19 JULI 2000. - Koninklijk besluit betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 26-07-2000 en tekstbijwerking tot 22-01-2025)
Art. 1
Art. 1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 1 Vlaams Gewest
Art. 2-15
BIJLAGEN.
Art. N1
Art. N1 WAALS GEWEST
Art. 1N1
Art. 1N1 WAALS GEWEST
Art. 1N1 Vlaams Gewest
Art. 2N1-N3
2001003599 2001014003 2002014131 2002036097 2003014301 2005014115 2006014073 2006014186 2007014141 2009014192 2009014272 2012014464 2012014554 2013014427 2014014272 2014014301 2014014302 2015035962 2016014302 2017012008 2017030379 2019011195 2019030343 2021033441 2023040544 2024011280
Artikel 1.<KB 2007-04-27/32, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007> Voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, kunnen enkel de controlebeambten belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, alsook de controlebeambten van de Administratie der Douane en Accijnzen van de Federale Overheidsdienst Financiën bij de uitvoering van hun dienst, door de procureur-generaal bij het hof van beroep gemachtigd worden.
Art.1_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST. <KB 2007-04-27/32, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007> Voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, kunnen enkel de controlebeambten belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, alsook de [2 ...]2 controlebeambten van de Administratie der Douane en Accijnzen van de Federale Overheidsdienst Financiën bij de uitvoering van hun dienst, door de procureur-generaal bij het hof van beroep gemachtigd worden. [2 De wegcontroleurs bedoeld in artikel 2 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 februari 2023 betreffende de wegcontrole kunnen ook door de procureur-generaal bij het hof van beroep worden gemachtigd voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, en dit binnen de grenzen van hun bevoegdheden.]2
----------
(1)<BESL 2021-09-22/10, art. 4, 023; Inwerkingtreding : 18-10-2021>
(2)<BESL 2024-03-07/14, art. 2, 027; Inwerkingtreding : 30-03-2024>
Art. 1_VLAAMS_GEWEST. <KB 2007-04-27/32, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007> Voor het toepassen van de procedure die in dit besluit wordt geregeld, kunnen enkel de controlebeambten belast met een mandaat van gerechtelijke politie en behorende tot de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer en de personeelsleden van het operationeel kader van de federale en lokale politie, alsook de controlebeambten van de Administratie der Douane en Accijnzen van de Federale Overheidsdienst Financiën bij de uitvoering van hun dienst, door de procureur-generaal bij het hof van beroep gemachtigd worden. [1 Voor de toepassing van de procedure, vermeld in dit besluit, zijn ook de wegeninspecteurs, vermeld in artikel 16 van het decreet van 3 mei 2013 betreffende de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport, bevoegd.]1
----------
(1)<BVR 2015-07-10/11, art. 119, 017; Inwerkingtreding : 04-09-2015>
Art.2.<KB 2007-04-27/32, art. 2, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007> [2 Onder de voorwaarden bepaald in de artikelen 38 tot 40 van de wet van 15 juli 2013 betreffende het goederenvervoer over de weg en houdende uitvoering van de verordening (EG) nr. 1071/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om het beroep van wegvervoerondernemer uit te oefenen en tot intrekking van richtlijn 96/26/EG van de Raad en houdende uitvoering van de verordening (EG) nr. 1072/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor toegang tot de markt voor internationaal goederenvervoer over de weg]2, [1 in de artikelen 27 tot 29 van de wet van 15 juli 2013 betreffende het reizigersvervoer over de weg en houdende uitvoering van de Verordening (EG) nr. 1071/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om het beroep van wegvervoerondernemer uit te oefenen en tot intrekking van Richtlijn 96/26/EG van de Raad en houdende uitvoering van de Verordening (EG) nr. 1073/2009 Van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels voor toegang tot de internationale markt voor touringcar- en autobusdiensten en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 561/2006]1, in artikel 65 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968 en in artikel 2bis van de wet van 18 februari 1969 betreffende de maatregelen ter uitvoering van de internationale verdragen en akten inzake vervoer over de zee, over de weg, de spoorweg of de waterweg kunnen de in bijlage 1 bij dit besluit opgenomen inbreuken vastgesteld op een openbare plaats zoals bepaald in artikel 28 van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, aanleiding geven tot de inning per inbreuk van de in dezelfde bijlage vermelde sommen.
