30 MAART 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 mei 2001 tot instelling van een algemeen reglement betreffende de inkomensgarantie voor ouderen en van het koninklijk besluit van 13 augustus 2011 betreffende de betaling van de door de Rijksdienst voor Pensioenen betaalde uitkeringen
Art. 1-8
Artikel 1. In artikelen 1, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15, 15/1, 17, 18, 35 en 41 en in het opschrift van afdeling 2 van het hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 23 mei 2001 tot instelling van een algemeen reglement betreffende de inkomensgarantie voor ouderen, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in de Franse versie worden de woorden " l'Office ", de woorden " l'Office national des pensions ", de woorden " à l'Office " en de woorden " de l'Office " respectievelijk vervangen door de woorden "le Service", de woorden " le Service fédéral des Pensions ", de woorden " au Service " en de woorden " du Service ";
2° in de Nederlandse versie worden het woord "Rijksdienst" en de woorden "de Rijksdienst voor Pensioenen" respectievelijk vervangen door het woord "Dienst" en de woorden "de Federale Pensioendienst".
Art.2. In artikel 40 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijke besluiten van 9 maart 2004 en 13 augustus 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het tweede lid, worden de woorden "de Rijksdienst" en de woorden "het koninklijk besluit van 13 augustus 2011 betreffende de betaling van de door de Rijksdienst betaalde uitkeringen" respectievelijk vervangen door de woorden "de Dienst" en de woorden "het koninklijk besluit van 13 augustus 2011 betreffende de betaling van de door de Federale Pensioendienst betaalde uitkeringen";
2° in het derde lid, worden de woorden "In afwijking van het eerste lid, en op aanvraag door de gerechtigde ingediend met een gewone brief," vervangen door de woorden "In afwijking van het eerste lid, ofwel op aanvraag door de gerechtigde ofwel op initiatief van de Dienst,";
3° het vierde lid wordt opgeheven ;
4° het vijfde lid, dat het vierde lid wordt, wordt vervangen als volgt :
"Het toezenden van stukken en het uitvoeren van betalingen aan de gerechtigde op een inkomensgarantie gebeuren op zijn hoofdverblijfplaats.";
5° het zesde lid, dat het vijfde lid wordt, wordt vervangen als volgt :
"Van deze verplichting kan evenwel tijdelijk afgeweken worden op schriftelijk verzoek van de betrokkene of van zijn lasthebber, gericht aan de Dienst.".
Art.3. In artikel 42 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 7 februari 2014 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 5 juli 2015 en 27 januari 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "opeenvolgende dagen" telkens vervangen door de woorden "opeenvolgende kalenderdagen";
2° in paragraaf 1, tweede lid, 3°, worden de woorden "van de Rijksdienst voor Pensioenen" vervangen door de woorden "van de Federale Pensioendienst";
3° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt :
" § 3. De gerechtigde op de inkomensgarantie die het Belgische grondgebied verlaat is verplicht de Dienst daarvan voorafgaandelijk in te lichten. Hetzelfde geldt voor de gerechtigde die op ononderbroken wijze gedurende meer dan 21 kalenderdagen verblijft in een andere verblijfplaats in België dan zijn hoofdverblijfplaats.
Wanneer de gerechtigde de verplichting bedoeld in het eerste lid om voorafgaandelijk de Dienst in te lichten in geval van vertrek naar het buitenland niet respecteert, wordt de betaling van de inkomensgarantie geschorst gedurende een kalendermaand, onverminderd de schorsing van de inkomensgarantie voorzien in paragraaf 1, derde lid. Hiertoe houdt de Dienst elke maand 10% van het maandbedrag van de inkomensgarantie in tot het bereiken van het bedrag overeenstemmend met één maand inkomensgarantie.";
4° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt :
" § 4. De controle op de bepalingen van paragrafen 1, 2 en 3 gebeurt ten minste eenmaal per jaar voor ten minste 80% van de gerechtigden op de inkomensgarantie volgens de procedure voorzien in het tweede en derde lid.
