2 JANUARI 2023. - Besluit van de administrateur-generaal houdende de organisatie van het intern verzelfstandigd agentschap Wonen in Vlaanderen en houdende delegatie van bevoegdheden aan personeelsleden van het agentschap(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 29-03-2023 en tekstbijwerking tot 10-12-2024)
HOOFDSTUK 1. - Organisatie van het agentschap
Afdeling 1. - Structuur en taken
Art. 1-2
Afdeling 2. - Continuïteit en onafhankelijkheid van de werking van de entiteiten
Art. 3-4
Afdeling 3. - Oprichting, samenstelling en opdrachten van het directiecomité
Art. 5
HOOFDSTUK 2. - Delegatie van bevoegdheden
Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Art. 6-7
Afdeling 2. - Delegatie van personeelsmanagement en facilitair management
Art. 8
Afdeling 3. - Delegatie met betrekking tot overheidsopdrachten
Art. 9-10
Afdeling 4. - Delegatie van de uitvoering van de begroting
Art. 11-12
Afdeling 5. - Delegatie voor rechtsgedingen
Art. 13
Afdeling 6. - Delegatie van de ondertekening van de briefwisseling en de behandeling van dossiers
Art. 14-15
Afdeling 7. - Specifieke delegaties
Art. 16-23
Afdeling 8. - Rapportering over de verleende delegaties. Opschorting of intrekking
Art. 24
HOOFDSTUK 3. - Opheffings- en inwerkingtredingsbepalingen
Art. 25-26
BIJLAGE.
Art. N
HOOFDSTUK 1. - Organisatie van het agentschap
Afdeling 1. - Structuur en taken
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op het intern verzelfstandigd agentschap Wonen in Vlaanderen, hierna het agentschap te noemen.
Het agentschap bestaat uit de volgende entiteiten:
1° de afdeling Financiën, geleid door een afdelingshoofd;
2° de afdeling Klantenondersteuning, geleid door een afdelingshoofd;
3° de afdeling Organisatieondersteuning, geleid door een afdelingshoofd;
4° de afdeling Premies en Woningkwaliteit, geleid door een afdelingshoofd;
5° de afdeling Sociale Woonprojecten, geleid door een afdelingshoofd;
6° de afdeling Toezicht, geleid door een afdelingshoofd;
7° de afdeling Woonbeleid, geleid door een afdelingshoofd;
8° een staf bij de administrateur-generaal, die onder meer bestaat uit een senior adviseur.
Art.2. Het organogram van het agentschap Wonen in Vlaanderen is vastgesteld in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd.
Afdeling 2. - Continuïteit en onafhankelijkheid van de werking van de entiteiten
Art.3. § 1. De personeelsleden aangesteld als wooninspecteur en de personeelsleden aangesteld op basis van artikel 8, tweede lid, 3°, c) tot en met g) van het Besluit van de Vlaamse Regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Wonen in Vlaanderen voor de toepassing van de handhavingsmaatregelen, vermeld in artikel 1.8, § 1, en boek 3, deel 9 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021, handelen autonoom en onafhankelijk binnen de hen toegewezen bevoegdheden. Ze oefenen deze bevoegdheden uit op een neutrale, onpartijdige en objectieve manier, met inachtneming van de deontologische code en zonder inmenging van of beoordelingen door andere geledingen van de administratieve overheid, ook niet van binnen het agentschap. Als waarborg past het agentschap het principe van de functiescheiding toe tussen de aan de strafrechtelijke handhaving op vlak van woningkwaliteit verbonden functies en andere functies binnen het agentschap.
De autonome en onafhankelijke werking breidt zich uit tot bevoegdheden die voormelde personen toegewezen krijgen op basis van andere regelgeving of protocollen.
De wooninspecteurs en agenten van gerechtelijke politie, aangewezen voor de handhaving van boek 3, deel 9 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 staan voor de uitoefening van hun strafrechtelijke bevoegdheden onder het gezag van het openbaar ministerie. Zij zijn dan ook gehouden de instructies van het openbaar ministerie te volgen en op te treden volgens de regels van het Wetboek van Strafvordering.
Inspecties worden uitgevoerd door minstens 1 wooninspecteur en 1 woningcontroleur. In uitzonderlijke gevallen, mits toestemming van de wooninspecteur, kan van dit principe afgeweken worden.
De Vlaamse Wooninspectie brengt het afdelingshoofd en de administrateur-generaal ervan op de hoogte als bepaalde acties een impact kunnen hebben op de werking van het agentschap of mogelijke politieke gevolgen met zich kunnen meebrengen. Dit mag het uitvoeren van de specifieke acties echter niet verhinderen of een schending betekenen van het geheim van het onderzoek.
§ 2. De Vlaams Wooninspectie is via de afdeling Premies en Woningkwaliteit structureel betrokken bij het uittekenen van het beleid van en door het agentschap.
De Vlaamse Wooninspectie werkt eveneens mee aan de uittekening van het beleid en de ontwikkeling van regelgeving met betrekking tot woningkwaliteit en de strafrechtelijke handhaving in het bijzonder. Dat gebeurt onder meer door het signaleren van vastgestelde knelpunten, tekortkomingen en leemten in de regelgeving.
