Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

2 MEI 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1971072008 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 9, § 1, eerste lid, 3°, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 maart 2009, 11 juni 2011, 30 augustus 2013, 10 augustus 2015 en 29 november 2017, wordt het getal "26,0492" vervangen door het getal "26,6773".

Art.2. In artikel 12 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 21 december 2006 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 juni 2011, 21 mei 2013 en 29 november 2017, wordt het getal "15,9152" vervangen door het getal "16,7110".

Art.3. In artikel 12 bis van hetzelfde besluit, hersteld bij het koninklijk besluit van 18 mei 2011 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid worden de woorden "157,7038 euro" vervangen door de woorden "163,5958 euro in 2019 en 196,8411 euro vanaf 2020";
  2° in het tweede lid wordt de zin "Zij wordt de eerste keer betaald samen met de uitkeringen verschuldigd voor de maand mei 2011." opgeheven.

Art.4. In artikel 94, eerste lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 7 juni 2007 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 november 2017, wordt het getal "346,31" vervangen door het getal "349,77".

Art.5. De artikelen 1 en 4 van dit besluit treden in werking op 1 juli 2019.
  Artikel 2 van dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2019.
  Artikel 3 van dit besluit treedt in werking op 1 mei 2019.

Art. 6. De minister bevoegd voor sociale zaken en de minister bevoegd voor zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.