4 APRIL 2019. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van diverse bepalingen betreffende de Waalse overheidsdiensten om de geldelijke gevolgen van sommige bevorderingen toe te kennen aan de contractuele personeelsleden en de regeling inzake de bevordering door overgang naar het hogere niveau op hen van toepassing te maken.
Art. 1-8
Artikel 1. Artikel 56 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, gewijzigd bij de besluiten van 18 oktober 2012, 15 mei 2014, 21 april 2016 en 21 juli 2016, wordt vervangen als volgt:
"Art. 56. § 1. De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschalen A5/2 en A5/1 :
1° vijftien jaar ranganciënniteit hebben;
2° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie.
De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschaal A5/2bis of A5/1bis :
1° vijfentwintig jaar niveau-anciënniteit hebben, of zestien jaar als de ambtenaar bevorderd is overeenkomstig paragraaf 5, lid 1;
2° tien jaar weddeschaalanciënniteit hebben in de weddeschalen A5/2 of A5/1;
3° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie.
Voor de bevorderingen door verhoging in weddeschaal tot de weddeschalen A5/2bis en A5/1bis, wordt de weddeschaalanciënniteit verworven in de voormalige weddeschalen A5S en A5 gelijkgesteld met de weddeschaalanciënniteit verworven respectievelijk in de weddeschalen A5/2 en A5/1.
§ 2. De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschalen B1/2bis en B1/1bis :
1° vijfentwintig jaar niveau-anciënniteit hebben, of zestien jaar als de ambtenaar bevorderd is overeenkomstig paragraaf 49, § 2, lid 1;
2° tien jaar ranganciënniteit hebben;
3° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie.
§ 3. De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschaal C1bis :
1° tien jaar ranganciënniteit hebben;
2° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie.
§ 4. De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschaal D1bis :
1° tien jaar ranganciënniteit hebben;
2° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie.
§ 5. De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, kan bevorderd worden door verhoging in weddeschaal tot de weddeschalen A5/2, A5/1, C1bis of D1bis :
1° zes jaar ranganciënniteit hebben;
2° aantonen dat de evaluatie positief is;
3° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie;
4° houder zijn van een getuigschrift ter bevestiging van de vaardigheden voor de betrokken weddeschaal en het betrokken beroep.
De ambtenaar die de volgende voorwaarden vervult, wordt door verhoging in weddeschaal bevorderd tot de weddeschalen B1/2bis en B1/1bis :
1° éénentwintig jaar niveau-anciënniteit hebben, of twaalf jaar als de ambtenaar bevorderd is overeenkomstig paragraaf 49, § 2, lid 1;
2° zes jaar ranganciënniteit hebben;
3° het bewijs leveren van een positieve evaluatie;
4° niet getroffen zijn door een definitieve en niet-geschrapte tuchtsanctie;
5° houder zijn van een getuigschrift ter bevestiging van de vaardigheden voor de betrokken weddeschaal en het betrokken beroep.
De bevordering wordt één keer per jaar toegekend aan de ambtenaren zonder dat ze zich kandidaat moeten stellen, door de secretaris-generaal, op voorstel van het betrokken directiecomité met inachtneming van het aantal bevorderingen in het niveau voorzien voor het lopende jaar in het personeelsplan. De bevordering mag enkel wegens onwettigheid van het voorstel geweigerd worden.".
