Details





Titel:

22 DECEMBER 2010. - Decreet betreffende de verkeersveiligheid en houdende diverse bepalingen inzake wegen en waterwegen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 25-01-2011 en tekstbijwerking tot 16-05-2022)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I.
Art. 1-9
HOOFDSTUK II. - " Conseil supérieur wallon de la Sécurité routière " (Waalse hoge raad voor Verkeersveiligheid)
Art. 10-14
HOOFDSTUK III. - Wijzigingen in het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein
Art. 15-21
BIJLAGEN. <ingevoegd bij Addendum, B.St. 30-12-2011, Ed. 4, p. 81741-81742>
Art. N1-N3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1993027030  2008204571  2009202017 



Uitvoeringsbesluit(en):

2011205040  2012200316  2012202082  2014201581 



Artikels:

HOOFDSTUK I.   
Artikel 1.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.2.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.3.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.4.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.5.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.6.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.7.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.8.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

Art.9.
  <Opgeheven bij DWG 2022-03-24/16, art. 16, 005; Inwerkingtreding : 17-12-2021>

HOOFDSTUK II. - " Conseil supérieur wallon de la Sécurité routière " (Waalse hoge raad voor Verkeersveiligheid)
Art.10. Er wordt een " Conseil supérieur wallon de la Sécurité routière " opgericht, hierna de Raad genoemd.

Art.11. De Raad heeft de volgende opdrachten :
  - iedere nuttige reflectie in goede banen leiden en voorstellen voorleggen om het aantal en de ernst van verkeersongevallen terug te dringen;
  - het beleid van het Waalse Gewest inbedden in een overlegde, multidisciplinaire aanpak die gecoördineerd wordt met de meest representatieve actoren van de verkeersveiligheid;
  - een actieprogramma voorstellen in het kader van een gewestelijk plan voor verkeersveiligheid en er de opvolging van garanderen;
  - advies uitbrengen over alle vragen en onderwerpen voorgelegd door een regeringslid.
  De Raad kan op eigen initiatief advies uitbrengen over elke vraag in verband met verkeersveiligheid.

Art.12.[1 De Raad bestaat uit eenendertig gewone leden en eenendertig plaatsvervangende leden die door de Regering worden aangewezen, waaronder :
   1° één vertegenwoordiger van het "Agence wallonne pour la Sécurité routière" (Waals Agentschap voor Verkeersveiligheid);
   2° één vertegenwoordiger van de gewestelijke administratie die de wegen beheert;
   3° één vertegenwoordiger van de gewestelijke administratie die mobiliteit beheert;
   4° een vertegenwoordiger van de "SOFICO";
   5° één vertegenwoordiger van het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid;
   6° één vertegenwoordiger van het " Centre de Recherche routière " (Centrum voor Onderzoek inzake Verkeersveiligheid);
   7° één vertegenwoordiger van de permanente commissie van de lokale politie;
   8° één vertegenwoordiger van de federale politie;
   9° één vertegenwoordiger van het College der Procureurs-generaal;
   10° één vertegenwoordiger van de "Union des villes et des communes de Wallonie" (Vereniging van de Waalse Steden en Gemeenten);
   11° één vertegenwoordiger van het verplicht onderwijs, voorgedragen door de Franse Gemeenschap;
   12° één vertegenwoordiger van het verplicht onderwijs, voorgedragen door de Duitstalige Gemeenschap;
   13° één vertegenwoordiger van de " Ligue des Familles;
   14° één vertegenwoordiger van de verenigingen die een verantwoordelijk rijgedrag voorstaan, onder de representatieve verenigingen;
   15° drie vertegenwoordigers van de verenigingen van de slachtoffers van het wegverkeer, onder de representatieve verenigingen;
   16° één vertegenwoordiger van de Beroepsverening van de Verzekeringsondernemingen;
   17° één vertegenwoordiger van de rijopleidingen, onder de representatieve verenigingen;
   18° twee vertegenwoordigers van het personenvervoer over de weg, voorgedragen door hun federatie;
   19° één vertegenwoordiger van de automobilisten, onder de representatieve verenigingen;
   20° één vertegenwoordiger van de autobedrijven, voorgedragen door de "Conseil économique et social de Wallonie" (Sociaal-economische raad van het Waalse Gewest);
   21° één vertegenwoordiger van de motorrijders, onder de representatieve verenigingen;
   22° één vertegenwoordiger van de fietsers, onder de representatieve verenigingen;
   23° twee vertegenwoordigers van de voetgangers en van de personen met een verminderde beweeglijkheid, onder de representatieve verenigingen;
   24° één vertegenwoordiger van de taxis;
   25° één vertegenwoordiger van de autokeuringsbedrijven;
   26° twee vertegenwoorgigers van het vrachtvervoer over de weg, voorgedragen door de "Conseil économique et social de Wallonie" (Sociaal-economische raad van het Waalse Gewest).
   De benoeming van de vertegenwoordigers voorgedragen door de representatieve verenigingen wordt verricht op grond van een oproep tot de kandidaten gericht aan die verenigingen, via de wegenwebsite van de Raad.
   Het uitblijven van voordrachten van vertegenwoordigers door andere entiteiten van de federale overheid dan het Waalse Gewest of het feit dat laatstgenoemden de vergaderingen van de Raad niet bijwonen tasten de werking van die Raad niet aan en beïnvloeden de geldigheid van diens daden niet.
   De leden van de Raad wijzen een Voorzitter en een Ondervoorzitter van deze Raad aan in hun midden.]1
  ----------
  (1)<DWG 2016-12-21/02, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2017>

