Details





Titel:

31 AUGUSTUS 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen en het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde en de registratie als zorgkundige



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen
Art. 1-5
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde en de registratie als zorgkundige
Art. 6-15
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2017 betreffende de erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen
Art. 16
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 17-18



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2016035126  2016035163  2017030187 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen
Artikel 1. In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt:
  "Bij de administratie kan voor elk paramedisch beroep op de lijst, vermeld in artikel 70 van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, of voor verschillende paramedische beroepen op de voormelde lijst samen een erkenningscommissie worden opgericht.";
  2° in het tweede lid wordt de zinsnede "en artikel 153" opgeheven.

Art.2. In artikel 3, § 1, van hetzelfde besluit worden punt 1° en punt 2° vervangen door wat volgt:
  "1° ten minste drie en maximaal vier leden die ten minste vijf jaar een paramedisch beroep uitoefenen. Ze worden voorgedragen door hun beroepsverenigingen;
  2° ten minste drie en maximaal vier leden die worden voorgedragen door de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad en die aan al de volgende voorwaarden voldoen:
  a) ze oefenen een paramedisch beroep uit;
  b) ze kunnen ten minste vijf jaar onderwijservaring in een universitaire instelling of een hogeschool bewijzen;
  c) ze worden gekozen wegens hun bevoegdheid op het gebied waarmee de erkenningscommissie is belast.".

Art.3. Artikel 8 en 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, worden opgeheven.

Art.4. Artikel 10 en 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019 en 12 mei 2023, worden opgeheven.

Art.5. In artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, worden de woorden "of het voordeel" opgeheven.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde en de registratie als zorgkundige
Art.6. In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 januari 2016 betreffende de erkenning van de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde en de registratie als zorgkundige wordt tussen het woord "betreffende" en de woorden "de erkenning" de zinsnede "de erkenning van de beoefenaars van de verpleegkunde," ingevoegd.

Art.7. In artikel 1, 3°, van hetzelfde besluit wordt tussen de woorden "de erkenningscommissies" en de woorden "voor de erkenning" de zinsnede "voor de erkenning van de beoefenaars van de verpleegkunde," ingevoegd.

Art.8. In artikel 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 13 januari 2023 en 12 mei 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° punt 1° en punt 2° worden vervangen door wat volgt:
  "1° één erkenningscommissie voor de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden, die als taak heeft om gemotiveerde adviezen te verstrekken aan de administratie over de aanvragen om een erkenning te verkrijgen, waarbij de beoefenaar van de verpleegkunde gemachtigd wordt een bijzondere beroepstitel te dragen of zich te beroepen op een bijzondere beroepsbekwaamheid als vermeld in artikel 85 van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015;
  2° één erkenningscommissie voor de erkenning als beoefenaar van de verpleegkunde, die als taak heeft om gemotiveerde adviezen te verstrekken aan de administratie over de aanvragen om een erkenning te verkrijgen als beoefenaar van de verpleegkunde als vermeld in artikel 45 en 46 van de gecoördineerde wet van 10 mei 2015 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen;".

Art.9. In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019 en 12 mei 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 1 wordt vervangen door wat volgt:
  " § 1. De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 1°, is samengesteld uit:
  1° acht leden die houder zijn van een van de bijzondere beroepstitels in kwestie. Voor elke bijzondere beroepstitel zetelen maximaal twee leden in de erkenningscommissie;
  2° vier leden die houder zijn van een van de bijzondere beroepstitels in kwestie of die gemachtigd zijn zich op een van de bijzondere beroepsbekwaamheden in kwestie te beroepen als een bijzondere beroepstitel en een bijzondere beroepsbekwaamheid voor dezelfde specialiteit voorkomt in het koninklijk besluit van 27 september 2006 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde. Voor elke specialiteit zetelen maximaal twee leden in de erkenningscommissie;
  3° vier leden die gemachtigd zijn zich op een bijzondere beroepsbekwaamheid te beroepen. Voor elke bijzondere beroepsbekwaamheid zetelen maximaal twee leden in de erkenningscommissie.
  De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 2°, is samengesteld uit zes leden die een van de diploma's, titels of brevetten, vermeld in artikel 45 van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, bezitten.
  De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 3°, is samengesteld uit:
  1° drie leden die over een definitieve registratie als zorgkundige beschikken;
  2° drie leden die een van de diploma's, titels of brevetten, vermeld in artikel 45 van de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, hebben.";
  2° er worden een paragraaf 1/1 en een paragraaf 1/2 ingevoegd, die luiden als volgt:
  " § 1/1. De erkenningscommissies, vermeld in paragraaf 1, kunnen uitgebreid worden met extra leden als bijkomende expertise nodig is of als de lijst vermeld in het koninklijk besluit van 27 september 2006 houdende de lijst van bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde, wordt uitgebreid.
  § 1/2. De leden van de erkenningscommissies, vermeld in paragraaf 1, eerste en tweede lid, worden voorgedragen door de beroepsverenigingen en -organisaties van de verpleegkundigen.
  De leden van de erkenningscommissie, vermeld in paragraaf 1, derde lid, worden voorgedragen door de beroepsverenigingen en -organisaties van de verpleegkundigen en de zorgkundigen.".

