15 APRIL 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van meerdere koninklijke besluiten op het vlak van overheidsopdrachten en concessies en tot aanpassing van een drempel in de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies
HOOFDSTUK 1. - Aanpassing van een drempel in de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 20 december 2010 inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen in het kader van overheidsopdrachten
Art. 3-6
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten
Art. 7-14
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 2013 bettreffende de tussenkomst van de Ministerraad, de overdracht van bevoegdheid et de machtigingen inzake de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten, ontwerpenwedstrijden en concessies voor openbare werken op federaal niveau
Art. 15-25
HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 betreffende de energie-efficiëntie-eisen in het kader van bepaalde overheidsopdrachten betreffende de verwerving van producten, diensten en gebouwen
Art. 26-30
HOOFDSTUK 6. - Wijziging van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017
Art. 31-45
HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de speciale sectoren van 18 juni 2017
Art. 46-56
HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
Art. 57-60
HOOFDSTUK 9. - Inwerkingtreding en slotbepaling
Art. 61-62
2010021131 2013021005 2013021025 2013203640 2014021100 2017020322 2017203313 2017203461
HOOFDSTUK 1. - Aanpassing van een drempel in de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies
Artikel 1. In artikel 29, § 1, eerste lid, van de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, gewijzigd bij de wet van 16 februari 2017, wordt het bedrag "85.000 euro" vervangen door het bedrag "144.000 euro" en wordt het bedrag "170.000 euro" vervangen door het bedrag "443.000 euro".
Art.2. In artikel 61, eerste lid, van dezelfde wet, wordt het bedrag "8.500 euro" vervangen door het bedrag "30.000 euro".
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 20 december 2010 inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen in het kader van overheidsopdrachten
Art.3. In artikel 2 van het koninklijk besluit van 20 december 2010 inzake de bevordering van schone en energiezuinige wegvoertuigen in het kader van overheidsopdrachten, gewijzigd bij koninklijk besluit van 7 februari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt :
"1° wet overheidsopdrachten : de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten;";
2° de bepaling onder 2° wordt opgeheven ;
3° de bepaling onder 3° wordt opgeheven.
Art.4. In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de woorden " overheidsopdrachten en de opdrachten" worden telkens vervangen door de woorden "overheidsopdrachten";
2° in het eerste lid worden de woorden "aanbestedende instantie" vervangen door het woord "aanbesteder".
Art.5. In artikel 4 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "overheidsopdrachten of opdracht" worden vervangen door het woord "overheidsopdracht";
2° de woorden "aanbestedende instantie" worden vervangen door het woord "aanbesteder".
Art.6. In de artikelen 5 en 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "aanbestedende instantie" telkens vervangen door het woord "aanbesteder".
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten
Art.7. In artikel 9, § 4, tweede lid, van het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juni 2017, wordt de bepaling onder 2° opgeheven.
Art.8. In de artikelen 12/2, 12/3, 45 en 67 van hetzelfde besluit worden de woorden "de oorspronkelijke aannemingssom" telkens vervangen door de woorden "het oorspronkelijke opdrachtbedrag".
Art.9. Artikel 30 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juni 2017, wordt vervangen als volgt :
"Art. 30. In voorkomend geval houdt de aanbesteder van de borgtocht ambtshalve de sommen af die haar toekomen, met name wanneer de opdrachtnemer in gebreke blijft bij de uitvoering zoals vermeld in artikel 44, § 1.
Deze afhouding is onderworpen aan de naleving van de in artikel 44, § 2, bepaalde voorwaarden, met inbegrip van de voorwaarde dat de door de opdrachtnemer opgeworpen verweermiddelen in overweging worden genomen.
Indien de aanbesteder geheel of ten dele beroep doet op de borgtocht, na het verstrijken van de in artikel 44, § 2, tweede lid, derde zin, bedoelde termijn, mag de instelling bij wie de borgtocht werd gesteld, indien de opdrachtnemer in de in artikel 44, § 2, bedoelde termijn geen verweermiddelen liet gelden, niet het voorafgaandelijk akkoord van de opdrachtnemer eisen.".
Art.10. In artikel 32 van hetzelfde besluit, worden de woorden "als bedoeld in artikel 37, § 2, van de wet" vervangen door de woorden "als bedoeld in artikel 57, tweede lid, van de wet".
Art.11. Artikel 38/12, § 1, eerste lid, 2°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 juni 2017, wordt aangevuld met de woorden "of van andere omstandigheden waaraan de aanbesteder vreemd is waardoor de opdracht, naar oordeel van de aanbesteder, niet zonder bezwaar op dat ogenblik kan worden verdergezet".
Art.12. In artikel 44, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 juni 2017, wordt het derde lid, in de Franse versie, aangevuld met de woorden "en séjour illégal".
Art.13. Artikel 161 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 161. De artikelen 38/1 en 38/19 zijn eveneens van toepassing op de opdrachten die werden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt vóór 30 juni 2017, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, nog vóór die datum werd uitgenodigd tot het indienen van een offerte.".
Art.14. In hetzelfde besluit wordt een artikel 161/1 ingevoegd, luidende als volgt:
"Art. 161/1. Het artikel 38/2 is eveneens van toepassing op de opdrachten die werden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt vóór 30 juni 2017, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, nog vóór die datum werd uitgenodigd tot het indienen van een offerte.".
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 2013 bettreffende de tussenkomst van de Ministerraad, de overdracht van bevoegdheid et de machtigingen inzake de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten, ontwerpenwedstrijden en concessies voor openbare werken op federaal niveau
Art.15. Het opschrift van koninklijk besluit van 3 april 2013 betreffende de tussenkomst van de Ministerraad, de overdracht van bevoegdheid et de machtigingen inzake de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten, ontwerpenwedstrijden en concessies voor openbare werken op federaal niveau wordt vervangen als volgt : "Koninklijk besluit van 3 april 2013 betreffende de tussenkomst van de Ministerraad, de overdracht van bevoegdheid en de machtigingen inzake de plaatsing en de uitvoering van overheidsopdrachten, prijsvragen en concessies op federaal niveau".
Art.16. In de artikelen 3 en 5 tot 13 van hetzelfde besluit wordt het woord "ontwerpenwedstrijd" telkens vervangen door het woord "prijsvraag" en wordt het woord "ontwerpenwedstrijden" telkens vervangen door het woord "prijsvragen". Hetzelfde is het geval voor het opschrift van de hoofdstukken 3 en 4.
Art.17. In de artikelen 3 en 5 tot 13 van hetzelfde besluit worden de woorden "voor openbare werken" opgeheven. Hetzelfde is het geval voor het opschrift van de hoofdstukken 3 en 4.
Art.18. In artikel 1 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt :
"1° de wet "overheidsopdrachten" : de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten;";
2° een bepaling onder 1° /1 wordt ingevoegd, luidende :
"1° /1 de wet "concessies" : de wet van 17 juni 2016 inzake concessieovereenkomsten;";
3° in de bepaling onder 3° worden de woorden "15 juli 2011" telkens vervangen door de woorden "18 april 2017";
4° in de bepaling onder 4° worden de woorden "16 juli 2012" telkens vervangen door de woorden "18 juni 2017";
5° een bepaling onder 5° /1 wordt ingevoegd, luidende :
"5° /1 het koninklijk besluit van 25 juni 2017 : het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten;".
