheid van het voertuig of geen gevolgen hebben voor het milieu, en andere kleine vormen van niet-naleving;
126° grote gebreken: de gebreken die de veiligheid van het voertuig in gevaar brengen of gevolgen hebben voor het milieu, of andere weggebruikers in gevaar brengen en andere belangrijke gevallen van niet-naleving;
127° gevaarlijke gebreken: de gebreken die een direct en onmiddellijk gevaar voor de verkeersveiligheid vormen of gevolgen hebben voor het milieu.".
Art.3. In artikel 2, § 2, 7°, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 17 juni 2013 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 28 maart 2014, wordt de zin "De voertuigen die sedert meer dan vijfentwintig jaar in gebruik zijn genomen en die ingeschreven zijn onder een van de kentekenplaten bedoeld in artikel 4, § 2 van het ministerieel besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, zijn enkel onderworpen aan de bepalingen van de artikelen 10 § 4, punt 1, eerste lid, 23 §§ 1, 3, 4, 5, 6 en 7, 23sexies § 1, 1°, 3° en 6°, en § 2, 25, 26, 42, 45 § 1, 1° en 3°, 47 § 1, punt 1, eerste lid, 54, § 1, 1° en 3°, 70 § 2 en 80 van dit besluit." vervangen door de zin "De voertuigen die sinds meer dan vijfentwintig jaar in gebruik zijn genomen en die ingeschreven zijn onder een van de kentekenplaten, vermeld in artikel 4, § 2, van het ministerieel besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, zijn alleen onderworpen aan artikel 10, § 4, punt 1, eerste lid, artikel 23, 23bis § 1, § 2, § 4 en § 5, artikel 23ter tot en met 23octies, artikel 23novies § 1, § 3 en § 4, artikel 23decies tot en met 26, artikel 42, 45, § 1, 1° en 3°, artikel 47, § 1, punt 1, eerste lid, artikel 54, § 1, 1° en 3°, artikel 70, § 2, en artikel 80 van dit besluit.".
Art.4. In artikel 23 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, B, 1, wordt de zinsnede "punt B.1" vervangen door de zinsnede "punt C.1";
2° in paragraaf 7, 2° worden de woorden "Europese Unie" vervangen door de woorden "Europese Economische Ruimte".
Art.5. In artikel 23ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan paragraaf 2 worden een punt 7° en een punt 8° toegevoegd, die luiden als volgt:
"7° de voertuigen, vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, 7°, van dit besluit, die sinds dertig tot vijftig jaar geleden in verkeer werden gesteld, met uitzondering van voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden, zijn aan de keuring onderworpen vóór de inverkeerstelling onder een van de kentekenplaten, vermeld in artikel 4, § 2, van het ministerieel besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, en vervolgens om de twee jaar;
8° de voertuigen, vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, 7°, van dit besluit, die sinds meer dan vijftig jaar geleden in verkeer werden gesteld, met uitzondering van voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden, zijn aan de keuring onderworpen vóór de inverkeerstelling onder een van de kentekenplaten, vermeld in artikel 4, § 2, van het ministerieel besluit van 23 juli 2001 betreffende de inschrijving van voertuigen, en vervolgens om de vijf jaar.";
2° er wordt een paragraaf 6 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 6. De voertuigen, vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, 7°, die minder dan dertig jaar geleden in verkeer zijn gesteld, met uitzondering van voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden, worden vóór de dag in 2019 waarop ze respectievelijk zesentwintig, zevenentwintig, achtentwintig of negenentwintig jaar geleden in verkeer zijn gesteld, aangeboden voor periodieke keuring.
De voertuigen, vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, 7°, die ten minste dertig jaar geleden in verkeer zijn gesteld, met uitzondering van voertuigen voor traag vervoer en voertuigen uitgerust met rupsbanden, worden vóór de dag in 2020 waarop ze dertig jaar of meer geleden in verkeer zijn gesteld, aangeboden voor periodieke keuring.
De voertuigen in deze paragraaf worden geacht in verkeer te zijn gesteld op de datum van eerste inschrijving van het voertuig in België of in het buitenland, of op de vermoedelijke datum van eerste ingebruikname in gevallen waarin deze verschilt van de datum van eerste inschrijving.".