Art.10. In artikel 4, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, wordt tussen de woorden "over de erkenningsprocedure" en de woorden "voor bijzondere beroepstitels" de zinsnede "voor de beoefenaars van de verpleegkunde," ingevoegd.

Art.11. In artikel 5, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, wordt tussen de woorden "tot erkenning van" en de woorden "de bijzondere beroepstitels" de zinsnede "de beoefenaars van de verpleegkunde," ingevoegd.

Art.12. In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019 en 12 mei 2023, worden het eerste tot en met het derde lid vervangen door wat volgt:
  "De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 1°, houdt zitting en beraadslaagt op geldige wijze als minstens twee leden aanwezig zijn.
  De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 2°, houdt zitting en beraadslaagt op geldige wijze als minstens twee leden aanwezig zijn.
  De erkenningscommissie, vermeld in artikel 2, eerste lid, 3°, houdt zitting en beraadslaagt op geldige wijze als minstens twee leden aanwezig zijn.".

Art.13. In hoofdstuk 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, wordt in het opschrift van afdeling 1 tussen het woord "Erkenning" en de woorden "van de bijzondere beroepstitels" de zinsnede "van de beoefenaars van de verpleegkunde," ingevoegd.

Art.14. In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt tussen de woorden "die erkend wil worden" en de woorden "als houder van een bijzondere beroepstitel" de zinsnede "als beoefenaar van de verpleegkunde," ingevoegd;
  2° in paragraaf 1, derde lid, wordt de zinsnede "artikel 88" vervangen door de zinsnede "artikel 45, 46 en 88";
  3° in paragraaf 3 worden de woorden "waarbij de beoefenaar van de verpleegkunde erkend wordt als houder van een bijzondere beroepstitel of gemachtigd wordt om zich op een bijzondere beroepsbekwaamheid te beroepen" vervangen door de woorden "van de beoefenaar van de verpleegkunde, de erkenning van de bijzondere beroepstitel of de bijzondere beroepsbekwaamheid";
  4° in paragraaf 4 worden tussen de woorden "een erkenning" en de woorden "als houder van een bijzondere beroepstitel" de woorden "als beoefenaar van de verpleegkunde of" ingevoegd.

Art.15. In artikel 14, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12 mei 2023, wordt tussen de woorden "de erkenning" en de woorden "van de bijzondere beroepstitel" de zinsnede "van de beoefenaar van de verpleegkunde," ingevoegd.

HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2017 betreffende de erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen
Art.16. In artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 februari 2017 betreffende de erkenning van artsen-specialisten en van huisartsen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 maart 2019 en 13 januari 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 2, opgeheven bij het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2023, wordt hersteld als volgt:
  " § 2. Als de bevoegde erkenningscommissie in de loop van of op het einde van de stageperiode van oordeel is dat de kandidaat niet geschikt is om de gekozen discipline uit te oefenen, deelt ze dat schriftelijk mee aan de kandidaat en aan het agentschap, met vermelding van de motieven waarop ze haar beoordeling baseert.
  De erkenningscommissie hoort de kandidaat en de stagemeester.
  Als de erkenningscommissie bij haar standpunt blijft, kan ze een onderzoekscommissie, die bestaat uit ten minste twee van haar leden, belasten met een onderzoek ter plaatse.
  Als een onderzoek ter plaatse gebeurt, woont een personeelslid van het agentschap dat onderzoek ter plaatse bij.
  Als een onderzoek ter plaatse gebeurt, bezorgt de onderzoekscommissie een verslag aan de erkenningscommissie.
  De erkenningscommissie adviseert ofwel om een einde te maken aan de stage, ofwel om de stage te laten voortzetten. In het laatste geval adviseert de erkenningscommissie dat de kandidaat een nieuwe stagemeester zoekt en in welke mate de stage die gevolgd is bij de eerste stagemeester, in aanmerking zal worden genomen bij het berekenen van de totale stageduur. De kandidaat legt een wijziging van het stageplan ter goedkeuring voor aan het agentschap.
  Als de tweede stagemeester na de uitvoering van het gewijzigde stageplan een ongunstige evaluatie geeft, kan de erkenningscommissie adviseren de kandidaat niet toe te laten zijn stage in de discipline in kwestie voort te zetten.
  Het agentschap bezorgt zijn definitieve beslissing, na een advies van de erkenningscommissie als vermeld in het zesde en het zevende lid, aan de kandidaat, de stagemeester en de coördinerende stagemeester.";
  2° paragraaf 3 wordt opgeheven.

HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art.17. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2023, met uitzondering van artikel 16, dat uitwerking heeft met ingang van 31 mei 2023.

Art. 18. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.