20 APRIL 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de wijze van communicatie tussen het lokaal bestuur, de indiener van de klacht en de toezichthoudende overheid in het kader van het bestuurlijk toezicht op het lokaal bestuur
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Communicatie van de indiener van de klacht aan de toezichthoudende overheid
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Communicatie van de toezichthoudende overheid aan de indiener van de klacht
Art. 3
HOOFDSTUK 4. - Communicatie tussen het lokaal bestuur en de toezichthoudende overheid
Art. 4
HOOFDSTUK 5. - Bijzondere bepaling voor de gemeente Voeren en de gemeenten, vermeld in artikel 7 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966
Art. 5
HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen
Art. 6-8
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. In dit besluit wordt verstaan onder:
1° agentschap: het Agentschap Binnenlands Bestuur, opgericht bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 oktober 2005 tot oprichting van het intern verzelfstandig agentschap "Agentschap Binnenlands Bestuur";
2° beveiligde zending: een wijze van bezorging waarbij het tijdstip van verzending en aflevering van de communicatie en de integriteit van de gegevens kan worden vastgesteld. Daaronder wordt verstaan:
a) het digitaal loket dat beschikbaar is op de website van het agentschap;
b) het digitaal formulier dat beschikbaar is op de website van het agentschap;
c) elk ander digitaal systeem waarvan de specificaties bepaald worden door de Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden;
d) een aangetekende zending;
e) een afgifte tegen ontvangstbewijs.
HOOFDSTUK 2. - Communicatie van de indiener van de klacht aan de toezichthoudende overheid
Art.2. Een klacht bij de toezichthoudende overheid wordt ingediend op een van de volgende wijzen:
1° met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, b) of c);
2° met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, d) of e), op het adres van het agentschap, vermeld op de website van het agentschap.
HOOFDSTUK 3. - Communicatie van de toezichthoudende overheid aan de indiener van de klacht
Art.3. De communicatie van de toezichthoudende overheid aan de indiener van een klacht gebeurt met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, c), d) of e), in geval van toepassing van artikel 146, 333, derde lid, artikel 336, artikel 339, 485, eerste lid, artikel 469, derde lid, artikel 500 en 555 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
HOOFDSTUK 4. - Communicatie tussen het lokaal bestuur en de toezichthoudende overheid
Art.4. In dit artikel wordt verstaan onder lokaal bestuur:
1° de gemeenteoverheid, vermeld in artikel 326, eerste lid, 1°, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
2° de districtsoverheid, vermeld in artikel 146 van het voormelde decreet;
3° het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, vermeld in artikel 326, eerste lid, 2°, van het voormelde decreet;
4° de intergemeentelijke overheid, vermeld in artikel 461, 1°, van het voormelde decreet;
5° de welzijnsvereniging, vermeld in artikel 475 van het voormelde decreet;
6° de autonome verzorgingsinstelling, vermeld in artikel 496, eerste lid, van het voormelde decreet;
7° de organen en personeelsleden van de meergemeentezone, ingesteld door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
8° de organen en personeelsleden van de hulpverleningszone, ingesteld met toepassing van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.
De communicatie tussen het lokaal bestuur en de toezichthoudende overheid gebeurt met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, a) of c).
De communicatie van de toezichthoudende overheid naar de lokale besturen kan ook gebeuren met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, d) of e).
HOOFDSTUK 5. - Bijzondere bepaling voor de gemeente Voeren en de gemeenten, vermeld in artikel 7 van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966
Art.5. De opvraging door het college van burgemeester en schepenen, vermeld in artikel 557, § 3, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, stuit de termijn alleen als ze gebeurt met de beveiligde zending, vermeld in artikel 1, 2°, c), d) of e).
HOOFDSTUK 6. - Slotbepalingen
Art.6. Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 januari 2015 houdende de vaststelling van de wijze van communicatie in het kader van het bestuurlijk toezicht op de lokale overheid, de provincieoverheid en de intergemeentelijke overheid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2017, wordt opgeheven wat betreft het bestuurlijk toezicht op de gemeenteoverheid, de districtsoverheid, het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, de intergemeentelijke overheid, de welzijnsvereniging, de autonome verzorgingsinstelling, de organen en personeelsleden van de meergemeentezone ingesteld door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, en de organen en personeelsleden van de hulpverleningszone, ingesteld met toepassing van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.
Het ministerieel besluit van 26 februari 2015 houdende vastlegging van de specificaties van het systeem waarmee de digitale communicatie in het kader van het bestuurlijk toezicht verloopt, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 september 2017, wordt opgeheven wat betreft het bestuurlijk toezicht op de gemeenteoverheid, de districtsoverheid, het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, de intergemeentelijke overheid, de welzijnsvereniging, de autonome verzorgingsinstelling, de organen en personeelsleden van de meergemeentezone ingesteld door de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, en de organen en personeelsleden van de hulpverleningszone, ingesteld met toepassing van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.
Art.7. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019.
Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de binnenlandse aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.