Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

17 SEPTEMBER 2010. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van crisisjeugdhulpverlening [...] verleend door voorzieningen voor personen met een handicap <Opschrift gewijzigd door BVR2014-01-24/08, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2014> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 28-10-2010 en tekstbijwerking tot 19-02-2014)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1997035093 



Uitvoeringsbesluit(en):

2012035160  2013035262  2013204913  2013207407  2014201024 



Artikels:

Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder :
  1° agentschap : het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
  2° ambulante en mobiele crisisbegeleiding : een begeleidingsaanbod aan huis of in een jeugdhulpvoorziening als vermeld in artikel 16 van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening;
  3° besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening : het besluit van de Vlaamse Regering van 9 december 2005 betreffende de modulering en de netwerken rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening en crisisjeugdhulpverlening in het raam van de integrale jeugdhulp;
  4° crisisjeugdhulpverlening : crisisjeugdhulpverlening als vermeld in artikel 15 van het decreet integrale jeugdhulp;
  5° crisisopvang : een aanbod van verblijf als vermeld in artikel 16 van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening;
  6° decreet Integrale Jeugdhulp : het decreet van 7 mei 2004 betreffende de integrale jeugdhulp;
  7° jeugdhulpverlening : de hulp- en zorgverlening die zich richt tot minderjarigen, of tot minderjarigen en hun ouders, hun opvoedingsverantwoordelijken en/of personen uit hun leefomgeving als vermeld in artikel 2, § 1, 6°, van het decreet integrale jeugdhulp;
  8° module : een duidelijk afgelijnde eenheid van jeugdhulpverlening die afzonderlijk of samen met andere eenheden kan worden aangeboden als vermeld in artikel 2, § 1, 9°, van het decreet integrale jeugdhulp;
  [1 ...9°]1
  10° voorziening : een organisatie die door het agentschap wordt erkend om ondersteuning te bieden, op het vlak van opvang, behandeling en begeleiding, aan personen met een handicap in residentieel of semiresidentieel verband of ambulante ondersteuning.
  ----------
  (1)<BVR 2014-01-24/08, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.2.[1 Met behoud van de toepassing van artikel 16bis van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening kan het agentschap binnen de perken van de beschikbare middelen overeenkomstig de bepalingen van dit besluit de ambulante en mobiele crisisbegeleiding en de crisisopvang subsidiëren die, verleend is door voorzieningen buiten de gevallen, vermeld in artikel 17 van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening, eventueel nadat de overeenkomstig dit artikel vrijgehouden capaciteit opgebruikt is.
   Het agentschap kan de ambulante en mobiele crisisbegeleiding en de crisisopvang subsidiëren overeenkomstig artikel 3 van dit besluit als voldaan is aan de volgende voorwaarden :
   1° de ambulante en mobiele crisisbegeleiding loopt gedurende maximaal achtentwintig dagen, tweemaal verlengbaar met een week en er vinden per week maximaal gemiddeld drie tot vijf contacten plaats die een uur tot vijf uur tijd in beslag nemen;
   2° de crisisopvang duurt maximaal zeven dagen, eenmaal verlengbaar met zeven dagen;
   3° de ambulante of mobiele crisisbegeleiding of de crisisopvang wordt gepresteerd na een melding via het centraal permanent crisismeldpunt, vermeld in artikel 16, tweede lid, 1°, a), van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening, en nadat de melding volledig is opgenomen in het registratiesysteem, vermeld in artikel 16, derde lid, van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening;
   4° de ambulante en mobiele crisisbegeleiding of crisisopvang wordt verleend in het kader van het gekwantificeerde engagement inzake verzekerd aanbod dat de voorziening in kwestie voor ambulante en mobiele crisisbegeleiding of crisisopvang heeft aangegaan in het hulpprogramma van een netwerk crisisjeugdhulpverlening, vermeld in artikel 16 van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening, en dat wordt beschreven in het registratiesysteem vermeld in artikel 16, derde lid, van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening, of dat wordt verleend in het kader van mogelijk aanbod, zonder dat er exclusief plaatsen open gehouden worden voor crisisjeugdhulpverlening;
   5° de ambulante of mobiele crisisbegeleiding of -opvang beantwoordt aan de kwaliteitsvoorwaarden, vermeld in het decreet Integrale Jeugdhulp en in het decreet van 7 mei 2004 betreffende de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp.
   Het agentschap kan de ambulante en mobiele crisisbegeleiding en crisisopvang subsidiëren overeenkomstig artikel 4 als voldaan is aan de voorwaarden, vermeld in het tweede lid, 1°, 2°, 3° en 5°, en als de ambulante en mobiele crisisbegeleiding of crisisopvang wordt verleend in het kader van het gekwantificeerde engagement inzake verzekerd aanbod dat de voorziening in kwestie voor ambulante en mobiele crisisbegeleiding of crisisopvang heeft aangegaan in het hulpprogramma van een netwerk crisisjeugdhulpverlening, vermeld in artikel 16 van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening, en dat wordt beschreven in het registratiesysteem, vermeld in artikel 16, derde lid van het besluit Modulering en Crisisjeugdhulpverlening.]1
  ----------
  (1)<BVR 2012-01-27/06, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2012>

