22 FEBRUARI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 januari 2018 betreffende de overgang van het operationeel personeel van de hulpverleningszones van het brandweerpersoneel naar het ambulancepersoneel en vice versa
Art. 1-6
Artikel 1. In artikel 8, § 2, van het koninklijk besluit van 26 januari 2018 betreffende de overgang van het operationeel personeel van de hulpverleningszones van het brandweerpersoneel naar het ambulancepersoneel en vice versa, gewijzigd bij koninklijk besluit van 11 december 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1°. het derde lid wordt aangevuld als volgt: "De periode van één jaar, bedoeld in dit en het eerste lid, kan ingekort worden, op voorwaarde dat minstens één stageverslag werd opgemaakt door de stagebegeleider waarin de inkorting gemotiveerd wordt op basis van de vaststelling dat de stagiair beschikt over alle competenties bepaald in de functiebeschrijving van de overeenstemmende graad.";
2°. in het vijfde lid wordt tussen de eerste en de tweede zin een zin ingevoegd, luidende: "De inzetbaarheid van een stagiair voor een opdracht is afhankelijk van de behaalde opleidingen.";
3°. in het vijfde lid wordt in de tweede zin, die de derde wordt, het woord "Hij" vervangen door "De stagebegeleider".
Art.2. In artikel 24, § 2, van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 11 december 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1°. in het derde lid wordt tussen de eerste en de tweede zin een zin ingevoegd, luidende: "De inzetbaarheid van een stagiair voor een opdracht is afhankelijk van de behaalde modulecertificaten, bedoeld in artikel 23 van het koninklijk besluit van 18 november 2015.";
2°. in het derde lid wordt in de tweede zin, die de derde wordt, het woord "Hij" vervangen door de woorden "De stagebegeleider";
3°. in het vierde lid wordt tussen de eerste en de tweede zin een zin ingevoegd, luidende: "De periode van één jaar kan ingekort worden, op voorwaarde dat minstens één stageverslag werd opgemaakt door de stagebegeleider waarin de inkorting gemotiveerd wordt op basis van de vaststelling dat de stagiair beschikt over alle competenties bepaald in de functiebeschrijving van de overeenstemmende graad.".
Art.3. In artikel 26 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1°. een paragraaf 2/1 wordt ingevoegd, luidende:
" § 2/1. De raad kan beslissen dat de stagiair beroepssergeant tijdens de overgangsstage in één of meer van onderstaande opleidingen moet slagen:
1° het getuigschrift FOROP-1,
2° het getuigschrift PREV-1,
3° het attest "Competentiemanagement en evaluatie",
4° het attest "Leiderschapsvaardigheden".
De raad kan beslissen dat de stagiair sergeant vrijwilliger tijdens de overgangsstage in maximaal twee van de in het vorige lid vermelde opleidingen moet slagen. Desgevallend wordt dit vermeld in de oproep tot kandidaten.";
2°. in paragraaf 3 worden de woorden "het rijbewijs C of C1" vervangen door de woorden "de in dit artikel vermelde opleidingen".
Art.4. Dit besluit is ook van toepassing op de overgangsstages die lopend zijn op 1 januari 2024 en voor deze die starten na 1 januari 2024, maar waarvan de oproep tot kandidaatstelling gebeurde voor die datum.
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.
Art. 6. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de minister bevoegd voor Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.