Art.13.[1 De zetel van de Raad en zijn secretariaat zijn gevestigd in de lokalen van de instelling waarvan de vertegenwoordiger het voorzitterschap van deze Raad neemt.]1
  ----------
  (1)<DWG 2016-12-21/02, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2017>

Art.14. Artikel 1, 2°, van het decreet van 6 november 2008 houdende rationalisatie van de adviesverlenende functie, wordt aangevuld met volgend streepje :
  - de " Conseil supérieur wallon de la Sécurité routière " (Waalse Hoge Raad voor Verkeersveiligheid).

HOOFDSTUK III. - Wijzigingen in het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein
Art.15. In het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein wordt een artikel 4bis ingevoegd, luidend als volgt :
  " Art. 4bis. De Regering is gemachtigd om het verkeer op het gewestelijk openbaar wegen- of waterwegendomein of op een deel ervan om één of meerdere redenen bedoeld in artikel 1 te beperken of te verbieden.
  In dat geval voorziet de Regering in de eventueel noodzakelijke wegomleidingen. "

Art.16. In artikel 5, § 1, van hetzelfde decreet wordt een punt 4° toegevoegd, luidend als volgt :
  " 4° diegenen die het gewestelijk openbaar domein gebruiken in overtreding van een besluit getroffen krachtens artikel 4bis. "
  In hetzelfde artikel van het decreet wordt een een § 3 toegevoegd, luidend als volgt :
  " § 3. Met een geldboete worden bestraft degenen die een voertuig besturen waarvan de massa op de grond onder één van de assen het toegelaten maximum met meer dan vijf procent overschrijdt. Die geldboete bedraagt :
  1° 50 euro tot 5.000 euro bij een overlading met minder dan 500 kg;
  2° 100 euro tot 10.000 euro bij een overlading met 500 kg tot minder dan 1 000 kg;
  3° 200 euro tot 20.000 euro bij een overlading met 1 000 kg tot minder dan 1 500 kg;
  4° 300 euro tot 30.000 euro bij een overlading met 1 500 kg tot minder dan 2 000 kg;
  5° 500 euro tot 50.000 euro bij een overlading met 2 000 kg tot minder dan 3 000 kg;
  6° 750 euro tot 75.000 euro bij een overlading met 3 000 kg en meer. "

Art.17. In artikel 6, § 1, lid 1, van hetzelfde decreet worden de woorden " statutaire of contractuele " ingevoegd tussen de woorden " aan " en " gewestelijke ".

