12 NOVEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2010/78/EU van 24 november 2010 wat betreft de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteiten (Europese Bankautoriteit, Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen en de Europese Autoriteit voor effecten en markten)
HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging
Art. 2-12
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 20 december 1995 betreffende de buitenlandse beleggingsondernemingen
Art. 13-15
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 21 november 2005 over het aanvullend groepstoezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen, herverzekeringsondernemingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging in een financiële dienstengroep, en tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 februari 1991 houdende het algemeen reglement betreffende de controle op de verzekeringsondernemingen en het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen
Art. 16-23
HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling
Art. 24
HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen
Artikel 1. Dit koninklijk besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2010/78/EU van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van de Richtlijnen 98/26/EG, 2002/87/EG, 2003/6/EG, 2003/41/EG, 2003/71/EG, 2004/39/EG, 2004/109/EG, 2005/60/EG, 2006/48/EG, 2006/49/EG en 2009/65/EG wat de bevoegdheden van de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en de Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten) betreft.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging
Art.2. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in 3° worden de woorden "de wet van 20 juli 2004 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "de wet van 3 augustus 2012 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
2° in 14° worden de woorden "artikel 189, § 1, 2°, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241, § 1, 2°, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
3° het artikel wordt aangevuld met de bepalingen onder 21° tot 23°, luidende :
"21° Europese Bankautoriteit : de Europese Bankautoriteit opgericht bij Verordening nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie;
22° Europees Comité voor systeemrisico's : het Europees Comité voor systeemrisico's opgericht bij Verordening nr. 1092/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 betreffende macroprudentieel toezicht van de Europese Unie op het financiële stelsel en tot oprichting van een Europees Comité voor systeemrisico's;
23° Verordening nr. 1093/2010 : verordening nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie.".
Art.3. In artikel 2, § 2, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de woorden "artikel 189, § 2, vierde lid, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241, § 2, vierde lid, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.4. In artikel 3 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in de eerste paragraaf, tweede lid, worden de woorden "artikel 153 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 201 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
2° in dezelfde paragraaf, derde lid, 3° worden de woorden "artikel 189, §§ 2 en 3, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241, §§ 2 en 3, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
3° in de vijfde paragraaf, worden de woorden "artikel 195 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 247 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.5. In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het tweede lid worden de woorden "artikel 153 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 201 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
2° in het derde lid, 3°, worden de woorden "artikel 189, § 4, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241, § 4, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
3° in hetzelfde derde lid, 3°, worden onder a) de woorden "artikel 167 van dezelfde wet" vervangen door de woorden "artikel 217 van dezelfde wet";
4° in hetzelfde derde lid, 3° worden onder b) de woorden "artikel 184, §§ 1 tot 3, van dezelfde wet" vervangen door de woorden "artikel 234, §§ 1 tot 3, van dezelfde wet";
5° in hetzelfde derde lid, 3° worden onder c) de woorden "artikel 184, § 4, van dezelfde wet" vervangen door de woorden "artikel 234, § 4, van dezelfde wet".
Art.6. In artikel 5 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 4 worden de woorden "artikel 189, § 4, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241, § 4, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
2° paragraaf 5, eerste lid, wordt aangevuld met de volgende zin :
"In dat geval brengt de prudentiële toezichthouder, als bevoegde autoriteit, de Europese Commissie en de Europese Bankautoriteit hiervan op de hoogte.";
3° in dezelfde paragraaf wordt het vierde lid vervangen als volgt : "Voor de toepassing van hetgeen is bepaald in het eerste en het tweede lid van deze paragraaf, sluit de prudentiële toezichthouder met de betrokken bevoegde autoriteiten overeenkomsten, overeenkomstig hetgeen is bepaald in respectievelijk de artikelen 36/14, § 1, 3°, en 36/16, § 2, van de wet van 22 februari 1998 en de artikelen 75, § 1, 4°, en 77, § 2, van de wet van 2 augustus 2002, naargelang de Bank of de FSMA de prudentiële toezichthouder is. Indien de prudentiële toezichthouder belast wordt met het geconsolideerde toezicht brengt zij de Europese Commissie, de Europese Bankautoriteit en de financiële holding of de gereglementeerde onderneming met het hoogste balanstotaal van de groep hiervan op de hoogte."
