Details





Titel:

20 DECEMBER 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, wat betreft de verhoging en indexering van de aanschafprijs



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Art. 1-3
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende dienstencheques, wat betreft de digitalisering
Art. 4-5
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 6-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2001013259  2023031242 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Artikel 1. In artikel 3, § 2 van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 februari 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste, vierde, vijfde en zevende lid wordt het bedrag `9 EUR' vervangen door het bedrag '10 euro';
  2° in het eerste en zevende lid wordt het bedrag `10 EUR' vervangen door het bedrag '11 euro';
  3° er worden een tiende tot en met een dertiende lid toegevoegd, die luiden als volgt:
  "Het bedrag van de aanschafprijs wordt telkens verhoogd met 1 euro per keer dat de spilindex, vermeld in artikel 8, § 1, derde lid, in totaal vijf keer overschreden is.
  Het bedrag van de tegemoetkoming, vermeld in artikel 8, § 1, tweede lid, wordt telkens verminderd met 1 euro per keer dat de spilindex, vermeld in artikel 8, § 1, derde lid, in totaal vijf keer overschreden is.
  De verhoging van het bedrag van de aanschafprijs, vermeld in het tiende lid, geldt voor elke dienstencheque die wordt aangekocht vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de spilindex overschreden wordt.
  De vermindering van het bedrag van de tegemoetkoming, vermeld in het elfde lid, geldt voor elke dienstencheque waarvoor de prestatie wordt geleverd vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de spilindex overschreden wordt."

Art.2. In artikel 8, § 1, tweede lid, van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 12 juli 2009, vervangen bij het koninklijk besluit van 20 december 2012 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 december 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het bedrag "9 EUR" wordt vervangen door het bedrag "10 euro";
  2° het bedrag "10 EUR" wordt vervangen door het bedrag "11 euro";
  3° het bedrag "16,42 euro" wordt vervangen door het bedrag "18,07 euro";
  4° het bedrag "15,42 euro" wordt vervangen door het bedrag "17,07 euro".

Art.3. Artikel 11bis van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 9 januari 2004 en opgeheven door het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2018, wordt opnieuw opgenomen in de volgende lezing:
  "Art. 11bis. Ingeval de spilindex, vermeld in artikel 8, § 1, derde lid, in december 2024 wordt overschreden, zal het bedrag van de tegemoetkoming, vermeld in artikel 8, § 1, tweede lid, op 1 januari 2025 gelijk zijn aan 18,63 euro in plaats van 18,07 euro als de aanschafwaarde 10 euro bedraagt en gelijk zijn aan 17,63 euro in plaats van 17,07 euro als de aanschafwaarde 11 euro bedraagt."

HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende dienstencheques, wat betreft de digitalisering
Art.4. In het Besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende dienstencheques, wat betreft de digitalisering, worden in artikel 13 § 1, eerste lid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 31 mei 2024, de woorden `1 juni 2025' telkens vervangen door de woorden `1 januari 2025'.

Art.5. Artikel 14 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 31 mei 2024, wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 14. Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2025.
  In afwijking van het eerste lid treedt artikel 13, § 1, in werking op 1 januari 2025."

HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2025.

Art. 7. De Vlaamse minister, bevoegd voor werk, is belast met de uitvoering van dit besluit.