Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 APRIL 2009. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de modaliteiten voor de belegging van de beschikbare middelen van de openbare huisvestingsmaatschappijen en voor de bestemming van de netto-opbrengst van de overdracht van zakelijke rechten van een onroerend goed(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 10-06-2009 en tekstbijwerking tot 07-12-2016)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Algemene principes
Afdeling 1. - Begroting van de maatschappij
Art. 2
Afdeling 2. - Lopende rekening van de maatschappij bij de Waalse Maatschappij
Art. 3-6
Afdeling 3. - Eigen thesaurie van de maatschappij
Art. 7
Afdeling 4. - Bestemming van de netto-opbrengsten van de overdracht van zakelijke rechten.
Art. 8
HOOFDSTUK III. - Controles
Art. 9
HOOFDSTUK IV. - Straffen
Art. 10, 10/1, 10/2
HOOFDSTUK V. - Opheffings- en slotbepalingen
Art. 11-13



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1988028044 



Uitvoeringsbesluit(en):

2013203329  2016205984  2020201649 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder :
  1° [1 het Wetboek : het Waalse wetboek van huisvesting en duurzaam wonen]1
  2° maatschappij : de openbare huisvestingsmaatschappij;
  3° Waalse Maatschappij : De Waalse Huisvestingsmaatschappij;
  4° lopende rekening : de bij de Waalse Huisvestingsmaatschappij op naam van de maatschappij geopende rekening;
  5° begroting : de begrotingsraming van de maatschappij;
  6° netto-opbrengst van de overdracht : de prijs van de overdracht van zakelijke rechten van een onroerend goed dat in het bezit is van een maatschappij, toegestaan door de Waalse Huisvestingsmaatschappij overeenkomstig artikel 163, § 1, 3°, van de Code of in het kader van een verkoopprogramma, na aftrek van het saldo van de desbetreffende voorschotten;
  7° eigen thesaurie : de middelen waarover een maatschappij beschikt met uitzondering van de op haar lopende rekening die bij de Waalse Huisvestingsmaatschappij wordt geopend, gestorte middelen overeenkomstig artikel 135, § 3, van de Code, met uitsluiting van bedragen die overeenkomen met de netto-opbrengst van de overdracht en van de investeringstoelagen die rechtstreeks worden ontvangen;
  8° Minister : de Minister bevoegd voor Huisvesting.
  ----------
  (1)<BWG 2013-05-30/07, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 21-06-2013>

HOOFDSTUK II. - Algemene principes
Afdeling 1. - Begroting van de maatschappij
Art.2. De maatschappij stelt jaarlijks een begroting op voor het jaar T en maakt die aan de Waalse Maatschappij over voor uiterlijk 31 december van het jaar T-1.
  De begroting wordt opgesteld volgens het model bepaald door de Minister op voorstel van de Waalse Maatschappij en op basis van de rekeningen van de boekjaren van de vorige jaren en van de uitvoering van het lopende jaar.

Afdeling 2. - Lopende rekening van de maatschappij bij de Waalse Maatschappij
Art.3. § 1. De maatschappij moet een rekening aanhouden bij de Waalse Maatschappij.
  § 2. Het "reglement van de lopende rekeningen van de openbare huisvestingsmaatschappijen" wordt bepaald door de Minister. Het bevat :
  - de verplichtingen van de Waalse Maatschappij;
  - afleveringsmodaliteiten van de rekeninguittreksels;
  - de debet- en creditintrestvoeten;
  - valutadatum van de bankverrichtingen;
  - de berekening en het boeken van intresten;
  - de berekening van de debetintresten;
  - de aanrekening van de kosten, rechten, heffingen en belastingen;
  - de vorm en de uitvoeringsmodaliteiten van de betalingsopdrachten.
  Het reglement wordt meegedeeld aan de maatschappij.

