7 MEI 2004. - Decreet betreffende de investeringsmaatschappijen van de Vlaamse overheid. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-06-2004 en tekstbijwerking tot 19-12-2018)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Deelnemingsmachtiging en kwalificatie van de investeringsmaatschappijen.
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Missie, taken en maatschappelijk doel van de investeringsmaatschappijen.
Afdeling 1. - Missie, taken en maatschappelijk doel van LRM.
Art. 4, 4bis
Afdeling 2. - Missie, taken en maatschappelijk doel van PMV.
Art. 5, 5bis
Afdeling 3. - Missie, taken en maatschappelijk doel van VPM.
Art. 6, 6bis
HOOFDSTUK IV. - Samenwerkingsovereenkomst.
Art. 7
HOOFDSTUK IVbis. - Corporate governance <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 3; Inwerkingtreding : 19-05-2008>
Art. 7bis
HOOFDSTUK IVter. - Toezicht door een regeringsafgevaardigde <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 4; Inwerkingtreding : 19-05-2008>
Art. 7ter
HOOFDSTUK IVquater. - Dochtervennootschappen <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 5; Inwerkingtreding : 19-05-2008>
Art. 7quater
HOOFDSTUK V. - Coördinatie.
Art. 8
HOOFDSTUK VI. - Opheffingsbepaling.
Art. 9
HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen.
Art. 10-11
2008202799 2009202283 2021041605 2022030522 2022033030 2022033814 2022043135
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.
Art.2.In dit decreet wordt verstaan onder :
1° LRM : de naamloze vennootschap Limburgse Reconversiemaatschappij opgericht bij notariële akte van 1 februari 1994, bij uittreksel gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 24 februari 1994 onder het nummer 940224-318, met inbegrip van alle latere wijzigingen van de statuten;
2° PMV : de naamloze vennootschap Participatiemaatschappij Vlaanderen opgericht bij notariële akte van 31 juli 1995, bij uittreksel gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 25 augustus 1995 onder het nummer 950825-236, met inbegrip van alle latere wijzigingen van de statuten;
3° VPM : de naamloze vennootschap Vlaamse Participatiemaatschappij opgericht bij notariële akte van 4 november 1997, bij uittreksel gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 22 november 1997 onder het nummer 971122-226, met inbegrip van alle latere wijzigingen van de statuten;
4° GIMV : de naamloze vennootschap Gimv opgericht bij notariële akte van 25 februari 1980, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 12 maart 1980 onder het nummer N573-2, met inbegrip van alle latere wijzigingen van de statuten;
5° de investeringsmaatschappijen : de vennootschappen LRM, PMV en VPM;
6° [1 Bestuursdecreet: het Bestuursdecreet van 7 december 2018]1.
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.70, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
HOOFDSTUK II. - Deelnemingsmachtiging en kwalificatie van de investeringsmaatschappijen.
Art.3.§ 1. Het Vlaamse Gewest wordt gemachtigd om onder de in dit decreet bepaalde voorwaarden deel te nemen in elk van de investeringsmaatschappijen.
Het deelnemen in elk van de investeringsmaatschappijen als bedoeld in het eerste lid, is onderworpen aan de voorwaarde dat het Vlaamse Gewest over elk van de investeringsmaatschappijen te allen tijde de rechtstreekse vennootschapsrechtelijke controle blijft voeren.
§ 2. [1 ...]1
§ 3. De investeringsmaatschappijen zijn privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigde agentschappen als bedoeld in [2 artikel III.14 van het Bestuursdecreet]2.
De bepalingen van het [2 Bestuursdecreet]2 zijn van toepassing op de investeringsmaatschappijen.
§ 4. De Vlaamse regering bepaalt tot welk homogeen beleidsdomein elk der investeringsmaatschappijen behoort.
[1 § 5. De Vlaamse Regering kan aan de Vlaamse Participatiemaatschappij machtiging verlenen om haar aandelen in de Gimv te verkopen.]1
----------
(1)<DVR 2015-07-03/02, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 23-07-2015>
(2)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.71, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
HOOFDSTUK III. - Missie, taken en maatschappelijk doel van de investeringsmaatschappijen.