§ 3. De Vlaamse Wooninspectie wordt operationeel en inhoudelijk aangestuurd door het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie. De administrateur-generaal en het afdelingshoofd van de afdeling Premies en Woningkwaliteit oefenen geen bevoegdheden uit in het kader van het opsporen en vaststellen van de misdrijven vermeld in artikel 3.34 tot en met 3.36 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie wordt geëvalueerd door het afdelingshoofd van de afdeling Premies en Woningkwaliteit als eerste evaluator. De administrateur-generaal is tweede evaluator. De personeelsleden van de Vlaamse Wooninspectie worden geëvalueerd door het Hoofd van de Vlaamse Wooninspectie. Het afdelingshoofd is tweede evaluator.
§ 4. De Vlaamse Wooninspectie stelt de handhavingsprioriteiten voor inspecties en beslissingsbomen in het kader van bestuurlijke beboeting vast na overleg en in onderling akkoord met de administrateur-generaal.
Art.4. § 1. De personeelsleden, aangesteld als toezichthouder voor de sociale huisvesting krachtens artikel 4.80 Vlaamse Codex Wonen handelen autonoom en onafhankelijk binnen de hen toegewezen bevoegdheden. Ze oefenen deze bevoegdheden uit op een neutrale, onpartijdige en objectieve manier, met inachtneming van de deontologische code en zonder inmenging van of beoordelingen door andere geledingen van de administratieve overheid, ook niet van binnen het agentschap. Als waarborg past het agentschap het principe van de functiescheiding toe tussen de toezichthouder en andere functies binnen het agentschap.
Het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht brengt de administrateur generaal ervan op de hoogte als bepaalde toezicht-acties een impact kunnen hebben op de werking van het agentschap of mogelijke politieke gevolgen met zich kunnen meebrengen.
§ 2 De afdeling Toezicht is structureel betrokken bij het uittekenen van het beleid van en door het agentschap.
De afdeling Toezicht werkt eveneens mee aan de uittekening van het beleid en de ontwikkeling van regelgeving met betrekking tot toezicht. Dat gebeurt onder meer door het signaleren van vastgestelde knelpunten, tekortkomingen en leemten in de regelgeving.
§ 3 De administrateur-generaal is zelf geen toezichthouder. De administrateur generaal is eerste en enige evaluator van het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht en tweede evaluator van de diensthoofden.
§ 4 De werking en prioriteiten van de afdeling worden periodiek afgestemd met de administrateur-generaal.
De administrateur-generaal beschikt over een positief injunctierecht. Hij kan opdrachten geven aan het afdelingshoofd en/of de toezichthouder, al dan niet op verzoek van de bevoegde minister.
Opdrachten aan een toezichthouder worden steeds schriftelijk gegeven met minstens kennisgeving aan en zo nodig in overleg met het afdelingshoofd-toezichthouder.
Afdeling 3. - Oprichting, samenstelling en opdrachten van het directiecomité
Art.5. § 1 Het agentschap Wonen in Vlaanderen beschikt over een directiecomité.
Met behoud van de toepassing van de eventuele bevoegdheden van het directiecomité die voortvloeien uit de rechtspositieregeling van het personeel en van de bevoegdheden van de administrateur-generaal, is het directiecomité belast met de algemene werking en de organisatie van het agentschap.
§ 2 Het directiecomité wordt voorgezeten door de administrateur-generaal en is samengesteld uit de afdelingshoofden van de afdelingen, vermeld in artikel 1, tweede lid, 1° tot en met 7°.
Het directiecomité wordt met raadgevende stem bijgewoond door de senior adviseur van de administrateur-generaal, vermeld in artikel 1, tweede lid, punt 8°.
§ 3 Het directiecomité stelt een huishoudelijk reglement op.
HOOFDSTUK 2. - Delegatie van bevoegdheden
Afdeling 1. - Algemene bepalingen
Art.6. De delegatiehouder kan bevoegdheden die aan hem bij dit besluit gedelegeerd zijn verder delegeren aan specifiek aangeduide personeelsleden onder zijn hiërarchisch gezag.
De delegatiehouder brengt de administrateur-generaal op de hoogte van alle delegaties die hij/zij verleent alsook van elke wijziging die hieraan wordt aangebracht.
De delegaties, verleend bij dit besluit, worden ook verleend aan de persoon die met de waarneming van het ambt van de titularis belast is of die de titularis vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering. In geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering van de delegatiehouder vermeldt het betrokken personeelslid, als het gaat om beslissingen, boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de naam en graad voor wie hij tekent.
De vervanging dient aan de administrateur-generaal gemeld te worden.
De administrateur-generaal kan steeds een personeelslid aanduiden om de bevoegdheden die bij dit besluit zijn gedelegeerd aan het afdelingshoofd uit te oefenen in het geval het afdelingshoofd zelf geen vervanger heeft aangeduid.
Art.7. Als in dit besluit de beslissingsbevoegdheid voor bepaalde aangelegenheden expliciet gedelegeerd wordt, geldt die delegatie ook voor:
1° het nemen van beslissingen ter voorbereiding of ter uitvoering van die aangelegenheden;
2° het nemen van beslissingen van ondergeschikt belang of van aanvullende aard die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid of die er inherent deel van uitmaken;
3° het sluiten van overeenkomsten;
4° het goedkeuren van de uitgaven die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid.