Art.19. In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in de eerste paragraaf worden de woorden "in artikel 74, eerste lid, van de wet van 15 juni 2006" vervangen door de woorden "in artikel 169, eerste lid, van de wet "overheidsopdrachten"";
2° in de eerste paragraaf, 1°, worden de woorden "bij aanbesteding, offerteaanvraag, concurrentiedialoog of onderhandelingsprocedure met bekendmaking als bedoeld in de artikelen 26, § 2, en 53, § 1, van de wet van 15 juni 2006 en artikel 22, eerste lid, van de wet van 13 augustus 2011" vervangen door de woorden "bij openbare procedure, niet-openbare procedure, concurrentiegerichte dialoog, innovatiepartnerschap, mededingingsprocedure met onderhandeling als bedoeld in artikel 38 van de wet "overheidsopdrachten", onderhandelingsprocedure met voorafgaande oproep tot mededinging als bedoeld in het artikel 120 van de wet "overheidsopdrachten", of onderhandelingsprocedure met bekendmaking als bedoeld in het artikel 22, eerste lid, van de wet van 13 augustus 2011";
3° in de eerste paragraaf, 2°, worden de woorden "bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de gevallen van de artikelen 26, § 1, en 53, § 2, van de wet van 15 juni 2006 en artikel 25 van de wet van 13 augustus 2011" vervangen door de woorden "bij onderhandelings-procedure zonder voorafgaande bekendmaking als bedoeld in artikel 42 van de wet "overheidsopdrachten", onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging als bedoeld in artikel 124 van de wet "overheidsopdrachten" of onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking als bedoeld in artikel 25 van de wet van 13 augustus 2011";
4° in de tweede paragraaf wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt :
"2° de voorstellen van concessieovereenkomsten als bedoeld in artikel 63, eerste lid, van de wet "concessies" waarvan het geraamde bedrag gelijk is aan of hoger is dan 3.500.000 euro wat de concessie voor werken betreft en het in artikel 4, eerste lid, van het koninklijk besluit van 25 juni 2017 bedoelde bedrag wat de concessie voor diensten betreft.";
5° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 5, luidende:
" § 5. De paragrafen 1, 3 en 4 zijn van toepassing op de raamovereenkomst.".
Art.20. In artikel 4, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "in de gevallen bedoeld in de artikelen 26, § 1, 1°, c, en 53, § 2, 1°, c, van de wet van 15 juni 2006" vervangen door de woorden "in de gevallen bedoeld in de artikelen 42, § 1, 1°, b, en 124, § 1, 5°, van de wet "overheidsopdrachten"".
Art.21. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt :
" 1° de overheidsopdrachten geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking in de gevallen bedoeld in artikel 42, § 1, 1°, c, 3° en 5°, van de wet "overheidsopdrachten", bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging in de gevallen bedoeld in artikel 124, § 1, 2°, 10°, 11° en 12°, van de wet "overheidsopdrachten" en bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de gevallen bedoeld in artikel 25, 1°, c en d, en 3°, c, van de wet van 13 augustus 2011;";
2° in de bepaling onder 2° worden de woorden "de artikelen 26, § 1, 2°, a, 3°, b en c, en 53, § 2, 2° en 4°, a en b, van de wet van 15 juni 2006 en" opgeheven;
3° het artikel wordt aangevuld met een bepaling onder 2° /1, luidende :
"2° /1 de overheidsopdrachten geplaatst bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking in de gevallen bedoeld in artikel 42, § 1, 2°, van de wet "overheidsopdrachten", bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging in de gevallen bedoeld in artikel 124, § 1, 8°, van de wet "overheidsopdrachten" en bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de gevallen bedoeld in artikel 25, 4°, b), van de wet van 13 augustus 2011, behalve indien niet om de goedkeuring van de Ministerraad werd verzocht voor de oorspronkelijke opdracht;";
4° in de bepaling onder 5° worden de woorden "wet van 15 juni 2006" vervangen door de woorden "wet "overheidsopdrachten"".
5° het artikel wordt aangevuld met een bepaling onder 6°, luidende :
"6° de opdrachten gebaseerd op een raamovereenkomst.".
