19 JANUARI 2024. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders, wat betreft het indienen van overeenkomsten, de verbrekingsvergoeding bij overlijden en de verplichte bijstand
Art. 1-9
Artikel 1. In artikel 5, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 over de besteding van het budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over organisatiegebonden kosten voor vergunde zorgaanbieders, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2020, wordt punt 2° vervangen door wat volgt:
"2° medische en paramedische behandelingen, onderzoeken of therapieën die tot de bevoegdheid van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering behoren, ongeacht of ze daadwerkelijk worden terugbetaald;".
Art.2. In artikel 7, eerste lid, 2°, punt g) van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2018, wordt tussen het woord "over" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
Art.3. In artikel 10, § 1, tweede lid, 1°, van hetzelfde besluit wordt tussen het woord "de" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd.
Art.4. In artikel 15, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 december 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt tussen het woord "van" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
2° in paragraaf 2 wordt tussen het woord "waarvoor" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd.
Art.5. In artikel 17, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 maart 2019, 11 december 2020 en 17 februari 2023, wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"De budgethouder deelt de gegevens, vermeld in het eerste lid, aan het agentschap mee binnen vier maanden vanaf de datum waarop de overeenkomst, vermeld in artikel 7, is gesloten. Als de budgethouder overmacht aantoont, kan het agentschap de voormelde termijn één keer verlengen met vier maanden.".
Art.6. In artikel 26 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, tweede lid, wordt tussen de woorden "kosten van de" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
2° in paragraaf 2 wordt voor het eerste lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"In deze paragraaf wordt verstaan onder verbrekingsvergoedingen: de vergoeding voor de verbreking van de overeenkomst voor een periode van maximaal drie maanden en het vertrekvakantiegeld.";
3° in de bestaande paragraaf 2, eerste lid, die paragraaf 2, tweede lid, wordt, wordt tussen de woorden "kosten van" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
4° de bestaande paragraaf 2, vierde lid, die paragraaf 2, vijfde lid wordt, wordt vervangen door wat volgt:
"Als de persoon met een handicap overlijdt, kan maximaal een vierde van het cashbudget, vermeld in artikel 16, eerste lid, dat de budgethouder op het moment van overlijden besteedt, worden besteed aan verbrekingsvergoedingen. Als aan de hand van kostenstaten aangetoond wordt dat het beschikbare cashbudget, vermeld in artikel 16, eerste lid, niet volstaat, kan het agentschap alsnog maximaal een vierde van het cashbudget dat de budgethouder op het moment van overlijden besteedt, toekennen om de verbrekingsvergoedingen te betalen.".
Art.7. In artikel 27/3 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt tussen het woord "sessies" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
2° in paragraaf 1, tweede lid, wordt tussen de woorden "aan het agentschap" en de woorden "De bijstandsorganisatie" de zin "De vier sessies, vermeld in het eerste lid, zijn afgerond binnen achttien maanden na de beslissing van het agentschap waarbij het de budgethouder naar een bijstandsorganisatie verwijst." ingevoegd;
3° in paragraaf 2 wordt tussen de zinsnede "door een bijstandsorganisatie," en de woorden "of als" de zinsnede "of de budgethouder nalaat de vier sessies, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, af te ronden binnen achttien maanden na de beslissing van het agentschap waarbij het de budgethouder naar een bijstandsorganisatie verwijst" ingevoegd;
4° in paragraaf 2, derde lid, wordt tussen de woorden "voorzien in" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd.
Art.8. In artikel 27/5 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het vierde lid wordt tussen het woord "sessies" en het woord "hoogdrempelige" het woord "meer" ingevoegd;
2° in het vijfde lid wordt tussen de woorden "aan het agentschap" en de woorden "De bijstandsorganisatie" de zin "De vier sessies, vermeld in het vierde lid, zijn afgerond binnen achttien maanden na de beslissing van het agentschap waarbij het de budgethouder naar een bijstandsorganisatie verwijst." ingevoegd.
Art. 9. De Vlaamse minister, bevoegd voor de personen met een beperking, is belast met de uitvoering van dit besluit.