Afdeling 2. - Delegatie van personeelsmanagement en facilitair management
Art.8. Voor personeelsmanagement heeft elk afdelingshoofd delegatie, zonder mogelijkheid tot subdelegatie, om de beslissingen te nemen over de toewijzing van de functie aan de personeelsleden die tot de afdeling behoren.
Afdeling 3. - Delegatie met betrekking tot overheidsopdrachten
Art.9.[1 Onverminderd specifieke bevoegdheden die worden toegekend in dit besluit heeft elk afdelingshoofd delegatie om overheidsopdrachten te plaatsen, te gunnen en te sluiten voor werken, leveringen en diensten, tot een bedrag van 65.000 euro, exclusief btw ]1.
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.10.[1 Elk afdelingshoofd heeft delegatie om de beslissingen te nemen over de uitvoering van overheidsopdrachten. Onverminderd specifieke bevoegdheden die worden toegekend in dit besluit geldt de delegatie voor beslissingen met een financiële weerslag alleen binnen het voorwerp van de opdracht en tot een gezamenlijke maximale financiële weerslag van 15% van het oorspronkelijke opdrachtbedra ]1.
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Afdeling 4. - Delegatie van de uitvoering van de begroting
Art.11. § 1. Elk afdelingshoofd heeft delegatie om, in het kader van de uitvoering van de begroting en binnen de perken van de in de begroting vastgelegde kredieten, beslissingen te nemen over het aangaan van verbintenissen en het nemen van de vastleggingen die daaraan verbonden zijn, het goedkeuren van verplichtingen en de uitgaven en betalingen die daaruit voortvloeien, met inbegrip van de ondertekening van de vastleggings- en vereffeningsdocumenten, het vaststellen van vorderingen en het verkrijgen van ontvangsten.
§ 2. Overeenkomstig paragraaf 1 treden de afdelingshoofden, en het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie, ieder wat hen betreft, op als inhoudelijk ordonnateur voor de ontvangsten- en uitgavencyclus en voor het systeem van interne controle.
§ 3. De delegatie, verleend bij dit artikel, doet geen afbreuk aan de bevoegdheden en opdrachten van de andere actoren in de ontvangsten- en uitgavencyclus en het systeem van interne controle.
Art.12. Voor de aangelegenheden die niet aan de administrateur-generaal gedelegeerd zijn en waarvoor de beslissing bij de Vlaamse Regering, de minister of een ander orgaan berust, heeft de delegatie, vermeld in artikel 11, § 1, betrekking op de administratieve beslissingen en handelingen met inbegrip van de ondertekening van de vastleggings- en vereffeningsdocumenten die, in het kader van de ontvangsten- en uitgavencyclus, noodzakelijk zijn voor de voorbereiding en de uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering, de minister of het andere orgaan.
Afdeling 5. - Delegatie voor rechtsgedingen
Art.13.Het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht en de wooninspecteurs en als beboetingsinstantie aangestelde personeelsleden met standplaats te Brussel hebben de bevoegdheid om advocaten aan te stellen naar aanleiding van een gerechtelijke of administratieve procedure [1 binnen de materie waarvoor zij verantwoordelijk zijn]1.
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Afdeling 6. - Delegatie van de ondertekening van de briefwisseling en de behandeling van dossiers
Art.14. § 1. Elk afdelingshoofd heeft delegatie voor de ondertekening van de briefwisseling van zijn entiteit met andere diensten van de Vlaamse overheid en met derden. Die delegatie geldt niet voor de briefwisseling met een Vlaamse minister en met het Rekenhof, en evenmin voor de briefwisseling met de houders van management- of projectleiderfuncties van N-niveau, extern aan het agentschap.
Het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie heeft de delegatie, vermeld in het eerste lid, binnen de hem toevertrouwde opdrachten en dossiers.
§ 2. De personeelsleden van het agentschap zijn voor de opdrachten of dossiers die aan hen zijn toevertrouwd en binnen de perken van de afspraken die in hun entiteit gelden, gemachtigd om:
1° de gewone, dagelijkse briefwisseling die geen beslissing of beleidsstandpunt inhoudt, te ondertekenen;
2° kennis te geven van beslissingen die de Vlaamse Regering, de Vlaamse minister van Wonen, de administrateur-generaal of de gedelegeerde ambtenaar heeft genomen, en die beslissingen te betekenen aan de rechtstreeks betrokkenen;
3° gewone en aangetekende zendingen in ontvangst te nemen, ontvangst te melden van stukken en alle documenten of gegevens op te vragen om dossiers te vervolledigen;
4° uittreksels en afschriften van documenten eensluidend te verklaren.
§ 3. De administrateur-generaal kan, bij eenvoudige beslissing, instructies uitvaardigen die ertoe strekken dat:
1° categorieën van briefwisseling aan zijn voorafgaand visum worden onderworpen;
2° briefwisseling over bepaalde individuele dossiers aan zijn voorafgaand visum worden onderworpen.