Afdeling 1. - Missie, taken en maatschappelijk doel van LRM.
Art.4.§ 1. De missie en de taken van LRM als privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap zijn begrepen in de vermeldingen van paragraaf 2 die in het maatschappelijk doel van LRM zullen worden weergegeven.
§ 2. Het maatschappelijk doel van LRM wordt als volgt bepaald en als dusdanig weergegeven in de vennootschapsstatuten van LRM :
1° [1 ...]1 verstrekken van kapitaalsubstituten, onder meer in de vorm van leningen aan bestaande of nog op te richten ondernemingen, verenigingen, samenwerkingsverbanden en andere juridische entiteiten, al dan niet bekleed met rechtspersoonlijkheid, die bijdragen tot de economische ontwikkeling of de tewerkstelling van de provincie Limburg;
2° het uitvoeren van de bijzondere opdrachten van de Vlaamse regering waarvan de uitvoeringsmodaliteiten, de verantwoordelijkheden, de kostendekking en de vergoeding geregeld worden in afzonderlijke overeenkomsten met het Vlaamse Gewest.
In de vennootschapsstatuten van LRM zal tevens worden bepaald dat de vennootschap alle activiteiten kan verrichten die, rechtstreeks of onrechtstreeks, bijdragen tot de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel.
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.72, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art. 4bis.
<Opgeheven bij DVR 2014-12-19/57, art. 24, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015, datum vastgesteld door BVR 2014-12-19/74, art. 8, 1°>
Afdeling 2. - Missie, taken en maatschappelijk doel van PMV.
Art.5.§ 1. De missie en de taken van PMV als privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap zijn begrepen in de vermeldingen van paragraaf 2 die in het maatschappelijk doel van PMV zullen worden weergegeven.
§ 2. Het maatschappelijk doel van PMV wordt als volgt bepaald en als dusdanig weergegeven in de vennootschapsstatuten van PMV :
1° [1 ...]1 het zelf of samen met anderen oprichten en deelnemen aan, alsmede het houden en verwerven van een participatie in vennootschappen, verenigingen, samenwerkingsverbanden en andere juridische entiteiten, al dan niet bekleed met rechtspersoonlijkheid, zulks met het oog op de verwezenlijking van het economisch overheidsinitiatief en de tenuitvoerlegging van de economische politiek van het Vlaamse Gewest;
2° als realisator van het Vlaamse economisch overheidsinitiatief, het initiëren, opstarten of uitbouwen van initiatieven en projecten ter stimulering van een duurzaam economisch klimaat in Vlaanderen;
3° het initiëren, opstarten of uitbouwen van initiatieven en projecten met het oog op de realisatie van publiek-private samenwerking en zulks in alle bevoegdheidsdomeinen;
4° het uitvoeren van de bijzondere opdrachten van de Vlaamse regering waarvan de uitvoeringsmodaliteiten, de verantwoordelijkheden, de kostendekking en de vergoeding geregeld worden in afzonderlijke overeenkomsten met het Vlaamse Gewest.
In de vennootschapsstatuten van PMV zal tevens worden bepaald dat de vennootschap alle activiteiten kan verrichten die, rechtstreeks of onrechtstreeks, bijdragen tot de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel.
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.73, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art. 5bis.
<Opgeheven bij DVR 2014-12-19/57, art. 24, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015, datum vastgesteld door BVR 2014-12-19/74, art. 8, 1°>>
Afdeling 3. - Missie, taken en maatschappelijk doel van VPM.
Art.6.§ 1. De missie en de taken van VPM als privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap zijn begrepen in de vermeldingen van paragraaf 2 die in het maatschappelijk doel van VPM zullen worden weergegeven.
