2 JUNI 2022. - Wet tot wijziging van bepalingen betreffende de werving van militairen
Art. 1-5
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Art.2. In artikel 9, eerste lid, van de wet van 28 februari 2007 tot vaststelling van het statuut van de militairen en kandidaat-militairen van het actief kader van de Krijgsmacht, gewijzigd bij de wetten van 31 juli 2013 en 30 april 2018, wordt de bepaling onder 5° vervangen als volgt:
"5° in voorkomend geval, voldoen aan de studievoorwaarden;".
Art.3. In artikel 12 van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 31 juli 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de bepaling onder 5° vervangen als volgt:
"5° in voorkomend geval, de studievoorwaarden;";
2° in het derde lid wordt de bepaling onder 3° opgeheven.
Art.4. In artikel 18 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 20 mei 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt aangevuld met een bepaling onder 6°, luidende:
"6° die de hoedanigheid van kandidaat-militair in dezelfde of in een lagere personeelscategorie verliest tussen het moment van zijn inschrijving voor een vacature en de dag vóór de dag voorzien voor zijn inlijving.";
2° in het tweede lid worden de woorden "2° tot 5° " vervangen door de woorden "2° tot 6° ".
Art. 5. De artikelen 2 en 3 treden in werking op de datum bepaald door de Koning, en uiterlijk op 1 januari 2023.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 2; 3 vastgesteld op 01-10-2022 door KB 2022-07-20/37, art. 10)