25 JULI 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen betreffende de deelstanden "in operationele inzet", "in hulpverlening" en "in militaire bijstand"
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingsbepalingen
Afdeling 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 juli 1994 houdende bepaling van de vormen van operationele inzet en van de voorbereidingsactiviteiten met het oog op de aanwending van de krijgsmacht
Art. 1-4
Afdeling 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 18 maart 2003 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier
Art. 5
HOOFDSTUK 2. - Slotbepaling
Art. 6-7
HOOFDSTUK 1. - Wijzigingsbepalingen
Afdeling 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 juli 1994 houdende bepaling van de vormen van operationele inzet en van de voorbereidingsactiviteiten met het oog op de aanwending van de krijgsmacht
Artikel 1. In het opschrift van het koninklijk besluit van 6 juli 1994 houdende bepaling van de vormen van operationele inzet en van de voorbereidingsactiviteiten met het oog op de aanwending van de krijgsmacht, worden de woorden ", hulpverlening en militaire bijstand, " ingevoegd tussen de woorden "operationele inzet" en de woorden "en van de voorbereidingsactiviteiten".
Art.2. In het opschrift van hoofdstuk 1 van hetzelfde besluit worden de woorden "in periode van vrede", vervangen door de woorden ", hulpverlening en militaire bijstand".
Art.3. In artikel 1 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
1° het eerste lid wordt aangevuld met de bepalingen onder 6° en 7°, luidende :
"6° de deelname aan een operatie buiten de inzetzone;
7° de transit van of naar één van de voornoemde vormen van operationele inzet.".
2° een lid wordt tussen het eerste en het tweede lid ingevoegd, luidende :
"De tot opeising bevoegde overheden beslissen over de ordehandhavingsinzet.";
3° het vroegere tweede lid dat het derde lid wordt, wordt vervangen als volgt :
"De regering of de minister van Landsverdediging beslist over de vormen van operationele inzet bedoeld in het eerste lid, 2° tot 5°. ";
4° het artikel wordt aangevuld met een lid, luidende :
"De chef defensie of de onderstafchef operaties en training beslist over de vormen van operationele inzet bedoeld in het eerste lid, 6° en 7°, behalve indien de deelname aan een operatie bedoeld in het eerste lid, 6°, plaatsvindt in het kader van een mandaat van een instelling van internationaal publiek recht, in welk geval de regering of de minister van Landsverdediging beslist.".
Art.4. In hetzelfde besluit worden de artikelen 6/1 tot 6/6 ingevoegd, luidende :
"Art. 6/1. De vormen van hulpverlening waaraan de militair in werkelijke dienst in periode van vrede kan deelnemen, zijn de volgende :
1° de nationale hulpverlening;
2° de internationale hulpverlening;
3° de deelname aan hulpverlening buiten de inzetzone;
4° de transit van of naar één van de voornoemde vormen van hulpverlening.
De chef defensie of de onderstafchef operaties en training beslist over de vormen bedoeld in het eerste lid, 3° en 4°.
Art. 6/2. Nationale hulpverlening bestaat uit opdrachten in nationaal verband en op het nationaal grondgebied, ingevolge een beslissing van de minister van Landsverdediging of van de tot opeising bevoegde overheden.
Art. 6/3. Internationale hulpverlening bestaat uit opdrachten in internationaal verband en buiten het nationaal grondgebied, ingevolge een beslissing van de regering.
Art. 6/4. De vormen van militaire bijstand waaraan de militair in werkelijke dienst in periode van vrede kan deelnemen, zijn de volgende :
1° de actieve militaire bijstand;
2° de deelname aan militaire bijstand buiten de inzetzone;
3° de transit van of naar één van de voornoemde vormen van militaire bijstand.
De chef defensie of de onderstafchef operaties en training beslist over de vormen bedoeld in het eerste lid, 2° en 3°.
Art. 6/5. Actieve militaire bijstand bestaat uit opdrachten in het kader van een door de minister van Landsverdediging goedgekeurd programma van burgerlijk-militaire samenwerking in een bilateraal of multilateraal kader in steun van het Belgische of internationale veiligheidsbeleid, of vorming, coaching of ondersteuning van militairen van vreemde krijgsmachten.
Art. 6/6. Onder "de deelname aan een opdracht buiten de inzetzone", bedoeld in artikel 1, eerste lid, 6°, artikel 6/1, eerste lid, 3°, en artikel 6/4, eerste lid, 2°, wordt verstaan : de uitvoering van opdrachten, in rechtstreeks verband met de ondersteunde operatie, waarbij militairen worden ingezet buiten de inzetzone bepaald door de chef defensie of de onderstafchef operaties en training, om het welslagen van deze operatie te verzekeren.
Onder "de transit van of naar", bedoeld in artikel 1, eerste lid, 7°, artikel 6/1, eerste lid, 4°, en artikel 6/4, eerste lid, 3°, wordt verstaan : het zich verplaatsen van of naar de inzetzone bepaald door de chef defensie of de onderstafchef operaties en training.".
Afdeling 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 18 maart 2003 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier
Art.5. In artikel 23 van het koninklijk besluit van 18 maart 2003 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier, worden volgende wijzigingen aangebracht :
1° het eerste lid, inleidende zin, wordt aangevuld met de woorden "wanneer de militair wordt ingezet binnen de inzetzone";
2° in het eerste lid, 1°, a), worden de woorden "op het nationaal grondgebied" vervangen door de woorden "in geval van nationale hulpverlening";
3° in het eerste lid, 1°, b), worden de woorden "buiten het nationaal grondgebied" vervangen door de woorden "in geval van internationale hulpverlening";
4° in het eerste lid, 3°, worden de woorden "in geval van actieve militaire bijstand" ingevoegd tussen de woorden "" in militaire bijstand"" en de woorden " : 2. ";
5° tussen het eerste en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende :
"De forfaitaire dagvergoeding van 9,92 EUR wordt vermenigvuldigd met de coëfficiënt 2 wanneer de militair in de deelstanden bedoeld in het eerste lid, wordt ingezet buiten de inzetzone om :
a) deel te nemen aan militaire bijstand, hulpverlening of operationele inzet;
b) een transit uit te voeren.";
6° in het vroegere tweede lid, dat het derde lid wordt, worden de woorden "en tweede" ingevoegd tussen de woorden "in het eerste" en het woord "lid".
HOOFDSTUK 2. - Slotbepaling
Art.6. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 7. De minister bevoegd voor Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.