5 MAART 1997. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bedrag van vermindering van de verzekeringstegemoetkoming in geval van opneming in een ziekenhuis of van verblijf in een revalidatiecentrum. (NOTA : opgeheven voor het Vlaams Gewest bij BVR2018-12-07/30, art. 367, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2019) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 19-03-1997 en tekstbijwerking tot 24-12-2021)
Art. 1-4, 4/1 VLAAMSE GEMEENSCHAP, 5-7
1997022689 1997022799 1998022460 2002022010 2002022489 2019030061 2020200927
Artikel 1. De tegemoetkoming van de verzekering in geval van opneming in een ziekenhuis als bedoeld in artikel 34, 6° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, alsmede in geval van opneming in een ziekenhuis of van een verblijf in een revalidatie- of vakherscholingscentrum zoals bedoeld in artikel 34, 7° en 8° van de bovengenoemde gecoördineerde wet wordt verminderd met (11,60 EUR) per dag. <KB 2001-12-11/45, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
De tegemoetkoming wordt echter slechts met (4,12 EUR) per dag verminderd voor de kinderen die de hoedanigheid hebben van persoon ten laste in de verzekering voor geneeskundige verzorging en voor de (rechthebbenden) die recht hebben op de verhoogde verzekeringstegemoetkoming. <KB 1997-09-15/34, art. 1, 1, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1997> <KB 2001-12-11/45, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
(De tegemoetkoming van de verzekering wordt eveneens verminderd met slechts (4,12 EUR) per dag vanaf de 91e dag opneming (...) voor gerechtigden die hetzij personen ten laste hebben in de verzekering voor geneeskundige verzorging, hetzij bij gerechtelijke beslissing of notariële akte gehouden zijn alimentatiegeld te betalen alsook voor de personen te hunnen laste.) <KB 1997-09-15/34, art. 1, 2, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1997> <KB 2001-12-11/45, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002> <KB 2002-06-11/33, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2002>
Als de opneming in een psychiatrisch ziekenhuis bedoeld in artikel 3 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, echter langer duurt dan vijf jaar, wordt de verzekeringstegemoetkoming evenwel verminderd met :
a) ((11,60 EUR) per dag als het gaat om een rechthebbende die recht heeft op de verhoogde verzekeringstegemoetkoming (...);) <KB 1997-09-15/34, art. 1, 3, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1997> <KB 2001-12-11/45, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002> <KB 2002-06-11/33, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2002>
b) (19,34 EUR) per dag voor de andere rechthebbenden. <KB 2001-12-11/45, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
(Het vorige lid is nochtans niet van toepassing op de gerechtigden die hetzij personen ten laste hebben in de verzekering voor geneeskundige verzorging, hetzij bij gerechtelijke beslissing of notariële akte gehouden zijn alimentatiegeld te betalen alsook voor de personen te hunnen laste.) <KB 2002-06-11/33, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2002>
Art.2. § 1. De dagen afwezigheid uit het ziekenhuis tijdens verloven worden als dagen van opneming gerekend voor de samentelling van het aantal dagen dat in aanmerking moet worden genomen, ongeacht of die dagen al dan niet aanleiding geven tot de integrale of gedeeltelijke betaling van de verpleegdagprijs.
De dagen van gedeeltelijke dagverpleging in psychiatrische ziekenhuizen als bedoeld in artikel 3 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, worden voor de samentelling van het aantal dagen dat in aanmerking moet worden genomen voor de berekening van de opnameperiode evenwel niet beschouwd als verpleegdagen.
§ 2. Elke opneming in een ziekenhuis die aanvangt binnen negentig dagen na het vertrek uit het ziekenhuis wordt geacht de voortzetting van de vorige opneming te zijn.
Als de opneming in een psychiatrisch ziekenhuis, bedoeld in artikel 3 van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, zich evenwel voordoet binnen zes maanden na het einde van een opneming in een psychiatrisch ziekenhuis, wordt ze evenwel geacht de voortzetting van deze laatste te zijn.
§ 3. De in artikel 1 bepaalde verminderingen van de verzekeringstegemoetkoming zijn van toepassing, noch op de gevallen van gedeeltelijke dagziekenhuisverpleging, noch op de gevallen van gedeeltelijke nachtziekenhuisverpleging, behoudens in geval van gezinsverpleging in het raam van een psychiatrische behandeling of van uitoefening van een bezoldigde aktiviteit; voor de toepassing van de bepalingen van artikel 1, derde lid, wordt de tewerkstelling in een beschutte werkplaats evenwel niet beschouwd als een bezoldigde activiteit. Ze zijn evenmin van toepassing op de gevallen waarin de verlofdagen krachtens bijzondere bepalingen die zijn bedongen in sommige overeenkomsten betreffende de terugkeer van zieken naar huis met verlof, aanleiding geven tot de betaling van de prijs van een volledige verpleegdag, eventueel verminderd bij toepassing van diezelfde bepalingen.
Art.3. Voor de toepassing van onderhavig besluit, worden met gerechtigden die recht hebben op de verhoogde verzekeringstegemoetkoming gelijkgesteld de gerechtigden die voor het toepassen van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecontroleerde werklozen zijn die sedert ten minste twaalf maanden de hoedanigheid van volledig werkloze hebben als bedoeld in de reglementering betreffende de werkloosheid (evenals de personen te hunnen laste). Deze bepaling betreft enkel de werklozen die in de zin van laatstgenoemde reglementering, de hoedanigheid hebben van werknemer met gezinslast of van alleenstaande. <KB 1997-09-15/34, art. 2, 1, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1997>
(De vorenbedoelde periode van 12 maanden wordt niet onderbroken door een periode van primaire arbeidsongeschiktheid in de zin van de artikelen 87 en 93 van de voornoemde wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, of door een arbeidshervatting van ten hoogste veertien dagen.
Het recht op de vermindering van het bedrag dat ten laste blijft van de rechthebbende, zoals dat voortvloeit uit artikel 1, tweede lid en vierde lid, a), ontstaat de eerste dag van het kwartaal volgend op het kwartaal waarin de gerechtigde zich in de in dit artikel vermelde situatie bevindt en loopt tot 31 december van het jaar daarop. Het voormelde recht wordt verlengd tot 31 december van het jaar volgend op een jaar van recht wanneer de gerechtigde zich tussen 1 oktober van het vorige jaar en 30 september van het lopende jaar van recht in de in dit artikel vermelde situatie bevonden heeft.) <KB 1997-09-15/34, art. 2, 2, 002; Inwerkingtreding : 01-10-1997>
Art.4. De bedragen zoals voorzien in artikel 1, zijn gekoppeld aan het (spilindexcijfer 103,14 (basis 1996 = 100)) van de consumptieprijzen; ze worden op 1 januari van elk jaar aangepast aan het spilindexcijfer waartegen de sociale voorzieningen op die datum worden uitbetaald. <KB 2001-12-11/45, art. 19, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Art.4/1_VLAAMSE_GEMEENSCHAP. [1 Dit besluit is niet van toepassing op de revalidatievoorzieningen en de revalidatieziekenhuizen, vermeld in respectievelijk artikel 2, 26°, en artikel 2, 27°, van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij BVR 2021-11-26/18, art. 64, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
Art.5. Het koninklijk besluit van 20 augustus 1980 tot vaststelling van het bedrag van de vermindering van de verzekeringstegemoetkoming in geval van opneming in een ziekenhuis of van verblijf in een revalidatiecentrum wordt opgeheven.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 april 1997.
Art. 7. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.