25 NOVEMBER 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten, wat betreft de invoering van thema's en een kwaliteitskamer en tot opheffing van de artikelen 17 en 18 van het ministerieel besluit van 14 februari 2013, wat betreft de aanstelling en de werking van de auditbureaus
HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016
Art. 1-9
HOOFDSTUK 2. - Opheffing van de artikelen 17 en 18 van het ministerieel besluit van 14 februari 2013
Art. 10
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen.
Art. 11-12
HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016
Artikel 1. In artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan het eerste lid wordt vóór punt 1°, dat punt 1° /1 wordt, een nieuw punt 1° ingevoegd, dat luidt als volgt:
"1° cybersecurity: het beschermen van computers, mobiele apparaten, servers, software, netwerken, elektronische systemen en gegevens tegen schadelijke aanvallen;";
2° aan het eerste lid wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"3° thema: een opleiding die of een advies dat gericht is op een van de volgende aspecten:
a) bedrijfsstrategie: het bepalen van de koers en structuur van een onderneming om haar strategische bedrijfsdoelstellingen te bereiken;
b) beroepsspecifieke competenties: de theoretische of praktische kennis en vaardigheden die in een bepaald vaktechnisch gebied nodig zijn om de kerntaken van een functie of beroep uit te oefenen;
c) digitalisering: het gebruik van digitale technologieën, innovaties en data die leiden tot nieuwe activiteiten of wijzigingen in bestaande activiteiten op het vlak van hardware, software en onlinetoepassingen van de onderneming en cybersecurity;
d) duurzaamheid: een economisch systeem dat leidt tot een efficiënter gebruik van grondstoffen, onderdelen en producten met respect voor milieu en maatschappij;
e) financiële geletterdheid: financiële en boekhoudkundige kennis die nodig is om een onderneming succesvol te beheren;
f) innovatie: het invoeren van nieuwe technieken of inzichten als antwoord op een specifieke technologische kennisvraag over een product, proces of dienst;
g) internationalisering: het beleid om het internationaal ondernemen van ondernemingen gelegen in Vlaanderen te stimuleren, te ondersteunen en te bevorderen;
h) personeelsmanagement: het personeelsbeleid van een onderneming om een doelmatige en functionerende arbeidsorganisatie te verwezenlijken, dat gericht is op de algemene werking van de kleine of middelgrote onderneming, en dat betrekking heeft op minstens een van de volgende onderwerpen:
1) arbeidsorganisatie en bedrijfsprocessen;
2) competentiebeleid;
3) diversiteits- en non-discriminatiebeleid;
4) evaluatie- en functioneringsbeleid;
5) personeelsplanning;
6) sociale wetgeving.";
3° in het derde lid wordt tussen de woorden "ondernemerschapsbevorderende diensten" en het woord "verfijnen" de zinsnede ", vermeld in het eerste lid, 2°, en de omschrijving van de thema's, vermeld in het eerste lid, 3°, " ingevoegd.
Art.2. In artikel 11 van hetzelfde besluit worden tussen het woord "diensten" en het woord "verleend" de woorden "binnen een thema" ingevoegd.
Art.3. Aan artikel 12 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 april 2022 tot vaststelling van een lijst van uitgesloten diensten voor de kmo-portefeuille, worden een punt 6° tot en met 9° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"6° diensten die strijdig zijn met de openbare orde;
7° diensten die strijdig zijn met de openbare veiligheid;
8° diensten die inbreuk maken op de volksgezondheid;
9° diensten die strijdig zijn met de algemeen wetenschappelijk aanvaarde inzichten.".
Art.4. In hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 7 september 2021, wordt een artikel 12/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 12/1. De minister stelt een lijst op met ondernemerschapsbevorderende diensten die gericht zijn op de beroepsspecifieke competenties als vermeld in artikel 9, eerste lid, 3°, b). Alleen ondernemerschapsbevorderende diensten die voldoen aan ten minste een van de volgende voorwaarden, worden geregistreerd op de voormelde lijst en komen in aanmerking voor steun binnen dit thema:
1° de dienst is erop gericht competenties aan te leren die deel uitmaken van een knelpuntberoep dat is opgenomen in de lijst van knelpuntberoepen die op de VDAB-website is bekendgemaakt;
2° de dienst is erop gericht technologische, technische, exact-wetenschappelijke of wiskundige kennis en de toepassing ervan in beroepen aan te leren. STEM-opleidingen en zorg-STEM-opleidingen die gepubliceerd worden op de Onderwijskiezerwebsite, voldoen aan de voormelde voorwaarde;
3° de dienst speelt in op een toekomstig sectoraal tekort aan competenties dat aangetoond wordt door een competentieprognose die uitgevoerd wordt conform de methodiek van het VLAMT of op een wijze die wetenschappelijk verantwoord, onderbouwd en aantoonbaar is;
4° de dienst leidt tot een attest of certificaat dat in België vereist is voor de uitoefening van een beroep.
Onder STEM, Onderwijskiezer en VLAMT, vermeld in het eerste lid, 2° en 3°, worden verstaan:
1° STEM: Science, Technology, Engineering, Mathematics;
2° Onderwijskiezerwebsite: de website van de Centra voor Leerlingbegeleiding bedoeld voor iedereen die op zoek is naar objectieve, onafhankelijke en kwaliteitsvolle informatie over het onderwijslandschap;
3° VLAMT: Vlaamse Arbeidsmarktonderzoek voor de Toekomst.".
