5 AUGUSTUS 1991. - Wet betreffende de in-, uit- en doorvoer van [en de bestrijding van illegale handel in] wapens, munitie en speciaal [voor militair gebruik of voor ordehandhaving] dienstig materieel en daaraan verbonden technologie. (W 2003-03-25/49, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003) (W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 07-07-2003 en tekstbijwerking tot 21-06-2013)
Titel I. - <Opschrift ingevoegd bij W 2003-03-25/49, art. 3; Inwerkingtreding : 17-07-2003> Definities.
Art. 1
Titel II. - <Opschrift ingevoegd bij W 2003-03-25/49, art. 4; Inwerkingtreding : 17-07-2003> In-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
Art. 2-4, 4bis, 5-9
Titel III. - <Opschrift ingevoegd bij W 2003-03-25/49, art. 15; Inwerkingtreding : 17-07-2003> Bestrijding van de illegale handel in wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
Art. 10-13
Titel IV. - <Opschrift ingevoegd bij W 2003-03-25/49, art. 16; Inwerkingtreding : 17-07-2003> Algemene bepalingen.
Art. 14-17
1993015050 1994011453 1999011012 2003009420 2003009464 2010202219 2011204403 2012011510
Titel I. -
Artikel 1. Voor de toepassing van deze wet moet worden verstaan:
a) onder invoer, uitvoer en doorvoer: de verrichtingen als zodanig beschouwd voor de toepassing van de douanewetgeving;
b) onder wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie: al hetgeen als zodanig wordt beschouwd met toepassing van een lijst die door de Koning wordt vastgesteld bij een in Ministerraad overlegd besluit. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
In afwijking van de wet van 11 september 1962 betreffende de in-, uit- en doorvoer van goederen, gelden voor de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie de voorschriften die door of krachtens deze wet zijn vastgesteld. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
Titel II. -
Art.2.De Koning stelt bij een in Ministerraad overlegd besluit de lijst vast van de wapens, de munitie en het speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en de daaraan verbonden technologie waarvan de in-, uit- en doorvoer verboden zijn. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
Hij bepaalt voor de in-, uit-, en doorvoer van de overige wapens en munitie en het overige speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie een stelsel van vergunningen. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 2. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 2. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 2. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.3.De Koning bepaalt, bij een in Ministerraad overlegd besluit, de algemene toekennings- en gebruiksvoorwaarden van de vergunningen (bedoeld in deze titel) (met inbegrip van de gevallen waarin de export- en doorvoervergunningen worden toegekend volgens vereenvoudigde en versnelde procedures), alsook de bijzondere voorwaarden inzake niet-wederuitvoer, vervoer en eindbestemming met betrekking tot de in-, uit- en doorvoer van wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie. <W 2003-03-25/49, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 3. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 3. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 3. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.4.<W 2003-03-26/73, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003; een wijziging van art. 4 bij W 2003-03-25/49, art. 6, trad nooit in werking> § 1. Elke aanvraag tot het verkrijgen van een uitvoer- of doorvoervergunning bedoeld in deze titel wordt verworpen indien :
1° blijkt dat de uitvoer of de doorvoer in ernstige mate strijdig zou zijn met de externe belangen van België of met de internationale doelstellingen die België nastreeft;
2° de verlening strijdig is met de internationale verplichtingen van België en zijn verbintenissen om wapenembargo's van de Verenigde Naties, van de Organisatie voor de Veiligheid en de Samenwerking in Europa en van de Europese Unie te doen naleven;
3° de nationale veiligheid van de lid-Staten van de Europese Unie, van de gebieden waarvan een van de lid-Staten de buitenlandse betrekkingen behartigt, alsmede van bevriende landen of bondgenoten in het gedrang komt;
4° er voldoende aanwijzingen bestaan dat in het land van bestemming :
a) de uitvoer of doorvoer bijdraagt tot een klaarblijkelijke schending van de mensenrechten, er een duidelijk risico bestaat dat de beoogde uitvoer gebruikt wordt voor binnenlandse onderdrukking of waar vast staat dat kindsoldaten ingezet worden in het geregeld leger. Er wordt zeer zorgvuldig te werk gegaan wanneer per geval en rekening houdend met de aard van het materieel, vergunningen worden afgegeven voor landen waar door de terzake bevoegde instanties van de Verenigde Naties, de Raad van Europa of de Europese Unie ernstige schendingen van de mensenrechten zijn geconstateerd;
b) de uitvoer gewapende conflicten uitlokt of verlengt, bestaande spanningen of conflicten in het land van eindbestemming verergert of in geval van burgeroorlog in het betrokken land. Hierbij dient te worden nagegaan wat de aard is van de spanningen, het conflict of de burgeroorlog en de verantwoordelijkheden ervoor zodat voldoende steun kan worden verleend aan democratische regimes wiens bestaan bedreigd wordt;
c) de uitvoer bijdraagt tot een duidelijk risico dat het ontvangende land het bedoelde materieel voor agressie jegens een ander land gebruikt of er kracht mee wil bijzetten aan territoriale aanspraken;
d) het terrorisme en de internationaal georganiseerde criminaliteit wordt gesteund of aangemoedigd;
e) ernstig gevaar bestaat voor afwending binnen het land of het land bewezen heeft de clausule van niet-wederuitvoer niet na te leven.
§ 2. Er wordt rekening gehouden met de technische en economische capaciteit van het ontvangende land, de legitieme behoeften van een land inzake veiligheid en defensie en de wenselijkheid deze te voldoen met zo gering mogelijke aanwending van menselijk en economisch potentieel voor bewapening.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 4. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 4. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 4. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art. 4bis.<Ingevoegd bij W 2003-03-26/73, art. 3; Inwerkingtreding : 17-07-2003> België verspreidt langs diplomatieke weg details over vergunningen die geweigerd worden op grond van de gedragscode van de Europese Unie betreffende wapenuitvoer voor militair materieel en licht daarbij toe waarom de vergunning is geweigerd. Voor de mededeling van de details wordt gebruik gemaakt van het model in bijlage A van de Europese gedragscode.
Alvorens een vergunning voor een gelijkaardige transactie wordt verleend die de afgelopen drie jaar door een of meer andere EU-lid-Staten geweigerd is voor één van de redenen vermeld in artikel 4 van deze wet en waarvoor de betrokken lid-Staat of lid-Staten een officiële mededeling hebben verschaft, wordt die lid-Staat of lid-Staten geraadpleegd. Wordt besloten na raadpleging toch een vergunning te verlenen, dan wordt eerst die EU-lid-Staat of lid-Staten van de oorspronkelijke weigering(en) op de hoogte gebracht en een gedetailleerde motivering gegeven. De weigeringen en raadplegingen moeten vertrouwelijk blijven.
