Details





Titel:

28 MAART 2024. - Besluit 2023/1329 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van het besluit 2001/549 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 18 oktober 2001 inzake de toepassing van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 12 juli 2001 tot wijziging van diverse wetten betreffende de subsidies toegekend in de gezondheids- en de welzijnssector en betreffende de wijziging van diverse toepassingsbesluiten betreffende de welzijns-, de gezondheids- en de gehandicaptensector en de sector van de socioprofessionele inschakeling. - 3e LEZING



Inhoudstafel:


Art. 1-17
BIJLAGEN.
Art. N1-N3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2002031287 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In toepassing van artikel 138 van de Grondwet regelt dit besluit een materie bedoeld in artikels 127 en 128 van de Grondwet.

Art.2. In artikel 2 van het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 18 oktober 2001 inzake de toepassing van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 12 juli 2001 tot wijziging van diverse wetten betreffende de subsidies toegekend in de gezondheids- en de welzijnssector en betreffende de wijziging van diverse toepassingsbesluiten betreffende de welzijns-, de gezondheids- en de gehandicaptensector en de sector van de socioprofessionele inschakeling wordt de volgende wijziging aangebracht:
  1° in het zestiende streepje worden de woorden "2 augustus 1996" vervangen door de woorden "27 juni 1996";

Art.3. In artikel 3 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het zevende streepje worden de woorden "HOBU: houder van een diploma van hoger onderwijs buiten de universiteit;" vervangen door "HOBU: hoger onderwijs buiten de universiteit;"
  2° in het achtste streepje worden de woorden "HSO: houder van een diploma van hoger secundair onderwijs;" vervangen door de woorden "HSO: diploma van hoger secundair onderwijs;"
  3° in het negende streepje worden de woorden "LSO: houder van een diploma van lager secundair onderwijs;" vervangen door de woorden "LSO: houder van een diploma van lager secundair onderwijs;"
  4° tussen het negende en het tiende streepje worden de woorden "GTGSO: getuigschrift tweede graad secundair onderwijs" toegevoegd.

Art.4. In artikels 54, § 2 en 109, § 3, tweede lid van hetzelfde besluit worden de referenties naar de vroegere munteenheid, de Belgische frank, geschrapt.

Art.5. In artikel 85 van hetzelfde besluit, gewijzigd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 13 januari 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 5, gewijzigd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 13 januari 2011, worden de woorden "de wet op de VZW's" vervangen door de woorden "het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen".
  2° paragraaf 6, ingevoegd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 11 september 2008 en gewijzigd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 november 2017, wordt als volgt vervangen:
  "De werkingskosten van de fondsen die instaan voor het beheer van de compenserende aanwervingen worden gesubsidieerd ten belope van 45.000 euro per fonds. Dit bedrag wordt vanaf 2025 geïndexeerd op basis van de volgende formule:
  Basisbedrag voor werkingskosten x gezondheidsindex van december van het voorgaande jaar
  Gezondheidsindex van december 2023
  De financieringsmodaliteiten van de vzw's of de fondsen die instaan voor het beheer van de compenserende aanwervingen worden bepaald overeenkomstig paragraaf 3, tweede tot vierde lid. De termijn voor de indiening van de bewijsstukken is de termijn van artikel 85, paragraaf 5.

Art.6. Artikel 85bis van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Een toelage wordt toegekend om de bedrijfstoeslagen (voordien vergoedingen voor vervroegd pensioen) te dekken die aan werknemers die het statuut van werkloze met bedrijfstoeslag (voordien bruggepensioneerde) hebben, worden uitbetaald, onder de volgende voorwaarden:
  1° het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (voordien brugpensioen) wordt toegekend aan werknemers die voldoen aan de voorwaarden van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij ontslagen worden, zoals achtereenvolgens en voor de laatste keer gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17/42 van 30 mei 2023 of door de collectieve arbeidsovereenkomsten die het recht op bedrijfstoeslag openen en gesloten zijn binnen de paritaire commissies of subcommissies voor de betreffende sectoren (318, 319.02, 329.2, 332, 330) en die voldoen aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen of door het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag.
  2° Tijdens de periode van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (voordien brugpensioen), wordt de vervanging van de werkloze met bedrijfstoeslag (voordien bruggepensioneerden) verzekerd door een werknemer die jonger is dan 40 jaar bij de indienstneming, behoudens individuele, door het College toegekende individuele afwijking voor directie-, coördinatie- en geneeskundige posten. Deze voorwaarde komt bovenop de voorwaarden inzake vervanging die door het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen of door het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag aan werknemers opgelegd worden.
  3° Het bedrag van de toegekende subsidie voor de bedrijfstoeslag (voordien de bijkomende vergoeding) uitbetaald aan de werkloze met bedrijfstoeslag (voordien bruggepensioneerde) wordt berekend in verhouding tot de betoelaagde werktijd voor de werknemer in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag. Het bedrag van de bedrijfstoeslag (voordien bijkomende vergoeding) dat in overweging wordt genomen voor de berekening van de toelage is geplafonneerd op een bedrag dat overeenstemt met 6 uren compenserende aanwerving voor 1 VTE voor het referentiejaar.
  4° Verantwoordingsstukken van de toelage die jaarlijks voorgelegd moeten worden zijn de betalingsbewijzen van de bedrijfstoeslagen (voordien bijkomende vergoedingen), samen met een berekeningsblad betreffende elke toeslag.
  5° In afwijking van punt 2 van dit artikel, geven in de sectoren van de dag- en de verblijfcentra voor gehandicapten de vervangingen die lopend zijn op de datum van inwerkingtreding van het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 11 september 2008 tot wijziging van besluit 2001/549 van 18 oktober 2001 van de Franse Gemeenschapscommissie inzake de toepassing van het decreet van de Franse Gemeenschapscommissie van 12 juli 2001 tot wijziging van diverse wetten betreffende de subsidies toegekend in de gezondheids- en de welzijnssector en betreffende de wijziging van diverse toepassingsbesluiten betreffende de welzijns-, de gezondheids- en de gehandicaptensector en de sector van de socioprofessionele inschakeling, die verzekerd worden door een werknemer die ouder is dan 40 jaar bij de indienstneming en die voldoen aan de voorwaarden inzake vervanging die door het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen of door het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag aan werknemers opgelegd worden aanleiding tot een toelage".