Art.7. In artikel 7, § 2, 1°, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de woorden "artikel 153, § 3, eerste lid, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 201, § 3, eerste lid, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.8. In artikel 7bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 november 2005 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° paragraaf 2, eerste lid, wordt aangevuld met de volgende zin :
"De prudentiële toezichthouder raadpleegt de Europese Bankautoriteit alvorens een beslissing te nemen.";
2° in de derde zin van paragraaf 4 worden tussen de woorden "betrokken bevoegde autoriteiten," en de woorden "de Europese Commissie", de woorden "de Europese Bankautoriteit," ingevoegd.
Art.9. In artikel 8bis, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 29 oktober 2007 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de woorden "artikel 184 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 234 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.10. In artikel 9bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 29 oktober 2007 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden, aan het einde van de eerste zin de woorden ", en met de Europese Bankautoriteit" ingevoegd;
2° in dezelfde paragraaf 1, worden in het tweede lid, 4°, de woorden "artikel 184, § 3, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 234, § 3, van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
3° dezelfde paragraaf 1 wordt aangevuld met een nieuw derde lid, luidende :
"De prudentiële toezichthouder kan, zoals voorzien in respectievelijk artikel 77, § 1 van de wet van 2 augustus 2002 of artikel 36/16, § 3 van de wet van 22 februari 1998, naargelang de FSMA of de Bank de prudentiële toezichthouder is, onder meer de volgende situaties naar de Europese Bankautoriteit verwijzen :
a) een bevoegde autoriteit heeft nagelaten essentiële informatie te verstrekken;
b) een verzoek om samenwerking, en meer bepaald om uitwisseling van relevante informatie is afgewezen of niet binnen een redelijke termijn gehonoreerd.";
3° paragraaf 5 wordt aangevuld met een lid luidende :
"In het kader van deze paragraaf wordt de Europese Bankautoriteit beschouwd als bevoegde autoriteit.";
4° in paragraaf 6 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in het tweede lid, worden de woorden "de Europese Bankautoriteit, en" ingevoegd tussen de woorden "wet op de beleggingsondernemingen," en "eventueel de centrale banken";
b) in het laatste lid, worden de woorden "het Comité van Europese bankentoezichthouders" en "dit comité" vervangen door de woorden "de Europese Bankautoriteit".
Art.11. In artikel 9ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 29 oktober 2007 en laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) aan het einde van het eerste lid wordt de volgende zin toegevoegd :
"De prudentiële toezichthouder kan indien de consoliderende toezichthouder nalaat de taken van deze paragraaf uit te voeren, of indien de autoriteiten bevoegd voor het toezicht op dochterondernemingen van een EU-moederkredietinstelling of een financiële EU-moederholding in een lidstaat onvoldoende samenwerken met de consoliderende toezichthouder, de zaak naar de Europese Bankautoriteit verwijzen, zoals voorzien in respectievelijk artikel 77, § 1, van de wet van 2 augustus 2002 of artikel 36/16, § 3, van de wet van 22 februari 1998, naargelang de FSMA of de Bank de prudentiële toezichthouder is.";
b) het tweede lid wordt aangevuld als volgt : "De prudentiële toezichthouder sluit hiertoe bilaterale overeenkomsten en brengt deze ter kennis van de Europese Bankautoriteit.";
c) in het laatste lid worden de woorden ", de Europese Bankautoriteit, de Europese Raad voor Systeemrisico's" ingevoegd tussen de woorden "de centrale banken van het Europees stelsel van Centrale Banken" en "en de andere centrale overheidsdiensten";
2° in paragraaf 1/1, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in het derde lid, in de derde zin, van de Nederlandse tekst, worden de woorden "dit comité" vervangen door de woorden "de Europese Bankautoriteit";
b) in het derde lid van de Franse tekst, worden de woorden "le Comité européen des contrôleurs bancaires" vervangen door de woorden " l'Autorité bancaire européenne";
c) in het derde en zevende lid van de Nederlandse tekst, worden de woorden "het Comité van Europese Bankentoezichthouders" vervangen door de woorden "de Europese Bankautoriteit";
d) het vijfde lid wordt aangevuld met de volgende zin :
"Indien een van autoriteiten bevoegd voor het toezicht op dochterondernemingen van een EU-moederkredietinstelling of een financiële EU-moederholding in een lidstaat, aan het einde van de termijn van vier maanden de zaak overeenkomstig artikel 19 Verordening nr. 1093/2010 naar de Europese Bankautoriteit heeft doorverwezen, stelt de consoliderende toezichthouder zijn besluit uit en wacht hij een eventueel door de Europese Bankautoriteit overeenkomstig artikel 19 Verordening nr. 1093/2010 genomen besluit af, en neemt hij zijn besluit in overeenstemming met het besluit van de Europese Bankautoriteit. De periode van vier maanden wordt beschouwd als verzoeningsperiode in de zin van Verordening nr. 1093/2010. De zaak wordt niet meer doorverwezen naar de Europese Bankautoriteit na het einde van de termijn van vier maanden of nadat een gezamenlijk besluit is genomen.";