Waar dat passend is mag rekening worden gehouden met het effect op de economische, sociale, commerciële en industriële belangen van België, zonder dat deze factoren van invloed mogen zijn op de toepassing van de in artikel 4 bepaalde criteria.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 4bis. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 4bis. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 4bis. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.5.De Koning kan, bij een in Ministerraad overlegd besluit, het indienen van de aanvragen of het afgeven van de vergunningsformulieren (bedoeld in deze titel) doen afhangen van het betalen van een administratieve vergoeding. <W 2003-03-25/49, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 5. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 5. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 5. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.6.Onverminderd de door de Koning vastgestelde algemene voorwaarden kunnen de bevoegde Ministers, gezamenlijk, uiterlijk op het ogenblik van de afgifte van de vergunningen (bedoeld in deze titel), inzake toekenning en gebruik ervan bijzondere voorwaarden opleggen, ofwel bij wege van verordening, ofwel bij wege van onderrichtingen voor de met het afgeven van de vergunningen belaste diensten. <W 2003-03-25/49, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 6. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 6. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 6. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.7.Wanneer bijzondere omstandigheden zulks wettigen, kunnen de bevoegde Ministers, gezamenlijk, bij gemotiveerd besluit de geldigheid van lopende vergunningen (bedoeld in deze titel) schorsen of de intrekking ervan bevelen. <W 2003-03-25/49, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
Indien uitzonderlijke omstandigheden dringende maatregelen vereisen, kunnen de bevoegde Ministers evenwel de geldigheid van de lopende vergunningen (bedoeld in deze titel) voor een periode van maximum zestig dagen schorsen via onderrichtingen aan de met het afgeven van de vergunningen belaste diensten. <W 2003-03-25/49, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
De met toepassing van dit artikel genomen besluiten alsook de voornoemde onderrichtingen kunnen bijzondere maatregelen bevatten, met name voor de goederen in aanmaak of de onderweg zijnde goederen.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 7. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 7. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 7. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.8.<W 2003-03-25/49, art. 10 en 12, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003; gewijzigde vorm van oud art. 10> De overtredingen en pogingen tot overtreding van de bepalingen van (deze titel) en van de uitvoeringsbepalingen ervan worden bestraft overeenkomstig de artikelen 231, 249 tot 253 en 263 tot 284 van de algemene wet inzake douane en accijnzen. <W 2003-03-25/49, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
De gevangenisstraf bedraagt echter ten hoogste vijf jaar en de boete duizend tot één miljoen frank. Bij herhaling worden deze straffen verdubbeld.
Met poging tot overtreding als bedoeld in het eerste lid wordt gelijkgesteld het verzenden, vervoeren of voorhanden hebben van wapens, munitie en speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie met het kennelijk doel ze in-, uit- of door te voeren onder omstandigheden die strijdig zijn met krachtens (deze titel) uitgevaardigde bepalingen. <W 2003-03-25/49, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 8. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 8. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 8. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Art.9.<W 2003-03-25/49, art. 11 en 14, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003; gewijzigde vorm van vorig art. 12> De in-, uit- of doorvoervergunning (bedoeld in deze titel) kan, volgens de door de Koning, bij een in Ministerraad overlegd besluit vastgestelde regels, voor een periode van een maand tot zes maanden worden geweigerd ten aanzien van iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die: <W 2003-03-25/49, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
- zonder geldige vergunning wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie, in-, uit- of doorvoert of tracht in-, uit- of door te voeren; <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
- wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie, waarvan de in-, uit- en doorvoer verboden worden door de wet en de uitvoeringsbesluiten daarvan, in-, uit- en doorvoert of tracht in-, uit- of door te voeren; <W 2003-03-26/73, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
- zich heeft geleend tot of heeft medegewerkt aan een ombuiging van het handelsverkeer in wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie in overtreding van de met toepassing van artikel 4 van de wet getroffen maatregelen; <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
- onjuiste of onvolledige inlichtingen verstrekt heeft met het oog op het verkrijgen van in-, uit- of doorvoervergunningen voor wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie; <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
- zich onthoudt van het verstrekken van inlichtingen en documenten, bedoeld in (artikel 15) van deze wet, of deze inlichtingen en deze documenten in een onjuiste of onvolledige vorm verstrekt. <W 2003-03-25/49, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 9. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 1°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 9. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 9. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 1°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>
