Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

26 JANUARI 2017. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de modaliteiten van bepaalde handelingen voorzien door de ordonnantie van 23 december 2016 betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 31-01-2017 en tekstbijwerking tot 20-11-2018)



Inhoudstafel:


Art. 1-4, 4/1, 4/2, 4/3, 5-6
HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding
Art. 7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2013031138  2016031901 



Uitvoeringsbesluit(en):

2017012646  2018014748 



Artikels:

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° de Ordonnantie : de ordonnantie van 23 december 2016 betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van toeristisch logies;
  2° de gewestelijke fiscale administratie : de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit;
  3° [1 ...]1
  ----------
  (1)<BESL 2018-11-08/05, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 30-11-2018>

Art.2.§ 1. De belastingplichtigen gaan over tot de voorafgaande kennisgevingen bedoeld in artikel 6, §§ 1 en 2, van de Ordonnantie door de elektronische formulieren die ter beschikking staan op [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 in te vullen en door deze door te sturen naar de gewestelijke fiscale administratie via [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1.
  § 2. Indien de gewestelijke fiscale administratie vaststelt dat [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 niet correct werkt, wordt van het formulier van voorafgaande kennisgeving door de gewestelijke fiscale administratie aan de belastingplichtige ter beschikking gesteld op haar website.
  De belastingplichtige dient in dit geval dit formulier af te drukken, in te vullen en te ondertekenen. Hij moet het per gewone post terugsturen aan de gewestelijke fiscale administratie naar het adres bepaald door deze administratie.
  § 3. De belastingplichtige die geen identificatiemiddel heeft dat hem toelaat om toegang te hebben tot [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1, dient een aanvraag in tot bekomen van een papieren formulier van voorafgaande kennisgeving.
  De belastingplichtige dient in dit geval dit formulier in te vullen en te ondertekenen. Hij moet het per gewone post terugsturen aan de gewestelijke fiscale administratie naar het adres bepaald door deze administratie.
  ----------
  (1)<BESL 2018-11-08/05, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 30-11-2018>

Art.3.§ 1. De belastingplichtigen doen hun maandelijkse aangiften bedoeld in artikel 7, § 1, van de Ordonnantie door de elektronische formulieren aan te vullen die ter beschikking staan op [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 en door deze door te sturen naar de gewestelijke fiscale administratie via [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1.
  § 2. In afwijking van paragraaf 1 wordt indien de gewestelijke fiscale administratie vaststelt dat [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 niet correct werkt, een papieren versie van het aangifteformulier door de gewestelijke fiscale administratie aan de belastingplichtigen toegestuurd per gewone post.
  De belastingplichtige die bij toepassing van vorig lid zijn aangifteformulier ontvangt, moet dit formulier ingevuld en ondertekend per gewone post terugsturen aan de gewestelijke fiscale administratie naar het adres bepaald door deze administratie.
  § 3. De aanvraag tot bekomen van het aangifteformulier bedoeld in artikel 7, § 2, van de ordonnantie moet schriftelijk worden gericht tot de gewestelijke fiscale administratie.
  De gewestelijke fiscale administratie zorgt ervoor dat de belastingplichtige kan beschikken over het gevraagde aangifteformulier door dit formulier ter beschikking te stellen op [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 of door hem het formulier per post toe te sturen.
  De belastingplichtige die, bij toepassing van het vorig lid, over het formulier beschikt via [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1 moet dit elektronische formulieren invullen en doorsturen naar de gewestelijke fiscale administratie via [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1.
  De belastingplichtige die, bij toepassing van het tweede lid van deze paragraaf, een aangifteformulier ontvangen heeft per post, moet dit formulier ingevuld en ondertekend per gewone post terugbezorgen aan de gewestelijke fiscale administratie op het adres bepaald door deze administratie.
  § 4. In afwijking van de paragrafen 1 en 3 van dit artikel, moet de belastingplichtige die geen identificatiemiddel heeft dat hem toelaat om toegang te hebben tot [1 de door de fiscale administratie ter beschikking gestelde informaticatoepassing]1, de aanvraag indienen tot bekomen van het papieren formulier van maandelijkse aangifte, voorzien in artikel 7, § 2, van de Ordonnantie, op de in volgende leden van deze paragraaf bepaalde wijze.
  De aanvraag tot bekomen van het papieren formulier van maandelijkse aangifte moet schriftelijk worden gericht aan de gewestelijke fiscale administratie.
  De gewestelijke fiscale administratie stuurt het papieren formulier van maandelijkse aangifte per gewone post aan de belastingplichtige.
  De belastingplichtige die, bij toepassing van deze paragraaf, een papieren formulier van maandelijkse aangifte ontvangen heeft per post, moet dit formulier ingevuld en ondertekend per gewone post terugbezorgen aan de gewestelijke fiscale administratie op het adres bepaald door deze administratie.
  ----------
  (1)<BESL 2018-11-08/05, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 30-11-2018>

Art.4. De derde paragraaf van artikel 10 van de Ordonnantie treedt in werking op 1 maart 2017.

