Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

28 MAART 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden en van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden.
Art. 1-8
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen.
Art. 9-14
HOOFDSTUK III. - Slot- en overgangsbepalingen.
Art. 15-16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2001013227  2003012302 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden.
Artikel 1. In artikel 7 van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden wordt een § 4 ingevoegd dat als volgt luidt :
  " § 4. De werknemer die op het ogenblik van de indienstneming uitkeringsgerechtigde volledige werkloze was, is, in afwijking van artikel 44 van het voormeld koninklijk besluit van 25 november 1991 en volgens de voorwaarden van voormeld koninklijk besluit van 25 november 1991 gedurende de maand van indienstneming en de vijftien daarop volgende maanden gerechtigd op een werkuitkering van ten hoogste 500 EUR per kalendermaand voorzover de aangeworven werknemer tegelijk aan volgende voorwaarden voldoet :
  1° hij is op de dag van de indienstneming jonger dan 25 jaar;
  2° hij is werkzoekende op de dag van de indienstneming;
  3° hij is werkzoekende geweest gedurende minstens 312 dagen, gerekend in het zesdagenstelsel, in de loop van de maand van indienstneming en de 18 kalendermaanden daaraan voorafgaand.
  Indien de werknemer niet voltijds is tewerkgesteld, wordt de werkuitkering van maximum 500 EUR bedoeld in het vorige lid teruggebracht tot een bedrag in verhouding tot de contractueel wekelijks voorziene arbeidsduur in de deeltijdse betrekking. "

Art.2. De artikelen 7bis en 11 en het hoofdstuk IIIbis, dat de artikelen 11bis en 11ter bevat, van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art.3. Artikel 11sexies, eerste lid, 1°, van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
  " 1° hij is op de dag van de indienstneming minstens 25 jaar, maar jonger dan 45 jaar; "

Art.4. Artikel 11septies van hetzelfde besluit, opgeheven bij het koninklijk besluit van 21 januari 2004, wordt hersteld in de volgende lezing :
  " Art. 11septies. De werknemer tewerkgesteld bij een werkgever bedoeld in artikel 11quater en die op het ogenblik van de indienstneming uitkeringsgerechtigde volledige werkloze was, is, in afwijking van artikel 44 van het voormeld koninklijk besluit van 25 november 1991 en volgens de voorwaarden van voormeld koninklijk besluit van 25 november 1991 gedurende de maand van indienstneming en de 59 daaropvolgende maanden gerechtigd op een werkuitkering van ten hoogste 900 EUR per kalendermaand voorzover hij tegelijk aan volgende voorwaarden voldoet :
  1° hij is op de dag van de indienstneming jonger dan 25 jaar;
  2° hij is werkzoekende op de dag van de indienstneming;
  3° hij is werkzoekende geweest gedurende minstens 312 dagen, gerekend in het zesdagenstelsel, in de loop van de maand van indienstneming en de 18 kalendermaanden daaraan voorafgaand.
  Indien de werknemer niet voltijds is tewerkgesteld, wordt de werkuitkering van maximum 900 EUR bedoeld in het vorige lid, teruggebracht tot een bedrag in verhouding tot de contractueel wekelijks voorziene arbeidsduur in de deeltijdse betrekking. "

Art.5. In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  A) De woorden " artikelen 7, 7bis, 10, 11, 11ter, 11sexies en 11octies " vijf keer vervangen door de woorden " artikelen 7, 10 en 11sexies tot 11octies ".
  B) Een nieuw tiende lid wordt ingevoegd, dat als volgt luidt :
  " Indien de werkzoekende in de loop van de geldigheidsperiode van drie maanden, bedoeld in het zevende tot negende lid, de leeftijd van 25 jaar, respectievelijk 45 jaar bereikt, wordt de geldigheid van de werkkaart, in afwijking van het zevende tot negende lid, beperkt tot de dag vóór die waarop de werkzoekende de leeftijd van 25 jaar, respectievelijk 45 jaar bereikt. "

Art.6. In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de woorden " hoofdstukken II, III, IIIbis en IIIter " vervangen door de woorden " hoofdstukken II, III en IIIter ".