Art.22. In artikel 8, § 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "overheidsopdracht-, wedstrijd- of concessiedocumenten" vervangen door de woorden "overheidsopdracht-, prijsvraag- of concessiedocumenten";
2° in het tweede lid worden door de woorden "artikel 105, § 1, van het koninklijk besluit van 15 juli 2011, artikel 110, § 1, van het koninklijk besluit van 23 januari 2012 en artikel 104, § 1, van het koninklijk besluit van 16 juli 2012 niet overschrijdt" vervangen door de woorden "artikel 90 van het koninklijk besluit van 18 april 2017, artikel 89, § 1, 2°, van de wet "overheidsopdrachten", artikel 88 van het koninklijk besluit van 18 juni 2017, artikel 159, § 1, 2°, van de wet "overheidsopdrachten" en artikel 110, § 1, van het koninklijk besluit van 23 januari 2012 niet overschrijdt, en evenmin voor de concessies waarvan de geraamde waarde 1.700.000 euro niet overschrijdt".
Art.23. In artikel 10, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 7 februari 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in de bepaling onder 1° worden de woorden "bij aanbesteding, offerteaanvraag, concurrentiedialoog of onderhandelingsprocedure met bekendmaking als bedoeld in de artikelen 26, § 2, en 53, § 1, van de wet van 15 juni 2006 en artikel 22, eerste lid, van de wet van 13 augustus 2011" vervangen door de woorden "bij openbare procedure, niet openbare procedure, concurrentiegerichte dialoog, innovatiepartnerschap, mededingingsprocedure met onderhandeling als bedoeld in artikel 38 van de wet "overheidsopdrachten", onderhandelingsprocedure met voorafgaande oproep tot mededinging als bedoeld in artikel 120 van de wet "overheidsopdrachten" of onderhandelingsprocedure met bekendmaking als bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de wet van 13 augustus 2011";
2° in de bepaling onder 2° worden de woorden "bij onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking in de gevallen van de artikelen 26, § 1, en 53, § 2, van de wet van 15 juni 2006 en artikel 25 van de wet van 13 augustus 2011" vervangen door de woorden "bij onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking als bedoeld in artikel 42 van de wet "overheidsopdrachten", onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande oproep tot mededinging als bedoeld in artikel 124 van de wet "overheidsopdrachten", of onderhandelings-procedure zonder bekendmaking als bedoeld in artikel 25 van de wet van 13 augustus 2011".
Art.24. In artikel 12 van hetzelfde besluit, worden de woorden "artikel 8 van de wet van 15 juni 2006" vervangen door de woorden "artikel 6 van de wet "overheidsopdrachten", artikel 26 van de wet "concessies"". Hetzelfde geldt voor het opschrift van hoofdstuk 4.
Art.25. In artikel 13 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "door de artikelen 24 tot 27 van het koninklijk besluit van 15 juli 2011, de artikelen 24 tot 27 van het koninklijk besluit van 16 juli 2012" vervangen door de woorden "door artikel 35 van de wet "concessies", door artikel 7 van het koninklijk besluit van 18 april 2017, door artikel 7 van het koninklijk besluit van 18 juni 2017";
2° in het tweede lid worden de woorden "de artikelen 26, § 1, 2°, a, 3°, b en c, en 53, § 2, 2° en 4°, a en b, van de wet van 15 juni 2006 en" opgeheven.
HOOFDSTUK 5. - Wijziging van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 betreffende de energie-efficiëntie-eisen in het kader van bepaalde overheidsopdrachten betreffende de verwerving van producten, diensten en gebouwen
Art.26. Het opschrift van koninklijk besluit van 13 juli 2014 betreffende de energie-efficiëntie-eisen in het kader van bepaalde overheidsopdrachten betreffende de verwerving van producten, diensten en gebouwen wordt vervangen als volgt : "Koninklijk besluit van 13 juli 2014 betreffende de energie-efficiënte-eisen in het kader van bepaalde overheidsopdrachten en concessieovereenkomsten betreffende de verwerving van producten, diensten en gebouwen".