Art.4/1. [1 De gemeente dient bij aangetekende postzending of elektronisch aangetekende zending gericht aan de directeur-generaal van de gewestelijke fiscale administratie haar wens te uiten om van de diensten van de gewestelijke fiscale administratie te genieten, en dit vóór 30 juni van het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar waarvoor ze van deze diensten wenst gebruik te maken, zoals bepaald in artikel 13, § 2, eerste lid, vierde streepje, van de ordonnantie.
   Deze aangetekende zending dient onderstaande documenten te bevatten:
   1° een kopie van de beslissing van de gemeenteraad om de in artikel 13, § 2, eerste lid, vierde streepje, van de ordonnantie bedoelde wens te uiten;
   2° een brief uitgaande van het college van burgemeester en schepenen in opvolging van de voornoemde beslissing van de gemeenteraad.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BESL 2017-06-08/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>


Art.4/2. [1 § 1. De gemeente verricht de kennisgeving van het aantal te vestigen opcentiemen bij aangetekende postzending of elektronisch aangetekende zending gericht aan de Directeur-Generaal van de gewestelijke fiscale administratie, vóór 15 januari van het betrokken aanslagjaar, zoals bepaald in artikel 13, § 2, eerste lid, vijfde streepje, van de ordonnantie.
   De gemeente die de opcentiemen vestigt overeenkomstig artikel 13, § 1, van de ordonnantie, voegt aan de kennisgeving beoogd in het voorgaande lid een dossier toe dat de gewestelijke fiscale administratie toelaat om een eerste controle uit te oefenen of de voorwaarden van artikel 13, § 2, van de ordonnantie vervuld zijn op het ogenblik van inkohiering.
   § 2. Het in paragraaf 1 bedoelde dossier bevat ten minste:
   1° de contactgegevens van de twee contactpersonen die aanvullende informatie aan de gewestelijke fiscale administratie kunnen verstrekken;
   2° een afschrift van het reglement dat de opcentiemen oplegt, zoals bepaald in artikel 13, § 2, eerste lid, derde streepje, van de ordonnantie;
   3° in voorkomend geval, een afschrift van het reglement houdende de intrekking van de andere eigen belastingen op de belastbare materie van de in deze ordonnantie omschreven belasting, of van andere gelijkaardige belastingen.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BESL 2017-06-08/02, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>


Art.4/3. [1 § 1. De gewestelijke fiscale administratie dient onmiddellijk in kennis te worden gesteld ingeval de gemeenteraad één van de in de artikelen 4/1 en 4/2 bedoelde beslissingen intrekt. De burgemeester geeft de directeur-generaal van de gewestelijke fiscale administratie kennis van deze intrekking. Een afschrift van deze beslissing van de gemeenteraad wordt bij de kennisgeving gevoegd.
   § 2. De kennisgeving bedoeld in paragraaf 1 moet gedaan worden bij aangetekende postzending of elektronisch aangetekende zending gericht aan de directeur-generaal van de gewestelijke fiscale administratie binnen de 10 werkdagen na de dag waarop de beslissing waarvan kennis wordt gegeven, werd genomen.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BESL 2017-06-08/02, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2017>


Art.5. In artikel 2bis van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 februari 2013 tot vaststelling van de modaliteiten van bepaalde in de ordonnantie van 21 december 2012 tot vaststelling van de fiscale procedure in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest omschreven handelingen, zoals gewijzigd bij besluit van 25 juli 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° de woorden "met behulp van de e-ID die aanwezig is op de identiteitskaart van de persoon die het document ondertekent" aan het einde van de eerste zin van de tweede paragraaf worden geschrapt;
  2° de woorden "met behulp van de e-ID die aanwezig is op de identiteitskaart van de persoon die het document ondertekent" aan het einde van de tweede zin van de tweede paragraaf worden geschrapt;
  3° de derde paragraaf wordt aangevuld met een tweede lid luidende : "Door verzending van een document aan de fiscale administratie via IRISBOX, ondertekent de belastingplichtige dit document elektronisch.".

Art.6. Artikel 3 van hetzelfde besluit van 21 februari 2013 wordt aangevuld met een vierde lid, luidende :
  "Het elektronische beheer van de voornoemde dossiers kan eveneens gebeuren via IRISBOX.".

HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding
Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
  In afwijking van het eerste lid, treden artikelen 1, 2 en 6 in werking op 1 februari 2017.