4 JUNI 2020. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot aanpassing van de redenen ter rechtvaardiging van de afwezigheid van kinderen en tot herziening van de financiële bijdrage van de ouders in de kinderopvangmilieus in het kader van de COVID19-crisis
Art. 1-5
Artikel 1. In Titel IV, Hoofdstuk III, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 mei 2019 houdende de vergunnings- en subsidieregeling voor kinderdagverblijven, diensten voor kinderopvang en zelfstandige (mede)onthaalouders, wordt een artikel 129/2 ingevoegd, luidend als volgt:
"Art. 129/2. In de periode van 18 mei tot en met 31 augustus 2020 passen de inrichtende machten van elk kinderopvangmilieu, als gevolg van de uitzonderlijke omstandigheden die voortvloeien uit de COVID19-gezondheidscrisis, het bedrag van de door de ouders verschuldigde financiële bijdrage aan onder de voorwaarden van artikel 129/3, indien van toepassing, in afwijking van de geldende contractuele bepalingen. ".
Art.2. In Titel IV, Hoofdstuk III, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 mei 2019 houdende de vergunnings- en subsidieregeling voor kinderdagverblijven, diensten voor kinderopvang en zelfstandige (mede)onthaalouders, wordt een artikel 129/3 ingevoegd, luidend als volgt:
"Artikel 129/3. § 1. De aanpassing van de in artikel 129/2 bedoelde financiële bijdrage van de ouders vindt plaats op verzoek van de ouders, op basis van een enig door ONE opgesteld formulier, wanneer zij zich beroepen op een van de volgende rechtvaardigingsgronden in verband met de gevolgen van de COVID19-crisis:
1° financiële rechtvaardiging : een vermindering van het inkomen van de ouders met ten minste 10 % ten opzichte van de toestand die bestond toen het bedrag van de financiële bijdrage van de ouders werd vastgesteld of voor het laatst werd herzien overeenkomstig de contractuele bepalingen tussen de ouders en de inrichtende macht;
2° rechtvaardiging ten gevolge van een gezondheidstoestand: afwezigheid van een kind als gevolg van een door een arts geattesteerde COVID19-besmetting, een beslissing tot quarantaine of een toestand die blijkt uit een medisch attest van een persoon die een risico vormt voor het kind of een van de personen die met het kind samenleven in het kader van de COVID19-pandemie;
3° organisatorische rechtvaardiging: afwezigheid van een kind wegens objectieve praktische moeilijkheden die de ouders niet in staat stellen het kind naar de opvang te brengen of toe te laten, maar met duidelijk onevenredige organisatorische regelingen. Het komt de inrichtende macht toe om het duidelijk onevenredige karakter van de organisatorische regelingen te beoordelen op basis van een ONE-omzendbrief.
§ 2. De duur van de aanpassing van de in artikel 129/2 bedoelde financiële bijdrage van de ouders hangt van de duur af van de toestand waarop de in artikel 129/3 bedoelde rechtvaardiging is gebaseerd. De ouders moeten de inrichtende macht in kennis stellen van het einde van de rechtvaardiging op basis van een door ONE opgesteld formulier.
De financiële bijdrage van de ouders wordt herzien vanaf de eerste factuur die volgt op het einde van de rechtvaardigingsgrond.
§ 3. Indien de financiële bijdrage van de ouders of de opvangkosten reeds zijn betaald voordat het bedrag is aangepast, beschikt de inrichtende macht over een termijn van één maand vanaf de indiening van het formulier om de ouders te vergoeden, voor geheel of deel van de periode waarop het verzoek om aanpassing betrekking heeft.
§ 4. Ouders kunnen de beslissing van de inrichtende macht binnen 30 dagen na kennisgeving van de beslissing aan ONE aanvechten. ".
Art.3. In Titel IV, Hoofdstuk III, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 2 mei 2019 houdende de vergunnings- en subsidieregeling voor kinderdagverblijven, diensten voor kinderopvang en zelfstandige (mede)onthaalouders, wordt een artikel 129/4 ingevoegd, luidend als volgt:
"Artikel 129/4. § 1. Wanneer de financiële bijdrage van de ouders met toepassing van de artikelen 129/2 en 129/3 wordt verlaagd, betaalt ONE maandelijks aan de inrichtende machten die erom verzoeken, een bijdrage die overeenkomt met een financiële referentiebijdrage van de ouders van maximaal 16 euro per dag en per kind.
Het bedrag van de bijdrage wordt gemaximeerd op het bedrag dat contractueel is voorzien vóór de aanpassing en wordt vastgesteld naar rata van de tijd die wordt besteed aan de opvang zoals die geldt op 17 mei of wanneer het eerste opvangcontract wordt opgesteld voor een kind dat na die datum in opvang wordt genomen.
De tegemoetkoming is gelijk aan het geplafonneerde bedrag voor gevallen van gezondheids- of organisatorische rechtvaardiging en berekend op basis van het verminderde inkomen van de ouders voor gevallen van financiële rechtvaardiging.
De inrichtende macht die de tegemoetkoming aanvraagt, houdt deze in op het bedrag dat van de ouders wordt gevorderd en gaat zo nodig over tot terugbetaling ten belope van het bedrag dat als bijdrage al is ontvangen.
§ 2. De aanvraag om tegemoetkoming wordt bij ONE ingediend via een online formulier dat door ONE is opgesteld.
§ 3. De inrichtende macht die om tegemoetkoming verzoekt, dient te antwoorden op de verzoeken om informatie van ONE en alle relevante bewijsstukken te verstrekken om de aanwending van de tegemoetkoming en de aan ONE toegekende voorschotten te kunnen controleren. ".
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 18 mei 2020.
Art. 5. De Minister van Kind is belast met de uitvoering van dit besluit.