Art.15. Elk afdelingshoofd heeft delegatie van bevoegdheden voor het nemen van beslissingen over aanvragen tot hergebruik van overheidsinformatie als vermeld in Titel II, hoofdstuk IV van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Afdeling 7. - Specifieke delegaties
Art.16.§ 1 Het afdelingshoofd van de afdeling Financiën is gemachtigd om:
1° ongeacht het bedrag interne en externe overschrijvingen en betalingen van financiële rekeningen, inclusief sepa direct debit-transacties uit te voeren mits gezamenlijke ondertekening samen met een nader te specifiëren ambtenaar van afdeling Financiën van rang A1 of hoger;
2° binnen de contouren van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciering en de algemene instructies van het thesauriecomité nieuwe beleggingen af te sluiten binnen de lijsten met gedefinieerde financiële instrumenten voor de VMSW en het fonds huurwaarborgen waarbij er geen limiet van toepassing is voor beleggingen bij de Vlaamse Gemeenschap en voor beleggingen buiten de Vlaamse Gemeenschap het totaal uitstaand saldo niet met meer dan 200 miljoen euro per maand mag stijgen. Voor hogere bedragen is een instructie van het thesauriecomité of de administrateur-generaal vereist;
3° [1 een betalingsaanvraag van een woonactor uit te voeren]1.
[1 4° betalingen aan hogeronderwijsinstellingen uit te voeren op door de raad van bestuur van de VMSW toegekende leningen;
5° fiscale verplichtingen uit te voeren zoals aangifte en betalingen;
6° financiële werkingskosten te betalen;
7° saldi op de bankrekeningen en openstaande aangegane leningen te bevestigen;
8° na advies van een diensthoofd, personeelsleden aan te wijzen die werken op de afdeling Financiën met een financiële verantwoordelijkheid, die recht hebben op de toelage rekenplichtige.]1
§ 2 [1 ...]1
§ 3 Het afdelingshoofd van de afdeling Financiën is gemachtigd om:
1° het bedrag te bepalen dat als (gesubsidieerde) [1 financiering]1 verstrekt kan worden aan de woonmaatschappijen;
2° [1 ...]1
3° financieringen toe te wijzen op een jaarbudget aan de woonmaatschappijen en de daaruit voortvloeiende leningsovereenkomsten te ondertekenen;
4° advies te geven aan de woonmaatschappijen omtrent de verschillende financieringsopties.
§ 4 Het afdelingshoofd van de afdeling Financiën is gemachtigd om:
1° de besluiten te ondertekenen met betrekking tot:
a) de toekenning en de betaalbaarstelling van de subsidie-enveloppen aan woonmaatschappijen, vermeld in artikel 4.36 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021, voor de opdrachten vermeld in artikel 4.40, 4°, 5° en 6° [1 artikel 4.40, 4°, 5° en 6° ]1 van hetzelfde decreet;
b) de toekenning en de betaalbaarstelling van de subsidie-enveloppen voor de erkende huurdersbonden, vermeld in artikel 4.68 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
c) de toekenning en de betaalbaarstelling van de subsidie-enveloppen voor de erkende verhuurdersorganisaties, vermeld in artikel 4.75 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
d) de toekenning en de betaalbaarstelling van de subsidie aan organisaties met geregulariseerde gesco-projecten zoals vermeld in het ministerieel besluit van 14 december 2017 betreffende de toekenning van een subsidie aan organisaties met geregulariseerde gesco-projecten.
2° de kosten van de cursus Nederlands terug te betalen aan de betrokken onderwijsinstellingen ten voordele van kandidaat-huurders die zich inschrijven bij een sociale verhuurder.
[2 3° de bevoegdheden vermeld in artikel 5.47/1, § 3, eerste lid, § 4, vierde en zevende lid, § 5, vierde lid, artikel 5.47/3, § 2, eerste lid, artikel 5.47/4, § 1, vierde en zevende lid, § 2, vierde lid en artikel 5.47/7, vijfde lid van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, uit te oefenen.]2
§ 5 Het afdelingshoofd Financiën is gemachtigd om:
1° een bankrekening van de VMSW te openen of af te sluiten;
2° volmachten op een bankrekening van de VMSW te wijzigen;
3° het isabel-contract en het contract voor de individuele business banken voor de VMSW af te sluiten, te wijzigen of stop te zetten;
4° een [1 betaalkaart]1voor een bankrekening van de VMSW aan te vragen, de limiet aan te passen en stop te zetten.
[1 5° een mandaat SEPA Europese domiciliëring te openen of af te sluiten voor een bankrekening van de VMSW.".]1
§ 6 Het afdelingshoofd Financiën is gemachtigd om binnen de contouren van het protocol met betrekking tot het beheer van de middelen van de VMSW en de algemene instructies van het thesauriecomité nieuwe leningen aan te gaan voor de VMSW mits gezamenlijke ondertekening samen met een nader te specifiëren ambtenaar van afdeling Financiën.
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
(2)<BVR 2024-12-04/03, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 04-12-2024>
Art.17.§ 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Klantenondersteuning is gemachtigd om de volgende bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met het lokaal woonbeleid zoals vervat in Boek 2, deel 2 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021:
1° een beslissing nemen over de ontvankelijkheid van subsidieaanvragen, herzieningsaanvragen en aanvragen voor een bijzondere subsidie;
2° de minister adviseren over de beoordeling van subsidieaanvragen, herzieningsaanvragen en aanvragen voor een bijzondere subsidie;
3° een beslissing nemen over de beoordeling van werkingsjaren van projecten;
4° een beslissing nemen over de stopzetting of herziening van de subsidiëring van projecten.
