9 SEPTEMBER 2011. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 september 1997 betreffende de controle op de inschrijving van leerlingen in het secundair onderwijs of in het stelsel van leren en werken en het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 1997 betreffende de controle op de inschrijving van leerlingen in het basisonderwijs, wat betreft de invoering van de procedure om het huisonderwijs te mogen hervatten
Art. 1-3
Artikel 1. Aan hoofdstuk IIter van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 1997 betreffende de controle op de inschrijving van leerlingen in het basisonderwijs, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2003 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 6 juli 2007 en 4 september 2009, worden de artikelen 10undecies, 10duodecies en 10terdecies toegevoegd, die luiden als volgt :
"Art. 10undecies. Een aanvraag tot het hervatten van huisonderwijs, vermeld in artikel 26ter, § 3, tweede lid, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, wordt door de ouders van de leerplichtige leerling ingediend bij de onderwijsinspectie met een aangetekende brief met ontvangstbevestiging.
De schriftelijke aanvraag, vermeld in het eerste lid, omvat :
1° de volledige identificatie van de betrokken leerplichtigen;
2° de gegevens van de school waar de betrokken leerplichtigen momenteel ingeschreven zijn;
3° de gegevens over de plaats waar het huisonderwijs zal worden verstrekt;
4° de gegevens over de personen die het huisonderwijs zullen verstrekken;
5° de motieven om het huisonderwijs te hervatten;
6° een omstandige beschrijving van de wijze waarop het huisonderwijs gerealiseerd zal worden, met inbegrip van een beschrijving van de wijze waarop de tekortkomingen, vastgesteld door de onderwijsinspectie die geleid hebben tot haar beslissing dat de leerling zich in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende, gefinancierde of gesubsidieerde school moet inschrijven, zijn of worden weggewerkt."
Art. 10duodecies. § 1. De onderwijsinspectie onderzoekt of er voldoende garanties aanwezig zijn dat het huisonderwijs beantwoordt aan de doelstellingen, vermeld in artikel 26ter, § 3, tweede lid, van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en beslist over de mogelijkheid om het huisonderwijs te hervatten.
§ 2. Het onderzoek, vermeld in paragraaf 1, wordt uitgevoerd op basis van de schriftelijke aanvraag, vermeld in artikel 10undecies.
§ 3. De beslissing, vermeld in paragraaf 1, wordt gemotiveerd en binnen veertien kalenderdagen na de ontvangst van de schriftelijke aanvraag, met een aangetekende brief aan de ouders betekend. De poststempel geldt als datum van de betekening.
In afwijking van het eerste lid wordt de termijn waarin de inspectie een beslissing moet nemen, geschorst tijdens en voor de duur van de kerst-, paas- en zomervakantie.
§ 4. Een gebrek aan een beslissing binnen de in paragraaf 3 vermelde termijn, wordt geacht een toestemming voor de hervatting van huisonderwijs te zijn.
Art. 10terdecies. Met behoud van de toepassing van artikel 10novies kan de hervatting van het huisonderwijs ingaan vanaf een van de volgende tijdstippen :
1° de betekening van de toestemming van de inspectie, vermeld in artikel 10duodecies, § 3;
2° de vijfde kalenderdag na het verstrijken van de termijn, vermeld in artikel 10duodecies, § 3."
Art.2. Aan hoofdstuk IIIter van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 september 1997 betreffende de controle op de inschrijving van leerlingen in het secundair onderwijs of in het stelsel van leren en werken, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 mei 2003 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 6 juli 2007 en 4 september 2009, worden de artikelen 14duodecies, 14terdecies en 14quaterdecies toegevoegd, die luiden als volgt :
"Art. 14duodecies. Een aanvraag tot het hervatten van huisonderwijs, vermeld in artikel 1, § 6, zesde lid, van de wet van 29 juni 1983 betreffende de leerplicht, wordt door de personen die het ouderlijke gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige leerling onder hun bewaring hebben ingediend bij de onderwijsinspectie met een aangetekende brief met ontvangstbevestiging.
De schriftelijke aanvraag, vermeld in het eerste lid, omvat :
1° de volledige identificatie van de betrokken leerplichtigen;
2° de gegevens van de school waar de betrokken leerplichtigen momenteel ingeschreven zijn;
3° de gegevens over de plaats waar het huisonderwijs zal worden verstrekt;
4° de gegevens over de personen die het huisonderwijs zullen verstrekken;
5° de motieven om het huisonderwijs te hervatten;
6° een omstandige beschrijving van de wijze waarop het huisonderwijs gerealiseerd zal worden, met inbegrip van een beschrijving van de wijze waarop de tekortkomingen, vastgesteld door de onderwijsinspectie die geleid hebben tot haar beslissing dat de leerling zich in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende, gefinancierde of gesubsidieerde school moet inschrijven, zijn of worden weggewerkt.
Art. 14terdecies. § 1. De onderwijsinspectie onderzoekt of er voldoende garanties aanwezig zijn dat het huisonderwijs beantwoordt aan de doelstellingen, vermeld in artikel 1, § 6, derde lid, van de wet van 29 juni 1983 betreffende de leerplicht, en beslist over de mogelijkheid om het huisonderwijs te hervatten.
§ 2. Het onderzoek, vermeld in paragraaf 1, wordt uitgevoerd op basis van de schriftelijke aanvraag, vermeld in artikel 14duodecies.
§ 3. De beslissing, vermeld in paragraaf 1, wordt gemotiveerd en binnen veertien kalenderdagen na de ontvangst van de schriftelijke aanvraag met een aangetekende brief aan de personen die het ouderlijke gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige leerling onder hun bewaring hebben betekend. De poststempel geldt als datum van de betekening.
In afwijking van het eerste lid wordt de termijn waarin de inspectie een beslissing moet nemen, geschorst tijdens en voor de duur van de kerst-, paas- en zomervakantie.
§ 4. Een gebrek aan een beslissing binnen de in paragraaf 3 vermelde termijn, wordt geacht een toestemming voor de hervatting van huisonderwijs te zijn.
Art. 14quaterdecies. Met behoud van de toepassing van artikel 14decies, kan de hervatting van het huisonderwijs ingaan vanaf een van de volgende tijdstippen :
1° de betekening van de toestemming van de inspectie, vermeld in artikel 14terdecies, § 3;
2° hetzij de vijfde kalenderdag na het verstrijken van de termijn, vermeld in artikel 14terdecies, § 3."
Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 9 september 2011.
De Minister-President van de Vlaamse Regering,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel,
P. SMET