Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 JANUARI 1991. - [Decreet tot oprichting van Export Vlaanderen.] (DVR 1996-07-24/57, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15) (Opgeheven bij DVR 2004-05-07/47, art. 20, 003; Inwerkingtreding : onbepaald ) - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 02-02-1991 en tekstbijwerking tot 04-06-2004.)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Oprichting.
Art. 2
HOOFDSTUK III. - Doel, taken en bevoegdheden.
Art. 3-10
HOOFDSTUK IV. - Bestuur en werking.
Afdeling 1. - (De Raad van Bestuur). <DVR 1996-07-24/57, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
Art. 11-15
Afdeling 2. - Dagelijks Bestuur en personeel.
Art. 16-20
HOOFDSTUK V. - Financiële middelen.
Art. 21-22, 22bis
HOOFDSTUK VI. - Overgangs- en slotbepalingen.
Art. 23-28



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:





Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Dit decreet regelt een aangelegenheid zoals bedoeld in artikel 107quater van de Grondwet.

HOOFDSTUK II. - Oprichting.
Art.2. (Artikel 2. § 1. Er wordt een openbare instelling met rechtspersoonlijkheid opgericht. hierna in dit decreet "de instelling" te noemen. Deze instelling draagt als naam "Export Vlaanderen". <DVR 1996-07-24/57, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  § 2. Tenzij in dit decreet anders is bepaald zijn de bepalingen van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut die betrekking hebben op de instellingen van categorie B, van overeenkomstige toepassing op (de instelling). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  § 3. De Vlaamse Executieve bepaalt de vestigingsplaats van de zetel en van de provinciale kantoren van (de instelling). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

HOOFDSTUK III. - Doel, taken en bevoegdheden.
Art.3. <DVR 1996-07-24/57, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De instelling heeft als opdracht de export vanuit Vlaanderen te bevorderen. Daartoe zal zij aan de ondernemingen kwalitatief hoogstaande diensten aanbieden om hen in hun exportactiviteiten te begeleiden, ondersteunen en stimuleren.

Art.4. <DVR 1996-07-24/57, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De instelling vervult haar opdracht in het raam van het buitenlands economisch beleid van de Vlaamse regering en overeenkomstig de door haar verstrekte richtlijnen.

Art.5. <DVR 1996-07-24/57, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De Vlaamse regering bepaalt onder welke voorwaarden en volgens welke modaliteiten de instelling haar dienstverlening aan de ondernemingen kan tariferen en met ondernemingen terzake overeenkomsten kan sluiten.

Art.6. <DVR 1996-07-24/57, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> § 1. De instelling pleegt in de uitoefening van haar in artikel 3 bedoelde opdracht op geregelde wijze overleg met vertegenwoordigers van exporterende ondernemingen en van Vlaamse publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtspersonen die doelgerichte acties en activiteiten organiseren op het domein waarop de instelling actief is.
  § 2. De instelling kan overeenkomsten tot samenwerking sluiten met rechtspersonen die doelgerichte acties of activiteiten organiseren binnen het domein van haar opdracht.

Art.7. <DVR 1996-07-24/57, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> § 1. Het programma van de acties die de instelling in het buitenland hetzij alleen hetzij gemeenschappelijk met andere instellingen, organisaties of verenigingen organiseert alsmede belangrijke wijzigingen aan het programma, dienen vooraf door de Vlaamse regering te worden goedgekeurd. Bij ontstentenis van een beslissing van de Vlaamse regering binnen een termijn van dertig dagen, wordt het voorstel geacht goedgekeurd te zijn.
  § 2. De standplaatsen van de vertegenwoordigers in het buitenland en de eerste aanwerving van de personen die de functie van vertegenwoordiger bekleden, dienen vooraf door de Vlaamse regering te worden goedgekeurd.

Art.8. (Opgeheven) <DVR 1996-07-24/57, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art.9. (De instelling) kan door de Vlaamse Executieve belast worden met elke andere aangelegenheid die haar buitenlands economisch beleid betreft. <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art.10. Naast het jaarverslag bedoeld in artikel 6, § 1, van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, dat door de Vlaamse Executieve wordt meegedeeld aan de Vlaamse Raad, dient (de instelling) om de zes maanden bij de Vlaamse Executieve een verslag in over de stand van de door hem ontwikkelde initiatieven. <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

HOOFDSTUK IV. - Bestuur en werking.
Afdeling 1. - (De Raad van Bestuur).
Art.11. <DVR 1996-07-24/57, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> § 1. De raad van bestuur bestaat uit twaalf leden. Zij worden benoemd en ontslagen door de Vlaamse regering. De Vlaamse regering benoemt tevens de voorzitter en ondervoorzitter onder de leden van de raad van bestuur.
  § 2. De Vlaamse overheid wordt in de raad van bestuur vertegenwoordigd door zes leden. De leidend ambtenaar van de administratie Buitenlands Beleid van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap maakt van rechtswege deel uit van de vertegenwoordigers van de Vlaamse overheid in de raad van bestuur.
  De Vlaamse particuliere sector wordt in de raad van bestuur vertegenwoordigd door zes leden. Twee leden worden gekozen uit een lijst met zes kandidaten gezamenlijk ingediend door de representatieve werknemersorganisaties vertegenwoordigd in de Sociaal Economische Raad van Vlaanderen. Vier leden worden gekozen uit een lijst van twaalf kandidaten gezamenlijk ingediend door de representatieve werkgeversorganisaties vertegenwoordigd in de Sociaal Economische Raad van Vlaanderen. Zij plegen hiertoe overleg met Vlaamse bedrijfsgroeperingen waarvan de leden een belangrijk aandeel van de Vlaamse uitvoer vertegenwoordigen. De helft van deze kandidaten moet een leidinggevende functie bekleden in een Vlaamse onderneming die een groot deel van haar omzet naar meerdere markten uitvoert.