e) in het zevende lid van de Franse tekst, worden de woorden "du Comité européen des contrôleurs bancaires" vervangen door de woorden "de l'Autorité bancaire européenne" en worden de woorden "celui-ci a été consulté" vervangen door de woorden "celle-ci a été consultée";
3° in paragraaf 2, eerste lid, 2°, worden de woorden "artikel 184 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 234 van de wet op het collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
4° in dezelfde paragraaf 2, wordt het tweede lid aangevuld met de volgende zinnen :
"Indien een van de betrokken bevoegde autoriteiten aan het einde van de periode van zes maanden, de zaak heeft doorverwezen naar de Europese Bankautoriteit overeenkomstig artikel 19 van Verordening nr. 1093/2010, stelt de prudentiële toezichthouder als autoriteit belast met het geconsolideerd toezicht, zijn besluit uit en wacht hij een eventueel door de Europese Bankautoriteit overeenkomstig artikel 19, lid 3, van die verordening genomen besluit over zijn besluit af en neemt hij een besluit in overeenstemming met het besluit van de Europese Bankautoriteit. De termijn van zes maanden wordt beschouwd als de verzoeningsfase in de zin van die verordening. De Europese Bankautoriteit neemt haar besluit binnen één maand. De zaak wordt niet meer doorverwezen naar de Europese Bankautoriteit na het einde van de termijn van zes maanden of nadat een gezamenlijk besluit is genomen.".
Art.12. In artikel 9quater, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, wordt in de tweede paragraaf een vierde lid ingevoegd, luidende :
"De Europese Bankautoriteit wordt in het kader van dit artikel beschouwd als bevoegde autoriteit.".
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 20 december 1995 betreffende de buitenlandse beleggingsondernemingen
Art.13. In de artikelen 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 20, 21, 25, 29, 30, 34, 35 en 36 van het koninklijk besluit van 20 december 1995 betreffende buitenlandse, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de woorden "prudentiële toezichthouder" vervangen door de woorden "toezichthoudende overheid".
Art.14. Artikel 2 van hetzelfde besluit, vervangen bij het artikel 8 van het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, wordt vervangen als volgt :
"Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° de wet : de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen;
2° Europese Autoriteit voor effecten en markten : de Europese Autoriteit voor effecten en markten opgericht bij Verordening nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie.".
Art.15. In artikel 12 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1, tweede lid, worden in de laatste zin na de woorden "Europese Commissie" de woorden "en de Europese Autoriteit voor effecten en markten" toegevoegd en wordt het woord "wordt" vervangen door het woord "worden";
2° in paragraaf 2, derde lid, worden in de laatste zin na de woorden "Europese Commissie" de woorden "en de Europese Autoriteit voor effecten en markten" toegevoegd en wordt het woord "wordt" vervangen door het woord "worden";
3° er wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende :
" § 2/1. De toezichthoudende overheid kan de zaak naar de Europese Autoriteit voor effecten en markten verwijzen, zoals voorzien in respectievelijk artikel 77, § 1, van de wet van 2 augustus 2002 of artikel 36/16, § 3, van de wet van 22 februari 1998, naargelang de bevoegde toezichthoudende overheid de FSMA of de Bank is.".
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 21 november 2005 over het aanvullend groepstoezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen, herverzekeringsondernemingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging in een financiële dienstengroep, en tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 februari 1991 houdende het algemeen reglement betreffende de controle op de verzekeringsondernemingen en het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen
Art.16. In de artikelen 1, 2, 3, 8, 9, 10, 11, 12, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21, 22, 24, 25, 26, 27 en in de bijlage van het koninklijk besluit van 21 november 2005 over het aanvullend groepstoezicht op kredietinstellingen, verzekeringsondernemingen, herverzekeringsondernemingen, beleggingsondernemingen en beheervennootschappen van instellingen voor collectieve belegging in een financiële dienstengroep, en tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 februari 1991 houdende het algemeen reglement betreffende de controle op de verzekeringsondernemingen en het koninklijk besluit van 12 augustus 1994 over het toezicht op geconsolideerde basis op kredietinstellingen, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 27 september 2009, wordt het woord "Commissie" vervangen door de woorden "toezichthoudende overheid".