Art.6. In artikel 23quater, § 4 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 17 maart 2003, worden de woorden "Europese Unie" vervangen door de woorden "Europese Economische Ruimte".
Art.7. In artikel 23quinquies, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 maart 2003, wordt tussen de zinsnede "De artikels 23ter, § 1, 4° tot 7° " en de zinsnede "en 23sexies § 1, 5° " de zinsnede ", § 2, 7° en 8°, " ingevoegd.
Art.8. In artikel 23sexies, § 4, 3°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 september 2013 en het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "Europese Unie" worden vervangen door de woorden "Europese Economische Ruimte";
2° de zinsnede "Richtlijn 2009/40/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens" wordt vervangen door de zinsnede "richtlijn 2014/45/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de periodieke technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens en tot intrekking van Richtlijn 2009/40/EG".
Art.9. In artikel 23octies, § 1, 3° van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 maart 2003, wordt het woord "federale" opgeheven.
Art.10. In artikel 23novies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt:
" § 3. Een keuringsbewijs wordt afgegeven na elke volledige of gedeeltelijke keuring, behalve bij een visuele keuring van het voertuig die leidt tot de uitreiking van het document "Visuele keuring van het voertuig". Het vermeldt minstens:
1° het voertuigidentificatienummer (VIN of chassisnummer);
2° het kentekenplaatnummer van het voertuig en de kenletters van het land van registratie;
3° de plaats en de datum van de controle;
4° de kilometerstand die is afgelezen tijdens de vorige en de huidige volledige keuring, als die informatie beschikbaar is;
5° de voertuigcategorie, als die informatie beschikbaar is;
6° de vastgestelde gebreken en de graad van ernst daarvan;
7° het resultaat van de technische controle;
8° de datum waarop het huidige certificaat verstrijkt;
9° de naam van de erkende controleorganisatie en de handtekening of de identificatie van de controleur die de controle heeft uitgevoerd;
10° de volgende overige informatie:
a) voor minibussen en taxi's: het aantal zitplaatsen, andere dan de bestuurdersplaats;
b) de gegevens over de keuringen waaraan het voertuig krachtens andere reglementaire bepalingen onderworpen is;
c) de inlichtingen die voor latere keuringen nuttig geacht worden.";
2° er wordt een paragraaf 4 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 4. Een geldig keuringsbewijs dat is afgegeven in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte voor een in die lidstaat geregistreerd voertuig waaruit blijkt dat het voertuig met goed gevolg een technische controle als vermeld in richtlijn 2014/45/EU van het Europees Parlement en de Raad van 3 april 2014 betreffende de periodieke technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens en tot intrekking van Richtlijn 2009/40/EG, heeft ondergaan, wordt erkend in het Vlaamse Gewest, ongeacht eventuele verschillen in de frequentie-intervallen voor periodieke technische controles, vermeld in artikel 23ter van dit besluit.
Als een voertuig dat in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte al is geregistreerd, opnieuw wordt ingeschreven in het Vlaamse Gewest op naam van dezelfde titularis, wordt het keuringsbewijs dat door die andere lidstaat is afgegeven, erkend in het Vlaamse Gewest, op voorwaarde dat het keuringbewijs nog geldig is wat betreft de frequentie-intervallen voor periodieke technische controles, vermeld in artikel 23ter.
Als er twijfel is over de geldigheid van het keuringsbewijs, kan de geldigheid nagegaan worden alvorens het keuringsbewijs te erkennen.".
Art.11. In artikel 23decies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 17 maart 2003, 26 april 2006 en 1 juni 2011 en het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden paragraaf 1 tot en met 4 vervangen door wat volgt:
" § 1. De geldigheidsduur van het keuringsbewijs is gelijk aan de periode tussen het tijdstip van de keuring en de voorziene datum voor de eerstvolgende periodieke keuring, vermeld in artikel 23ter, als bij de keuring vastgesteld wordt dat:
1° het voertuig geen gebreken vertoont;
2° het voertuig kleine gebreken vertoont.