§ 2. Het afdelingshoofd van de afdeling Klantenondersteuning is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met de ondersteuning van het lokale woonbeleid en, meer in het bijzonder de taken, vermeld in het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, uit te oefenen, namelijk de beoordeling van de ligging van een project in een bestaande woonkern.
§ 3. Het afdelingshoofd van de afdeling Klantenondersteuning is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met:
1° de ondersteuning van de Visitatieraad en visitatiecommissies, namelijk:
a) het verlenen aan de minister van advies over visitatierapporten van de visitatiecommissie;
b) de uitbetaling van vergoedingen aan de visitatoren;
2° de aanvragen tot aanvullende subsidie voor de kosten die verbonden zijn aan externe bijstand voor woonmaatschappijen.
§ 4. Het afdelingshoofd van de afdeling Klantenondersteuning is gemachtigd om:
1° de adviezen aan de minister te ondertekenen over:
a) de onteigeningsaanvragen en aanvragen tot afbakening van een bijzonder gebied in het kader van het recht van voorkoop;
b) de aanvragen tot vrijstelling of vermindering van de specifieke inhaalbeweging voor sociale huurwoningen;
c) de aanvragen tot uitstel voor het objectief voor sociale huurwoningen;
d) de definitieve indeling van gemeenten in categorieën in het kader van de tweejaarlijkse voortgangstoetsen;
2° een beslissing te nemen over:
a) de ontvankelijkheid van aanvragen tot vrijstelling of vermindering van de specifieke inhaalbeweging voor sociale huurwoningen en van aanvragen tot uitstel voor het objectief voor sociale huurwoningen;
b) aanvragen "BSO bereikt";
3° de brieven te verzenden naar de gemeenten in het kader van de tweejaarlijkse voortgangstoetsen.
§ 5. [1 ...]1
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.18.§ 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Organisatieondersteuning is gemachtigd om de overeenkomsten te ondertekenen met andere organisaties met het oog op data-uitwisseling in het kader van de uitbouw van het datawarehouse.
§ 2. Het afdelingshoofd Organisatieondersteuning heeft delegatie om beslissingen te nemen als ze betrekking hebben op de apparaatkredieten, het communicatiebudget en het e-govbudget tot een bedrag van 65.000 euro, exclusief btw.
§ 3. Het afdelingshoofd Organisatieondersteuning heeft delegatie om betalingen via [1debet- en kredietkaarten ]1 verrichten met een limiet van 15.000 euro per maand in naam en voor rekening van de VMSW en met een limiet van 15.000 euro per maand in naam en voor rekening van Wonen in Vlaanderen.
§ 4. Het afdelingshoofd Organisatieondersteuning is gemachtigd om overeenkomstig artikel III.60/3 van het Bestuursdecreet de meldingen van personeelsleden/klokkenluiders over inbreuken op de wetgeving te ontvangen en te behandelen.
[1 § 5. Het afdelingshoofd van de afdeling Organisatieondersteuning is gemachtigd om betalingen van advocaten in het kader van gerechtelijke procedures goed te keuren tot een bedrag van 30.000 euro, exclusief btw.]1
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.19.§ 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Premies en Woningkwaliteit is gemachtigd om:
1° [1 ...]1
2° voor de tegemoetkoming voor kandidaat-huurders, vermeld in artikel 5.74 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021:
a) te beslissen over het verlenen, stopzetten of weigeren van een tegemoetkoming voor kandidaat-huurders;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissing en het uitblijven van de beslissing over de tegemoetkoming voor kandidaat-huurders;
3° voor de tegemoetkoming in de huurprijs voor woonbehoeftige huurders, vermeld in artikel 5.73 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021:
a) te beslissen over het verlenen, stopzetten of weigeren van een tegemoetkoming in de huurprijs voor woonbehoeftige huurders;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissing en het uitblijven van een beslissing over het verlenen of weigeren van een tegemoetkoming in de huurprijs voor woonbehoeftige huurders;
4° voor de tegemoetkoming voor aan te passen woningen, vermeld in artikel 5.75 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021:
a) te beslissen over het verlenen, stopzetten of weigeren van de tegemoetkomingen voor aan te passen woningen;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissing en het uitblijven van een beslissing over het verlenen of weigeren van een tegemoetkoming voor aan te passen woningen;
5° Voor de tegemoetkomingen of premies vermeld in artikel 1 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 2022 tot oprichting van een uniek loket voor de aanvraag en behandeling van bepaalde woon- en energiepremies en tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010 en het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021:
a) te beslissen over het verlenen, stopzetten of weigeren van de tegemoetkomingen of premies vermeld in artikel 1 van hetzelfde besluit;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissing en het uitblijven van een beslissing over het verlenen of weigeren de tegemoetkoming of premie vermeld in artikel 1 van hetzelfde besluit;
6° de besluiten te ondertekenen met betrekking tot:
a) de betaalbaarstelling van tegemoetkomingen, vermeld in artikel 5.72 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
b) de betaalbaarstelling van de vergoeding en de voorschotten voor deze vergoeding, vermeld in artikel 5.192 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021;
