6 DECEMBER 2005. - Wet betreffende de verdeling van een deel van de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid. (NOTA : Opschrift vervangen door L2016-12-25/01, art. 61, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 21-12-2005 en tekstbijwerking tot 22-01-2024)
HOOFDSTUK I. - [1 Algemene bepaling]1.
Art. 1
HOOFDSTUK II. [1 - De definitie en de verdeling van een deel van de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid.]1
Art. 2-8
HOOFDSTUK III. - Wijziging- en opheffingsbepalingen.
Art. 9-11
HOOFDSTUK IV.
Art. 12
HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding.
Art. 13
2005000804 2005014215 2005014217 2006014142 2006014143 2006014220 2007009317 2007014188 2007014189 2007014351 2008000966 2008001054 2009000074 2009000616 2009000876 2010000263 2010000661 2010000677 2011000776 2011014013 2012000608 2013000084 2013000356 2013000776 2013014482 2013014483 2014000288 2014000495 2015000009 2015000321 2015000333 2015000772 2015014071 2015014201 2016000513 2016009663 2016014239 2016014262 2016014306 2017014399 2017030458 2017031252 2017040085 2018010482 2018015626 2018040168 2019011421 2019013603 2020015250 2020030358 2020044681 2021040428 2021042577 2021043065 2021043066 2022030144 2022030464 2022041185 2022043305 2022043306 2022043307 2022043308 2023040799 2023042300 2023045584 2023045692 2023045695 2024000293 2024002315 2024004308 2024006232 2024008946
HOOFDSTUK I. - [1 Algemene bepaling]1.
----------
(1)
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
HOOFDSTUK II. [1 - De definitie en de verdeling van een deel van de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid.]1
----------
(1)
Art.2.[1 Voor de toepassing van deze wet, wordt verstaan onder "federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid" : de per kalenderjaar geïnde ontvangsten van de penale geldboeten en de bevelen tot betalen inzake verkeer, van de sommen tegen betaling met eventueel verval van de strafvordering, zoals bepaald bij de gecoördineerde wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer en van de geldsommen bedoeld in artikel 216bis van het Wetboek van strafvordering behalve deze bedoeld in artikel 2bis van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de gemeenschappen en de gewesten.]1
----------
(1)<W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
Art.3.[1 Een deel van de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid, genaamd "jaarlijks bedrag", wordt, onverminderd artikel 6, 2°, in het daarop volgende begrotingsjaar ingeschreven als limitatief krediet in de algemene uitgavenbegroting volgens de verdeling en nadere regels bepaald bij deze wet. Dit jaarlijks bedrag wordt als volgt berekend :
1° de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid voor een jaar X worden vermeerderd met 181 100 000 euro en verminderd met het bedrag van diezelfde ontvangsten in 2002;
2° het bedrag van 181 100 000 euro is gekoppeld aan de gemiddelde consumentenprijsindex die op 31 december 2011 werd bereikt en wordt op 1 januari van elk jaar aangepast aan de gemiddelde jaarlijkse consumentenprijsindex van het voorgaande jaar;
3° het bedrag van deze ontvangsten in 2002 is gekoppeld aan de gemiddelde consumentenprijsindex die op 31 december 2002 werd bereikt en wordt op 1 januari van elk jaar aangepast aan de gemiddelde jaarlijkse consumentenprijsindex van het voorgaande jaar;
4° vanaf het begrotingsjaar 2018, kan de Koning, op voorstel van de ministers van Mobiliteit, Justitie en Binnenlandse Zaken, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, het jaarlijks bedrag verminderen met een bedrag gelijk aan maximaal de meerontvangsten van de betrokken federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid ten aanzien van de federale ontvangsten inzake verkeersveiligheid van het jaar 2016.]1
----------
(1)<W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
Art.4.[1 Het jaarlijks bedrag wordt als volgt verdeeld :
1° een bedrag dat gelijk is [3 aan 9 %]3 van het jaarlijks bedrag wordt aan de Federale Overheidsdienst Justitie toegewezen. Dit bedrag wordt gebruikt om de uitvoering van de alternatieve maatregelen of straffen die betrekking hebben op de verbetering van de verkeersveiligheid, te financieren. Dat bedrag wordt ook gebruikt ter financiering van het bij Justitie beheerde deel van het afhandelingsproces enkel met het oog op een optimale inning van de verkeersboetes. Dit bedrag wordt zowel op het niveau van de vastleggingen als op het niveau van de vereffeningen ingeschreven onder begrotingssectie 12 van de algemene uitgavenbegroting;