§ 2. De geldigheidsduur van het keuringsbewijs bedraagt drie maanden als, ongeacht eventuele tekortkomingen als vermeld in paragraaf 1, bepaalde administratieve tekortkomingen of bepaalde vormen van niet-naleving, bepaald door de bevoegde Vlaamse instantie, vastgesteld worden.
§ 3. De geldigheidsduur van het keuringsbewijs bedraagt vijftien dagen als het voertuig grote gebreken vertoont.
§ 4. Het keuringsbewijs is zonder geldigheidsduur als het voertuig gevaarlijke gebreken vertoont.
In het geval, vermeld in het eerste lid, wordt de vermelding "VERBODEN VOOR HET VERKEER" op het keuringsbewijs aangebracht.".
Art.12. In artikel 23undecies van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° paragraaf 2 wordt vervangen door wat volgt:
" § 2. De bedragen, vermeld in paragraaf 1, worden elk jaar op 1 januari automatisch aangepast aan de gezondheidsindex van de maand november van het voorgaande jaar. Bij de indexering wordt het resultaat afgerond naar de dichtstbijzijnde decimaal.
Het basisindexcijfer is dat van de maand november 2009.";
2° in paragraaf 3 worden de zinnen "Overmacht kan inzonderheid een laattijdige aanbieding voor keuring dekken, wanneer er geen oproeping voor de keuring verstuurd werd. In dit opzicht zal het Departement bij de keuringsinstelling nagaan of de oproeping al dan niet verstuurd werd." opgeheven.
Art.13. Bijlage 15 bij het hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 15 december 1998, vervangen bij het koninklijk besluit van 10 januari 2012 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 oktober 2013, wordt vervangen door de bijlage die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd.
Art.14. Bijlage 41 bij het hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 1 juni 2011, vervangen bij het koninklijk besluit van 10 januari 2012 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 oktober 2013, wordt vervangen door de bijlage die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd.
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 10 oktober 1974 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de bromfietsen, de motorfietsen en hun aanhangwagens moeten voldoen
Art.15. In het koninklijk besluit van 10 oktober 1974 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de bromfietsen, de motorfietsen en hun aanhangwagens moeten voldoen, het laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 31 oktober 2017, wordt een artikel 7bis ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 7bis. Technische diensten
§ 1. De Vlaamse minister erkent de technische diensten.
Om te worden erkend als technische dienst, beantwoordt de technische dienst aan de volgende voorwaarden:
1° als hij de tests uitvoert in zijn eigen lokalen, beschikt hij over de passende voorzieningen, namelijk over aangepaste lokalen en over het aangepaste materieel;
2° hij beschikt over voldoende technisch personeel om de gevraagde activiteiten te verrichten en de continuïteit ervan te waarborgen;
3° hij beschikt over het personeel met de nodige vaardigheden en de specifieke technische kennis voor de gevraagde activiteiten. Hij beschikt over de opleiding, de bekwaamheden en de kennis en heeft voldoende professionele ervaring in de desbetreffende technische activiteiten. Hij houdt zich ook op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen van de geldende regelgevingen;
4° hij voldoet aan:
a) de voorwaarden, vermeld in hoofdstuk XVI van de verordening;
b) de verplichtingen en de voorschriften, vermeld in hoofdstuk III van de gedelegeerde verordening (EU) Nr. 44/2014 van de Commissie van 21 november 2013 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers;
c) de prestatienormen en de procedure voor de beoordeling van de vaardigheden van de technische diensten, vermeld in bijlage II, punt C van de verordening, en in bijlage XVII van de Gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 44/2014 van de Commissie van 21 november 2013 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers;
5° hij verbindt zich ertoe aan de goedkeuringsinstantie onmiddellijk elke wijziging mee te delen die zich voordoet na het verlenen van de erkenning en de tussentijdse beoordelingsrapporten;
6° hij geeft de personeelsleden van de goedkeuringsinstantie toegang tot de documenten en de lokalen om hun controle uit te oefenen op de bekwaamheid waarmee de technische diensten de gevraagde activiteiten uitoefenen.