c) de betaalbaarstelling van de huurcompensatie voor de dossiers die zijn goedgekeurd met toepassing van de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 mei 1987 en 4 april 1990;
d) de betaalbaarstelling van de huurverminderingen voor grote gezinnen met toepassing van het sociale huurstelsel;
7° handlichting en rangafstand te verlenen van de hypothecaire inschrijvingen die genomen werden als waarborg voor de verbintenissen van premiebegunstigden evenals doorhaling te verlenen van die inschrijvingen, het gewest te vertegenwoordigen bij elk onroerend beslag met betrekking tot de woningen in kwestie en de eerste klerk van de instrumenterende notaris volmacht te geven om die bevoegdheden uit te oefenen;
8° te beslissen over de invordering, de volledige of gedeeltelijke vrijstelling van terugbetaling of over de gespreide terugbetaling van subsidies die particulieren ten onrechte hebben verkregen;
9° voor de sociale leningen met gewestwaarborg, vermeld in artikel 5.58 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 van 17 juli 2020:
a) te beslissen over het bedrag van de uit te keren waarborgen bij uitwinning;
b) het Waarborgfonds Sociale Leningen te beheren en de waarborg bij uitwinning uit te betalen;
10° voor de belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten, vermeld in artikel 3.1.3 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, de attesten van belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten te ondertekenen en te betekenen;
11° te beslissen over de toekenning en betaalbaarstelling van subsidies, vermeld in artikel 5.19, 1° van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
12° subsidies, toelagen, premies en tegemoetkomingen in te vorderen en dwangbevelen als vermeld in artikel 5.4 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 op te stellen, te viseren en uitvoerbaar te verklaren;
13° betalingen te verrichten via debet- en masterkaart met een limiet van 5000 euro per maand;
14° personeelsleden van Wonen in Vlaanderen aan te wijzen:
a) voor de taken verbonden aan het beheer van de inventaris, vermeld in artikel 3.26 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen, en deze personeelsleden de functiebenaming "inventarisbeheerder" toe te kennen;
b) voor de taken verbonden aan het vaststellen van de conformiteit van woningen, vermeld in artikel 3.4 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen en deze personeelsleden de functiebenaming "woningcontroleur" toe te kennen;
c) die bevoegd zijn om de adviezen aan de burgemeester inzake ongeschiktheid, onbewoonbaarheid en overbewoning, vermeld in artikel 3.12, § 1 en 3.24, eerste lid van de Vlaamse Codex Wonen uit te brengen en conformiteitsattesten uit te reiken met toepassing van artikel 3.6, § 2, tweede lid en 3.7, § 2 van dezelfde codex en deze personeelsleden de functiebenaming "adviseur woningkwaliteit" toe te kennen;
d) die bevoegd zijn om beroepen inzake ongeschiktheid, onbewoonbaarheid en overbewoning van woningen, vermeld in artikel 3.14, 3.15, 3.26 en artikel 3.27 van de Vlaamse Codex Wonen en beroepen inzake het sociaal beheersrecht, vermeld in artikel 5.87 van dezelfde codex ontvankelijk te verklaren;
e) die bevoegd zijn om een opdracht te geven, vermeld in artikel 3.17/1, § 3 en 3.35/1, § 3 van de Vlaamse Codex Wonen, om een onderzoek of conformiteitsonderzoek uit te voeren als dat noodzakelijk is voor de beoordeling van het beroep bij de minister, vermeld in artikel 3.14, 3.15, 3.26 en artikel 3.27 van dezelfde codex.
15° de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met het adviseren van de administrateur-generaal naar aanleiding van beroepen tegen:
a) de verzegeling, vermeld in artikel 3.54, eerste lid van de Vlaamse Codex Wonen, opgelegd door de burgemeester;
b) de weigering, vermeld in art. 3.54, tweede lid van de Vlaamse Codex Wonen, om de verzegeling opgelegd door de burgemeester op te heffen.
[1 16° voor de verbouwlening, vermeld in artikel 5.71/1 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021,:
a) te beslissen tot voortzetting van de verbouwlening tegen de wettelijke rentevoet;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissingen tot voortzetting van de verbouwlening tegen de wettelijke rentevoet.
17° voor de geconventioneerde huurwoningen, vermeld in artikelen 4.42 en 5.52/1 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021,:
a) te beslissen over de aanvragen van kandidaat-huurders tot het verkrijgen van het attest, vermeld in artikel 5.250, § 2, eerste lid, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021;
b) te beslissen over de beroepen tegen de beslissingen over voormelde attestaanvragen;
c) het handhaven van de toegekende subsidies voor geconventioneerde huurwoningen, met inbegrip van de beslissingen tot schorsing en/of stopzetting van de subsidies;
d) te beslissen over de beroepen tegen de beslissingen tot schorsing en/of stopzetting van de subsidies]1
§ 2.[1 ...]1
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.20.Het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen inzake beheer en inhoudelijk ordonnateur van het Fonds voor de Wooninspectie. Het recht op permanent toezicht en controle breidt zich uit tot alle andere kredieten aangaande werkingsmiddelen van de Vlaamse Wooninspectie. Het hoofd van de Vlaamse Wooninspectie heeft eveneens het recht om input te leveren met betrekking tot begrotingsvoorstellen aangaande kredieten die beschikbaar zijn voor de Vlaamse Wooninspectie. Deze input wordt op het directiecomité meegedeeld.