De afgifte van het controledocument gebeurt op de hoofdverblijfplaats van de gerechtigde of op de daadwerkelijke tijdelijke verblijfplaats in België meegedeeld aan de Dienst krachtens paragraaf 3, in de handen van de gerechtigde zelf, na vertoon van zijn geldige identiteitskaart. In geval van afwezigheid van de gerechtigde worden twee andere pogingen tot afgifte van het controledocument ondernomen binnen een termijn van 21 kalenderdagen vanaf de datum van de eerste poging. Indien, bij de derde en laatste poging tot afgifte van het controledocument de gerechtigde nog steeds afwezig is, wordt een verblijfsbewijs gedeponeerd in de brievenbus van de gerechtigde. Binnen de vijf werkdagen die volgen op de datum van het deponeren, biedt de gerechtigde zich in persoon en in bezit van zijn identiteitskaart aan bij het gemeentebestuur van zijn hoofdverblijfplaats, waar zijn aanwezigheid op het grondgebied wordt bevestigd door de bevoegde ambtenaar op het verblijfsbewijs en stuurt hij het ingevulde verblijfsbewijs terug naar de Dienst binnen deze termijn, waarbij de poststempel geldt als bewijs.
Indien het verblijfsbewijs niet werd ingevuld en/of teruggestuurd naar de Dienst binnen de termijn van vijf werkdagen voorzien in het tweede lid, wordt de begunstigde verondersteld niet meer in België te hebben verbleven, naargelang het geval, sinds de datum van de eerste poging tot afgifte van het controledocument of sinds de datum van zijn vertrek naar het buitenland in geval van verblijf in het buitenland, ongeacht of hij al dan niet zijn data van vertrek en terugkeer aan de Dienst heeft meegedeeld en de betaling van de inkomensgarantie wordt geschorst.
De gerechtigde die langer in het buitenland heeft verbleven dan de duur bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 1°, licht, spontaan en zonder termijn, de Dienst in van zijn terugkeer op het Belgische grondgebied. De Dienst start onmiddellijk de controleprocedure voorzien in het tweede en derde lid.
Na bevestiging van de aanwezigheid van de gerechtigde op het Belgische grondgebied, herneemt de Dienst de betaling van de inkomensgarantie vanaf de eerste dag van de maand die volgt op deze tijdens welke hij deze bevestiging heeft bekomen.
De controleprocedure voorzien in het tweede en derde lid is niet van toepassing op de gerechtigden die opgenomen zijn in een rusthuis, rust- en verzorgingstehuis of in een psychiatrische verzorgingsinstelling in België. "
Art.4. In het opschrift van het koninklijk besluit van 13 augustus 2011 betreffende de betaling van de door de Rijksdienst voor Pensioenen betaalde uitkeringen worden de woorden "de Rijksdienst voor Pensioenen" vervangen door de woorden "de Federale Pensioendienst".
Art.5. In artikelen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 9 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in de Franse versie worden de woorden " l'Office ", de woorden " l'Office national des pensions ", de woorden " à l'Office ", de woorden " de l'Office " en de woorden " à cet Office " respectievelijk vervangen door de woorden "le Service", de woorden " le Service fédéral des Pensions ", de woorden " au Service ", de woorden " du Service " en de woorden " au Service ";
2° in de Nederlandse versie worden het woord "Rijksdienst" en de woorden "de Rijksdienst voor Pensioenen" respectievelijk vervangen door het woord "Dienst" en de woorden "de Federale Pensioendienst".
3° de woorden "door middel van het formulier dat beschikbaar is bij de Rijksdienst" worden telkens vervangen door de woorden "door middel van het formulier beschikbaar bij de Dienst ".
Art.6. In artikel 8 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° paragraaf 1 wordt vervangen als volgt :
" § 1. Ter controle van het daadwerkelijke verblijf op het Belgische grondgebied verstuurt de Dienst ten minste eenmaal per jaar, de vraag tot afgifte van een verblijfsbewijs, waarvan hij het model bepaalt, aan de gerechtigden op een uitkering die niet overal ter wereld betaalbaar is, met uitzondering van de inkomensgarantie voor ouderen. De gerechtigde stuurt het behoorlijk ingevuld verblijfsbewijs binnen de dertig kalenderdagen na ontvangst ervan aan de Dienst terug.";
2° in de Franse versie van paragraaf 2, worden de woorden "à l'Office" vervangen door de woorden "au Service".
3° in de Nederlandse versie van paragraaf 2, wordt het woord "Rijksdienst" vervangen door het woord "Dienst".
Art.7. Dit besluit treedt in werking op een door Ons te bepalen datum, met uitzondering van artikel 1, artikel 2, 1°, artikel 3, 2°, artikel 4, artikel 5 en artikel 6, 2° en 3°, die uitwerking hebben met ingang van 31 maart 2016.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 2, 2° tot 5°; 3, 1°, 3° en 4°; 6, 1° vastgesteld op 01-07-2019 door KB 2019-03-10/01, art. 1)
Art. 8. De minister bevoegd voor Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.