Art.2. In artikel 220 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, lid 1, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009, wordt het woord "graadanciënniteit" vervangen door de woorden "ranganciënniteit bij de aanwerving";
2° in paragraaf 2, lid 2, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009, wordt het woord "graadanciënniteit" vervangen door de woorden "ranganciënniteit bij de aanwerving";
3° paragraaf 2, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009, wordt aangevuld met een nieuw lid, luidend als volgt :
"Voor de toepassing van de artikelen 49 en 56 vormen de daadwerkelijke diensten die de ambtenaar bij de diensten van de Waalse Regering of de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en waarvan het personeel onder huidig besluit valt, vervuld heeft als vastbenoemde en zonder vrijwillige onderbreking in een minstens gelijkwaardige rang, toelaatbare diensten voor de berekening van de ranganciënniteit in de rangen B2, C2 of D2.";
4° in paragraaf 3, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 21 juli 2016, wordt lid 1 vervangen als volgt:
" § 3. Voor de toepassing van de artikelen 49 en 56 vormen eveneens toelaatbare diensten :
1° voor de berekening van de ranganciënniteit in rang A6, B3, C3 of D3, de daadwerkelijke diensten die de ambtenaar als contractueel en zonder vrijwillige onderbreking heeft verricht in een niveau minstens gelijkwaardig aan zijn aanwervingsniveau, bij de diensten van de Waalse Regering of in de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en waarvan het personeel aan dit besluit is onderworpen;
2° voor de berekening van de ranganciënniteit in rang B2, C2 of D2, de daadwerkelijke diensten die de ambtenaar als contractueel en zonder vrijwillige onderbreking heeft verricht onder de dienovereenkomstige weddeschaal bij de diensten van de Waalse Regering of in de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en waarvan het personeel aan dit besluit is onderworpen.";
5° er wordt een paragraaf 3bis ingevoegd, luidend als volgt :
" § 3bis. Voor de toepassing van artikel 56, § 1, lid 2, vormen eveneens toelaatbare diensten voor de berekening van de weddeschaalanciënniteit in de weddeschaal A5/2 of A5/1:
1° de daadwerkelijke diensten die de ambtenaar als vastbenoemde en zonder vrijwillige onderbreking heeft verricht onder minstens een gelijkwaardige weddeschaal bij de diensten van de Waalse Regering of in de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en waarvan het personeel aan dit besluit is onderworpen;
2° de daadwerkelijke diensten die de ambtenaar als contractueel en zonder vrijwillige onderbreking heeft verricht onder minstens een gelijkwaardige weddeschaal bij de diensten van de Waalse Regering of in de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en waarvan het personeel aan dit besluit is onderworpen.".
Art.3. In artikel 8 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 29 maart 2012 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 oktober 2016, wordt lid 2 vervangen door hetgeen volgt:
"De contractuele personeelsleden genieten, in dezelfde voorwaarden als de vastbenoemde ambtenaren, de geldelijke gevolgen van bevorderingen bedoeld in de artikelen 49 en 56 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode.".
Art.4. In hetzelfde besluit wordt een artikel 8bis, luidend als volgt, ingevoegd :
"Art. 8bis. § 1. De voltijds, voor een onbepaalde duur in dienst genomen contractuele personeelsleden, onder uitsluiting van het contractueel personeel, in dienst genomen ter vervanging van afwezige ambtenaren of in afwachting van een in hun betrekking vastbenoemde ambtenaar, komen, in dezelfde voorwaarden als de vastbenoemde ambtenaren, in aanmerking voor de bevordering door overgang naar een hoger niveau als bedoeld in de artikelen 57 en 58 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode.
§ 2. In afwijking van artikel 57, § 1, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, vormt de benoeming door overgang naar het hogere niveau geen benoeming.
In afwijking van artikel 57, § 2, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, wordt op voorstel van het betrokken directiecomité uiterlijk binnen de twaalf maanden na de datum van het proces-verbaal ter afsluiting van het vergelijkend examen een nieuwe arbeidsovereenkomst gesloten.
In afwijking van artikel 57, § 3, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, heeft de bevordering door overgang naar het hogere niveau uitwerking de eerste dag van de maand volgend op het sluiten van de arbeidsovereenkomst.".
Art.5. In artikel 12 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid, vervangen door het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009 en gewijzigd bij de besluiten van de Waalse Regering van 29 maart 2012 en 27 oktober 2016, worden de woorden "de contractuelen die voor onbepaalde duur in dienst genomen worden, behoudens het contractuele personeel in dienst genomen ter vervanging van afwezige personeelsleden of in afwachting van een statutaire aanwerving in hun betrekking " vervangen door de woorden " contractuele personeelsleden ";
2° lid 2, ingevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 29 maart 2012 en gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 oktober 2016, wordt vervangen als volgt:
" De indiensttreding heeft de eerste positieve evaluatie van het contractuele personeelslid tot gevolg.".
Art.6. In artikel 3 van het besluit van de Waalse Regering van 15 juni 2017 tot vaststelling van het statuut van de wetenschappelijke personeelsleden wordt paragraaf 2 vervangen als volgt:
" § 2. In afwijking van artikel 8, lid 2, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden genieten de contractuele wetenschappelijke personeelsleden wier wedde voortvloeit uit de toepassing van weddeschaal A6Sc of A5Sc respectievelijk, in dezelfde voorwaarden als de wetenschappelijke ambtenaren, de geldelijke gevolgen van de bevordering bedoeld in de artikelen 300, § 1, en 301, § 1, van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode. ".
Art.7. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na afloop van een termijn van tien dagen die ingaat op de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 8. De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.