Art.12. <DVR 1996-07-24/57, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De leden van de raad van bestuur die de particuliere sector vertegenwoordigen worden benoemd voor vijf jaar. Evenwel neemt het mandaat van de leden die de Vlaamse overheid vertegenwoordigen een einde bij het ontslag van de Vlaamse regering. Alle leden zijn herbenoembaar. Zij vervullen hun mandaat tot hun vervanging of hernieuwing effectief is. Indien hun mandaat voortijdig beëindigd wordt, voltooit de opvolger het mandaat van zijn voorganger.

Art.13. Bij staking van stemmen, is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Art.14. <DVR 1996-07-24/57, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De raad van bestuur is bevoegd voor :
  1. het vastleggen van de algemene strategie van de instelling rekening houdend met het bepaalde in artikel 4;
  2. het vaststellen van de begroting en van de jaarrekening;
  3. het adviseren over de regeling van de rechtspositie van het personeel, op eigen initiatief of op vraag van de Vlaamse regering, binnen de door haar gestelde termijn;
  4. het uitoefenen van het toezicht op de algemeen directeur voor wat betreft de uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur;
  5. het beslissen over de deelname aan of strategische samenwerking met andere instellingen, organisaties, of verenigingen;
  6. het opstellen van een reglement van orde betreffende de wijze waarop de raad de hem toegewezen bevoegdheden uitoefent;
  7. het adviseren over de promotie-activiteit en de standplaatsen in het buitenland bedoeld in artikel 7;
  8. het vaststellen van de tariefstelling en van de typevoorbeelden van de overeenkomsten met ondernemingen bedoeld in artikel 5;
  9. het vaststellen van de organisatiestructuur van de instelling;
  10. het beslissen over belangrijke investeringen op basis van een kosten-batenanalyse;
  11. de opdrachten die de Vlaamse regering in het kader van het personeelsstatuut toewijst;
  12. de beheersovereenkomst bedoeld in artikel 28.
  Behoudens voor de bevoegdheden opgesomd sub 3, 4 en 6 van het voorgaand lid, worden de beslissingen van de raad van bestuur genomen op voorstel van de algemeen directeur.

Art.15. <DVR 1996-07-24/57, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> § 1. De leden van de raad van bestuur kunnen via hun voorzitter te allen tijde alle documenten en geschriften van de instelling inzien. De voorzitter kan via de algemeen directeur van de leden van de directieraad en van alle personeelsleden alle verduidelijkingen en alle verificaties vorderen die een lid nodig acht voor de uitvoering van zijn taken.
  § 2. De Vlaamse regering bepaalt het bedrag van de vergoedingen die aan de voorzitter, de ondervoorzitter en aan de leden van de raad van bestuur kunnen worden toegekend. Zij bepaalt hun vergoedingen voor reis- en verblijfskosten.

Afdeling 2. - Dagelijks Bestuur en personeel.
Art.16. <DVR 1996-07-24/57, art. 16, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De algemeen directeur wordt, lastens de begroting van de instelling en na advies van de raad van bestuur door de Vlaamse regering op contractuele basis aangeworven en ontslagen.

Art.17. <DVR 1996-07-24/57, art. 17, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De algemeen directeur is bevoegd voor alle aangelegenheden die niet door dit decreet zijn opgedragen aan de raad van bestuur, alsook voor het dagelijks bestuur van de instelling. Hij is ook belast met de voorbereiding en de uitvoering van de beslissingen van de raad van bestuur. Hij neemt met raadgevende stem deel aan alle vergaderingen van de raad van bestuur. Hij vertegenwoordigt de instelling in gerechtelijke en buitengerechtelijke handelingen.

Art.18. <DVR 1996-07-24/57, art. 18, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De algemeen directeur wordt bijgestaan door een directieraad bestaande uit de afdelingshoofden van de instelling. De directieraad is verantwoordelijk voor de coördinatie van het goede beheer van de afdelingen en van de afdelingsoverschrijdende aangelegenheden. De algemeen directeur zit de vergaderingen van de directieraad voor en heeft een doorslaggevende stem bij staking van stemmen.
  De algemeen directeur kan een deel van zijn bevoegdheden delegeren aan één of meer leden van de directieraad.

