Details





Titel:

15 SEPTEMBER 2023. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie en het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, wat betreft de oprichting van het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie
Art. 1-6
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering
Art. 7-8
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 9-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2005036144  2019014947 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie
Artikel 1. In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 2005 met betrekking tot de organisatie van de Vlaamse administratie, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 september 2020, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° punt 4°, 8° en 9° worden opgeheven;
  2° er wordt een punt 12° toegevoegd, dat luidt als volgt:
  "12° Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie.".

Art.2. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
  1° artikel 6 en 10, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 20 november 2020;
  2° artikel 11, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 11 september 2020.

Art.3. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2022, wordt een artikel 13/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
  "Art. 13/1. Het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie omvat de volgende beleidsvelden en bevoegdheden:


beleidsveld bevoegdheid
economie 1° het economisch beleid, vermeld in artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 1°, van de bijzondere wet, met inbegrip van het economisch overheidsinstrumentarium en de begeleiding en advisering van economische actoren maar met uitzondering van de gewestelijke aspecten inzake de overheidsopdrachten en de erkenning van aannemers
  2° het verkrijgen, de aanleg en de uitrusting van gronden voor industrie, ambachtswezen en diensten, of van andere onthaalinfrastructuren voor investeerders, vermeld in artikel 6, § 1, I, 3°, van de bijzondere wet
  3° de vestigingsvoorwaarden, vermeld in artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 6°, van de bijzondere wet met uitzondering van de vestigingsvoorwaarden op het vlak van toerisme en inzake mobiliteit en logistiek
  4° de specifieke regels voor de handelshuur, vermeld in artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 7°, van de bijzondere wet
  5° de activiteiten van het Participatiefonds, vermeld in artikel 6, § 1, VI, eerste lid, 8°, van de bijzondere wet
  6° het algemene prijsbeleid
wetenschappelijk onderzoek 1° de aanmoediging van de vorming van navorsers, vermeld in artikel 4, 2°, van de bijzondere wet
  2° de structurele financiering van het wetenschappelijk onderzoek aan de Vlaamse universiteiten en onderzoekscentra, met inbegrip van de onderzoeksinfrastructuren, maar met uitzondering van financiering via de eerste geldstroom
  3° het algemeen beleid inzake wetenschappelijk onderzoek, met inbegrip van het onderzoek ter uitvoering van internationale of supranationale overeenkomsten of akten, vermeld in artikel 6bis, § 1, van de bijzondere wet
innovatie het technologisch innovatiebeleid
wetenschapscommunicatie 1° het algemeen beleid inzake wetenschapscommunicatie, -popularisering en STEM
  2° de financiering van de structurele en occasionele partners ter aanmoediging van wetenschapscom municatie,-popularisering en STEM door middel van convenanten, subsidiebesluiten en oproepen
  3° het bekendmaken en de externe communicatie over wetenschappelijk onderzoek en innovatie bij het grote publiek en bij jongeren en andere specifieke doelgroepen
werk 1° het tewerkstellingsbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, IX, van de bijzondere wet, met uitzondering van:
  a) het stelsel waarbij werknemers het recht hebben om op het werk afwezig te zijn met behoud van hun loon om erkende opleidingen te volgen, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 10°, van de bijzondere wet
  b) de programma's voor wedertewerkstelling in de sociale economie, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 2°, van de bijzondere wet
  c) het doelgroepenbeleid ingezet voor de sociale economie en competentieversterking, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 7°, van de bijzondere wet
  2° het tewerkstellingsbeleid van mindervaliden, vermeld in artikel 5, § 1, II, 4°, van de bijzondere wet, met uitzondering van de tewerkstelling in de sociale economie
  3° het gebruik van de talen voor de sociale betrekkingen tussen de werkgevers en hun personeel en voor de akten en bescheiden van ondernemingen die door de wet en de verordeningen voorgeschreven zijn, vermeld in artikel 129, § 1, 3°, van de Grondwet
competenties de professionele vorming:1° de beroepsomscholing en- bijscholing, vermeld in artikel 4, 16°, van de bijzondere wet, met uitzondering van de land- en tuinbouwvorming en de ondernemersvorming, inclusief de bezoldigde stages in dit kader
  2° de beroepsopleiding, de omscholing en de herscholing van mindervaliden, vermeld in artikel 5, § 1, II, 4°, van de bijzondere wet
  3° de stelsels van alternerend leren, vermeld in artikel 4, 17°, van de bijzondere wet, onverminderd de bevoegdheid van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming, vermeld in artikel 7, § 1 van dit besluit
  4° de toekenning van de premies aan de werkgevers en de leerlingen, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 7°, d), van de bijzondere wet
  5° het stelsel waarbij werknemers het recht hebben om op het werk afwezig te zijn met behoud van hun loon om erkende opleidingen te volgen, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 10°, van de bijzondere wet
  6° de werkgeversbijdrageverminderingen ter ondersteuning van dat beleid, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 7°, a), van de bijzondere wet
sociale economie 1° de ondersteuning van de sociale-economieondernemingen en de sociale-economie-initiatieven
  2° de tewerkstelling in de sociale economie van de mindervaliden, vermeld in artikel 5, § 1, II, 4°, van de bijzondere wet, en van de niet-werkende werkzoekenden, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 2°, van de bijzondere wet
  3° de bijdragenverminderingen en de activering van uitkeringen ter ondersteuning van de sociale economie, vermeld in artikel 6, § 1, IX, 7°, a en b, van de bijzondere wet
landbouw en zeevisserij 1° de landbouw, vermeld in artikel 6, § 1, V, eerste lid, van de bijzondere wet:
  a) het landbouwbeleid en de zeevisserij;
  b) de specifieke regels betreffende de pacht en de veepacht
  2° de land- en tuinbouwvorming in het kader van beroepsomscholing en -bijscholing, vermeld in artikel 4, 16°, van de bijzondere wet
  3° het afzet- en uitvoerbeleid van landbouw-, tuinbouw- en visserijproducten, met uitzondering van de verkenning van buitenlandse markten voor de afzet en uitvoer van die producten, maar met inbegrip van de toekenning van kwaliteitslabels en oorsprongsbenamingen van regionale of lokale aard
promotie landbouw, tuinbouw en zeevisserij het afzet- en uitvoerbeleid van landbouw-, tuinbouw- en visserijproducten, met uitzondering van het verkennen van buitenlandse markten voor de afzet en uitvoer van die producten, maar met inbegrip van de toekenning van kwaliteitslabels en oorsprongsbenamingen van regionale of lokale aard
Het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie omvat de volgende inhoudelijke structuurelementen:


beleidsveld inhoudelijk structuurelement
economie 1° financiering ondernemingen
  2° ondernemerschap
  3° groei-ondersteuning kmo's en groeibedrijven
  4° vergroening en klimaat
  5° ruimtelijke economie
  6° de ondernemersvorming, met inbegrip van de bezoldigde stages in dat kader
wetenschappelijk onderzoek 1° algemeen fundamenteel wetenschappelijk onderzoek
  2° domeinspecifiek fundamenteel wetenschappelijk onderzoek
  3° strategisch basisonderzoek
  4° onderzoeksinfrastructuur
  5° postinitieel onderwijs
innovatie 1° brugfunctie fundamenteel en toegepast onderzoek
  2° valorisatie onderzoeksresultaten
  3° innovatiekracht ondernemingen
wetenschapscommunicatie wetenschapscommunicatie
werk 1° activering (werk)
  2° loopbanen
  3° duurzame arbeidsmarkt (werk)
competenties competenties
sociale economie 1° activering (sociale economie)
  2° duurzame arbeidsmarkt (sociale economie)
landbouw en zeevisserij 1° land- en tuinbouw
  2° visserij en aquacultuur
promotie landbouw, tuinbouw en zeevisserij promotie landbouw, tuinbouw en zeevisserij
".

Art.4. In artikel 14 van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019, wordt de zinsnede "met 13" vervangen door de zinsnede "met 13/1".

Art.5. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven:
  1° artikel 21, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2009 en het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 september 2020;
  2° artikel 25, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2009 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 21 maart 2014 en 20 november 2020;
  3° artikel 26, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 april 2009 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 25 april 2014 en 25 januari 2019.

Art.6. Aan hoofdstuk III van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 10 november 2022, wordt een artikel 29/1 toegevoegd, dat luidt als volgt:
  "Art. 29/1. Voor het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie wordt het Vlaams ministerie van Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie opgericht, dat bestaat uit het departement Economie, Wetenschap en Innovatie, het departement Werk en Sociale Economie en de volgende agentschappen zonder rechtspersoonlijkheid:
  1° Agentschap Innoveren en Ondernemen;
  2° Agentschap Landbouw en Zeevisserij;
  3° Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek.
  De volgende agentschappen met rechtspersoonlijkheid behoren tot het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie:
  1° Participatiemaatschappij Vlaanderen;
  2° Limburgse Reconversiemaatschappij;
  3° Vlaamse Participatiemaatschappij;
  4° Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen;
  5° Agentschap Plantentuin Meise;
  6° Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding;
  7° ESF-Agentschap;
  8° Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing.".

HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering
Art.7. In artikel 3, § 1, eerste lid, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 oktober 2019 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 mei 2022, wordt de zinsnede "artikel 11" vervangen door de zinsnede "artikel 13/1".

Art.8. In artikel 10/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 mei 2022, wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt:
  " § 1. De heer Jo Brouns is bevoegd voor het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie, vermeld in artikel 13/1 van het organisatiebesluit, met uitzondering van de zeevisserij.
  Hij draagt de titel "Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw".".

HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art.9. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2024.

Art. 10. De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, het wetenschappelijk onderzoek, de innovatie, de wetenschapscommunicatie, werk, de competenties, de sociale economie, de landbouw, het landbouw- en visserijonderzoek en de promotie van de landbouw, en de Vlaamse minister, bevoegd voor zeevisserij, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.