De wooninspecteur en het personeelslid dat als beboetingsinstantie is aangesteld hebben de autonomie om te beslissen over dossiergebonden uitgaven, zoals onder meer advocatenkosten, gerechtsdeurwaarderskosten, kosten hypotheek en kosten voor ambtshalve uitvoering, voor zover die uitgaven passen in het kader van de normale uitoefening van zijn taak. De voormelde personeelsleden met standplaats te Brussel ondertekenen de borderellen of geven hun akkoord met de uitbetaling van digitale facturen zodat de betaling kan worden doorgevoerd.
[1 Het diensthoofd Handhaving en het personeelslid van niveau A van deze dienst dat gemachtigd is om subsidies, toelagen, premies en tegemoetkomingen in te vorderen en dwangbevelen als vermeld in artikel 5.4 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 op te stellen, hebben de autonomie om te beslissen over dossiergebonden uitgaven, zoals onder meer gerechtsdeurwaarderskosten, als die uitgaven passen in het kader van de normale uitoefening van hun taak. De voormelde personeelsleden met standplaats te Brussel ondertekenen de borderellen of geven hun akkoord met de uitbetaling van digitale facturen zodat de betaling kan worden doorgevoerd.]1
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.21.Het afdelingshoofd van de afdeling Sociale Woonprojecten is gemachtigd om de hierna vermelde bevoegdheden, zoals vervat in Boek 2, deel 3 en Boek 5, delen 2 en 3 van het besluit Vlaamse Codex Wonen en binnen de grenzen van de begrotingskredieten, uit te oefenen:
1° het voorzitterschap van de beoordelingscommissie waar te nemen en de vertegenwoordigers van het agentschap af te vaardigen;
2° een vertegenwoordiger van het agentschap in de kwaliteitskamer af te vaardigen;
3° vertegenwoordigers in het beoordelingscomité voor noodwoningen af te vaardigen;
4° een overheidsopdracht voor levering, diensten en werken te plaatsen, te gunnen en te sluiten of een overeenkomst hieromtrent te sluiten, ongeacht de waarde van de opdracht en ongeacht de plaatsingsprocedure;
5° een samenwerkingsovereenkomst over een infrastructuurverrichting tenlasteneming te ondertekenen;
6° een bestelbon goed te keuren die in het kader van de uitvoering van een overheidsopdracht aan de opdrachtnemer worden bezorgd, ongeacht de waarde van de opdracht;
7° het nemen van elke beslissing in het kader van de uitvoering van een overheidsopdracht van levering, diensten en werken overeenkomstig de algemene uitvoeringsregels, ongeacht de waarde van de opdracht en ongeacht de plaatsingsprocedure;
8° een schuldvordering, een voorschottenfactuur, een factuur, een eindafrekening en een verrekening betreffende werken, leveringen en diensten van een overheidsopdracht met het agentschap als (mede)aanbesteder ongeacht de bedragen goed of af te keuren;
9° een subsidie voor een infrastructuurverrichting en een premie voor bevordering van rationeel energieverbruik goed of af te keuren;
10° een voorschot, een eindafrekening en een verrekening voor een toegekende subsidie en de vereffening hiervan goed of af te keuren;
11° de dringende werkzaamheden aan bestaande constructies ten gevolge van niet voorziene omstandigheden gunstig of ongunstig te adviseren;
12° de verwerving door een woonmaatschappij van een onroerend goed gunstig of ongunstig te adviseren;
13° een vrijstelling verlenen voor het houden van een plenaire vergadering en een informatievergadering;
14° een renovatietoets, schetsontwerp, voorontwerp, uitvoeringsdossier, basisaanbesteding en gunningsdossier van een bouw- en investeringsverrichting gunstig of ongunstig te adviseren;
15° een schetsontwerp, voorontwerp, uitvoeringsdossier, basisaanbesteding en gunningsdossier van een infrastructuurverrichting gunstig of ongunstig te adviseren bij een subsidie en gunstig of gunstig te beslissen bij een tenlasteneming;
16° een schuldvordering, een voorschottenfactuur, een factuur, een eindafrekening en een verrekening betreffende werken, leveringen en diensten van een bouw- en investeringsverrichting, ongeacht de bedragen gunstig of ongunstig te adviseren;
17° een aanvraagdossier en een gunningsdossier voor de inrichting, renovatie of uitbreiding van een residentieel woonwagenterrein en doortrekkersterrein voor woonwagenbewoners gunstig of ongunstig te adviseren;
18° een aanvraagdossier voor de verwerving van een onroerend goed met het oog op de inrichting van een residentieel woonwagenterrein en doortrekkersterrein voor woonwagenbewoners gunstig of ongunstig te adviseren;
19° een projectoproep voor noodwoningen gunstig of ongunstig te adviseren;
20° een bouw-, investerings- en infrastructuurverrichting op te nemen in de meerjaren- en korte termijnplanning.
