15 DECEMBER 2022. - Ordonnantie tot wijziging van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid, om een procedure van de bestuurlijke transactie erin op te nemen
Hoofdstuk 1. - Algemene bepaling
Art. 1
Hoofdstuk 2. - Wijziging van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid
Art. 2-5
Hoofdstuk 3. - Wijziging van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren
Art. 6
Hoofdstuk 4. - Wijziging van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing
Art. 7
Hoofdstuk 5. - Wijziging van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen
Art. 8
Hoofdstuk 6. - Slotbepalingen
Art. 9-10
Hoofdstuk 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Hoofdstuk 2. - Wijziging van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid
Art.2. In artikel 3, § 1, 16° van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid, vervangen door de ordonnantie van 8 mei 2014, worden de woorden " elk voorstel tot bestuurlijke transactie of " ingevoegd tussen de woorden " handeling van administratieve sanctie : " en de woorden " elke handeling die een alternatieve administratieve geldboete uitspreekt ".
Art.3. In de Nederlandstalige versie van artikel 11, § 1, van hetzelfde Wetboek, hernummerd en gewijzigd door de ordonnantie van 8 mei 2014 wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt :
" 2° elk document, stuk of bewijsstuk dat nuttig is voor de uitoefening van hun opdracht, zonder verplaatsing opzoeken, raadplegen of laten overmaken ; ".
Art.4. In hetzelfde Wetboek wordt een Titel Vbis ingevoegd, luidende " Bestuurlijke transactie ".
Art.5. In titel Vbis, ingevoegd bij artikel 4, wordt een artikel 53/1 ingevoegd, luidende :
" Art. 53/1. § 1. De Regering stelt de lijst vast van misdrijven die het voorwerp kunnen uitmaken van een bestuurlijke transactie. Misdrijven die het milieu ernstig kunnen schaden of die de gezondheid of de veiligheid van de bevolking kunnen schaden, kunnen er niet op voorkomen.
§ 2. Wanneer de personeelsleden belast met het toezicht een misdrijf zoals bedoeld in paragraaf 1 vaststellen, kunnen ze een transactie voorstellen aan de vermoedelijke dader van het misdrijf indien de feiten geen aanzienlijke schade aan de lucht, de bodemkwaliteit, de waterkwaliteit, de fauna of de flora hebben veroorzaakt.
De Regering bepaalt het bedrag van de som die wordt voorgesteld als transactie. Deze som mag niet lager zijn dan 50 euro en niet hoger dan 2.500 euro per misdrijf.
In geval van samenloop van meerdere misdrijven zoals bedoeld in paragraaf 1, kan een transactie worden voorgesteld en kunnen de bedragen van de sommen worden samengevoegd, zolang het totaal niet meer bedraagt dan 2.500 euro.
§ 3. Het transactievoorstel wordt bijgevoegd aan de kennisgeving van het proces-verbaal dat het misdrijf vaststelt, die gericht is aan de vermoedelijke dader van het misdrijf. Het transactievoorstel licht de vermoedelijke dader van het misdrijf in dat de weigering van het transactievoorstel of de niet-betaling van de voorgestelde som binnen de vastgelegde termijn, als gevolg heeft dat het proces-verbaal wordt overgemaakt aan de Procureur des Konings, die kan beslissen om de vermoedelijke dader van het misdrijf al dan niet te vervolgen, overeenkomstig artikel 44 van huidig Wetboek.
De som voorgesteld in de transactie wordt onmiddellijk geïnd, of binnen een termijn van veertien dagen vanaf de kennisgeving bedoeld in het eerste lid.
De Regering bepaalt de modaliteiten van de inning.
§ 4. De betaling van de voorgestelde som binnen de vastgelegde termijn doet de strafvordering vervallen, alsook de mogelijkheid om een alternatieve administratieve geldboete op te leggen.
In afwijking van artikel 43 van huidig Wetboek, wordt, indien huidige bepaling wordt toegepast, het proces-verbaal slechts overgemaakt aan de leidend ambtenaar van Leefmilieu Brussel, van het GAN of van het bevoegde bestuur van het Ministerie, naargelang van het geval, en aan de Procureur des Konings wanneer de vermoedelijke dader van het misdrijf het transactievoorstel weigert of de voorgestelde som niet betaalt binnen de vastgelegde termijn. In deze gevallen wordt het proces-verbaal overgemaakt aan de leidend ambtenaar van Leefmilieu Brussel, van het GAN of van het bevoegde bestuur van het Ministerie, naargelang van het geval, en aan de Procureur des Konings binnen tien werkdagen vanaf het verstrijken van de betalingstermijn van de transactie.
