20 FEBRUARI 2020. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 12 maart 2009 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van de grote ondernemingen en ten gunste van de kleine en middelgrote ondernemingen die investeren met het oog op de bevordering van andere vervoerswijzen dan het wegvervoer en die doelstellingen inzake de milieubescherming nastreven
Art. 1-9
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 12 maart 2009 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van de grote ondernemingen en ten gunste van de kleine en middelgrote ondernemingen die investeren met het oog op de bevordering van andere vervoerswijzen dan het wegvervoer en die doelstellingen inzake de milieubescherming nastreven, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in punt 7° worden de woorden "bijlage I bij Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening)", vervangen door de woorden "bijlage I bij Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard, hierna bijlage I bij Verordening (EU) van 17 juni 2014 nr. 651/2014 genoemd";
b) in punt 8° worden de woorden "bijlage I bij genoemde Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008, waarvan de zeer kleine onderneming, die nader omschreven is in artikel 2.3 van dezelfde bijlage, deel uitmaakt" vervangen door de woorden "bijlage I bij Verordening (EU) nr. 651/2014 van 17 juni 2014 waarvan de micro-onderneming, die nader omschreven is in artikel 2.3 van dezelfde bijlage, deel uitmaakt".
Art.2. In artikel 2, § 2, van hetzelfde besluit wordt punt 4° opgeheven.
Art.3. In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 15 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in paragraaf 1, tweede lid, 5°, worden de woorden "zoals omschreven in artikel 10, § 3, van het besluit van 6 mei 2004 betreffende de gewestelijke incentives ten gunste van de kleine of middelgrote ondernemingen" opgeheven;
b) in paragraaf 1 wordt, tussen lid 2 en lid 3, een lid ingevoegd, luidend als volgt :
"Onder de eerste installatie, bedoeld in het tweede lid, 5°, wordt verstaan de situatie van een natuurlijke persoon wiens eerste inschrijving als hoofdberoep bij de Kruispuntbank van Ondernemingen tot niet verder teruggaat dan vierentwintig maanden ten opzichte van de indiening van het dossier, en dit als natuurlijke persoon die een zelfstandig beroep uitoefent waarvan de hoofdactiviteit uit het goederenvervoer via waterwegen bestaat.";
c) paragraaf 2, tweede lid, wordt vervangen als volgt :
"De investeringen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 4° tot 6°, bedragen minimum 25.000 euro.";
d) paragraaf 2, derde lid, wordt aangevuld met punten 7° en 8°, luidend als volgt :
"7° de investeringen in verband met de bewoonbare delen van het schip, met inbegrip van de woningen, voor de investeringen bedoeld in paragraaf 1, tweede lid, 4° tot 6°;
8° de investeringen in verband met de bouw van nieuwe schepen en de uitrusting ervan, gedurende de eerste vijf jaar van de inbedrijfstelling van een nieuwe eenheid, met uitzondering van de specifieke investeringen als bedoeld in artikel 6, tweede lid, 1° en 2°.".
Art.4. In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in het eerste lid wordt punt 2° vervangen als volgt :
"2° geen onderneming in moeilijkheden zijn in de zin van artikel 2, punt 18, van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;".;
b) het eerste lid wordt aangevuld met een punt 3° en een punt 4°, luidend als volgt :
"3° voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 4 van het decreet;
4° niet het voorwerp hebben uitgemaakt van een bevel tot invordering krachtens een besluit van de Europese Commissie waarbij de ontvangen steun onwettig en onverenigbaar met de interne markt verklaard wordt.";
c) in het tweede lid worden de woorden "bedoeld in het eerste lid, 1° en 2°" vervangen door de woorden "bedoeld in het eerste lid, 1° tot 4°";
d) het artikel wordt aangevuld als volgt :
"De onderneming die de premie voor de technische aanpassing aanvraagt, beschikt sinds ten minste drie jaar vóór de datum van indiening van de aanvraag voor de premie voor de technische aanpassing over een bedrijfszetel in het Waalse Gewest en moet bedoelde bedrijfszetel gedurende ten minste vijf jaar na de datum van het einde van verrichting van de investering bewaren.".
Art.5. Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.6. Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidend als volgt :
"Bij niet-naleving van de in artikel 4, vijfde lid, bedoelde verplichting vordert de administratie de volledige premie voor de technische aanpassing overeenkomstig artikel 18 terug.".
Art.7. In hoofdstuk 3 van hetzelfde besluit wordt afdeling 3, die artikelen 21 en 22 bevat, opgeheven.
Art.8. Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2020.
Art. 9. De Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.