Details





Titel:

12 JULI 2022. - Wet tot wijziging van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980 en tot wijziging van de programmawet van 30 december 2001



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980
Art. 3-5
HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van de programmawet van 30 december 2001
Art. 6-7
HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding
Art. 8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1980080802  2001003669 



Uitvoeringsbesluit(en):

2022034019 



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet

Art.2. Deze wet voorziet in een gedeeltelijke omzetting van richtlijn 2011/70/Euratom van de Raad van 19 juli 2011 tot vaststelling van een communautair kader voor een verantwoord en veilig beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980
Art.3. In artikel 179, § 2, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 7 november 2021, wordt de bepaling onder 6° /1 ingevoegd, luidende:
  "6° /1 De Instelling formuleert in de inventaris, ter attentie van de ministers die bevoegd zijn voor Economie en Energie, aanbevelingen die onder meer betrekking hebben op de ontwikkeling van het wettelijk en regelgevend kader inzake de organisatie van de dekking van de nucleaire kosten.
  Op basis van de door de Instelling toegezonden inventaris, belasten de ministers die bevoegd zijn voor Economie en Energie, in voorkomend geval, de Instelling om ter attentie van de bevoegde ministers voorstellen uit te werken met het oog op de uitvoering van de in de inventaris vervatte aanbevelingen.".

Art.4. In artikel 179, § 2, 11°, van dezelfde wet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 3 juni 2014, wordt het tweede lid vervangen als volgt:
  "De volgende kosten worden gedekt door de bijdragen die ten laste worden gelegd van de uitbaters van nucleaire installaties en van de houders van radioactieve stoffen of, bij ontstentenis daarvan, van hun eigenaars, van de begunstigden van de diensten van de Instelling of van de rechtspersonen of natuurlijke personen die in hun rechten en plichten treden:
  a) de kosten verbonden aan de opmaak en het bijhouden van de inventaris, bedoeld in de bepaling onder 6° ;
  b) de kosten verbonden aan de uitvoering van de opdrachten waarmee de ministers die bevoegd zijn voor Economie en Energie de Instelling op basis van de inventaris bedoeld in de bepaling onder 6° hebben belast;
  c) de kosten verbonden aan de volgende opdrachten:
  i. de opmaak van voorstellen van Nationale Beleids-maatregelen inzake het beheer van het radioactief afval en de verbruikte splijtstof, bedoeld in paragraaf 6;
  ii. de ontwikkeling en uitvoering van regelingen die ertoe strekken een effectieve participatie van het publiek aan het besluitvormingsproces inzake het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval, bedoeld in paragraaf 6, te garanderen, inzonderheid om de in dezelfde paragraaf bedoelde Nationale beleidsmaatregelen vast te stellen en in stand te houden;
  iii. het secretariaat van het Comité van het Nationale Programma dat belast is met het voorstellen aan de ministers bevoegd voor Energie en Economie, van een Nationaal Programma voor het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval en het bijhouden ervan, bedoeld in paragraaf 8;
  iv. de coördinatie van de activiteiten voor de opmaak en de kennisgeving van het verslag over de uitvoering van richtlijn 2011/70/Euratom, bedoeld in paragraaf 9, 1.;
  v. de zelfevaluaties en internationale collegiale toetsingen van het Nationale Programma en van de uitvoering ervan, bedoeld in paragraaf 9, 2. en 3.".

Art.5. In artikel 179, § 6, van dezelfde wet, ingevoegd bij wet van 3 juni 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "Rekening houdende met de noodzaak van een effectieve participatie van het publiek aan het besluitvormingsproces, stelt de Koning bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, op voorstel van de Instelling en na advies van de bevoegde regelgevende autoriteit, Nationale Beleidsmaatregelen vast en houdt deze in stand met betrekking tot het beheer van het radioactief afval en van de verbruikte splijtstof, in functie van de fysische, chemische en radiologische eigenschappen van het afval en van de verbruikte splijtstof, gebaseerd ten minste op de volgende algemene uitgangspunten:
  1° de productie van radioactief afval wordt beperkt tot een zo laag als redelijkerwijze haalbaar niveau, wat de activiteit en het volume betreft, door middel van gepaste ontwerpmaatregelen en praktijken inzake bedrijfsvoering en ontmanteling, met inbegrip van de opwerking en het hergebruik van stoffen;
  2° er wordt rekening gehouden met de onderlinge afhankelijkheid van alle stappen in de productie en het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval;
  3° de verbruikte splijtstof en het radioactief afval worden op een veilige manier beheerd, waarbij de veiligheid op lange termijn van een bergingsinstallatie onder meer op veiligheidsmaatregelen berust die op lange termijn passief moeten kunnen worden;
  4° de maatregelen worden ten uitvoer gelegd volgens een graduele aanpak;
  5° de kosten voor het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval zijn ten laste van diegenen die deze stoffen hebben geproduceerd;
  6° in alle stadia van het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval wordt een met bewijskrachtige gegevens onderbouwd en gedocumenteerd besluitvormingsproces gevolgd.";
  2° tussen het tweede lid en het derde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
  "De Koning bepaalt op voorstel van de Instelling de mechanismen inzake effectieve participatie van het publiek aan het besluitvormingsproces omtrent het beheer van de verbruikte splijtstof en het radioactief afval.".

HOOFDSTUK 3. - Wijzigingen van de programmawet van 30 december 2001
Art.6. Artikel 89 van de programmawet van 30 december 2001 wordt opgeheven.

Art.7. Artikel 93 van de programmawet van 30 december 2001 wordt vervangen als volgt:
  "Art. 93. Om de vijf jaar en telkens als een aanpassing van het bedrag van de bijdragen zich opdringt om het geheel van de vroegere en toekomstige kosten te dekken, bedoeld in artikel 179, § 2, 11°, tweede lid, van de wet van 8 augustus 1980 betreffende de budgettaire voorstellen 1979-1980, stelt de Instelling een verslag op houdende:
  1° de bedragen die in de loop van de vijf voorgaande jaren als bijdragen zijn geïnd;
  2° de uitgaven bedoeld in voornoemd artikel 179, § 2, 11°, tweede lid, gedaan gedurende de vijf voorgaande jaren;
  3° een beschrijving van de werkzaamheden en activiteiten die in de vijf voorgaande jaren werden verricht;
  4° een raming van de in artikel 90 vastgestelde bedragen in verhouding tot de in het verleden gedragen en de toekomstige kosten van de Instelling;
  5° aanbevelingen met het oog op de aanpassing van het bedrag van de bijdragen.
  De Instelling richt dit verslag aan haar voogdijministers, die het aan de Ministerraad overmaken.
  De Instelling maakt, ter informatie, een exemplaar van dit verslag over aan het Vast Technisch Comité.".

HOOFDSTUK 4. - Inwerkingtreding
Art. 8. De Koning bepaalt de datum van inwerkingtreding van artikel 5.

(NOTA : Inwerkingtreding van artikel 5 vastgesteld op 02-12-2022 door KB 2022-10-28/09, art. 9)