Art.18. In artikel 8, lid 1, van hetzelfde decreet worden de woorden " of in geval van schade die het gewestelijk openbaar weggennet wordt toegebracht ten gevolge van een overtreding bedoeld in artikel 5, § 1, 4°, of § 3 " ingevoegd tussen de woorden " artikel 5, § 1, 1°, en § 2, 2° en 3°, " en " kan ".

Art.19. In hetzelfde decreet worden, tussen de hoofdstukken V en VI, een hoofdstuk Vbis en een artikel 8bis ingevoegd luidend als volgt :
  " HOOFDSTUK Vbis. - Onmiddellijke inning
  Art. 8bis. De domaniaal politieagent die een inbreuk op artikel 5 vaststelt kan, met de instemming van de overtreder, overgaan tot de onmiddellijke inning van een geldsom.
  Het onmiddellijke inningsbedrag is 150 euro voor de inbreuken bedoeld in artikel 5, § 1, en 50 euro voor de inbreuken bedoeld in artikel 5, § 2.
  Bij een inbreuk op artikel 5, § 3, bedraagt de onmiddellijke inningssom :
  1° 150 euro bij een overlading van minder dan 500 kg;
  2° 100 euro bij een overlading van 500 kg tot minder dan 1000 kg;
  3° 200 euro bij een overlading van 1 000 kg tot minder dan 1 500 kg;
  4° 300 euro bij een overlading van 1 500 kg tot minder dan 2 000 kg;
  5° 500 euro bij een overlading van 2 000 kg tot minder dan 3 000 kg;
  6° 750 euro bij een overlading van 3 000 kg en meer.
  De domaniaal politieagent deelt zijn beslissing aan de procureur des Konings mee.
  De Regering bepaalt de nadere regels voor de inning en de indexering van de som.
  De onmiddellijke betaling van de som dooft de mogelijkheid uit om de overtreder een administratieve geldboete op te leggen voor het beoogde feit.
  De onmiddellijke betaling van de geheven som belet de procureur des Konings niet om de artikelen 216bis of 126ter van het Wetboek van strafvordering toe te passen of strafrechtelijke vervolgingen in te stellen. Bij toepassing van de artikelen 216bis of 216ter van het Wetboek van strafvordering wordt de onmiddellijk geïnde som toegerekend op de som bepaald door het openbaar ministerie en het eventuele overschot wordt terugbetaald.
  Bij een veroordeling van belanghebbende wordt de onmiddellijk geïnde som toegerekend op de aan de Staat verschuldigde gerechtskosten en de uitgesproken geldboete, en het eventuele overschot wordt terugbetaald.
  Bij een vrijspraak wordt de onmiddellijk geïnde som teruggegeven.
  Bij een voorwaardelijke veroordeling wordt de onmiddellijk geïnde som teruggegeven na aftrek van de gerechtskosten. "

Art.20. § 1. In artikel 9, § 1, van hetzelfde decreet wordt een lid 3 toegevoegd, luidend als volgt :
  " Voor de inbreuken bedoeld in artikel 5, § 3, bedraagt de administratieve geldboete :
  1° 50 euro tot 5.000 euro bij een overlading van minder dan 500 kg;
  2° 100 euro tot 10.000 euro bij een overlading van 500 kg tot minder dan 10.000 kg;
  3° 200 euro tot 20.000 euro bij een overlading van 1 000 kg tot minder dan 1 500 kg;
  4° 300 euro tot 30.000 euro bij een overlading van 1 500 kg tot minder dan 2 000 kg;
  5° 500 euro tot 50.000 euro bij een overlading van 2 000 kg tot minder dan 3 000 kg;
  6° 750 euro tot 75.000 euro bij een overlading van 3 000 kg en meer. "
  § 2. In hetzelfde artikel 9, § 2, lid 1, wordt het woord " negentig " vervangen door het woord " zestig ".
  § 3. Het tweede lid van § 3 en het derde lid van § 8 van hetzelfde artikel 9 worden opgeheven.

