31 JANUARI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming, waarbij een voordeliger systeem wordt ingevoerd voor de berekening van de inkomensvervangende tegemoetkoming voor personen met een handicap die langdurige inactief zijn, met de bedoeling hen [aan te moedigen (opnieuw) aan het werk te gaan]. <Opschrift gewijzigd door KB2024-07-07/04, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2024)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-02-2024 en tekstbijwerking tot 29-07-2024)
HOOFDSTUK I. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap
Art. 2
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 3-5
HOOFDSTUK I. - Wijziging van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming
Artikel 1. In artikel 9bis, § 1, 2°, van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming, wordt een tweede lid ingevoegd, luidende:
" In afwijking van het voorgaande lid, wordt het inkomen verworven uit werkelijk gepresteerde arbeid door een personen met een handicap die niet beschikt over dergelijke inkomsten gedurende minstens vierentwintig maanden voorafgaand aan de werkhervatting, vrijgesteld: voor 100 pct. voor de schijf van 0 EUR tot 15.238,33 EUR, voor 50 pct. voor de schijf van 15.238,34 EUR tot 18.285,99 EUR, en voor 25 pct. voor de schijf van 18.286 EUR tot 21.333,66 EUR. Deze afwijking houdt op te bestaan op het ogenblik van de ambtshalve herziening bedoeld in artikel 23, § 1bis, 4°, van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van de dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap. Deze bedragen zijn gekoppeld aan het spilindexcijfer 103,14 van de consumptieprijzen (basis 1996 = 100). "
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap
Art.2. In artikel 23 van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van de dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° paragraaf 1bis, 1°, tweede lid, wordt opgeheven;
2° paragraaf 1bis wordt aangevuld als volgt:
" 4° op 31 december van het tweede kalenderjaar volgend op de maand waarin de persoon met een handicap zich bevindt in de situatie bedoeld in artikel 9bis, § 1, 2°, tweede lid, van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming, voor zover ze nog steeds de vrijstelling bedoeld in voormeld lid geniet. ";
3° paragraaf 2, eerste lid, wordt vervangen als volgt:
" De nieuwe beslissing heeft uitwerking op de eerste dag van de maand volgend op die waarin de gerechtigde zich in een van de in § 1, 1°, 2° en 3°, § 1bis, 1°, 2° en 4°, en § 1ter, 1° en 2° bedoelde situaties bevindt. ";
4° paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen als volgt:
" Indien de nieuwe beslissing evenwel een vermindering van het recht op de tegemoetkomingen tot gevolg heeft en indien de in § 1, 1° en 2°, § 1bis, 1°, 2°, en 4°, en § 1ter bedoelde gebeurtenis werd meegedeeld of vastgesteld binnen de drie maanden volgend op het plaatsvinden ervan, of werd aangegeven binnen de drie maanden volgend op de datum van kennisgeving aan de persoon met een handicap, heeft de nieuwe beslissing uitwerking op de eerste dag van de maand volgend op de datum van kennisgeving van de beslissing. ";
5° paragraaf 2, derde lid, wordt opgeheven.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art.3. De Koning evalueert twee jaar na de inwerkingtreding van dit besluit de impact van de maatregel bedoeld in artikel 1 op de tewerkstelling van personen met een handicap.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.
Art. 5. De minister bevoegd voor Personen met een handicap is belast met de uitvoering van dit besluit.