----------
(1)<KB 2014-05-22/35, art. 47, 015; Inwerkingtreding : 01-09-2014>
(2)<KB 2014-05-22/36, art. 54, 016; Inwerkingtreding : 01-09-2014>
Art.3. (Opgeheven) <KB 2007-04-27/32, art. 3, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007>
Art.4.<KB 2007-04-27/32, art. 4, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007> Het totaal van de te innen sommen, zoals vastgesteld in artikel 2, mag ten laste van een zelfde overtreder [2 5.000 euro]2 niet overschrijden. Dit totaal bedraagt [2 10.000 euro]2 voor de inbreuken vermeld in de punten [2 a9, a10, a12, a13, a14, a15, d10, d11, e9, e10, f4, f5, g15, g16, g17, i4, i5]2 van bijlage 1.
----------
(1)<KB 2013-07-19/77, art. 4, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(2)<KB 2019-06-16/01, art. 1, 022; Inwerkingtreding : 06-07-2019>
Art.5.§ 1. In geval van inning wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren, die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit. Indien tegelijkertijd meerdere inbreuken ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, moeten deze op een zelfde formulier worden vermeld.
(Voor het toepassen van de procedure van inning mag het formulier worden vervangen door een proces-verbaal indien de som niet werd geïnd op het ogenblik van de vaststelling van de overtreding.) <KB 2006-03-27/31, art. 7, 006; Inwerkingtreding : 31-03-2006>
§ 2. (De betaling kan op de volgende manier geschieden :
1. Betaling in geld
1.1. De betaling in geld is slechts van toepassing op personen die geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben. Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :
- strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
- strook B aan het boekje gehecht blijft;
- strook C aan de overtreder wordt overhandigd.
1.2. De som wordt betaald in euro met bankbiljetten en, in voorkomend geval, met munten van 1 of 2 euro.
2. Betaling met bank- of kredietkaart.
2.1. De betaling met een bank- of kredietkaart is van toepassing op personen die al dan niet een woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben.
Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :
- strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
- strook B aan het boekje gehecht blijft;
- strook C aan de overtreder wordt overhandigd met een bewijs van de uitvoering van de betaling.
2.2. De te innen som wordt steeds uitgedrukt in euro.
3. [3 Betaling met overschrijving of betaling op internet.
3.1. De betaling met overschrijving of de betaling op internet is slechts van toepassing op personen die een woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben en die rijden voor rekening van een onderneming die gevestigd is in België.
Voor die betaling vult de bevoegde agent de stroken A, B en C van het formulier in, waarvan :
*strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie bij de bevoegde politierechtbank;
* strook B aan het boekje gehecht blijft;
* strook C aan de overtreder wordt overhandigd.
3.2. Een document met de betalingsmodaliteiten wordt aan de overtreder overhandigd of gestuurd.
3.3. De betaling met overschrijving of de betaling op internet wordt uitgevoerd binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de in 3.2 bedoelde afgifte of de verzending van het document.
3.4. De gestructureerde mededeling wordt vermeld in de mededeling van de overschrijving.
De datum van betaling door de bankinstelling dient als bewijs van de datum van betaling.
3.5. In geval van betaling op internet wordt de betaling uitgevoerd op één van de volgende adressen :
www.verkeersboetes.be
www.amendesroutieres.be
www.verkehrsstrafen.be
www.trafficfines.be
De datum van betaling door de bank- of kredietinstelling dient als bewijs van de datum van betaling.
3.6. De te innen som wordt steeds uitgedrukt in euro.]3
§ 3. (De overtreder mag slechts van één betalingswijze toepassing maken.) <KB 2006-03-27/31, art. 7, 006; Inwerkingtreding : 31-03-2006>
----------
(1)<KB 2013-02-27/05, art. 11, 012; Inwerkingtreding : 10-09-2013>
(2)<KB 2018-02-10/02, art. 4, 021; Inwerkingtreding : 22-02-2018>
(3)<KB 2019-06-16/01, art. 2, 022; Inwerkingtreding : 06-07-2019>
Art.6.§ 1. Indien de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft en de voorgestelde som niet onmiddellijk betaalt, is de per inbreuk in consignatie te geven som dezelfde als de te innen som.