Art.3. § 1. Als de effectieve subsidiabele bezetting van de voorziening of het aantal effectieve subsidiabele begeleidingen die door de voorziening worden verleend op jaarbasis gelijk is aan of lager is dan de maximaal subsidiabele bezetting of het maximale aantal subsidiabele begeleidingen waarvoor de voorziening erkend is, subsidieert het agentschap de ambulante en mobiele crisisbegeleiding of de crisisopvang overeenkomstig de subsidiereglementering die van toepassing is voor de voorziening in kwestie.
  § 2. In afwijking van paragraaf 1 wordt voor de voorzieningen die ondersteuning aanbieden in residentieel of semiresidentieel verband, per aanwezigheidsdag een afwezigheidsdag als vermeld in artikel 10 van het ministerieel besluit van 24 april 1973 tot bepaling, wat betreft het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, van de te volgen bijzondere regels voor de vaststelling van de toelagen per dag, toegekend voor het onderhoud en de behandeling van de gehandicapten, geplaatst ten laste van de openbare besturen, aangerekend op de subsidiëring.
  § 3. In afwijking van artikel 1, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 28 juli 1983 tot vaststelling van de financiële bijdrage van de personen met een handicap, geplaatst ten laste van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, worden de subsidiebedragen, toegekend voor crisisopvang, niet verminderd met de bijdrage die ten laste is van de persoon met een handicap, vermeld in het voormelde besluit.
  De voorziening die crisisopvang verleent, kan aan de persoon die wordt opgenomen, noch de eigen financiële bijdrage, vermeld in het voormelde besluit noch een andere financiële bijdrage vragen.
  § 4. In afwijking van artikel 12 van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 1996 betreffende de erkenning en subsidiëring van thuisbegeleidingsdiensten voor personen met een handicap, kan voor ambulante en mobiele crisisbegeleiding geen bijdrage in de werkingskosten worden gevraagd.
  § 5. In afwijking van artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2001 houdende de heroverweging van de budgettaire middelen door de organisatie van de ambulante begeleiding door bepaalde voorzieningen inzake sociale integratie van personen met een handicap en houdende de aanpassing van de werkingskosten van de semi-internaten voor schoolgaanden kan voor ambulante en mobiele crisisbegeleiding geen eigen bijdrage worden gevraagd aan de begeleide personen.

Art.4.§ 1. Als de effectieve subsidiabele bezetting van de voorziening of het aantal effectieve subsidiabele begeleidingen die door de voorziening op jaarbasis worden verleend, op jaarbasis hoger is dan de maximaal subsidiabele bezetting of het maximale aantal subsidiabele begeleidingen waarvoor de voorziening erkend is, subsidieert het agentschap de ambulante en mobiele crisisbegeleiding of de crisisopvang als volgt :
  1° dag- en nachtopvang : 128 euro per dag en nacht;
  2° dagopvang : 62 euro per dag;
  3° nachtopvang : 66 euro per nacht;
  4° [1 ...]1
  5° ambulante begeleiding : 195,90 euro per begeleiding en maximaal 20 begeleidingen van een uur tot vijf uur.
  Bij een combinatie van ambulante en mobiele crisisbegeleiding enerzijds en crisisopvang anderzijds worden maximaal tien begeleidingen van een uur tot vijf uur gesubsidieerd, ongeacht of de ambulante en mobiele crisisbegeleiding en de crisisopvang door een en dezelfde dan wel door verschillende voorzieningen worden verleend.
  § 2. De bedragen, vermeld in paragraaf 1 worden jaarlijks op 1 januari aangepast, rekening houdend met het indexcijfer van de consumptieprijzen, vermeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, hierna G-index te noemen volgens de formule :
  basisindex x G-index december 20.../G-index december 2009
  ----------
  (1)<BVR 2013-11-08/24, art. 102, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art.5.[1 De rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening die wordt verleend door voorzieningen die ondersteuning aanbieden in residentieel of semi-residentieel verband, kan door het agentschap binnen de maximaal subsidiabele bezetting waarvoor de voorziening erkend is, gesubsidieerd worden overeenkomstig de subsidiereglementering die van toepassing is voor de voorziening in kwestie.
   De voorwaarden voor de subsidiëring zijn de volgende :
   1° de voorziening maakt deel uit van een netwerk rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp, als vermeld in hoofdstuk VI, afdeling 1, van het decreet integrale jeugdhulp;
   2° de personen aan wie rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp wordt verleend, beantwoorden aan de doelgroep die gespecifieerd is in de modules die door de voorziening werden beschreven ter uitvoering van artikel 5 van het besluit modulering en crisishulpverlening.]1

  TOEKOMSTIGE RECHT
  Art. 5. [2 ...]2
  ----------
  (1)<BVR 2013-07-12/42, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 01-03-2013>
  (2)<BVR 2013-07-12/42, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 01-09-2013>

Art.6.
  <Opgeheven bij BVR 2013-02-22/15, art. 17, 003; Inwerkingtreding : 01-03-2013>

Art.7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2008, met uitzondering van artikelen 3, § 2, 4, 5 en 6, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 2010.
  Artikel 2, 3 en 4 houden op uitwerking te hebben op 1 januari [2 2016]2
  ----------
  (1)<BVR 2012-01-27/06, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2012>
  (2)<BVR 2014-01-24/08, art. 3, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2014>

Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.