§ 2. Het maatschappelijk doel van VPM wordt als volgt bepaald en als dusdanig weergegeven in de vennootschapsstatuten van VPM :
1° [1 [2 ...]2 het zelf of samen met anderen oprichten en deelnemen aan, alsmede het houden en verwerven van een participatie in Vlaamse investeringsmaatschappijen, hiermee verbonden vennootschappen en diens rechtsopvolgers;]1
2° [1 met het oog op de verwezenlijking van voormeld doel, het bij wijze van inschrijving, inbreng, fusie, samenwerking, financiële tussenkomst of anderszins verwerven van een belang of deelneming in, of het anderszins verstrekken van financiële middelen aan alle bestaande of nog op te richten Vlaamse investeringsmaatschappijen;]1
3° het beheren van de voormelde participaties, het valoriseren en te gelde maken ervan, alsook, onder meer, het rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan het bestuur, de directie, de controle en vereffening van de vennootschappen waarin VPM een belang of deelneming heeft;
4° het verrichten van alle hoegenaamde handels-, nijverheids-, financiële, roerende en onroerende verrichtingen die rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met voormelde doelstellingen of die van aard zijn deze te begunstigen.
In de vennootschapsstatuten van VPM zal tevens worden bepaald dat de vennootschap alle activiteiten kan verrichten die, rechtstreeks of onrechtstreeks, bijdragen tot de verwezenlijking van haar maatschappelijk doel.
----------
(1)<DVR 2015-07-03/02, art. 3, 006; Inwerkingtreding : onbepaald , dat uitwerking krijgt bij de effectieve realisatie van de volledige overdracht van de Gimv-participatie>
(2)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.74, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
Art. 6bis.
<Opgeheven bij DVR 2014-12-19/57, art. 24, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2015, datum vastgesteld door BVR 2014-12-19/74, art. 8, 1°>>
HOOFDSTUK IV. - Samenwerkingsovereenkomst.
Art.7.Binnen een termijn van vier maanden na de datum van bekendmaking van dit decreet in het Belgisch Staatsblad, wordt tussen, enerzijds, elk van de investeringsmaatschappijen en, anderzijds, het Vlaamse Gewest, een samenwerkingsovereenkomst als bedoeld in [1 artikel III.16 van het Bestuursdecreet]1 gesloten, onder de opschortende voorwaarde van inwerkingtreding van het onderhavige decreet.
De samenwerkingsovereenkomst bepaalt onder meer (de operationele doelstellingen, de informatie- en rapportageplicht inzake de taken en financiële situatie, op basis van vooraf vastgestelde beleids- en beheersrelevante indicatoren), de specifieke controle, de duur, de opzeggings- en verlengingsmogelijkheden van de overeenkomst. <DVR 2006-12-15/56, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 19-05-2008>
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.75, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
HOOFDSTUK IVbis. - Corporate governance
Art. 7bis. <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 3; Inwerkingtreding : 19-05-2008> De Vlaamse Regering gaat slechts over tot het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst met een investeringsmaatschappij indien zij kan instemmen met de door de investeringsmaatschappij vastgelegde basisaannames, methodes en procedures die de werking van de investeringsmaatschappij afstemmen op de beginselen van de Belgische Corporate Governance Codes en de door de Vlaamse Regering aangewezen internationale aanbevelingen op het vlak van de corporate governance.
De Vlaamse Regering toetst daarbij in het bijzonder :
1° of er een intern auditcharter voorhanden is, dat een omschrijving geeft van de reikwijdte van de interne auditwerkzaamheden en de verantwoordelijkheden op het vlak van de opvolging van aanbevelingen;
2° of er een gedragscode voorhanden is, zijnde een contractueel kader, waarin wordt bepaald op welke wijze bestuurders en, in voorkomend geval, leden van het management en personeelsleden zich moeten gedragen wanneer zij geconfronteerd worden met de mogelijkheid een beslissing te nemen of te beïnvloeden, waarbij zij zichzelf ten nadele van de investeringsmaatschappij kunnen verrijken, of waarbij zij aan de investeringsmaatschappij een ondernemingskans kunnen ontnemen.
HOOFDSTUK IVter. - Toezicht door een regeringsafgevaardigde
Art. 7ter. <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 4; Inwerkingtreding : 19-05-2008> § 1. De Vlaamse Regering kan bij LRM en PMV een regeringsafgevaardigde aanstellen.
