11 MAART 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen
Art. 1-7
Artikel 1. Aan artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2000 tot bepaling van de voorwaarden voor de toekenning van subsidies aan gemeenten voor de opmaak van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 24 februari 2017 en 30 maart 2018, wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"4° woonreservegebied:
a) een gebied dat ressorteert onder de gebiedsbestemming woonuitbreidingsgebied, vermeld in artikel 5.1.1 van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en gewestplannen;
b) een gebied dat ressorteert onder het bijzonder bestemmingsvoorschrift reservegebied voor woonwijken van een gewestplan;
c) een gebied dat ressorteert onder het bijzonder bestemmingsvoorschrift woonreservegebied van een gewestplan;
d) een gebied dat ressorteert onder het bijzonder bestemmingsvoorschrift woonaansnijdingsgebied van een gewestplan.".
Art.2. In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 1° worden tussen de woorden "plannen inzake de" en de woorden "kwaliteitsvolle inrichting" de woorden "bestemming of de" ingevoegd;
2° in punt 2° wordt het woord "minimale" vervangen door de woorden "aan de plek aangepaste";
3° aan punt 2° wordt de volgende zin toegevoegd: "Plannen of onderdelen van plannen die de ontwikkeling van een tot dan toe niet ontwikkeld woonreservegebied mogelijk maken of begeleiden, of die een gebied dat ressorteert onder de categorieën van gebiedsaanduiding "recreatie", "landbouw", "bos", "overig groen" of "reservaat of natuur" herbestemmen tot woongebied, zijn uitgesloten van een subsidie.";
4° punt 3° wordt vervangen door wat volgt:
"3° plannen voor de herinrichting van bestaande en al ontwikkelde bedrijventerreinen in de stedelijke gebieden en in de kernen van het buitengebied. Het voormelde plan is gericht op de optimalisatie van het bedrijventerrein door intensivering van het ruimtegebruik, ingrepen op het vlak van mobiliteit en het creëren van schaalvoordelen door clustering van activiteiten en gemeenschappelijke voorzieningen. Daarnaast wordt in het plan aandacht besteed aan een goede omgevingskwaliteit onder meer door groenvoorzieningen en een goede waterhuishouding.";
5° punt 4° en punt 5° worden opgeheven;
6° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"In het eerste lid, 3°, wordt verstaan onder bestaand en al ontwikkeld bedrijventerrein: een in de geldende verordenende plannen bestemd bedrijventerrein, waarvan minstens drie kwart van de oppervlakte bestaat uit percelen waarop al bebouwing aanwezig is.".
Art.3. In artikel 9, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 1° wordt het woord "inrichting" vervangen door de woorden "bestemming of inrichting";
2° in punt 1° wordt het woord "het plan" vervangen door de woorden "de bestemming tot of inrichting van open ruimte";
3° in punt 3° worden de woorden "inrichting van lokale bedrijventerreinen" vervangen door de zinsnede "herinrichting van bestaande en al ontwikkelde bedrijventerreinen";
4° punt 4° en punt 5° worden opgeheven.
Art.4. In artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt het woord "goedkeuring" vervangen door het woord "inwerkingtreding";
2° in het eerste lid worden de woorden "door de minister of de bestendige deputatie" opgeheven;
3° in het tweede lid wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° een verwijzing naar de bekendmaking van het goedkeuringsbesluit van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan in het Belgisch Staatsblad;".
Art.5. In artikel 12 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt opgeheven;
2° in het tweede lid worden de woorden "Voor plannen betreffende de inrichting van de open ruimte en het woongebied" vervangen door het woord "Er".
Art.6. Aanvragen tot subsidiëring die zijn ingediend voor de datum van de inwerkingtreding van dit besluit, worden afgehandeld conform de regels die gelden op de dag voor de voormelde datum van inwerkingtreding.
Art. 7. De Vlaamse minister, bevoegd voor de omgeving en de natuur, is belast met de uitvoering van dit besluit.