Art.4. § 1. Behoudens toepassing van artikel 5 van dit besluit, spijst de maatschappij tijdens het jaar T haar lopende rekening met een minimaal jaarlijks bedrag om het bedrag van de lopende uitgaven te dekken :
  - de annuïteit van het jaar T;
  - de onroerende voorheffing van het jaar T-1, na aftrek van de aan de huurders vermeld op het aanslagbiljet van de maatschappij terugbetaalbare vermindering van onroerende voorheffing;
  - de forfaitaire bijdrage, voor het jaar T-1, met het oog op de dekking van de werkingskosten van de Waalse Maatschappij, overeenkomstig artikel 135, § 3, van de Code;
  - het aandeel van de maatschappij, voor het jaar T-1, aan het in artikel 172 van de Code bedoeld Solidariteitsfonds waarvan het bedrag van de solidariteitstoelage, voor het jaar T-1, gestort aan de maatschappij overeenkomstig het besluit van de Waalse Regering van 20 november 1997 betreffende de toekenning van solidariteitstoelagen aan huurders van woningen beheerd door de openbare huisvestingsmaatschappijen, wordt ingehouden;
  - elke andere uitgave, gerechtvaardigd door factuur, betaald via de lopende rekening op verzoek van de maatschappij.
  Dit bedrag wordt verminderd :
  - met het op de lopende rekening gestort bedrag van de "kinderaftrek";
  - met het op de lopende rekening gestort bedrag van de "aankooppremies";
  - met het op de lopende rekening gestort bedrag van de "verhuis- en huurtoelagen";
  - met het op de lopende rekening gestort bedrag van de netto-opbrengsten van de overdracht van zakelijke rechten.
  § 2. Op verzoek van de Waalse Maatschappij, deelt de maatschappij haar de aanslagbiljetten mee van de onroerende voorheffing dat zij voor het jaar T-1 heeft betaald.

Art.5. § 1. Vóór 31 december 2001 van het jaar T-1, kan de maatschappij die financiële problemen vertoont, een gemotiveerde aanvraag indienen bij de Waalse Maatschappij om een gedeeltelijke of volledige vrijstelling van stijving van haar rekening ter hoogte van de in artikel 4 van dit besluit bedoelde bedragen. De aanvraag is gebaseerd op de door de commissaris van de Waalse Huisvestingsmaatschappij geviseerde begroting van de maatschappij.
  De maatschappij kan worden gehoord.
  § 2. De raad van bestuur van de Waalse Maatschappij kan de in § 1 bedoelde vrijstelling verlenen.

Art.6.[1 Uiterlijk 31 maart van het jaar T geeft " de Société wallonne " de maatschappij kennis van haar beslissing betreffende het minimumbedrag dat voor het jaar T op de lopende rekening gestort moet worden. Het bedrag bedoeld in artikel 5 kan herzien worden op basis van de uitvoering van de begroting uiterlijk 31 mei van het jaar T+1.]1
  ----------
  (1)<BWG 2013-05-30/07, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 21-06-2013>

Afdeling 3. - Eigen thesaurie van de maatschappij
Art.7. Tijdens het jaar T, mag de eigen thesaurie van een maatschappij, op de laatste dag van elke maand, niet meer dan twee keer tijdens het boekjaar 7,5 % overschrijden van de omzet van :
  - het jaar T-2 voor de maanden januari tot juni van het jaar T;
  - het jaar T-1 voor de maanden juli tot december van het jaar T.

Afdeling 4. - Bestemming van de netto-opbrengsten van de overdracht van zakelijke rechten.
Art.8.De storting van de netto-opbrengsten van de overdracht van zakelijke rechten van een onroerend goed kan worden uitgevoerd op een rekening van de maatschappij bij een bankinstelling.
  [1 De netto-opbrengst van de overdracht wordt overeenkomstig een programma van de door de maatschappij uit te voeren werken, in de onderstaande volgorde bestemd :
   1° tot de bestendiging van het verhuurpark;
   2° tot de verbetering van het comfort van de huurders;
   3° tot de creatie van woningen;
   4° tot de verbetering van de omgeving van de woningen waarvan ze eigenaar is.
   Het eerste lid is van toepassing onverminderd de toepassing van :
   1° artikel 9, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 19 juli 2007 waarbij de "Société wallonne du Logement" een tegemoetkoming aan de openbare huisvestingsmaatschappijen verleent voor de bouw van sociale woningen;
   2° artikel 12, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 19 juli 2007 waarbij de "Société wallonne du Logement" een tegemoetkoming aan de openbare huisvestingsmaatschappijen verleent voor de bouw van middelgrote woningen;
   3° artikel 8, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 2012 waarbij door de "Société wallonne du Logement" een tegemoetkoming toegekend wordt aan de openbare huisvestingsmaatschappijen met het oog op de aankoop, de renovatie, de herstructurering of de aanpassing van een verbeterbare woning om er één of meer sociale woningen van te maken;
   4° artikel 8, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 23 maart 2012 waarbij de "Société wallonne du Logement" een tegemoetkoming aan de openbare huisvestingsmaatschappijen verleent voor de bouw van sociale woningen.]1
  ----------
  (1)<BWG 2013-05-30/07, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 21-06-2013>

HOOFDSTUK III. - Controles
Art.9. Uiterlijk op de laatste dag van de maand na de betrokken maand deelt de maatschappij de maandelijke thesaurietoestand van de vorige maand mee aan de Waalse Maatschappij overeenkomstig het formulier "Maandelijke thesaurietoestand" bepaald door de Waalse Maatschappij en goedgekeurd door de Minister.
  De Waalse Huisvestingsmaatschappij bepaalt het bedrag van de administratieve kosten in geval van herinneringsbrief bij gebrek aan verzending binnen de voorgeschreven termijnen. Dit bedrag wordt door de Waalse Maatschappij ambtshalve voorafgenomen op de lopende rekening van de maatschappij.

