Details





Titel:

26 JUNI 2020. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 houdende de uitvoering van hoofdstuk XI van de programmawet van 8 april 2003 betreffende de verzameling van gegevens over de woon-werkverplaatsingen van werknemers



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2003014149  2004014243 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 houdende de uitvoering van hoofdstuk XI van de programmawet van 8 april 2003 betreffende de verzameling van gegevens over de woon-werkverplaatsingen van werknemers wordt vervangen als volgt:
  "Koninklijk besluit houdende de uitvoering van hoofdstuk XI van titel VII van de programmawet van 8 april 2003 betreffende de verzameling van gegevens over de woon-werkverplaatsingen van werknemers".

Art.2. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  " Het verslag met inlichtingen over de woon-werkverplaatsingen van de werknemers bevat voor ieder bedrijf, voor elke vestigingseenheid met minstens dertig werknemers, op een informatiedrager de hierna opgesomde inlichtingen, in overeenstemming met de modellen die na raadpleging van de Nationale Arbeidsraad en van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven zullen worden bepaald door de Minister die de Mobiliteit in zijn bevoegdheid heeft, of zijn afgevaardigde.
  De inlichtingen beoogd in het eerste lid zijn de volgende:
  1° De identificatie van de vestigingseenheid en globale indeling van de werknemers.
  2° De organisatie van de arbeidstijd in de vestigingseenheid, met het aantal werknemers per arbeidsregime, namelijk vast uurrooster, glijdend uurrooster, ploegenstelsel of onregelmatig uurrooster.
  3° Het aantal werknemers volgens hun hoofdverplaatsingswijze voor het totaal aantal werknemers op de vestigingseenheid:
  4° Het aantal werknemers volgens hun hoofdverplaatsingswijze naargelang de postcode van hun woonplaats voor ten minste 40% van het totaal aantal werknemers op de vestigingseenheid.
  5° De bereikbaarheid van de vestigingseenheid en de mobiliteitsproblemen binnen de vestigingseenheid, meer bepaald informatie over:
  - parkeermogelijkheden voor wagens, fietsen, bromfietsen en motorfietsen;
  - problemen inzake wagengebruik, fietsgebruik en gebruik van het openbaar vervoer;
  - andere mobiliteitsproblemen.
  6° De maatregelen die de werkgever op het vlak van mobiliteitsbeheer op de vestigingseenheid genomen of gepland heeft, meer bepaald:
  - maatregelen voor fiets, carpooling, openbaar vervoer en wagen;
  - telewerk;
  - diverse maatregelen. "

Art.3. Het ministerieel besluit van 29 oktober 2004 houdende vaststelling van de wijze waarop de gegevens ten behoeve van de databank inzake woon-werkverkeer worden opgevraagd wordt opgeheven.

Art. 4. De minister bevoegd voor Werk, de minister bevoegd voor Defensie, de minister bevoegd voor Ambtenarenzaken en de minister bevoegd voor Mobiliteit zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit