Details





Titel:

23 DECEMBER 2021. - Koninklijk besluit wijziging tot het koninklijk besluit van 2 april 2003 houdende vaststelling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt opgesteld, herbevestigd, herzien of ingetrokken en het koninklijk besluit van 27 april 2007 tot regeling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt geregistreerd en via de diensten van het Rijksregister aan de betrokken artsen wordt meegedeeld



Inhoudstafel:

Hoofdstuk 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003 houdende vaststelling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt opgesteld, herbevestigd, herzien of ingetrokken
Art. 1
Hoofdstuk 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 27 april 2007 tot regeling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt geregistreerd en via de diensten van het Rijksregister aan de betrokken artsen wordt meegedeeld
Art. 2-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2003022490  2007022806 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Hoofdstuk 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003 houdende vaststelling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt opgesteld, herbevestigd, herzien of ingetrokken
Artikel 1. Artikel 3 van het koninklijk besluit van 2 april 2003 houdende vaststelling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt opgesteld, herbevestigd, herzien of ingetrokken, wordt opgeheven.

Hoofdstuk 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 27 april 2007 tot regeling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt geregistreerd en via de diensten van het Rijksregister aan de betrokken artsen wordt meegedeeld
Art.2. In artikel 4 van het koninklijk besluit van 27 april 2007 tot regeling van de wijze waarop de wilsverklaring inzake euthanasie wordt geregistreerd en via de diensten van het Rijksregister aan de betrokken artsen wordt meegedeeld, wordt paragraaf 2 opgeheven.

Art.3. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
  " § 1. De ambtenaar van de burgerlijke stand verstrekt de betrokkene een ontvangstbevestiging op papier, die de in de gegevensbank opgeslagen gegevens bevat, alsook de identiteit van de verantwoordelijke voor de verwerking, de verwerkingsmethode, de doeleinden van de verwerking, het bestaan van een recht van toegang en rectificatie en de bestemmelingen van deze gegevens. In het ontvangstbewijs wordt ook de rechtsgrondslag voor de registratie vermeld, met name artikel 6.1.e van de Algemene Verordening inzake gegevensbescherming nr. 2016/679.
  De schriftelijke verklaring waarop de registratie is gebaseerd, wordt aan de betrokkene verstrekt.
  § 2. Indien de registratie niet op verzoek van de betrokkene is gebeurd of indien de registratie niet onmiddellijk kan plaatsvinden, worden het ontvangstbewijs en de verklaring binnen 15 dagen aan de betrokkene toegezonden. ".

Art. 4. De minister bevoegd voor Volksgezondheid, de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, en de minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.