Art.27. In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de wet van 17 juni 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepaling onder 1° wordt vervangen als volgt :
"1° wet "overheidsopdrachten" : de wet van 17 juni 2016 inzake concessieovereenkomsten;";
2° er wordt een bepaling onder 1° /1 ingevoegd, luidende:
"1° /1 wet "concessies" : de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten;";
3° de bepaling onder 7° wordt vervangen als volgt :
"7° overheidsopdracht: a) elke overheidsopdracht, promotieopdracht van werken en raamovereenkomst omschreven in artikel 3, 1° tot 4°, 11° en 12°, van de wet defensie en veiligheid ; en
b) elke overheidsopdracht, prijsvraag en raamovereenkomst omschreven in artikel 2, 17°, 18°, 20°, 21°, 31° en 35°, van de wet "overheidsopdrachten" die valt onder het toepassingsgebied van titel 2 van die wet, alsook elke overheidsopdracht, prijsvraag en raamovereenkomst die ingevolge de werking van de bepalingen van Onderafdeling 3 van Afdeling 2 van Hoofdstuk I van titel 2 van de voormelde wet, van het materieel toepassingsgebied van titel 2 van de voormelde wet uitgesloten worden;";
4° er wordt een bepaling onder 7° /1 ingevoegd, luidende:
"7° /1 concessie : elke concessie omschreven in artikel 2, 7°, van de wet "concessies" die wordt geplaatst door een aanbestedende overheid en dit, zelfs indien de concessie uitgesloten wordt van het materieel toepassingsgebied van de voormelde wet krachtens hoofdstuk 2 van titel 2 van de voormelde wet, maar slechts voor zover het concessies betreft die worden geplaatst voor andere activiteiten dan deze bedoeld in bijlage II van de voormelde wet;".
Art.28. In de artikelen 4 tot 7 en 9 van hetzelfde besluiten wordt het woord "overheidsopdrachten" telkens vervangen door de woorden "overheidsopdrachten en concessies".
Art.29. In de artikelen 4 tot 8 van hetzelfde besluit worden de woorden "voor zover de voorwaarden van artikel 41/1, § 1, vierde lid, wet "overheidsopdrachten"" vervangen door de woorden "voor zover de voorwaarden van artikel 168, § 2, vijfde lid, wet "overheidsopdrachten", artikel 62, § 2, vijfde lid, wet "concessies"".
Art.30. In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de wet van 17 juni 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de woorden "drempel van artikel 32, eerste lid, 2°, van het koninklijk besluit plaatsing overheidsdopdrachten klassieke sectoren van 15 juli 2011" worden vervangen door de woorden "drempel van artikel 11, eerste lid, 2°, of 3°, van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017, al naargelang";
2° de bepaling wordt aangevuld met een lid, luidende :
"Dit hoofdstuk is eveneens van toepassing op de concessies van de centrale overheden waarvan het geraamde bedrag exclusief belasting over de toegevoegde waarde de drempel van artikel 4, eerste lid, van het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten bereikt. ".
HOOFDSTUK 6. - Wijziging van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017
Art.31. Artikel 29, derde lid, van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren van 18 april 2017, wordt vervangen als volgt :
"Wanneer de belasting over de toegevoegde waarde een kost met zich meebrengt voor de aanbestedende overheid, gebeurt de evaluatie van de offertebedragen met inbegrip van de belasting over de toegevoegde waarde.".
Art.32. In de inleidende zinnen van artikel 32, §§ 2 en 3, van hetzelfde besluit, worden de woorden "metingen en prestaties" telkens vervangen door de woorden "maatregelen en lasten". In de Franse tekst vervange men telkens het woord "impositions" door het woord "charges".
Art.33. In artikel 39, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "ten laatste op het uiterste tijdstip" vervangen door de woorden "vóór de limietdatum en het limietuur".
Art.34. In artikel 39, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "ten laatste op het uiterste tijdstip" vervangen door de woorden "vóór de limietdatum en het limietuur".