Art.21. In artikel 2 van het decreet van 17 december 1992 tot oprichting van de begrotingsgrondsen inzake openbare werken wordt lid 2 aangevuld met een punt d) luidend als volgt :
  " d) de administratieve geldboetes geïnd krachtens artikel 9 van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de onmiddellijke inningen gestort op grond van artikel 8bis van hetzelfde decreet indien de overtreding begaan werd op het gewestelijk openbaar wegennet. "
  In artikel 3 van hetzelfde decreet wordt lid 2 aangevuld met een punt d), luidend als volgt :
  " d) de administratieve geldboetes geïnd krachtens artikel 9 van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de onmiddellijke inningen gestort op grond van artikel 8bis van hetzelfde decreet indien de overtreding begaan werd op het gewestelijk openbaar wegennet. "

BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. VERKEERSVEILIGHEIDSEFFECTBEOORDELING VAN EEN WEG VOOR DE INFRASTRUCTUURPROJECTEN
  1. Componenten van een verkeersveiligheidseffectbeoordeling van een weg;
  a) beschrijving van het probleem :
  b) huidige toestand en status-quoscenario;
  c) verkeersveiligheidsdoelstellingen;
  d) analyse van de effecten van de voorgestelde opties op de verkeersveiligheid;
  e) vergelijking van de opties, w.o. analyse van de verhouding kosten/voordelen;
  f) voorstelling van de verschillende mogelijke oplossingen.
  2. In aanmerking te nemen elementen :
  a) overlijden en ongevallen, verminderingsdoelstellingen vergeleken met het status-quoscenario;
  b) keuze van de trajecten en aard van het verkeer;
  c) eventuele gevolgen op de bestaande wegennetten (bij voorbeeld, afritten, kruisingen, overwegen);
  d) weggebruikers, met name kwetsbare gebruikers (bij voorbeeld voetgangers, fietsers, motorrijders);
  e) verkeer (bij voorbeeld, verkeersvolume, klassering van het verkeer per type);
  f) seizoensgebonden karakter en weersomstandigheden;
  g) aanwezigheid van een voldoende aantal veilige parkeerplaatsen;
  h) seismische activiteit.

Art. N2. Bijlage 2. VERKEERSVEILIGHEIDSAUDITS VOOR DE INFRASTRUCTUURPROJECTEN
  1. Criteria toepasselijk op de opvattingsfase :
  a) geografische toestand (bij voorbeeld, blootstelling aan aardschuivingen, overstromingen, lawines), seizoen- en weersomstandigheden en seismische activiteit;
  b) soorten verbinding en afstand tussen de verbindingspunten;
  c) aantal en soorten wegen;
  d) verkeerssoorten die de nieuwe weg kunnen nemen;
  e) functionaliteit van de weg in het wegennet;
  f) weersomstandigheden;
  g) rijsnelheden;
  h) dwarsprofielen (bij voorbeeld, breedte van de weg, fietspaden, voetpaden);
  horizontale en verticale rooilijnen;
  j) zichtbaarheid;
  k) inrichting van de verbindingspunten;
  l) openbaar vervoer en openbare infrastructuren;
  m) overwegen.
  2. Criteria toepasselijk op de gedetailleerde opvattingsfase :
  a) tracé;
  b) coherente bebakening en wegmarkering;
  c) verlichting van de wegen en van de verlichte kruispunten;
  d) wegranduitrustingen
  e) wegrandomgeving, waaronder vegetatie;
  f) vaste obstakels aan de rijbaankant;
  g) inrichting van veilige parkeerplaatsen;
  h) kwetsbare gebruikers (bij voorbeeld voetgangers, fietsers, motorrijders);
  i) aangepaste beveiligingssystemen (middenberm en metaalhekken om de risico's voor de kwetsbare gebruikers te voorkomen).
  3. Criteria toepasselijk op de ingebruiknemingsfase :
  a) veiligheid van de weggebruikers en zichtbaarheid in diverse toestanden zoals duisternis en bij normale weersomstandigheden;
  b) leesbaarheid van de bebakening en wegmarkering;
  c) staat van de weg.
  4. Criteria toepasselijk op het begin van de exploitatie : evaluatie van de verkeersveiligheid in het licht van het reële gedrag van de gebruikers
  De uitvoering van een audit in een bepaald stadium kan ertoe leiden de op de vorige stadia toepasselijke criteria nader te overwegen.