De regeringsafgevaardigde houdt van overheidswege toezicht op de overeenstemming van de verrichtingen en de werking van de investeringsmaatschappij met het recht, de statuten van de investeringsmaatschappij, de samenwerkingsovereenkomst en de beginselen inzake financiële orthodoxie en inzake corporate governance.
§ 2. De regeringsafgevaardigde heeft met raadgevende stem zitting in de raad van bestuur en de door de raad van bestuur ingestelde comités.
Ten minste vijf werkdagen vóór de datum van de vergaderingen ontvangt hij de volledige dagorde van de vergaderingen van de raad van bestuur en van de door de raad van bestuur ingestelde comités, evenals alle documenten terzake. In gemotiveerde gevallen van hoogdringendheid kan van deze bepaling worden afgeweken.
Hij kan te allen tijde ter plaatse alle documenten en geschriften van de investeringsmaatschappij inzien.
Hij kan van de bestuurders en de leden van het management alle inlichtingen en ophelderingen vorderen, en alle verificaties verrichten, die hij nodig acht voor de uitvoering van zijn mandaat.
De Vlaamse Regering kan de regeringsafgevaardigde laten bijstaan door deskundigen voor bepaalde tijdelijke controles.
§ 3. Personeelsleden van de investeringsmaatschappij kunnen aan de regeringsafgevaardigde in vertrouwen hun bezorgdheid uiten over mogelijke onregelmatigheden inzake financiële rapportering of andere aangelegenheden. De regeringsafgevaardigde geeft nimmer de identiteit van het personeelslid vrij.
De regeringsafgevaardigde gaat de gegrondheid van de melding na. Indien de melding gegrond is, formuleert de regeringsafgevaardigde onverwijld de nodige aanbevelingen aan de raad van bestuur.
De toepassing van het eerste lid kan niet leiden tot enige maatregel in hoofde van het betrokken personeelslid. Onder maatregel wordt verstaan : een beslissing tot schorsing of ontslag, tot het opleggen van enige tucht- of ordemaatregel, tot ontneming van bevoegdheden, tot overplaatsing, tot weigering van verlof, of tot toekennen van een onvoldoende bij een functioneringsevaluatie.
§ 4. De regeringsafgevaardigde stelt de Vlaamse Regering in kennis van :
1° elke beslissing van de raad van bestuur of het management die hij strijdig acht met de toezichtsgronden, als bedoeld in § 1, tweede lid;
2° de aanbevelingen die hij aan de raad van bestuur richt op grond van § 3, tweede lid, en het gevolg dat aan deze aanbevelingen wordt gegeven.
Wanneer de Vlaamse Regering op grond van deze inlichtingen meent dat de investeringsmaatschappij de aan haar opgedragen taken kennelijk verwaarloost, kan de Vlaamse Regering de aangelegenheid bepalen waarover de raad van bestuur van de investeringsmaatschappij moet beraadslagen en de termijn bepalen waarbinnen die beraadslaging moet plaatsvinden.
Wordt binnen de gestelde termijn geen beslissing genomen, of stemt de Vlaamse Regering niet in met de genomen beslissing, dan kan zij de nodige voorzieningen treffen. Zij stelt het Vlaams Parlement daarvan onverwijld in kennis.
De nodige voorzieningen als bedoeld in het derde lid kunnen inhouden dat :
1° de Vlaamse Regering zich in de plaats stelt van de investeringsmaatschappij, waarbij zij de regeringsafgevaardigde of een andere persoon met een bijzondere macht kan bekleden;
2° de Vlaamse Regering de beslissingen van de investeringsmaatschappij gedurende een door haar bepaalde en verlengbare termijn afhankelijk maakt van het voorafgaand advies of de voorafgaande instemming van de Vlaamse Regering, de regeringsafgevaardigde, of enige andere instantie.
De Vlaamse Regering kan nadere procedurele regelen vastleggen voor de toepassing van deze paragraaf.
§ 5. Het Vlaamse Gewest draagt de kosten verbonden aan de uitoefening van het ambt van de regeringsafgevaardigden.
