10 MEI 2007. - Koninklijk besluit tot instelling bij de Minister van Justitie van een Technisch en Administratief Secretariaat(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-06-2007 en tekstbijwerking tot 26-06-2019)
HOOFDSTUK 1. - Het Technisch en Administratief Secretariaat bij de minister van Justitie.
Art. 1-9
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 15 januari 2001 tot instelling bij het departement van binnenlandse zaken van een Administratief-Technisch Secretariaat.
Art. 10-11
HOOFDSTUK 3. - Overgangs- en slotbepalingen.
Overgangsbepalingen.
Art. 12
Slotbepalingen.
Art. 13-15
HOOFDSTUK 1. - Het Technisch en Administratief Secretariaat bij de minister van Justitie.
Artikel 1. Er wordt bij de minister van Justitie een Technisch en Administratief Secretariaat, hierna het SAT Justitie genoemd, ingesteld.
Art.2. Het SAT Justitie adviseert de minister van Justitie in alle aangelegenheden die vallen onder zijn bevoegdheden betreffende de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus.
Tevens adviseert het de minister van Justitie bij de voorbereiding, opvolging en evaluatie van het nationaal veiligheidsplan.
Het zorgt er bovendien voor dat de dossiers die aan de minister van Justitie binnen deze domeinen voorgelegd worden, alle formele en beoordelingselementen bevatten, nodig om een beslissing te nemen.
Om deze opdracht uit te voeren, ontvangt het SAT Justitie van de geïntegreerde politie de nodige informatie. Het kan steeds de vereiste informatie vragen aan de politiediensten en aan de onder het gezag van de minister van Justitie geplaatste diensten of departementen.
Het SAT Justitie verzekert de opvolging van de door de minister van Justitie genomen beslissingen in het raam van zijn bevoegdheden inzake de politie en de veiligheid van de hoven en rechtbanken, de overbrenging van gevangenen en de veiligheid in de schoot van de strafinrichtingen.
Het SAT Justitie verzekert een 24-uren permanentie.
Art.3. Het SAT Justitie staat in voor de verbinding tussen de Commissaris-generaal, de Directeur-generaal gerechtelijk politie, de Algemene Inspectie van de federale en lokale politie en de Vaste Commissie van de Lokale Politie enerzijds, en de onder het gezag van de minister van Justitie geplaatste diensten of departementen behalve de Veiligheid van de Staat anderzijds. Deze opdracht wordt uitgevoerd zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden die in dat kader door artikel 99, eerste en tweede lid van de wet van de wet van 7 december 1998, voorbehouden zijn aan de Commissaris-generaal van de federale politie.
Art.4. Het SAT Justitie bestaat uit :
twee officieren van de federale politie;
twee officieren van de lokale politie;
twee leden van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, waarvan één van niveau A.
De leden worden door de minister van Justitie aangewezen voor een termijn van 5 jaar, die hernieuwbaar is.
Ze worden voorgedragen door :
de Commissaris-generaal voor wat de leden van de federale politie betreft;
de Vaste Commissie voor de Lokale Politie voor wat de leden van de lokale politie betreft.
De hernieuwing van hun aanwijzing gebeurt ook na voordracht.
De personeelsleden van het SAT Justitie die beantwoorden aan de toekenningsvoorwaarden gekoppeld aan de kennis van een andere taal, kunnen eveneens aanspraak maken op de tweetaligheidstoelage bedoeld in artikel XI.III.31 of XI.III.33bis, RPPol, voor de kennis van een andere landstaal dan de hunne en, indien zij gedetacheerd werden vanuit de lokale politie, op de maaltijdvergoeding en de vergoeding voor trajectkosten waarop de leden van de lokale politie, gedetacheerd in uitvoering van artikel 96 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, aanspraak kunnen maken. ".
De loonkosten van de leden afkomstig uit de lokale politie worden terugbetaald aan de detacherende gemeente of politiezone, volgens dezelfde nadere regels als die bedoeld in artikel 20 van het koninklijk besluit van 26 maart 2005 tot regeling van de structurele detacheringen van personeelsleden van de politiediensten en van soortgelijke toestanden en tot invoering van verschillende maatregelen.
Art.5._ Het SAT Justitie wordt geleid door een officier of door een lid van niveau A van het administratief en logistiek kader van de geïntegreerde politie, die de rang inneemt van Directeur-generaal binnen de federale politie of een federale administratie.