Art. N3. Bijlage 3. CLASSIFICATIE VAN DE WEGGEDEELTEN MET EEN HOOG AANTAL ONGEVALLEN EN VAN DE VERKEERSVEILIGHEID VAN HET WEGENNET
  1. Classificatie van weggedeelten met een hoog aantal verkeersongevallen :
  De classificatie van weggedeelten met een hoog aantal verkeersongevallen houdt minstens rekening met het aantal ongevallen die tijdens de vorige jaren een dodelijke afloop per afstandseenheid hebben gehad.
  2. Classificatie van weggedeelten met het oog op een analyse in het kader van de veiligheid van het wegennet :
  De classificatie van weggedeelten met het oog op een analyse in het kader van de veiligheid van het wegennet houdt rekening met de potentiële besparingen in de kosten van de ongevallen. De weggedeelten worden ingedeeld in verschillende categorieën.
  Voor elke wegcategorie worden de weggedeelten geanalyseerd en ingedeeld volgens factoren gebonden aan de veiligheid zoals het aantal en de concentratie van de ongevallen, de typologie van de ongevallen.
  Voor elke wegcategorie mondt de classificatie van de veiligheid van het wegennet uit in een prioritaire lijst van de weggedeelten waarvoor een verbetering van de infrastructuur zeer doeltreffend zou moeten zijn.
  3. Evaluatie-elementen voor de bezoeken ter plaatse van de ploegen van deskundigen :
  a) de beschrijving van het weggedeelte;
  b) de verwijzing naar de eventuele vorige verslagen over hetzelfde weggedeelte;
  c) de analyse van de verslagen van eventuele ongevallen;
  d) het aantal ongevallen en overleden personen en zwaargewonden tijdens de vorige drie jaar;
  e) een reeks van potentiële verbeteringsmaatregelen die op verschillende termijnen uitgevoerd moeten worden, die bij voorbeeld voorzien in :
  - de verwijdering of de bescherming van de vaste obstakels aan de rijbaankant;
  - de vermindering van de snelheidsbeperkingen en de intensivering van de controle op snelheid op plaatselijk niveau;
  - de verbetering van de zichtbaarheid bij verschillende weersomstandigheden en onder bepaalde helderheidsvoorwaarden;
  - de verbetering van de veiligheidstaat van de wegranduitrustingen zoals de beveiligingssystemen;
  - de verbetering van de coherentie, van de zichtbaarheid, van de leesbaarheid en van de positie van de wegmarkeringen (met name de toepassing van geluidsvertragers) en van de bebakening;
  - de bescherming tegen vallend gesteente, grondverschuivingen en lawines;
  - de verbetering van de wegvastheid of van de stroefheid;
  - de wijziging van de beveiligingssystemen;
  - de terbeschikkingstelling en de verbetering van de bescherming van de middenberm;
  - de wijziging van de inhaalschema's;
  - de verbetering van de verbindingspunten en met name van de overwegen;
  - de wijziging van de rooilijn;
  - de wijziging van de breedte van de weg, de toevoeging van een vluchtstrook;
  - de installatie van een voorziening voor het beheer van en de controle op het verkeer;
  - de vermindering van potentiële conflicten met de kwetsbare weggebruikers;
  - de aanpassing van de weg ten opzichte van de vigerende opvattingsnormen;
  - het herstel of de vervanging van de weg;
  - het gebruik van intelligente signalen;
  - De verbetering van de intelligente vervoersystemen en van de telematicadiensten voor interoperabiliteit, noodgeval en bebakening.