§ 5. Het bedrag van de transactie wordt gestort aan het Fonds voor de Bescherming van het Leefmilieu zoals bedoeld in artikel 2, 9° van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen of aan de gemeente, naargelang het misdrijf werd vastgesteld door een met het toezicht belaste personeelslid, bedoeld in artikel 5, §§ 1, 2, 3, 5, of door een met het toezicht belast personeelslid van de gemeente, bedoeld in artikel 5, § 4, van huidig Wetboek. ".
Hoofdstuk 3. - Wijziging van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren
Art.6. In artikel 36ter van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, ingevoegd door de ordonnantie van 11 mei 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 4 worden de woorden " 42 tot 54 van het Wetboek van inspectie " vervangen door de woorden " 42 tot 53 en 54 van het Wetboek van inspectie " ;
2° een nieuwe paragraaf 5 wordt toegevoegd, luidende :
" § 5. De Regering stelt de lijst vast van misdrijven tegen de huidige wet of haar uitvoeringsbesluiten, die het voorwerp kunnen uitmaken van een bestuurlijke transactie. Misdrijven die een dier kunnen doen omkomen of verminkingen, letsels, pijn of lijden kunnen veroorzaken, kunnen er niet op voorkomen.
Wanneer de met het toezicht belaste personeelsleden van Leefmilieu Brussel, bedoeld in artikel 5, § 1 van het Wetboek van inspectie, en de met het toezicht belaste personeelsleden van de gemeenten, bedoeld in artikel 5, § 4 van het Wetboek van inspectie, een misdrijf zoals bedoeld in het eerste lid vaststellen, kunnen ze een transactie voorstellen aan de vermoedelijke dader van het misdrijf, overeenkomstig artikel 53/1 van het Wetboek van inspectie. ".
Hoofdstuk 4. - Wijziging van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing
Art.7. In artikel 3.4.2., lid 1, van de ordonnantie van 2 mei 2013 houdende het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing, laatst gewijzigd door de ordonnantie van 23 juli 2018, worden de woorden " de artikelen 45, leden 1, 2, 4 en 6 ; 47 en 49 tot en met 54 " vervangen door de woorden " de artikelen 45, leden 1, 2, 4 en 6, 47, 49, 50, 51, 52, 53 et 54 ".
Hoofdstuk 5. - Wijziging van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen
Art.8. In artikel 2, 9°, tweede streepje van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de woorden " bestuurlijke transacties, " worden ingevoegd voor de woorden " administratieve geldboetes " ;
2° de woorden " artikel 9 van de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende het voorkomen en het beheer van afvalstoffen " worden vervangen door de woorden " artikel 18 van de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen " ;
3° in artikel 2, 9°, tweede streepje, worden de woorden " en de bestuurlijke transacties voorgesteld door met het toezicht belaste personeelsleden van de gemeenten " op het einde toegevoegd.
Hoofdstuk 6. - Slotbepalingen
Art.9. De misdrijven zoals bedoeld in artikel 53/1, § 1 van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid, en in artikel 36ter, § 5 van de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, die voor de inwerkingtreding van de artikelen 2 en 4 tot en met 9 van huidige ordonnantie zijn vastgesteld in een proces-verbaal, kunnen ook het voorwerp uitmaken van een transactievoorstel van de met het toezicht belaste personeelsleden, onder dezelfde voorwaarden dan deze die voorzien zijn door deze bepalingen, wanneer :
1° het proces-verbaal nog niet is overgemaakt aan de Procureur des Konings, overeenkomstig artikel 43 van het Wetboek van 25 maart 1999 van inspectie, preventie, vaststelling en bestraffing van milieumisdrijven, en milieuaansprakelijkheid ;
2° de Procureur des Konings heeft beslist om de overtreder niet te vervolgen of geen beslissing heeft genomen binnen de termijn die hem is opgelegd en wanneer de leidend ambtenaar van, naargelang het geval, Leefmilieu Brussel, het GAN of de bevoegde administratie van het Ministerie, de alternatieve administratieve geldboeteprocedure overeenkomstig artikel 45 van hetzelfde Wetboek voor het misdrijf bedoeld in het proces-verbaal nog niet heeft aangevangen. In dat geval schorst het transactievoorstel de aanvang van de alternatieve administratieve geldboeteprocedure. Wanneer de vermoedelijke dader van het misdrijf het transactievoorstel weigert of de voorgestelde som niet binnen de vastgelegde termijn betaalt, kan de alternatieve administratieve geldboeteprocedure, bedoeld in artikel 45 van hetzelfde Wetboek, worden aangevangen.
Het transactievoorstel wordt ter kennis gebracht aan de vermoedelijke dader van het misdrijf in dezelfde vorm als de kennisgeving van het proces-verbaal dat het misdrijf vaststelt.
Art. 10.De Regering bepaalt de inwerkingtreding van de artikelen 2 en 4 tot en met 9.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 2 en 4 tot en met 9 vastgesteld op 01-06-2023 door BESL 2023-04-20/02, art. 3)