Art.35. In artikel 53, § 1, van hetzelfde besluit worden het tweede en derde lid vervangen als volgt :
"De aanbestedende overheid kan aan de kandidaat of de inschrijver een vertaling vragen van de bijlagen die in een andere taal gesteld zijn dan die van de aankondiging van opdracht of, bij ontstentenis daarvan, van de andere opdrachtdocumenten. Hetzelfde geldt ten aanzien van de inlichtingen en documenten die worden voorgelegd in het kader van het nazicht van de uitsluitingsgronden, het voldoen aan de toepasselijke selectiecriteria of het voldoen, in voorkomend geval, aan de regels voor de beperking van het aantal kandidaten, alsook ten aanzien van de in artikel 59, 2°, bedoelde statuten, akten en inlichtingen.".
Art.36. In artikel 56 van hetzelfde besluit wordt het woord "gunningsprocedure" in de Nederlandse versie vervangen door het woord "plaatsingsprocedure".
Art.37. In artikel 57, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de uiterste datum en uur" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.38. In artikel 62, § 3, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "laatste afgelopen kalenderkwartaal" vervangen door de woorden "laatste vervallen kalenderkwartaal".
Art.39. In artikel 82, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "uiterste datum tot het indienen", vervangen door de woorden "limietdatum en het limietuur voor het indienen".
Art.40. In artikel 83 van hetzelfde besluit wordt het woord "uiterste" opgeheven.
Art.41. In artikel 89, derde en vierde lid, derde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "het uiterste uur en datum" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.42. In artikel 92 van hetzelfde besluit wordt het woord "voor" vervangen door het woord "vóór" en wordt het woord "uiterste" opgeheven.
Art.43. In artikel 94, 2°, van hetzelfde besluit worden de woorden "het uiterste tijdstip en datum" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.44. In artikel 132 van het hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "treden de artikelen 14, § 1, eerste lid, en 73, § 2, van de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016, treden" vervangen door de woorden "treedt artikel 14, § 1, eerste lid, van de wet";
2° het artikel wordt aangevuld met een lid luidende :
"Voor de overheidsopdrachten die onder het toepassingsgebied van titel 2 van de wet vallen, treedt artikel 73, § 2, van de wet in werking op 18 april 2018 voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte.".
Art.45. In de bijlage 1 bij hetzelfde besluit worden de woorden "Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij", "Participatiefonds", "Participatiemaatschappij Vlaanderen" en "Vlaamse Participatiemaatschappij NV" opgeheven.
HOOFDSTUK 7. - Wijziging van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de speciale sectoren van 18 juni 2017
Art.46. Artikel 37, derde lid, van het koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten in de speciale sectoren van 18 juni 2017, wordt vervangen als volgt :
"Wanneer de belasting over de toegevoegde waarde een kost met zich meebrengt voor de aanbestedende entiteit, gebeurt de evaluatie van de offertebedragen met inbegrip van de belasting over de toegevoegde waarde.".
Art.47. In de inleidende zinnen van artikel 40, §§ 2 en 3, van hetzelfde besluit, worden de woorden "metingen en prestaties" telkens vervangen door de woorden "maatregelen en lasten". In de Franse tekst vervange men telkens het woord "impositions" door het woord "charges".
Art.48. In artikel 47, § 1, derde lid, en § 2 van hetzelfde besluit, worden de woorden "ten laatste op het uiterste tijdstip" vervangen door de woorden "vóór de limietdatum en het limietuur ".
Art.49. In de artikelen 63, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de uiterste datum en uur" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.50. In artikel 80, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "uiterste datum tot het indienen", vervangen door de woorden "limietdatum en het limietuur voor het indienen".
Art.51. In artikel 81 van hetzelfde besluit, wordt het woord "uiterste" opgeheven.