2° [3 in 2024 wordt een bedrag van 850.000 euro en vanaf 2025 een bedrag van 650.000 euro toegekend aan de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer voor de opvolging en verbetering van het strafrechtelijk beleid inzake verkeersveiligheid en om de verhoging van de raadplegingen van de Kruispuntbank Voertuigen (DIV) door de politie mogelijk te maken. Dit bedrag wordt zowel op het niveau van de vastleggingen als op het niveau van de vereffeningen ingeschreven onder de begrotingssectie 33 van de algemene uitgavenbegroting;]3
[2 3° een bedrag van [3 29.000.000 euro]3 wordt aan de geïntegreerde politie toegekend om projecten en structurele uitgaven inzake investerings-, werkings- en personeelskosten te financieren die de vaststelling van verkeersinbreuken mogelijk maken, die de afhandeling of inning van de geldboetes beogen of die de verwerving van gestandaardiseerd materiaal via gemeenschappelijke aankopen alsook via aankopen ten behoeve van de federale politie of van politiezones, in welk geval de betrokken politiezones eigenaar worden van het aldus verworven materiaal, ondersteunen. De dossiers dienaangaande worden voorbereid en uitgevoerd door de federale politie en de Vaste Commissie van de lokale politie, bedoeld in artikel 8quinquies van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus. Voor de dossiers met gerechtelijke finaliteit wordt het advies van het College van procureurs-generaal voorafgaandelijk ingewonnen. Dit bedrag wordt op het niveau van zowel de vastleggingen als de vereffeningen ingeschreven onder begrotingssectie 17 van de algemene uitgavenbegroting;]2
4° een bedrag van 500 000 euro wordt aan de Vaste Commissie van de Lokale Politie toegekend om de coördinatie en het behartigen van de belangen en behoeften van de lokale politie te financieren in het kader van de uitvoering van de verschillende projecten inzake verkeersveiligheid. Dit bedrag wordt zowel op het niveau van de vastleggingen als op het niveau van de vereffeningen ingeschreven onder begrotingssectie 13 van de algemene uitgavenbegroting;
5° het overige deel is het deel dat aan de politiezones en aan de federale politie wordt toegewezen ter ondersteuning van de uitvoering van de prioriteiten van het veiligheidsbeleid waaronder die inzake verkeer.
De bedragen bedoeld in 2°, 3° en 4° zijn gekoppeld aan de gemiddelde jaarlijkse consumentenprijsindex bereikt op 31 december 2016 en worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de gemiddelde jaarlijkse consumentenprijsindex van het voorgaande jaar.]1
----------
(1)<W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
(2)<W 2019-04-28/22, art. 8, 007; Inwerkingtreding : 07-06-2019>
(3)<W 2023-12-25/21, art. 2, 008; Inwerkingtreding : 01-02-2024>
Art.5.[1 Indien het jaarlijks bedrag bedoeld in artikel 3, lager is dan de som van de bedragen bedoeld in artikel 4, eerste lid, 1° tot 4°, wordt het als volgt verdeeld :
1° 5 % wordt toegekend aan de Federale Overheidsdienst Justitie;
2° 2,09 % wordt toegekend aan de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer;
3° 89,49 % wordt toegekend voor de gemeenschappelijke projecten;
4° 3,42 % wordt toegekend aan de Vaste Commissie van de Lokale Politie.]1
----------
(1)<W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
Art.6.[1 Het bedrag bedoeld in artikel 4, eerste lid, 5°, wordt als volgt verdeeld onder de politiezones en de federale politie :
1° de eerste schijf komt overeen met de bedragen, jaarlijks geïndexeerd op basis van de gemiddelde jaarlijkse consumentenprijsindex van het voorgaande jaar, die aan elke politiezone en aan de federale politie worden toegewezen en die zij in [2 2010]2 hebben ontvangen. In voorkomend geval, indien het in artikel 4, eerste lid, 5°, bedoelde bedrag lager is dan het in artikel 4, eerste lid, 5°, bedoelde bedrag dat in [2 2010]2 aan elke zone en de federale politie werd toegewezen, wordt het bedrag onder deze laatstgenoemden evenredig verdeeld volgens de toegewezen middelen van [2 2010]2.