Titel III. -
Art.10.<W 2003-03-25/49, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> Geen Belg of in België verblijvende of handel drijvende vreemdeling mag, tegen een vergoeding of om niet, ongeacht de herkomst en de bestemming van de goederen en ongeacht of zij op het Belgische grondgebied komen, wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie verhandelen, uitvoeren naar of leveren in het buitenland of met dat doel voorhanden hebben of hierbij als tussenpersoon optreden zonder houder te zijn van een door de Minister van Justitie uitgereikte vergunning. Deze vergunning kan worden aangevraagd voor onbepaalde duur of voor een nader omschreven operatie. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
Als tussenpersoon wordt beschouwd een ieder die, tegen een vergoeding of om niet, de voorwaarden creëert voor het sluiten van een overeenkomst met als voorwerp het verhandelen, de uitvoer of de levering in het buitenland of het met dat doel voorhanden hebben van wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en daaraan verbonden technologie, ongeacht de herkomst en de bestemming van de goederen en ongeacht of zij op het Belgische grondgebied komen, of die een dergelijke overeenkomst sluit wanneer het vervoer door een derde wordt verricht. <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
De Minister van Justitie kan de vergunning alleen uitreiken, op de wijze en tegen een retributie bepaald door de Koning, aan overeenkomstig de wet erkende wapenhandelaars, die :
1° voldoen aan alle wettelijke voorwaarden om op het ogenblik van de aanvraag erkend te kunnen worden als wapenhandelaar;
2° voldoen aan de moraliteitsvoorwaarden noodzakelijk voor de uitoefening van de betrokken activiteiten en geen feiten hebben gepleegd die, zelfs als ze niet het voorwerp hebben gevormd van een strafrechtelijke veroordeling, een ernstige tekortkoming van de beroepsdeontologie betekenen en daardoor het vertrouwen in de betrokkene aantasten;
3° een waarborg storten bij de Deposito- en Consignatiekas op de wijze bepaald door de Koning, voor de correcte uitvoering van de betrokken operatie en de naleving van de wettelijke bepalingen terzake. De Koning bepaalt het bedrag van deze waarborg naargelang het gaat om een vergunning van onbepaalde duur of een vergunning beperkt tot een nader omschreven operatie. Deze waarborg wordt pas teruggestort na de volledige afhandeling van de vergunde operatie en na ontvangst van het behoorlijk ingevulde end user-certificaat terzake, of na vrijwillige beëindiging van een vergunning voor onbepaalde duur.
De Minister van Justitie kan de vergunning, op de wijze bepaald door de Koning, bij gemotiveerde beslissing beperken, schorsen of intrekken en de waarborg in beslag laten nemen indien :
1° de betrokkene niet langer voldoet aan de voorwaarden voor uitreiking ervan;
2° de betrokkene de toepasselijke wettelijke en reglementaire bepalingen niet in acht neemt;
3° de betrokkene gedurende meer dan een jaar geen gebruik heeft gemaakt van de vergunning;
4° de betrokkene activiteiten uitoefent die door het feit dat zij samen worden uitgeoefend met de activiteiten waarvoor de vergunning werd verkregen, de openbare orde dreigen te verstoren;
5° de vergunning werd verkregen op grond van onjuiste inlichtingen.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 10. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 2°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012; voor wat betreft de uit- en doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van dit decreet aan een vergunning onderworpen is> Art. 10. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012; voor wat betreft de verrichtingen inzake de invoer, uitvoer, doorvoer en overdracht van civiele wapens en van defensiegerelateerde producten onderworpen aan een toestemming of vergunning overeenkomstig dit decreet> Art. 10. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 2°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013; voor wat betreft de uit-, doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van deze ordonnantie aan een machtiging onderworpen is>
Art.11.<W 2003-03-25/49, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> De in artikel 10 bedoelde personen mogen geen van de in datzelfde artikel opgenomen handelingen verrichten, indien zij een schending vormen van een embargo dat België, of een internationale organisatie waarvan België lid is, overeenkomstig de internationale rechtsregels heeft ingesteld.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 11. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 2°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012; voor wat betreft de uit- en doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van dit decreet aan een vergunning onderworpen is> Art. 11. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012; voor wat betreft de verrichtingen inzake de invoer, uitvoer, doorvoer en overdracht van civiele wapens en van defensiegerelateerde producten onderworpen aan een toestemming of vergunning overeenkomstig dit decreet> Art. 11. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 2°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013; voor wat betreft de uit-, doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van deze ordonnantie aan een machtiging onderworpen is>
Art.12.<W 2003-03-25/49, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> De overtredingen en pogingen tot overtreding van de artikelen 10 en 11 en van de uitvoeringsbepalingen ervan worden gestraft met gevangenisstraf van één maand tot vijf jaar en met geldboete van 10.000 EUR tot 1 miljoen EUR of met één van die straffen alleen.