§ 2. De vaardigheden van de technische diensten worden beoordeeld conform de voorschriften, vermeld in hoofdstuk XVI van de verordening, en conform de procedure, vermeld in bijlage XVII van de gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 44/2014 van de Commissie van 21 november 2013 ter aanvulling van Verordening (EU) nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voertuigconstructie en algemene voorschriften voor de goedkeuring van twee- of driewielige voertuigen en vierwielers.
§ 3. De erkenningsaanvraag wordt ingediend bij de instantie bevoegd voor de beoordeling van de technische diensten.
Bij de aanvraag zitten de volgende stukken en documenten:
1° de stukken waaruit blijkt dat de voorwaarden, vermeld in paragraaf 1, lid 2 zijn nageleefd;
2° de documenten met de gegevens die vereist zijn door bijlage 27, aanhangsel 2, punt 4.1, van het koninklijk besluit van 15 maart 1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto's, hun aanhangwagens, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen.
De aanvraag wordt onderzocht door de instantie bevoegd voor de beoordeling van de technische diensten. Dat onderzoek is gebaseerd op een beoordelingsverslag en op elk bezoek ter plaatse dat nodig geacht wordt.
Als de technische dienst binnen een jaar na de datum van de indiening van de erkenningsaanvraag geen volledig dossier heeft samengesteld, kan de instantie bevoegd voor de beoordeling van de technische diensten, het dossier zonder gevolg afsluiten.
De instantie bevoegd voor de beoordeling van de technische diensten, deelt aan de technische dienst mee dat zijn dossier zonder gevolg is afgesloten.
De erkenning wordt verleend voor een periode van vijf jaar.
De Vlaamse minister kent aan elke erkende technische dienst een erkenningsnummer toe.
De toekenning van de erkenning wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
In de aanmeldingsakte wordt vermeld voor welke activiteitencategorie en regelgevingen de technische diensten zijn aangewezen.
§ 4. De erkenning kan worden hernieuwd.
Paragraaf 3, eerste en tweede lid, zijn van toepassing op de aanvraag tot hernieuwing van de erkenning.
De aanvraag tot hernieuwing wordt ingediend uiterlijk zes maanden voor de datum waarop de geldigheid van de erkenning verstrijkt.
De hernieuwing van de erkenning wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
§ 5. Elke aanvraag tot uitbreiding van de erkenning van een technische dienst wordt ingediend conform de procedure, vermeld in paragraaf 3.
Paragraaf 3, eerste en tweede lid, zijn van toepassing op de aanvraag tot uitbreiding van de erkenning.
De uitbreiding van de erkenning wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
§ 6. Elke technische dienst kan op elk ogenblik geheel of gedeeltelijk afstand doen van zijn erkenning via een opzegging van zes maanden, door de opzegging te betekenen aan de instantie bevoegd voor de beoordeling.
De opzegging van de erkenning wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
§ 7. Als een technische dienst niet langer voldoet aan de erkenningsvoorwaarden, vermeld in paragraaf 1, tweede lid, of zijn verplichtingen niet nakomt, kan de Vlaamse minister corrigerende maatregelen nemen die zo nodig de beperking, de schorsing of de intrekking van de erkenning kunnen inhouden.
De beperking, de schorsing of de intrekking van de erkenning wordt in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.
§ 8. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 15 mei 2009 tot vaststelling van het bedrag der vergoedingen te innen voor het toekennen, vernieuwen en uitbreiden van de erkenning als technische dienst voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd, is van toepassing op de vergoedingen in het kader van de erkenning van de technische diensten.".
Art.16. In bijlage 9 bij hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 31 oktober 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in deel I, C, wordt de rij
"
RE 44/2014 Bijlage XI | Massa's |
9bis | RE 44/2014 Bijlage XI | Massa's | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B |
RE 44/2014 Bijlage XI | Massa's |
9bis | RE 44/2014 Bijlage XI | Massa's | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B | B |
totaal effectief Ps | aantal kaderpersoneel Ks | verdeling | |
stationschef | onderstationschef | ||
Ps < 8 | 1 | 0 | 1 |
8 ≤ Ps < 24 | 2 | 1 | 1 |
24 ≤ Ps < 40 | 3 | 1 | 2 |
40 ≤ Ps < 56 | 4 | 1 | 3 |
56 ≤ Ps | 5 | 1 | 4 |