27 JULI 2016. - Ministerieel besluit houdende delegatie van specifieke en aanvullende bevoegdheden aan de administrateur-generaal van het intern verzelfstandigd agentschap [Wonen in Vlaanderen] <MB2023-03-09/12, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2023> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-09-2016 en tekstbijwerking tot 25-11-2024)
Art. 1-5
2020042462 2020042795 2021031514 2021032304 2022041431 2023015003 2024007063 2024011209
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid [1 Wonen in Vlaanderen]1, hierna het agentschap te noemen.
----------
(1)<MB 2023-03-09/12, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
Art.2.De administrateur-generaal van het agentschap is gemachtigd om binnen de perken van de bestaande regelgeving:
1° handlichting, rangafstand en doorhaling te verlenen van de hypothecaire inschrijvingen die werden genomen overeenkomstig artikel 2.9.4.2.3, lid 1 en 2 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit;
2° het gewest te vertegenwoordigen bij elk onroerend beslag op een woning waarvoor een hypothecaire inschrijving is genomen als vermeld in punt 1° ;
3° behalve wat de handlichting en het toestaan van de rangafstand betreft, aan de eerste klerk van de instrumenterende notaris volmacht te geven om de gedelegeerde bevoegdheden, vermeld in punt 1° en 2°, uit te oefenen;
4° de toelagen, premies, tegemoetkomingen en subsidies te verlenen, vermeld in artikel 57, 84 en 96 van de Huisvestingscode en [2 artikel 4.48, derde lid, artikel 4.70, 4.74, 5.72 en 5.75 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021]2, en in dat verband alle ondergeschikte beslissingen te treffen die daarover in de reglementaire uitvoeringsbesluiten zijn opgenomen, met inbegrip van termijnverlengingen en afwijkingen;
5° binnen de perken van de bedragen, opgenomen in de definitieve ministeriële machtiging, de rentesubsidies, tegemoetkomingen en huursubsidies betaalbaar te stellen, met toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1992 tot uitvoering van artikel 49 van het decreet van 25 juni 1992 houdende diverse bepalingen tot begeleiding van de begroting 1992;
6° binnen de perken van de criteria, vastgesteld door de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting:
a) te beslissen over de aanvragen tot afwijking, vermeld in artikel 18, § 2, 4°, van het voormelde besluit van 23 juli 1992;
b) de voorafgaande schriftelijke toestemming te verlenen en te beslissen over de aard van de afwijking, vermeld in artikel 24bis, tweede lid, van het voormelde besluit van 23 juli 1992;
7° beroepen over de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring en het sociaal beheer ontvankelijk te verklaren [2 ...]2;
8° [2 beroepen vermeld in artikel 3.54 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 over de verzegeling en de weigering tot opheffing ervan te behandelen;]2
[1 9° de bevoegdheid die aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is toegekend met toepassing van [2 [3 artikel 6.22, § 3, derde lid]3, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021]2, uit te oefenen;]1
[4 10° de bevoegdheid die aan de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, is toegekend met toepassing van artikel 5.47/1, § 3 eerste lid, § 4, vierde en zevende lid, § 5, vierde lid, artikel 5.47/3, § 2, eerste lid, artikel 5.47/4, § 1, vierde en zevende lid, § 2, vierde lid en artikel 5.47/7, vijfde lid van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, uit te oefenen.]4
----------
(1)<MB 2020-05-27/10, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 27-06-2020>
(2)<MB 2023-03-09/12, art. 10, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
(3)<MB 2023-03-09/12, art. 11, 003; Inwerkingtreding : 01-10-2023>
(4)<MB 2024-11-01/01, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 05-12-2024>
Art.3. De Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, kan altijd de verleende delegaties of subdelegaties geheel of gedeeltelijk intrekken en individuele dossiers naar zich toe trekken.
Art.4. Het ministerieel besluit van 3 juli 2006 houdende delegatie van aanvullende en specifieke bevoegdheden aan de administrateur-generaal van het intern verzelfstandigd agentschap Wonen-Vlaanderen wordt opgeheven.
Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2016.