Art.7. In artikel 88bis, tweede lid van hetzelfde besluit, vervangen door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 november 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "de FéBISP" worden vervangen door de woorden "de Administratie";
  2° de woorden "krachtens punt 5, § 3, van het protocolakkoord dat de modaliteiten bepaalt voor de tenuitvoerlegging van het non-profitakkoord van 29 juni 2000 in de sector van de socioprofessionele inschakeling - Luik FGC" worden geschrapt.

Art.8. In artikel 89 van hetzelfde besluit, vervangen door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 november 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° In het eerste lid worden de woorden "van het jaar" ingevoegd na het woord "loonmassa".

Art.9. In artikel 97, tweede lid van hetzelfde besluit, zoals gewijzigd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 30 november 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° de woorden "de FéBISP moet opstellen" worden vervangen door de woorden "de Administratie moet opstellen";
  2° de woorden "krachtens punt 5, § 3, van het protocolakkoord dat de modaliteiten bepaalt voor de tenuitvoerlegging van het non-profitakkoord van 29 juni 2000 in de sector van de socioprofessionele inschakeling - Luik FGC" worden geschrapt.

Art.10. In artikel 113 bis van hetzelfde besluit, ingevoegd door het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 23 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° er wordt een tweede lid toegevoegd:
  "In sectoren die een nieuwe functieclassificatie en een nieuw baremamodel invoeren, die vallen onder de beslissingen genomen in het kader van non-profitakkoorden omgezet door het sectoraal paritair comité, is de premie niet langer verschuldigd.
  ° er wordt een derde lid toegevoegd:
  "Behoudens andersluidende sectorale bepaling en indien ze niet rechtstreeks geïntegreerd zijn in de gesubsidieerde weddeschalen vastgelegd in bijlage I van besluit 2001/549, worden de bedragen vastgelegd in het eerste lid ter aanvulling van de middelen voorzien in de begroting in het kader van de non-profitakkoorden en binnen de grenzen van de beschikbare kredieten bestemd voor de financiering van het nieuwe baremaloon via de door de Administratie ingevoerde ad-hocregeling."

Art.11. Er wordt een artikel 113 quater ingevoegd in hetzelfde besluit:
  "Voor werknemers toegewezen aan de ondersteuning van de opdrachten van de decreten van de Franse Gemeenschapscommissie zijn de mobiliteitsmaatregelen vastgelegd in bijlage V, leden 3 en volgende van toepassing."

Art.12. Artikels 4 tot 15, 56, 60 tot 71, 75 tot 83, 88, 90 tot 96, 98 tot 100, 106 van hetzelfde besluit worden opgeheven.

Art.13. Bijlage II van hetzelfde besluit met betrekking tot de tabel van de referentieweddeschalen voor de gesubsidieerde functies, gewijzigd door de besluiten van de Franse Gemeenschapscommissie van 10 december 2009, van 30 november 2017 en van 23 mei 2019, wordt vervangen door bijlage II van dit besluit.

Art.14. Bijlage III van hetzelfde besluit met betrekking tot de gesubsidieerde functies per sector - vereiste diploma's en toelatingsvoorwaarden, gewijzigd door de besluiten van de Franse Gemeenschapscommissie van 10 december 2009, van 30 november 2017 en van 23 mei 2019, wordt vervangen door bijlage II van dit besluit.

Art.15. Bijlage V van hetzelfde besluit met betrekking tot de berekening van de subsidie voor loonkosten, werkgeverslasten en andere voordelen, gewijzigd door de besluiten van de Franse Gemeenschapscommissie van 10 december 2009, van 30 november 2017 en van 23 mei 2019, wordt vervangen door bijlage V van dit besluit.

Art.16. Deze wijziging heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.

Art.17. De voorzitter van het College wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGEN.
Art. N1.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 06-06-2024, p. 70856)

Art. N2.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 06-06-2024, p. 70859)

Art. N3.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 06-06-2024, p. 70869)