Art.19. (Opgeheven) <DVR 1996-07-24/57, art. 19, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art.20. (§ 1. De Vlaamse regering bepaalt de regeling van de rechtspositie van het personeel van de instelling en stelt de personeelsformatie van de instelling vast.) <DVR 1996-07-24/57, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  (§ 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 16 vinden de aanwervingen plaats volgens de statutaire regels.) <DVR 1996-07-24/57, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  (§ 3. In afwijking van de voorgaande paragraaf, kunnen personen op contractuele basis worden aangeworven om :
  1° in uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften te voorzien; het betreft ofwel in de tijd beperkte acties ofwel een buitengewone toename van het werk;
  2° de ambtenaren te vervangen die hun betrekking niet of slechts deeltijds bekleden, onverminderd de mogelijkheid om een statutair personeelslid door een ander statutair personeelslid te vervangen;
  3° bijkomende of specifieke opdrachten te vervullen, na voorafgaand akkoord van de Vlaamse regering.) <DVR 1996-07-24/57, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  § 4. De Vlaamse Executieve bepaalt na onderhandelingen met de representatieve vakbonden :
  1° de voorwaarden en de wijze waarop personen met inachtneming van de dwingende bepalingen van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten in dienst worden genomen met een arbeidsovereenkomst als bedoeld in § 3.
  2° de in § 3, 3° bedoelde specifieke of bijkomende opdrachten.

HOOFDSTUK V. - Financiële middelen.
Art.21. <DVR 1996-07-24/57, art. 21, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> De financiële middelen van de instelling bestaan uit :
  1° een dotatie die jaarlijks wordt ingeschreven op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap;
  2° eigen inkomsten;
  3° schenkingen en legaten, na goedkeuring door de Vlaamse regering;
  4° de middelen bedoeld in de artikelen 5 en 22bis.

Art.22. De eigen middelen, waarover de VDBH beschikt, worden door de Raad van Bestuur bij één of meerdere financiële instellingen belegd.
  Het reglement van orde, bedoeld in artikel (14) bepaalt onder welke voorwaarden en in welke mate (algemeen directeur) over de middelen van (de instelling) (beschikt). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> <DVR 1996-07-24/57, art. 22, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art. 22bis. <Ingevoegd bij DVR 1996-07-24/57, art. 23; Inwerkingtreding : 1996-10-15> Binnen de perken van de kredieten ingeschreven op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap worden op de begroting van de instelling gelden ingeschreven die de Vlaamse regering of de instelling kan aanwenden ter ondersteuning van de activiteiten van ondernemingen die bijdragen tot de bevordering van de uitvoer.
  De Vlaamse regering bepaalt onder welke voorwaarden en volgens welke regels subsidies, leningen, zekerheidsstellingen of andere vormen van tegemoetkomingen onder bezwarende of kosteloze titel binnen de perken van de beschikbare kredieten kunnen worden verleend tot verwezenlijking van de in voorgaand lid bepaalde doelstelling.

HOOFDSTUK VI. - Overgangs- en slotbepalingen.
Art.23. § 1. (De instelling) neemt de in dit decreet bedoelde taken op vanaf de datum van de overdracht van de taken, het personeel, de goederen, de rechten en verplichtingen van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel. <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  § 2. De goederen, de rechten en de verplichtingen van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel die aan het Vlaamse Gewest worden overgedragen, worden vanaf de datum van die overdracht toegewezen aan (de instelling). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art.24. § 1. Het personeel van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel dat aan het Vlaamse Gewest wordt overgedragen, wordt vanaf de datum van die overdracht toegewezen aan (de instelling). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>
  § 2. De personeelsleden bedoeld in § 1, behouden hun administratieve en geldelijke anciënniteit, alsmede alle reglementair toegekende rechten, verworven in de instelling waarvan ze afkomstig zijn.

Art.25. Tot de Vlaamse Executieve het administratief en geldelijk statuut heeft vastgesteld, blijft het administratief en geldelijk statuut van het personeel zoals vastgesteld door de Raad van Beheer van de Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel, van toepassing op (de instelling). <DVR 1996-07-24/57, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15>

Art.26. <DVR 1996-07-24/57, art. 24, 002; Inwerkingtreding : 1996-10-15> § 1. De ambten van adjunct-directeur-generaal en inspecteur-generaal worden opgeheven. De huidige titularissen blijven ressorteren onder de rechtspositieregeling van het personeel van de instelling. De Vlaamse regering kan voor hen een regeling treffen voor hun overheveling naar het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap of naar een Vlaamse openbare instelling, met inbegrip van hun administratief en geldelijk statuut, of kan hen belasten met een bijzondere opdracht.
  § 2. Het ambt van directeur-generaal wordt opgeheven. De huidige titularis blijft ressorteren onder de rechtspositieregeling van het personeel van de instelling en zal door de Vlaamse regering met een bijzondere opdracht worden belast.

Art.27. De Vlaamse Executieve bepaalt de datum waarop dit decreet geheel of gedeeltelijk in werking treedt.

Art. 28. <Ingevoegd bij DVR 1996-07-24/57, art. 25; Inwerkingtreding : 1996-10-15> Tussen de Vlaamse regering en de instelling kan een beheersovereenkomst worden gesloten."