Art.5. In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, 3°, wordt tussen het woord "die" en het woord "voldoet" de zinsnede "op basis van een positieve audit van een auditbureau dat wordt aangesteld conform paragraaf 3, vierde lid, aan de hand van een kwaliteitsnorm" ingevoegd;
2° in paragraaf 2, 2°, wordt tussen het woord "die" en het woord "voldoet" de zinsnede "op basis van een positieve audit van een auditbureau dat wordt aangesteld conform paragraaf 3, vierde lid, aan de hand van een kwaliteitsnorm" ingevoegd;
3° in paragraaf 3, eerste lid, wordt tussen het woord "procedure" en het woord "en" de zinsnede ", de kwaliteitsnorm" ingevoegd;
4° aan paragraaf 3, tweede lid, wordt de volgende zin toegevoegd:
"Het resultaat van de audit, vermeld in paragraaf 2, 2° is niet bindend. De minister kan op grond van gemotiveerde redenen afwijken van dit resultaat.";
5° in paragraaf 3, tweede lid, wordt de zinsnede "procedure, de aanvullende" vervangen door de zinsnede "procedure, de kwaliteitsnorm en de aanvullende";
6° aan paragraaf 3 wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De minister bepaalt de voorwaarden en procedure voor de aanstelling en werking van de auditbureaus, vermeld in paragraaf 1 en 2, en ook de controle en sanctionering.".
Art.6. In hoofdstuk 2 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 7 september 2021, wordt een afdeling 4/1, die bestaat uit artikel 14/1 en 14/2, ingevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 4/1. Het toezichtcomité
Art. 14/1. Er wordt een toezichtcomité opgericht dat belast is met:
1° het verlenen van advies aan de minister en het Agentschap Innoveren en Ondernemen omtrent het toezicht op de naleving van de voorwaarden van dit besluit en de uitvoeringsbesluiten door de aangestelde auditbureaus;
2° het verlenen van advies aan de minister en het Agentschap Innoveren en Ondernemen omtrent de behandeling van klachten over de aangestelde auditbureaus;
3° het verlenen van advies aan de minister en het Agentschap Innoveren en Ondernemen met betrekking tot de aanstelling en uitsluiting van de auditbureaus;
4° de organisatie van de opleiding, vermeld in artikel 12, 1° van het ministerieel besluit van 14 februari 2013 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten, wat betreft de aanstelling en de werking van de auditbureaus.
Art. 14/2. Het Agentschap Innoveren en Ondernemen stelt het intern werkingsreglement van het toezichtcomité op.".
Art.7. In artikel 18 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 november 2019 en 7 september 2021, wordt het derde lid opgeheven.
Art.8. In hoofdstuk 2 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 7 september 2021, wordt een afdeling 7/1, die bestaat uit artikel 26/1 tot en met 26/3, ingevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 7/1. Kwaliteitskamer
Art. 26/1. Er wordt een kwaliteitskamer opgericht die de volgende taken heeft:
1° het verlenen van advies aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen bij het toezicht op de naleving van de voorwaarden over de inhoud van de diensten, vermeld in dit besluit en de uitvoeringsbesluiten ervan, door de geregistreerde dienstverleners en de ondernemingen, voorafgaand en na de indiening van een steunaanvraag;
2° het verlenen van advies aan het Agentschap Innoveren en Ondernemen naar aanleiding van klachten over de inhoud van diensten die aangeboden worden door de geregistreerde dienstverleners;
3° het verlenen van advies aan de minister en de Vlaamse Regering over de invulling van de thema's, vermeld in artikel 9, eerste lid, 3°, en het subsidiabele karakter van een dienst;
4° het verlenen van advies aan de minister over het invullen van de lijst van ondernemerschapsbevorderende diensten die gericht zijn op de beroepsspecifieke competenties, vermeld in artikel 12/1, met toepassing van de voorwaarden, vermeld in artikel 12/1.
Art. 26/2. De kwaliteitskamer kan voor de uitvoering van zijn taken de nodige stukken opvragen bij het Agentschap Innoveren en Ondernemen.
Indien de stukken, vermeld in het eerste lid, persoonsgegevens bevatten worden deze geanonimiseerd.
Art. 26/3. De kwaliteitskamer is samengesteld uit deskundigen op het vlak van ondernemerschap en deskundigen uit de wetenschappelijke wereld die op de hoogte zijn van de kennisbehoeften van kleine en middelgrote ondernemingen. De kwaliteitskamer is op de volgende wijze samengesteld:
1° de administrateur-generaal van het Agentschap Innoveren en Ondernemen, die optreedt als voorzitter;
2° twee vertegenwoordigers van de Vlaamse Hogescholenraad (VLOHRA);
3° twee vertegenwoordigers van de Vlaamse Interuniversitaire raad (VLIR);
4° twee vertegenwoordigers van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV).
De minister duidt de vertegenwoordigers, vermeld in het eerste lid, aan en bepaalt de praktische werking van de kwaliteitskamer.
De voorzitter, vermeld in het eerste lid, 1°, kan de kwaliteitskamer op ieder moment bijeenroepen.
Het secretariaat van de kwaliteitskamer wordt waargenomen door het Agentschap Innoveren en Ondernemen.".
Art.9. Op de subsidieaanvragen die zijn ingediend vóór 1 januari 2023, blijft het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten van toepassing, zoals van kracht op 31 december 2022.
HOOFDSTUK 2. - Opheffing van de artikelen 17 en 18 van het ministerieel besluit van 14 februari 2013
Art.10. In het ministerieel besluit van 14 februari 2013 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten en kmo-groeitrajecten, wat betreft de aanstelling en de werking van de auditbureaus, worden de volgende artikelen opgeheven:
1° Artikel 17;
2° Artikel 18, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 30 maart 2016 tot vervanging van de bijlage en tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 14 februari 2013 tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor ondernemerschapsbevorderende diensten, wat betreft de aanstelling en de werking van de auditbureaus.
HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen.
Art.11. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2023.
Art. 12. De Vlaamse minister, bevoegd voor de economie, is belast met de uitvoering van dit besluit.