[1 Het afdelingshoofd van de afdeling Sociale Woonprojecten is gemachtigd om:
1° de afwijking van de marktwaarde, vermeld in artikel 6.47, eerste lid, van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021, te bepalen, als de verhuurder niet akkoord gaat met de geschatte waarde van het schattingsmodel, vermeld in artikel 6.47, eerste lid, van het vermelde besluit;
2° de stijging van de marktwaarde, vermeld in artikel 6.55, derde lid, 2°, van het vermelde besluit, te beoordelen. ]1
----------
(1)<BVR 2024-07-02/02, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
Art.22. § 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht is gemachtigd tot het viseren en uitvoerbaar verklaren van dwangbevelen als vermeld in artikel 4.91 en 6.51 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
§ 2. Het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht is gemachtigd om de toezichthouders voor de sociale huisvesting, als vermeld in artikel 4.79 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021, aan te stellen en hun ambtsgebied te bepalen. Het afdelingshoofd overlegt daarover vooraf met de administrateur-generaal en bezorgt hem een afschrift van het aanstellingsbesluit.
Het afdelingshoofd van de afdeling Toezicht wordt belast met de invordering van administratieve geldboetes en toebehoren en de uitvaardiging van dwangbevelen als vermeld in artikel 6.51 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Art.23. § 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Woonbeleid is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met de uitvoering van het wetenschappelijk onderzoek, in bijzonder het verlenen aan de minister van advies over opgeleverde eindrapporten, financiële jaarverslagen en nieuwe ad hoc opdrachten.
§ 2. Het afdelingshoofd van de afdeling Woonbeleid is gemachtigd om:
1° de adviezen aan de minister te ondertekenen over:
a) de lokale toewijzingsreglementen;
b) de beoordeling van experimentele projecten in een regelluw kader met betrekking tot materies die behoren tot de bevoegdheid van de afdeling Woonbeleid;
2° een beslissing te nemen over de verlenging van de vernietigingstermijn van lokale toewijzingsreglementen met vijftien kalenderdagen.
§ 3. Het afdelingshoofd van de afdeling Woonbeleid is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met het adviseren van de minister naar aanleiding van beroepen tegen beslissingen van Toezicht in het kader van art. 4.1/1 en 4.87 van de Vlaamse Codex Wonen.
§ 4. Het afdelingshoofd van de afdeling Woonbeleid is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met het adviseren van de administrateur-generaal naar aanleiding van beroepen tegen:
a) de verzegeling, vermeld in artikel 3.54, eerste lid van de Vlaamse Codex Wonen, opgelegd door de wooninspecteur;
b) de weigering, vermeld in art. 3.54, tweede lid van de Vlaamse Codex Wonen om de verzegeling opgelegd door de wooninspecteur op te heffen.
§ 5. Het afdelingshoofd van de afdeling Woonbeleid is gemachtigd om de bevoegdheden uit te oefenen die verbonden zijn met het adviseren van de minister naar aanleiding van:
a) erkenningsaanvragen van woonmaatschappijen;
b) opleggen van sancties aan woonmaatschappijen in het kader van art. 4.51 van de Vlaamse codex Wonen.
Afdeling 8. - Rapportering over de verleende delegaties. Opschorting of intrekking
Art.24. De administrateur-generaal kan nadere instructies geven voor het gebruik van de beslissingsbevoegdheden die bij dit besluit zijn gedelegeerd. Over de gedelegeerde beslissingsbevoegdheden wordt gerapporteerd aan de hand van de indicatoren ter opvolging van de operationele doelstellingen die zijn opgenomen in het ondernemingsplan.
De administrateur-generaal kan op elk moment delegaties die bij dit besluit zijn verleend, schorsen of intrekken.
HOOFDSTUK 3. - Opheffings- en inwerkingtredingsbepalingen
Art.25. De volgende regelingen worden opgeheven:
1° het besluit van de administrateur-generaal Agentschap Wonen-Vlaanderen van 5 september 2016 houdende de organisatie van het intern verzelfstandigd agentschap Wonen-Vlaanderen en houdende delegatie van bevoegdheden aan personeelsleden van het agentschap, wordt opgeheven;
2° het besluit van de administrateur-generaal van 3 mei 2021 tot aanwijzing van de personeelsleden van de afdeling Tegemoetkomingen van Wonen-Vlaanderen die bevoegd zijn voor bepaalde taken toevertrouwd aan deze afdeling;
3° het besluit van de administrateur-generaal van 5 oktober 2020 tot aanwijzing van de personeelsleden van de afdeling Woonbeleid van Wonen-Vlaanderen die bevoegd zijn voor bepaalde taken toevertrouwd aan deze afdeling;
4° het besluit van de administrateur-generaal van 21 januari 2022 tot aanwijzing van de personeelsleden van Wonen-Vlaanderen die bevoegd zijn voor bepaalde taken inzake de kwaliteitsbewaking van woningen en de inventarisatie van woningen die ongeschikt en onbewoonbaar zijn verklaard;
5° het besluit van de administrateur-generaal van Wonen-Vlaanderen van 3 februari 2021 houdende de aanstelling als beboetingsambtenaar.
Art.26. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2023.
BIJLAGE.
Art. N.(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 29-03-2023, p. 34786)
Gewijzigd bij :
<BVR 2024-07-02/02, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 02-07-2024>
<BVR 2024-12-04/03, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 04-12-2024>