[Het totaal van de ter plaatse te consigneren sommen mag ten laste van een zelfde overtreder [3 5.000 euro]3 niet overschrijden. Dit totaal bedraagt [3 10.000 euro]3 voor de inbreuken vermeld in de punten [3 a9, a10, a12, a13, a14, a15, d10, d11, e9, e10, f4, f5, g15, g16, g17, i4, i5]3 van bijlage 1.] <KB 2007-04-27/32, art. 5, 008; Inwerkingtreding : 01-09-2007>
[1 leden 3 en 4 opgeheen]1
§ 2. In geval van consignatie van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 bij dit besluit. Indien tegelijkertijd meerdere overtredingen ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, moeten deze op een zelfde formulier worden vermeld.
§ 3. [De procedure voorzien in artikel 5, § 2, 1 en 2, is van toepassing in geval van consignatie van een som.] <KB 2006-03-27/31, art. 8, 006; Inwerkingtreding : 31-03-2006>
----------
(1)<KB 2009-10-09/03, art. 2, 010; Inwerkingtreding : 23-10-2009>
(2)<KB 2013-07-19/77, art. 4, 013; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(3)<KB 2019-06-16/01, art. 1, 022; Inwerkingtreding : 06-07-2019>
Art.7. Wanneer een formulier voor inning of consignatie van een som ongeldig moet worden gemaakt, constateert de ambtenaar, die er houder van is, het ongeldig maken door middel van een gedagtekende en ondertekende vermelding op alle stroken van het formulier.
Art.8. De overeenkomstig de artikelen 2, 3 en 6 in geld geïnde of geconsigneerde sommen worden minstens eenmaal om de twee weken gestort op de postrekening van een rekenplichtige van de administratie die bevoegd is voor de belasting over de toegevoegde waarde. (...) <KB 2006-03-27/31, art. 9, 006; Inwerkingtreding : 31-03-2006>
(lid 2 opgeheven) <KB 2006-03-27/31, art. 9, 006; Inwerkingtreding : 31-03-2006>
Art.9. Alle bescheiden betreffende de inning of de consignatie van een som worden gedurende vijf jaar bewaard in de kantoren waartoe het in artikel 1 bedoelde personeel behoort.
Art.10. In het koninklijk besluit van 10 juni 1985 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 24 oktober 1997, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° een artikel 2bis wordt ingevoegd, luidend als volgt :
" Art. 2bis Voor de inning en de consignatie van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren, die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 tot het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Indien tegelijkertijd verschillende overtredingen ten laste van een weggebruiker worden vastgesteld, noteert de bevoegde agent alle overtredingen op een zelfde formulier. ";
2° in artikel 5 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) § 1 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 1. Voor de betaling met zegels wordt het bedrag dat op strook C1 van het formulier is vermeld, voldaan door op de voorziene plaats op strook C2/C3 van het formulier zegels te plakken die hiervoor uitgegeven worden door het Ministerie van Financiën, inzonderheid door de administratie die bevoegd is voor de belasting over de toegevoegde waarde. Deze zegels worden verkocht in de ontvangkantoren van genoemde administratie en in de postkantoren. De Minister van Financiën of zijn afgevaardigde kan eveneens toelating geven aan andere openbare of private instellingen deze zegels te verkopen onder de voorwaarden die hij bepaalt. ";
b) in § 2 worden in het eerste lid de woorden " de stroken A en B van het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " stroken C1 en C2/C3 van het formulier " en in het tweede lid worden de woorden " strook A van het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " strook C2 van het formulier ";
c) in § 3 worden in het eerste en tweede lid de woorden " de stroken A en B van het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " stroken C1 en C2/C3 van het formulier " en in het derde lid worden de woorden " strook A van het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " strook C2 van het formulier ";
d) in § 4 worden de woorden " het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " stroken C1 en C2/C3 van het formulier ";
e) in § 5 worden in het eerste lid de woorden " strook B van de stam en strook A van het bericht van vaststelling " vervangen door de woorden " strook A en strook C2 van het formulier " en in het tweede lid worden de woorden " strook B van de stam " vervangen door de woorden " strook A van het formulier ";
3° artikel 6 wordt vervangen door de volgende bepalingen :
" Art. 6. § 1. Voor de betaling in geld vult de bevoegde agent de stroken A, B en C1 van het formulier in, waarvan :
- strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie van de politierechtbank;
- strook B aan het boekje gehecht blijft;
- strook C1 onmiddellijk aan de overtreder wordt afgegeven.