Art.7. In artikel 15, § 1, eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden " artikelen 7, 7bis, 10, 11, 11ter, 11sexies en 11octies " vervangen door de woorden " artikelen 7, 10 en 11sexies tot 11octies ".

Art.8. In artikel 17bis, eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden " artikelen 7, 7bis, 10, 11 en 11ter " vervangen door de woorden " artikelen 7 en 10 ".

HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen.
Art.9. In artikel 8 van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen worden de woorden " artikelen 9, 9bis, 9ter en 12 " vervangen door de woorden " artikelen 9, 9bis en 12 ".

Art.10. In artikel 9bis van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  (A) 1°, eerste lid, a) wordt vervangen door de volgende bepaling :
  " a) hij is op de dag van de indienstneming minstens 25 jaar, maar jonger dan 45 jaar; ") <Erratum, B.S. 06.06.2007, p. 30666>
  B) een 3° wordt ingevoegd die als volgt luidt :
  " 3° een forfaitaire vermindering G1 tijdens het kwartaal van indienstneming en de daaropvolgende twintig kwartalen voor zover de aangeworven werknemer tegelijk aan volgende voorwaarden voldoet :
  a) hij is op de dag van de indienstneming jonger dan 25 jaar;
  b) hij is werkzoekende op de dag van de indienstneming;
  c) hij is werkzoekende geweest gedurende minstens 312 dagen, gerekend in het zesdagenstelsel, in de loop van de maand van indienstneming en de 18 kalendermaanden daaraan voorafgaand.
  De werknemer die een tewerkstelling, bedoeld in artikel 4 van het koninklijk besluit van 19 december 2001, verderzet, moet evenwel niet voldoen aan de voorwaarde bedoeld in het vorige lid, b). "

Art.11. Artikel 9ter van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art.12. In artikel 10 van hetzelfde besluit worden de woorden " artikelen 9, 9bis en 9ter " drie keer vervangen door de woorden " artikelen 9 en 9bis ".

Art.13. In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de woorden " artikelen 9, 9bis en 9ter " twee keer vervangen door de woorden " artikelen 9 en 9bis ".

Art.14. In artikel 14bis van hetzelfde besluit worden de woorden " artikelen 9, 9bis of 9ter " vervangen door de woorden " artikelen 9 of 9bis ".

HOOFDSTUK III. - Slot- en overgangsbepalingen.
Art.15. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007.
  De werkkaarten bedoeld in artikel 13 van het voormelde koninklijk besluit van 19 december 2001, die na 30 september 2006 zijn afgeleverd en die bevestigen dat een werknemer voldoet aan de voorwaarden van artikel 7bis, 11 of 11ter van het voormelde koninklijk besluit van 19 december 2001 zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van dit besluit en/of aan de voorwaarden van artikel 9ter van het voormelde koninklijk besluit van 16 mei 2003 zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van dit besluit, verliezen hun geldigheid uiterlijk op 31 december 2006.
  De werknemer die op de datum van publicatie van dit besluit in het Belgisch Staatsblad de werkuitkering geniet bedoeld in artikel 7bis, 11 of 11ter van het voormelde koninklijk besluit van 19 december 2001 zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van dit besluit, kan deze verder genieten vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit, onder de voorwaarden vastgesteld in die artikelen, doch in ieder geval beperkt tot de lopende tewerkstelling.
  De werkgever die op de datum van publicatie van dit besluit in het Belgisch Staatsblad de doelgroepvermindering geniet bedoeld in artikel 9ter van het voormelde koninklijk besluit van 16 mei 2003 zoals van toepassing vóór de inwerkingtreding van dit besluit, kan deze verder genieten vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit, onder de voorwaarden vastgesteld in dat artikel, doch in ieder geval beperkt tot de lopende tewerkstelling.
  De artikelen 1, 4 en 10, B), zijn toepasselijk indien de werknemer ten vroegste vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit in dienst is getreden.

Art. 16. Onze Minister van Werk en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 28 maart 2007.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  P. VANVELTHOVEN
  De Minister van Sociale Zaken,
  R. DEMOTTE.