HOOFDSTUK IV. - Straffen
Art.10.§ 1. [1 Indien de maatschappij over een eigen thesaurie beschikt die in de loop van het jaar-T meer dan twee keer 7,5 % van de in artikel 7 bedoelde omzet overschrijdt, worden die middelen uiterlijk 31 maart van het jaar T+1 door de Waalse Maatschappij van de lopende rekening van de maatschappij afgetrokken, overeenkomstig § 1, 3°, van artikel 174 van het Wetboek.]1
  § 2. Het bedrag van de afgenomen middelen komt overeen met het totaal van de bedragen van de in artikel 7 van dit besluit bedoelde overschrijdingen, vermeerderd met een rentevoet.
  De rentevoet stemt overeen met de "prime rate" van de Belgische banken op 1 jaar die van kracht is op 1 januari van het jaar T+1, verhoogd met 300 basispunten.
  ----------
  (1)<BWG 2013-05-30/07, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 21-06-2013>

Art. 10/1. [1 § 1. Indien de maatschappij haar lopende rekening niet stijft met het bedrag bedoeld in artikel 6, met uitzondering van de toepassing van artikel 5, § 2, trekt de " Société wallonne " uiterlijk 31 maart van het jaar T+1 een bedrag van de lopende rekening van de maatschappij af, overeenkomstig § 1, 3°, van artikel 174 van het Wetboek.
   § 2. Een maand voor de heffing bedoeld in § 1 geeft de " Société wallonne " de maatschappij kennis van het af te trekken bedrag en van de datum die voor de heffing voorzien wordt.
   De maatschappij beschikt over vijftien dagen om een vrijstelling van die heffing aan te vragen om de reden dat het af te trekken bedrag bestemd wordt voor uitzonderlijke uitgaven betreffende het behoud van haar erfgoed. Ze motiveert haar aanvraag en preciseert de voorziene aanwending van het bedrag.
   De " Société wallonne " beslist voor de voorziene heffingsdatum bedoeld in het eerste lid. Het gebrek aan antwoord van de " Société wallonne " voor die datum staat gelijk met een instemming.
   § 3. Het bedrag van de heffing stemt overeen met het verschil tussen het minimale jaarbedrag bedoeld in artikel 4 en het jaarbedrag daadwerkelijk gestort door de openbare huisvestingsmaatschappij voor het jaar T, vermenigvuldigd met een rentevoet.
   De rentevoet stemt overeen met de EURIBOR-rentevoet op 3 maanden die van kracht is op 1 januari van het jaar T+1, verhoogd met 500 basispunten.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BWG 2013-05-30/07, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 21-06-2013>

Art. 10/2. [1 § 1. Tijdens 2016 kan de maatschappij :
   1° haar bij de Waalse Huisvestingsmaatschappij geopende lopende rekening niet stijven ten maximale hoogte van de aan de huurders beschuldigde, terugbetaalde of compensatiebedragen inzake toeslagen van de huurprijzen als gevolg van de nietigverklaring van het besluit van de Waalse Regering van 9 januari 2014 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 19 juli 2012 tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 6 september 2007 tot organisatie van de verhuur van woningen beheerd door de "Société wallonne du Logement" (Waalse Huisvestingsmaatschappij) of de openbare huisvestingsmaatschappijen en tot invoering van mutatieregels voor huurovereenkomsten met een onbepaalde duur;
   2° meer dan twee keer het toegelaten maximaal jaarlijks bedrag bedoeld in artikel 7 overschrijden als deze overschrijdingen het gevolg zijn van de terugbetalingen bedoeld in 1°.
   Wat 1° betreft, op verzoek van de maatschappij, worden de behoorlijk gerechtvaardigde terugbetalingen afgetrokken van het minimaal jaarlijks bedrag bedoeld in artikel 4.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BWG 2016-11-24/11, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 17-12-2016>


HOOFDSTUK V. - Opheffings- en slotbepalingen
Art.11. Artikel 2 van bijlage I van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 8 september 1988 tot vaststelling van de erkenningsvoorwaarden, van de beheersregelen en van de modaliteiten inzake controle van publiekrechtelijke bouwmaatschappijen wordt opgeheven.

Art.12. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 13. De Minister van Huisvesting is belast met de uitvoering van dit besluit.