§ 2. Indien de overtreder de som niet kan betalen met een specie die gangbaar is in België, kan als volgt worden betaald :
- met bankbiljetten in één enkel van volgende munteenheden : Luxemburgse frank, Franse frank, Nederlandse gulden, Duitse mark, pond sterling of US dollar;
- met eurocheques uitgedrukt in BEF of in EUR en gewaarborgd door een geldige bankkaart;
- door middel van kredietkaarten die worden erkend door de Minister van Financiën volgens voorwaarden die hij vaststelt.
Overwegende dat de betaling in bankbiljetten moet kunnen gebeuren, stelt de Minister van Financiën op geregelde tijdstippen, voor iedere som, de bedragen vast in deviezen andere dan die van de EURO-zone. " ;
4° in artikel 7 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 2. Artikel 6 is van toepassing in geval van consignatie van een som. ";
b) de §§ 3 en 4 worden geschrapt;
5° artikel 8 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Art. 8. Wanneer een formulier voor inning of consignatie van een som ongeldig moet worden gemaakt, constateert de agent, die er houder van is, het ongeldig maken door middel van een gedagtekende en ondertekende vermelding op alle stroken van het formulier. ";
6° artikel 9 wordt aangevuld met het volgende lid : " De Minister van Financiën bepaalt de modaliteiten voor de betaling door middel van kredietkaarten. ";
7° de bijlagen worden opgeheven.
Art.11. In het koninklijk besluit van 24 maart 1997 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige overtredingen inzake het vervoer over de weg van gevaarlijke goederen, met uitzondering van ontplofbare en radioactieve stoffen, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in artikel 4 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) § 1 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 1. Voor de inning van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren, die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 tot het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Indien tegelijkertijd verschillende overtredingen ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, noteert de bevoegde agent alle overtredingen op een zelfde formulier. ";
b) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 2. De bevoegde ambtenaar vult de stroken A, B en C1 van het formulier in, waarvan :
- strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie van de bevoegde politierechtbank;
- strook B aan het boekje gehecht blijft;
- strook C1 onmiddellijk aan de overtreder wordt afgegeven. ";
c) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 3. Indien de overtreder de som niet kan betalen met een specie die gangbaar is in België, kan als volgt worden betaald :
- met bankbiljetten in één enkel van volgende munteenheden : Luxemburgse frank, Franse frank, Nederlandse gulden, Duitse mark, pond sterling of US dollar;
- met eurocheques uitgedrukt in BEF of in EUR en gewaarborgd door een geldige bankkaart;
- door middel van kredietkaarten die worden erkend door de Minister van Financiën volgens voorwaarden die hij vaststelt.
Overwegende dat de betaling in bankbiljetten moet kunnen gebeuren, stelt de Minister van Financiën op geregelde tijdstippen, voor iedere som, de bedragen vast in deviezen andere dan die van de EURO-zone. " ;
2° in artikel 5 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) § 1 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 1. Indien de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft en de voorgestelde som niet onmiddellijk betaalt, is de per overtreding in consignatie te geven som dezelfde als de te innen som. Het totaal van de ter plaatse te consigneren sommen ten laste van een zelfde overtreder mag 100.000 BEF (2.478,94 EUR) niet overschrijden. De totaal ter plaatse te consigneren som wordt met een forfaitaire som van 3.000 BEF (74,37 EUR) verhoogd als waarborg voor de eventueel te betalen gerechtskosten. ";
b) § 2 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 2. Voor de consignatie van een som wordt gebruik gemaakt van genummerde formulieren die samengevoegd zijn in genummerde boekjes en die overeenstemmen met het model van bijlage 2 tot het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg. Indien tegelijkertijd verschillende overtredingen ten laste van een zelfde overtreder worden vastgesteld, noteert de bevoegde agent alle overtredingen op een zelfde formulier. ";
c) § 3 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 3. De bevoegde ambtenaar vult de stroken A, B en C1 van het formulier in, waarvan :
- strook A dezelfde dag wordt verzonden aan het openbaar ministerie van de bevoegde politierechtbank;
- strook B aan het boekje gehecht blijft;
- strook C1 onmiddellijk aan de overtreder wordt afgegeven. ".