Hij wordt aangewezen door de minister van Justitie onder de leden van het SAT Justitie en coördineert er de activiteiten ervan. Hij oefent het functionele gezag uit over de leden van het SAT Justitie.
[1 Het lid van het SAT Justitie, bedoeld in het eerste lid, bekleed met een graad van hoger officier, geniet, voor de duur van zijn aanwijzing en de uitoefening van zijn functies, dezelfde bezoldiging als die toegekend aan een directeur-generaal van de federale politie.]1
----------
(1)<KB 2018-10-05/01, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
Art.6. De leden van het SAT Justitie staan onder het gezag van de minister van Justitie die hen richtlijnen kan geven met betrekking tot hun werking.
Art.7.[1 De leden van het SAT Justitie ontvangen een toelage waarvan het jaarlijkse bedrag het volgende is :
- 6.465,39 EUR voor het lid van niveau A dat of de officier die, uitgezonderd die bedoeld in artikel 5, derde lid, instaat voor de leiding;
- 3.402,84 EUR voor de overige officieren en de overige leden van niveau A;
- 2.381,98 EUR voor de overige leden.]1
Deze toelage wordt maandelijks na vervallen termijn uitbetaald. De maandtoelage is gelijk aan 1/12 van het jaarlijks bedrag.
De mobiliteitsregeling die geldt voor de wedden van het personeel van de ministeries, geldt ook voor de in dit artikel bepaalde toelage.
Ze wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.
Voor het overige zijn op die toelage de bepalingen van artikel XI.II.17 RPPol van overeenkomstige toepassing.
[2 Deze bepaling is enkel nog van toepassing op de personeelsleden die in dienst zijn op 1 juli 2019, met uitzondering van de aspiranten, ook niet na hun basisopleiding en benoeming.
De personeelsleden die na deze datum het voorwerp uitmaken van een externe werving hebben geen recht op deze toelage.
Vanaf 1 november 2022 is deze bepaling niet meer van toepassing. De personeelsleden die de maandelijkse forfaitaire toelage genieten op die datum of dan zijn aangewezen voor een ambt dat het recht op deze toelage opent, behouden het voordeel van deze toelage zolang zij ononderbroken lid blijven van het Secretariaat. Bij een herplaatsing of mobiliteit naar een betrekking buiten het Secretariaat, vervalt het recht op de toelage definitief en te onherroepelijken titel. Een tijdelijke affectatie van minder dan één jaar, in voorkomend geval na een basisopleiding, doet het recht op deze toelage echter niet uitdoven.]2
----------
(1)<KB 2018-10-05/01, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
(2)<KB 2019-06-20/02, art. 31, 003; Inwerkingtreding : 01-07-2019>
Art.8. De Commissaris-generaal van de federale politie beheert de werkingsmiddelen van het SAT Justitie.
Art.9. Het lid van het SAT Justitie mag, mits gemotiveerd verzoek en gunstig advies van de Directeur-generaal van het SAT Justitie, vervroegd een einde maken aan zijn functie.
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 15 januari 2001 tot instelling bij het departement van binnenlandse zaken van een Administratief-Technisch Secretariaat.
Art.10. In artikel 4, tweede lid, van het koninklijk besluit van 15 januari 2001 tot instelling bij het departement van Binnenlandse Zaken van een Administratief-Technisch Secretariaat wordt het woord " eenmalig " geschrapt.
Art.11. In artikel 7, § 2, van het koninklijk besluit van 15 januari 2001 tot instelling bij het departement van Binnenlandse Zaken van een Administratief-Technisch Secretariaat worden de woorden " XI.III.4, 5°, " vervangen door de woorden
" XI.III.33bis ".
HOOFDSTUK 3. - Overgangs- en slotbepalingen.
Overgangsbepalingen.
Art.12. Bij de eerste installatie, worden de huidige leden van de dienst " Verbindingsofficieren " van de geïntegreerde politie bij de Beleidscel van de minister van Justitie automatisch overgeheveld naar het SAT Justitie.
Slotbepalingen.
Art.13. De bij artikel 4, eerste lid, bepaalde formatie maakt, op het einde van het vierde jaar na de inwerkingtreding van dit besluit, het voorwerp uit van een evaluatie. De eventuele wijzigingen hebben uitwerking bij de hernieuwing van het mandaat van de leden.
Art.14. Onze Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken worden, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 15. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van artikel 12 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2007.