De rechter kan bovendien een tijdelijk verbod uitspreken om, zelfs voor rekening van een ander, de door artikel 10 gereglementeerde verrichtingen uit te oefenen.
Na het verstrijken van een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de dag dat de uitspraak in kracht van gewijsde is getreden, brengt de griffier van de rechtbank of van het hof het vonnis of het arrest dat met toepassing van de vorige leden werd uitgesproken, ter kennis van de Minister van Justitie.
De bepalingen van boek I van het Strafwetboek, met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de inbreuken bedoeld in deze titel.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 12. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 2°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012; voor wat betreft de uit- en doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van dit decreet aan een vergunning onderworpen is> Art. 12. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012; voor wat betreft de verrichtingen inzake de invoer, uitvoer, doorvoer en overdracht van civiele wapens en van defensiegerelateerde producten onderworpen aan een toestemming of vergunning overeenkomstig dit decreet> Art. 12. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 2°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013; voor wat betreft de uit-, doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van deze ordonnantie aan een machtiging onderworpen is>
Art.13.<W 2003-03-25/49, art. 15 en 17, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> De Belgische gerechten zijn bevoegd om kennis te nemen van de in deze titel bedoelde misdrijven die buiten het Belgische grondgebied werden gepleegd, zo de verdachte in België wordt gevonden, zelfs al heeft de Belgische overheid van de buitenlandse overheid geen klacht of officieel bericht ontvangen en zelfs al is het feit niet strafbaar in het land waar het werd gepleegd.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 13. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 2°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012; voor wat betreft de uit- en doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van dit decreet aan een vergunning onderworpen is> Art. 13. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012; voor wat betreft de verrichtingen inzake de invoer, uitvoer, doorvoer en overdracht van civiele wapens en van defensiegerelateerde producten onderworpen aan een toestemming of vergunning overeenkomstig dit decreet> Art. 13. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 2°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013; voor wat betreft de uit-, doorvoer en de overbrenging van goederen waarvan de uit- en doorvoer en de overbrenging op basis van deze ordonnantie aan een machtiging onderworpen is>
Titel IV. -
Art.14. <W 2003-03-25/49, art. 10 en 18, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003; gewijzigde vorm van oud art. 8> De krediet- en verzekeringsinstellingen kunnen alleen definitief deel hebben aan een transactie inzake in-, uit- of doorvoer van wapens, munitie of speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel (en van daarna verbonden technologie of van de handel daarin zoals bedoeld in titel III) onder de opschortende voorwaarde dat de begunstigde van het krediet of van de verzekering een geldige (vergunning bedoeld in deze wet heeft verkregen), op het ogenblik dat zijn contract definitief geworden is en er een begin van uitvoering moet worden aan gegeven. <W 2003-03-25/49, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
(De overtredingen en de pogingen tot overtreding van dit artikel worden gestraft, naargelang het geval, overeenkomstig artikel 8 of artikel 12.) <W 2003-03-25/49, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
Art.15. <W 2003-03-25/49, art. 11 en 19, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003; gewijzigde vorm van het voorheen als 15 genummerd artikel> Iedere in-, uit- of doorvoerder, alsook de leden van zijn personeel, de krediet- of verzekeringsinstellingen, alsook de leden van hun personeel en alle andere personen die, rechtstreeks of zijdelings, betrokken zijn of zouden kunnen zijn bij de in-, uit- of doorvoer van wapens, van munitie en van speciaal (voor militair gebruik of voor ordehandhaving) dienstig materieel en van daaraan verbonden technologie (of van de handel daarin zoals bedoeld in titel III), zijn gehouden om, op aanvraag van de bevoegde autoriteiten, alle inlichtingen te verstrekken en inzage te verlenen van documenten, correspondentie en alle andere stukken, in welke vorm ook, waardoor kan worden nagegaan of de krachtens deze wet vastgestelde bepalingen zijn nageleefd; de ingewonnen inlichtingen mogen alleen met dat doel worden gebruikt. <W 2003-03-25/49, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003> <W 2003-03-26/73, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003, met bijzonderheden in de wijzigende beschikking>
(De overtredingen en de pogingen tot overtreding van dit artikel worden gestraft, naargelang het geval, overeenkomstig artikel 8 of artikel 12.) <W 2003-03-25/49, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
Art.16. <Toegevoegd bij W 2003-03-25/49, art. 13; Inwerkingtreding : 17-07-2003; gewijzigde vorm van vorig art. 11> Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie en van de ambtenaren van de Administratie der Douane en Accijnzen, zijn de ambtenaren van de Economische Algemene Inspectie alsook de daartoe door de bevoegde Minister aangestelde ambtenaren of beambten bevoegd om, zelfs alleen optredend, overtredingen van krachtens deze wet uitgevaardigde bepalingen op te sporen en vast te stellen.