De Vlaamse Regering bepaalt de rechtspositionele voorwaarden waaronder de regeringsafgevaardigden worden aangesteld. In afwachting van de inwerkingtreding van dergelijk besluit, wordt de rechtspositie van de regeringsafgevaardigden geregeld overeenkomstig de principes die van toepassing waren op de commissarissen van de Vlaamse Regering, als bedoeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 1994 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze waarop de commissarissen van de Vlaamse Regering bij de investeringsmaatschappijen in dienst worden genomen.
HOOFDSTUK IVquater. - Dochtervennootschappen
Art. 7quater. <Ingevoegd bij DVR 2006-12-15/56, art. 5; Inwerkingtreding : 19-05-2008> § 1. De artikelen 7 en 7bis zijn van overeenkomstige toepassing op de dochtervennootschappen van de investeringsmaatschappijen, voor zover de investeringsmaatschappijen in het bezit zijn van de meerderheid van de stemrechten verbonden aan het totaal van de aandelen van de betrokken vennootschap.
Artikel 7ter is onder dezelfde voorwaarden van toepassing op dochtervennootschappen van LRM en PMV.
§ 2. De Vlaamse Regering kan op gemotiveerde wijze de dochtervennootschappen aanwijzen die van de toepassing van § 1, eerste lid, zijn vrijgesteld. Deze mogelijkheid geldt slechts in hoofde van dochtervennootschappen waaraan geen beheersbevoegdheden op het vlak van de decretale opdrachten van de investeringsmaatschappijen zijn overgedragen of die slechts belast zijn met het beheer van specifieke financieringsproducten.
HOOFDSTUK V. - Coördinatie.
Art.8.§ 1. De Vlaamse regering wordt ermee belast de bestaande wets- en decreetsbepalingen betreffende de investeringsmaatschappijen te wijzigen, aan te vullen, te vervangen of op te heffen, om ze in overeenstemming te brengen met de bepalingen van dit decreet en van het [1 Bestuursdecreet]1.
De besluiten die krachtens deze paragraaf worden vastgesteld houden op uitwerking te hebben indien zij niet bij decreet zijn bekrachtigd binnen de 9 maanden na de datum van hun inwerkingtreding. De bekrachtiging werkt terug tot deze laatste datum.
De in deze paragraaf aan de Vlaamse regering opgedragen bevoegdheid vervalt 9 maanden na de inwerkingtreding van dit decreet. Na die datum kunnen de besluiten die krachtens deze paragraaf zijn vastgesteld en zijn bekrachtigd alleen bij een decreet worden gewijzigd, aangevuld, vervangen of opgeheven.
§ 2. De Vlaamse regering wordt ermee belast de bepalingen van de wetten en decreten betreffende de investeringsmaatschappijen, alsook de bepalingen die daarin uitdrukkelijk of stilzwijgend wijzigingen hebben aangebracht tot het tijdstip van de coördinatie, te coördineren. Te dien einde kan de regering :
1° de te coördineren bepalingen anders inrichten, inzonderheid opnieuw ordenen en vernummeren;
2° de verwijzingen in de te coördineren bepalingen dienovereenkomstig vernummeren;
3° de te coördineren bepalingen met het oog op onderlinge overeenstemming en eenheid van terminologie herschrijven zonder te raken aan de erin neergelegde beginselen;
4° de verwijzingen naar de in de coördinatie opgenomen bepalingen die in andere niet in de coördinatie opgenomen bepalingen voorkomen naar de vorm aanpassen.
De coördinatie treedt pas in werking nadat zij bij decreet is bekrachtigd.
----------
(1)<DVR 2018-12-07/05, art. IV.76, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2019>
HOOFDSTUK VI. - Opheffingsbepaling.
Art.9. Het decreet van 13 juli 1994 betreffende de Vlaamse investeringsmaatschappijen wordt opgeheven.
HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen.
Art.10.
<Opgeheven bij DVR 2011-07-08/09, art. 71, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2012>
Art. 11. De Vlaamse regering bepaalt de datum van inwerkingtreding van het decreet.
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 19-05-2008 door BVR 2008-05-09/55, art. 1)