Het aan de federale politie toegekende bedrag wordt zowel op het niveau van de vastleggingen als op het niveau van de vereffeningen ingeschreven onder begrotingssectie 17 van de algemene uitgavenbegroting.
Het aan de politiezones toegekende bedrag wordt zowel op het niveau van de vastleggingen als op het niveau van de vereffeningen ingeschreven onder begrotingssectie 17 van de algemene uitgavenbegroting, onder de basisallocaties die voor de lokale politiezones bestemd zijn.
De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken maakt in het Belgisch Staatsblad de aan de lokale politiezones toegekende bedragen, bekend. De vereffening van dit bedrag geschiedt ten laatste op 30 juli van het betrokken begrotingsjaar;
2° de tweede schijf komt overeen met de eventuele meerontvangsten ten opzichte van de in 1° bedoelde schijf en wordt als volgt verdeeld :
- het aan de federale politie toegewezen bedrag is gelijk aan 5 % van deze meerontvangsten;
- het overige deel dat voor de lokale politiezones is bestemd, wordt eerst verdeeld onder de gewesten op basis van de lokalisering van de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten.
Na deze gewestelijke verdeling wordt de verdeling aan elke politiezone gerealiseerd op basis van de volgende criteria :
1° de categorisering van de lokale politiezones in vijf groepen naargelang van het organiek politiekader;
2° de daling van het aantal verkeersslachtoffers en/of verkeersongevallen met gekwetsten of doden op de wegen die onder de bevoegdheid van de lokale politiezone staan;
3° het aantal kilometers van de wegen waarvoor de lokale politiezone bevoegd is.
De nadere regels voor de verdeling van het in de bepaling onder 2°, tweede streepje, bedoelde overige deel dat aan lokale politiezones wordt toegewezen, worden bepaald door de Koning, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad.
[2 De bedragen die hieruit voortvloeien, worden ingeschreven, in het vierde jaar dat volgt op het jaar van betaling van de eerste schijf, op het niveau van zowel de vastleggingen als de vereffeningen, onder sectie 17 van de algemene uitgavenbegroting.]2
De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken maakt in het Belgisch Staatsblad de aan de lokale politiezones toegekende bedragen, bekend. De vereffening van die bedragen geschiedt ten laatste op 31 maart van het betrokken begrotingsjaar.]1
----------
(1)<W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
(2)<W 2019-04-28/22, art. 9, 007; Inwerkingtreding : 07-06-2019>
Art.7.
<Opgeheven bij W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
Art.8.
<Opgeheven bij W 2016-12-25/01, art. 63, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
HOOFDSTUK III. - Wijziging- en opheffingsbepalingen.
Art.9. In rubriek 17 van de tabel gevoegd bij de organieke wet van 27 december 1990 houdende oprichting van begrotingsfondsen, gewijzigd bij de wet van 27 december 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° Rubriek " Aard van de toegewezen ontvangsten " wordt vervangen als volgt :
" Aard van de toegewezen ontvangsten
Met uitzondering van die bedoeld in de rubrieken 17-2 en 17-3 van deze tabel,
a) de prestaties, bijdragen, ontvangsten, betalingen of positief saldo bedoeld in artikel 115 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
b) de stortingen in uitvoering van de wet van 6 december 2005 betreffende de opmaak en financiering van actieplannen inzake verkeersveiligheid ";
2° in de rubriek " Aard van de toegestane uitgaven ", worden de woorden " met inbegrip van, mits een specifieke opvolging, de uitgaven verbonden aan de uitvoering van de actieplannen inzake verkeersveiligheid bedoeld in de wet van 6 december 2005 betreffende de opmaak en financiering van actieplannen inzake verkeersveiligheid maar " ingevoegd tussen de woorden " en investering, " en " met uitzondering van ".
Art.10. Artikel 41, derde lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, wordt opgeheven.
Art.11. Hoofdstuk VI van titel V van de wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, ingevoegd bij de wet van 7 februari 2003 houdende verschillende bepalingen inzake verkeersveiligheid, wordt opgeheven.
HOOFDSTUK IV.
Art.12.
<Opgeheven bij W 2016-12-25/01, art. 64, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2016>
HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding.
Art. 13. Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2005.