Deze ambtenaren hebben het recht afschrift te nemen van de in (artikel 15) vermelde stukken; ze hebben het recht ze te behouden, tegen afgifte van een ontvangstbewijs, wanneer ze een overtreding van deze wet bewijzen of tot het bewijs ervan bijdragen. <W 2003-03-25/49, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 17-07-2003>
Art. 17.<Toegevoegd bij W 2003-03-26/73, art. 5; Inwerkingtreding : 17-07-2003; een vorm van artikel 17, door W 2003-03-25/49, art. 18 toegevoegd als nieuwe nummering van art. 14, trad nooit in werking> De regering brengt ieder jaar verslag uit aan de federale Wetgevende Kamers over de toepassing van deze wet.
Dit verslag zal onder meer volgende elementen bevatten :
- de ontwikkeling van de export;
- een analyse van de wereldhandel en de Europese handel in wapens;
- de gegevens over de Belgische uitvoer, invoer en doorvoer;
- de bijzondere problemen die zijn gerezen;
- de eventuele wijzigingen van de reglementering en de procedures in België;
- de internationale en Europese initiatieven;
- de toepassing van de Europese gedragscode.
In bedoeld verslag zal een apart hoofdstuk worden gewijd aan de uitvoer van materieel en technologie die de uitbouw van een productiecapaciteit voor wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel in het land van bestemming ten doel hebben.
In bedoeld verslag zal ook een afzonderlijk hoofdstuk gewijd worden aan de opvolging van de naleving van de bepalingen in deze wet omtrent de afwending binnen het land van bestemming en de naleving van de clausule van niet-wederuitvoer.
Bijkomend zal de regering zesmaandelijks verslag uitbrengen over de verstrekte en geweigerde vergunningen voor de goederen die onder deze wet vallen, met land per land het totaal bedrag en het aantal vergunningen ingedeeld per categorie van bestemmeling en per categorie van materieel.
In bedoeld zesmaandelijks verslag zal tevens apart melding worden gemaakt van de afgifte en de weigering van vergunningen voor de uitvoer van materieel en technologie die de uitbouw van een productiecapaciteit voor wapens, munitie en speciaal voor militair gebruik dienstig materieel in het land van bestemming ten doel hebben.
Onverminderd de hierboven vermelde bepalingen, zal erover worden gewaakt dat er geen informatie zal worden meegedeeld waardoor de ondernemingen schade wordt berokkend.
GEMEENSCHAPPEN EN GEWESTEN
Art. 17. (VLAAMSE OVERHEID) <Opgeheven bij DVR 2012-06-15/05, art. 51, 3°, 003; Inwerkingtreding : 30-06-2012> Art. 17. (WAALS GEWEST) <Opgeheven bij DWG 2012-06-21/11, art. 26, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2012> Art. 17. (BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST) <Opgeheven bij ORD 2013-06-20/03, art. 46, 3°, 005; Inwerkingtreding : 21-06-2013>