Art.12. De in dit besluit in euro uitgedrukte bedragen worden rechtstreeks van toepassing op 1 januari 2002.
Art.13. Het koninklijk besluit van 12 juli 1989 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige overtredingen inzake het vervoer over de weg, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 november 1992, wordt opgeheven.
Art.14. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2000.
Art.15. Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1.[1 Bijlage 1. - Lijst van de te innen sommen
[2 a) Goederenvervoer over de weg - vergunningen
1.a. | Er is geen vergunning(1) aanwezig in het voertuig en het bestaan van een vergunning voor het gecontroleerde voertuig kan niet onmiddellijk worden aangetoond of vastgesteld in het eRegister van Wegvervoersondernemingen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3 en 8, eerste lid. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 26, 27 en 33, § 4, 2°, a1. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 31 en 32 | 1500 EUR |
1.b. | Er is geen vergunning(1) aanwezig in het voertuig maar het bestaan van een vergunning voor het gecontroleerde voertuig wordt onmiddellijk aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 27 en 33, § 4, 2°, a1. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 31 en 32. | 55 EUR |
2. | De voorgelegde vergunning(5) wordt gebruikt voor een voertuig waarvan de kentekenplaat niet is opgenomen in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16 en 18. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 4°. | 990 EUR |
3. | De voorgelegde vergunning(1) wordt gebruikt voor een in huur of financieringshuur genomen voertuig zonder dat de vereiste bewijsstukken kunnen worden vertoond. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 33, § 4, 2°, b. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 6°. | 55 EUR |
4. | De voorgelegde vergunning(5) bevat onvolledige of onjuiste vermeldingen, maar het bestaan van een geldige vergunning voor het gecontroleerde voertuig wordt onmiddellijk aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16 en 18. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 3°. | 55 EUR |
5.a. | De voorgelegde vergunning(1) bevat onleesbare vermeldingen waardoor identificatie/controle onmogelijk is, of is oncontroleerbaar t.g.v. plastificering, en het bestaan van een vergunning voor het gecontroleerde voertuig kan niet onmiddellijk worden aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 26, 27 en 33, § 4, 2°, a1. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 3°, 35, 2° en 42, 2°. | 990 EUR |
5.b. | De voorgelegde vergunning(1) bevat onleesbare vermeldingen waardoor identificatie/controle onmogelijk is, of is oncontroleerbaar t.g.v. plastificering, maar het bestaan van een vergunning voor het gecontroleerde voertuig wordt onmiddellijk aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 26, 27 en 33, § 4, 2°, a1. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 3°, 35, 2° en 42, 2°.erste lid, 3°, 35, 2° en 42, 2°. | 55 EUR |
6. | De voorgelegde vergunning(1) bevindt zich in handen van een andere onderneming dan de erop vermelde. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25 en 27. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 1° en 35, 1°. | 990 EUR |
7. | De voorgelegde vergunning(1) is ongeldig wegens overlading of overschrijding van de afmetingen. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 27 en 35, §2. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 21, eerste lid, 5° en 35, 4°. | (6) |
8. | De voorgelegde vergunning internationaal vervoer of de cabotagevergunning, en/of het bijgevoegde vervoersverslag werd niet of onvolledig ingevuld. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 27. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 35, 3° en 42, 3°. | 990 EUR |
