Details





Titel:

12 JUNI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 september 2004 betreffende de voorwaarden en de toekenningsprocedure van concessies voor de exploratie en de exploitatie van de minerale en andere niet-levende rijkdommen in de territoriale zee en op het continentaal plat wat betreft de vergoedingen



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2004014187 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 1 september 2004 betreffende de voorwaarden en de toekenningsprocedure van concessies voor de exploratie en de exploitatie van de minerale en andere niet-levende rijkdommen in de territoriale zee en op het continentaal plat, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 12 juli 2022, wordt de bepaling onder 27° vervangen als volgt:
  "27° continue monitoring: monitoring uitgevoerd in toepassing van artikel 3, § 4, van de wet;".

Art.2. In artikel 4, eerste lid, van het hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 april 2014, worden de woorden ", het artikel 31, tweede lid, vierde volzin" opgeheven.

Art.3. In artikel 7 van het hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 april 2014, worden de woorden "het continu onderzoek" vervangen door de woorden "de continue monitoring".

Art.4. In artikel 29 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de wet van 26 december 2015 en het koninklijk besluit van 19 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de paragrafen 1 tot 3 worden vervangen als volgt:
  " § 1. Om de continue monitoring naar de invloed van de exploratie- en exploitatieactiviteiten op de sedimentafzettingen en op het mariene milieu en het duurzaam beheer ervan te garanderen, is een vergoeding aan de FOD Economie en de BMM jaarlijks verschuldigd.
  § 2. De vergoeding is gelijk aan het product van een vast bedrag per ontgonnen kubieke meter en een aanpassingscoëfficiënt.
  De vaste bedragen voor zand ontgonnen in controlezone 3 en voor zand en grind ontgonnen in de andere controlezones worden hieronder bepaald.


JaarZand ontgonnen in controlezone 3 (€/m3)Zand ontgonnen in andere controlezones (€/m3)Grind (€/m3)
20250,671,002,00
20260,841,252,50
20270,841,252,50
Vanaf 20281,001,503,00
De vergoeding wordt als volgt verdeeld tussen de betrokken diensten:
  5/7 voor de FOD Economie;
  2/7 voor de BMM.
  De minimum jaarlijkse vergoedingen voor de FOD Economie en de BMM bedragen respectievelijk 20.000,00 euro en 10.000,00 euro, vermenigvuldigd met de aanpassingscoëfficiënt.
  § 3. De aanpassingscoëfficiënt voor het jaar X+1 wordt bekomen door het jaargemiddelde van de consumptieprijsindex van het jaar X-1 te delen door het jaargemiddelde van de consumptieprijsindex van het jaar 2023. Hierbij worden de gegevens voor de consumptieprijsindex gebruikt zoals beschikbaar op de website van Statbel op 1 april, of de dichtstbijzijnde werkdag, in het jaar X.";
  2° in paragraaf 4 worden de woorden "50 dagen" vervangen door de woorden "dertig dagen";
  3° paragraaf 5 wordt opgeheven.

Art.5. Artikel 30 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art.6. In artikel 31 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de bestaande tekst, die paragraaf 1 zal vormen, wordt in het tweede lid de vierde en vijfde zin, die aanvangen met de woorden "De totale ontginningsdiepte mag niet" en eindigen met de woorden "deze maximale ontginningsdiepte bij besluit wijzigen." opgeheven;
  2° het artikel wordt aangevuld met de paragrafen 2 en 3, luidende:
  " § 2. De minister bepaalt, bij besluit en op gemotiveerd advies van de commissie, een wetenschappelijk onderbouwde maximale ontginningsdiepte. De afgevaardigde van de minister duidt jaarlijks, op gemotiveerd advies van de commissie, de gebieden aan waar de maximale ontginningsdiepte bereikt is en de exploitatie niet toegelaten is.
  § 3. De lading van het schip wordt ingedeeld als zand of als grind afhankelijk van het resultaat van de korrelanalyse van een monster.
  De minister bepaalt bij besluit de wijzen van monstername en korrelanalyse.".

Art.7. In artikel 39, § 1, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 april 2014, worden de woorden "en IMO-nummers" vervangen door de woorden ", de IMO-nummers en de beunvolumes".

Art. 8. De minister bevoegd voor Economie en de minister bevoegd voor Wetenschapsbeleid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.