Art.52. In artikel 87, derde lid en vierde lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "het uiterste uur en datum" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.53. In artikel 89 van hetzelfde besluit wordt het woord "voor" vervangen door het woord "vóór" en wordt het woord "uiterste" opgeheven.
Art.54. In artikel 91, 2°, van hetzelfde besluit worden de woorden "het uiterste tijdstip en datum" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.55. In hetzelfde besluit wordt een artikel 123/1 ingevoegd, luidende:
"Kennisgeving opdrachten bedoeld in artikel en 114 en 115 van de wet
Art. 123/1. Indien hierom wordt verzocht verstrekken de aanbestedende entiteiten de volgende informatie aan de Europese Commissie omtrent de toepassing van de artikelen 114, §§ 2 en 3, en 115 van de wet :
1° de namen van de betrokken ondernemingen of gezamenlijke ondernemingen;
2° de aard en de waarde van de betrokken overheidsopdrachten;
3° de gegevens die de Europese Commissie noodzakelijk acht ten bewijze dat de betrekkingen tussen de aanbestedende entiteit en de onderneming of de gezamenlijke onderneming waaraan de opdrachten worden gegund, voldoen aan de voorschriften van artikel 114 of 115 van de wet.
Een kopij van de in het eerste lid bedoelde kennisgeving wordt eveneens onverwijld doorgestuurd naar het in artikel 163, § 2, van de wet bedoelde aanspreekpunt.".
Art.56. In 130 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "treden de artikel 14, § 1, eerste lid, en 73, § 2, samen te lezen met artikel 151, § 3, eerste en tweede lid, van de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016" vervangen door de woorden "treedt artikel 14, § 1, eerste lid, van de wet";
2° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende :
"Voor de overheidsopdrachten die onder het toepassingsgebied van titel 3 van de wet vallen, treedt artikel 73, § 2, van de wet, samen gelezen met artikel 151, § 3, eerste en tweede lid, van de wet in werking op 18 april 2018 voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte.".
HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten
Art.57. In artikel 25, § 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten, worden de woorden "de uiterste datum en uur" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.58. In artikel 27 van hetzelfde besluit, worden de woorden "de uiterste datum en uur" vervangen door de woorden "de limietdatum en het limietuur".
Art.59. In artikel 27 van hetzelfde besluit wordt het woord "uiterste" opgeheven.
Art.60. In de bijlage 1.A bij hetzelfde koninklijk besluit worden de woorden "Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij", "Participatiefonds", "Participatiemaatschappij Vlaanderen" en "Vlaamse Participatiemaatschappij NV" opgeheven.
HOOFDSTUK 9. - Inwerkingtreding en slotbepaling
Art.61. Dit besluit, met uitzondering van de artikelen 7, 9, 11, 13, 31, 44, 46 en 56, treedt in werking de tiende dag die volgt op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Artikel 13 heeft uitwerking vanaf 30 juni 2017.
De artikelen 44 en 56 treden in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte. Voor een opdracht waarvan de geraamde waarde gelijk is aan of hoger dan de drempels voor de Europese bekendmaking, moet rekening worden gehouden, wat de datum van bekendmaking betreft, met de datum van bekendmaking in het Bulletin der Aanbestedingen.
De artikelen 7, 9, 11, 31 en 46 treden in werking de tiende dag die volgt op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, voor de opdrachten die vanaf die datum worden bekendgemaakt of hadden moeten worden bekendgemaakt, alsook voor de opdrachten waarvoor, bij ontstentenis van een verplichting tot voorafgaande bekendmaking, vanaf die datum wordt uitgenodigd tot het indienen van een offerte. Voor een opdracht waarvan de geraamde waarde gelijk is aan of hoger dan de drempels voor de Europese bekendmaking, moet rekening worden gehouden, wat de datum van bekendmaking betreft, met de datum van bekendmaking in het Bulletin der Aanbestedingen.
Art. 62. De Eerste Minister is belast met de uitvoering van dit besluit.