Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

28 JUNI 2009. - Koninklijk besluit tot uitvoering van titel 3 van de wet van 19 juni 2009 houdende diverse bepalingen over tewerkstelling in tijden van crisis



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2000022082  2003012302  2006200961 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 17 januari 2000 tot uitvoering van artikel 2 van de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de vorm van vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen en aan sommige werknemers die het slachtoffer waren van een herstructurering, wordt een paragraaf 3bis ingevoegd, luidend als volgt :
  " § 3bis. De werknemers bedoeld in artikel 3bis/1 van de voornoemde wet van 20 december 1999 bekomen een forfaitaire vermindering van de persoonlijke bijdragen van 133,33 euro per maand. Voor handarbeiders wordt het bedrag van 133,33 euro vermenigvuldigd met 1,08.
  Een werknemer kan de voordelen bedoeld in het vorige lid slechts genieten indien de voorwaarden bedoeld in § 3 gelijktijdig vervuld zijn.
  Bij voltijdse werknemers met onvolledige prestaties en bij deeltijdse werknemers wordt de forfaitaire vermindering van de persoonlijke bijdragen bedoeld in het vorig lid bekomen door de forfaitaire vermindering te vermenigvuldigen met .  Deze paragraaf is enkel van toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden uiterlijk op 31 december 2009. "  Art. 2. In het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen, wordt een artikel 28/1bis ingevoegd, luidend als volgt :  " Art. 28/1bis. Artikel 28/1 is eveneens van toepassing voor werknemers die als gevolg van het faillissement, de sluiting of de vereffening van de onderneming ontslagen worden uiterlijk op 31 december 2009. "  Art. 3. Artikel 15/1 van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 april 2009, wordt aangevuld met een § 3 luidende :  " § 3. De werknemer ontslagen als gevolg van het faillissement, de sluiting of de vereffening van de onderneming heeft eveneens recht op de verminderingskaart herstructureringen.  Deze kaart heeft een geldigheidsduur van zes maanden, gerekend van datum tot datum, volgend op de datum van de verbreking van de arbeidsovereenkomst als gevolg van het faillissement, de sluiting of de vereffening van de onderneming.  De in het vorige lid bedoelde kaart wordt aan de werknemer spontaan afgeleverd door het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst dat de aanvraag om werkloosheidsuitkeringen van de in het eerste lid bedoelde werknemer ontvangt.  Wanneer de in het eerste lid bedoelde werknemer geen werkloosheidsuitkeringen aan de Rijksdienst vraagt, wordt de in het tweede lid bedoelde kaart afgeleverd door het werkloosheidsbureau van de Rijksdienst bevoegd voor de woonplaats van de werknemer én op aanvraag van deze werknemer.  De werknemer ontslagen als gevolg van het faillissement, de sluiting of de vereffening van de onderneming heeft in het kader van dat ontslag slechts éénmaal recht op een verminderingskaart herstructureringen.  De paragraaf 2, derde, vierde en vijfde lid is van toepassing op de werknemer bedoeld in deze paragraaf. "  Deze paragraaf is enkel van toepassing voor de werknemers die als gevolg van faillissement, sluiting of vereffening van de onderneming ontslagen worden uiterlijk op 31 december 2009. "  Art. 4. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2009.  Art. 5. De Minister bevoegd voor Sociale Zaken en de Minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.  Gegeven te Brussel, 28 juni 2009.  ALBERT  Van Koningswege :  De Vice-Eerste Minister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,  Mevr. L. ONKELINX  De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk, en Gelijke Kansen,  Mevr. J. MILQUET