Art.17. In artikel 1 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in 4° worden de woorden "de wet van 20 juli 2004" vervangen door de woorden "de wet van 3 augustus 2012";
2° in 7° worden de woorden "in artikel 138 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "in artikel 3, 12° van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
3° in 9° worden de woorden "artikel 189 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 241 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
4° in 10° worden de woorden "artikel 3, 16° van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "artikel 3, 33° van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles";
5° in 18° worden de woorden "de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen" vervangen door woorden "de Nationale Bank van België of de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, al naargelang de gereglementeerde onderneming, respectievelijk, ofwel een kredietinstelling, een verzekeringsonderneming, een herverzekeringsonderneming of een beursvennootschap, ofwel een vennootschap voor vermogensbeheer en beleggingsadvies of een beheervennootschap van instellingen voor collectieve belegging, is";
6° de volgende bepalingen onder 21° tot 26° worden ingevoegd, luidende :
"21° Gemengd Comité : het comité zoals bedoeld in artikel 54 van respectievelijk Verordening nr. 1093/2010, Verordening nr. 1094/2010 en Verordening nr. 1095/2010;
22° Verordening nr. 1093/2010 : Verordening nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie;
23° Verordening nr. 1094/2010 : Verordening nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie;
24° Verordening nr. 1095/2010 : Verordening nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie;
25° Europees Comité voor Systeemrisico's : het Europees Comité voor Systeemrisico's opgericht bij Verordening nr. 1092/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 betreffende macroprudentieel toezicht van de Europese Unie op het financiële stelsel en tot oprichting van een Europees Comité voor systeemrisico's;
26° de wet van 22 februari 1998 : de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België."
Art.18. In artikel 3, § 2, tweede zin, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de Europese Commissie" vervangen door de woorden "het Gemengd Comité".
Art.19. In artikel 13, § 2, van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 september 2009, wordt een litera d) ingevoegd, luidende :
"d) regelmatig geactualiseerde regelingen om bij te dragen tot herstel- en saneringsregelingen en -plannen, en deze zo nodig te ontwikkelen.".
Art.20. In artikel 15, § 2, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de artikelen 152, 161bis en 162 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "de artikelen 200, 211 en 212 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.21. In artikel 17, § 2, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid, wordt de laatste zin vervangen als volgt : "De toezichthoudende overheid spant zich tot het uiterste in om te voldoen aan alle toepasselijke richtsnoeren opgesteld door het Gemengd Comité overeenkomstig de artikelen 16 en 56 van respectievelijk Verordening nr. 1093/2010, Verordening nr. 1094/2010 en Verordening nr. 1095/2010.";
2° er wordt een nieuw derde lid ingevoegd, luidende :
"Wanneer de toezichthoudende overheid van mening verschilt over een door een andere bevoegde autoriteit uit hoofde van het eerste lid genomen besluit, is artikel 19 van respectievelijk Verordening nr. 1093/2010, Verordening nr. 1094/2010 en Verordening nr. 1095/2010 van toepassing.".
Art.22. In artikel 20, § 1, f), van hetzelfde besluit, worden de woorden "de artikelen 201 en 202 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles" vervangen door de woorden "de artikelen 254 en 255 van de wet betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles".
Art.23. In artikel 25, § 1, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in de eerste en tweede zin van het eerste lid worden de woorden "en het Europees Comité voor Systeemrisico's" respectievelijk ingevoegd na de woorden "buitenlandse bevoegde autoriteiten" en "bevoegde autoriteiten";
2° in het tweede lid worden voor de woorden "in artikel 75, § 1, 1°, van de wet van 2 augustus 2002" de volgende woorden ingevoegd "respectievelijk in artikel 36/14, § 1, 1°, van de wet van 22 februari 1998 of" en wordt de zin aangevuld met de volgende woorden ", naargelang de Nationale Bank van België of de Autoriteit Financiële Diensten en Markten de toezichthoudende overheid is";
3° in het derde lid worden voor de woorden "hoofdstuk 3, afdeling 6, van de wet van 2 augustus 2002" de volgende woorden ingevoegd "respectievelijk hoofdstuk IV/1, afdeling 4, van de wet van 22 februari 1998 of" en wordt de zin aangevuld met de volgende woorden ", naargelang de Nationale Bank van België of de Autoriteit Financiële Diensten en Markten de toezichthoudende overheid is".
HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling
Art. 24. De ministers bevoegd voor Economie en Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 12 november 2013.
FILIP
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Economie,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Financiën,
K. GEENS