9. | De voorgelegde ECMT vergunning wordt gebruikt voor meer dan het toegelaten aantal beladen ritten. | Wet van 15 juli 2013(3) , art. 25 en 27. K.B. van 22 mei 2014(4) , art. 31 | 1980 EUR |
10. | Het gecontroleerde voertuig voert een onwettig cabotagevervoer uit. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 8, tweede en derde lid. | 1980 EUR per onwettig verrichte cabotagerit |
11.a. | Er is geen bestuurdersattest aanwezig in het voertuig en het bestaan ervan kan niet onmiddellijk worden aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 21 en 33, § 4, 2°, a2. | 990 EUR |
11.b. | Er is geen bestuurdersattest aanwezig in het voertuig, maar het bestaan ervan kan onmiddellijk worden aangetoond of vastgesteld in het eRegister van wegvervoersondernemingen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 21 en 33, § 4, 2°, a2. | 55 EUR |
12. | De voorgelegde vergunning(1) is nagemaakt of de erop voorkomende gegevens werden vervalst. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 26, 27 en 33, § 4, 2°, a1. | 3960 EUR |
13. | Het voorgelegde bestuurdersattest is nagemaakt of de erop voorkomende gegevens werden vervalst, of het bevindt zich onrechtmatig in handen van de bestuurder. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 21 en 33, § 4, 2°, a2. | 3960 EUR |
14. | De bestuurder weigert de vergunning(1) voor controle over te leggen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 16, 18, 25, 26, 27 en 33, § 4, 2°, a1. | 3960 EUR |
15. | De bestuurder weigert het bestuurdersattest voor controle over te leggen. | Verordening (EG) nr. 1072/2009(2) , art. 3. Wet van 15 juli 2013(3) , art. 21 en 33, § 4, 2°, a2. | 3960 EUR |
Percentage waarmee het maximum wordt overschreden | Overschrijding van de maximaal toegelaten massa en de maximale afmetingen t.g.v. de lading | Overschrijding van de maximaal toegelaten massa [<font color="red">1</font> ...]<font color="red">1</font> t.g.v. wijzigingen aangebracht aan het voertuig | [<font color="red">1</font> Overschrijding van de maximale afmetingen t.g.v. wijzigingen aangebracht aan het voertuig |
tot 5 % | 66 EUR | 90 EUR | 90 |
meer dan 5 % tot 10 % | 330 EUR | 453 EUR | 453 |
meer dan 10 % tot 15 % | 616 EUR | 847 EUR | 847 |
meer dan 15 % tot 20 % | 880 EUR | 1.210 EUR | 1.210 |
meer dan 20 % tot 30 % | 1.100 EUR | 1.512 EUR | 1.512 |
meer dan 30 % tot 40 % | 1.232 EUR | 1.694 EUR | 1.694 |
meer dan 40 % | 1.364EUR | 1.875 EUR | 1.875 ]<font color="red">1</font> |
Minder dan 3 uren (1) | Van 3 uren tot minder dan 5 uren (1) | Van 5 uren tot minder dan 7 uren (1) | Van 7 uren tot minder dan 9 uren (1) | 9 uren of meer | |
1 uur of minder (2) | 132 EUR | 110 EUR | 88 EUR | 66 EUR | 44 EUR |
meer dan 1 uur tot 2 uren (2) | 198 EUR | 170 EUR | 143 EUR | 115 EUR | 88 EUR |
meer dan 2 uren tot 3 uren (2) | 330 EUR | 286 EUR | 242 EUR | 198 EUR | 154 EUR |
meer dan 3 uren tot 5 uren (2) | 495 EUR | 418 EUR | 341 EUR | 264 EUR | 187 EUR |
meer dan 5 uren tot 8 uren (2) | 968 EUR | 825 EUR | 682 EUR | 550 EUR | 418 EUR |
meer dan 8 uren tot 12 uren (2) | 1.452 EUR | 1.243 EUR | 1.034 EUR | 825 EUR | 616 EUR |
meer dan 12 uren (2) | 1.760 EUR | 1.496 EUR | 1.232 EUR | 1.001 EUR | 770 EUR |
Geen onderbreking van minstens 15 minuten (1) | Van 15 minuten tot minder dan 30 minuten (1) | Van 30 minuten tot minder dan 45 minuten (1) | |
15 minuten of minder (2) | 44 EUR | 33 EUR | 22 EUR |
meer dan 15 minuten tot 30 minuten (2) | 88 EUR | 66 EUR | 44 EUR |
meer dan 30 minuten tot 1 uur (2) | 132 EUR | 99 EUR | 66 EUR |
meer dan 1 uur tot 2 uren (2) | 264 EUR | 198 EUR | 132 EUR |
meer dan 2 uren tot 3 uren (2) | 440 EUR | 330 EUR | 220 EUR |
meer dan 3 uren tot 5 uren (2) | 660 EUR | 495 EUR | 330 EUR |
meer dan 5 uren tot 8 uren (2) | 1.452 EUR | 968 EUR | 660 EUR |
meer dan 8 uren (2) | 2.200 EUR | 1.606 EUR | 1.100 EUR |