18 JULI 2019. - Besluit van de Waalse Regering tot wijziging van het besluit van de Waalse Regering van 18 juni 2009 tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen en het besluit van de Waalse Regering van 15 december 2011 tot uitvoering van artikel 8bis van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein
Art. 1-12
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Het opschrift van het besluit van de Waalse Regering van 15 december 2011 tot uitvoering van artikel 8bis van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein wordt vervangen als volgt:
"Besluit van de Waalse Regering van 15 december 2011 tot uitvoering van de artikelen 8bis en 9 van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein".
Art.2. In hetzelfde besluit wordt artikel 2 vervangen door wat volgt:
"Art. 2. In geval van onmiddellijke inning wordt er gebruik gemaakt van het formulier van onmiddellijke inning overeenkomstig het model opgenomen in bijlage 1 of 2 bij dit besluit. Indien tegelijkertijd meerdere inbreuken ten laste van eenzelfde overtreder worden vastgesteld, moeten deze op hetzelfde formulier worden vermeld.".
Art.3. In hetzelfde besluit wordt artikel 3 vervangen door wat volgt:
"Art. 3. Het formulier van onmiddellijke inning wordt door de domaniaal politieagent in drie exemplaren opgesteld:
1° een exemplaar wordt door de domaniaal politieagent bewaard;
2° een exemplaar wordt onmiddellijk aan de overtreder overhandigd, indien hij aangehouden wordt.
Het exemplaar wordt toegezonden aan de auteur die niet kon worden aangehouden, binnen vijftien dagen na de datum waarop het strafbare feit werd vastgesteld;
3° een exemplaar wordt binnen vijftien dagen na de betaling van de datum van de vaststelling van de inbreuk aan het Openbaar Ministerie bij de bevoegde Rechtbank van eerste aanleg gericht.".
Art.4. In hetzelfde besluit wordt artikel 4 vervangen door wat volgt:
"Art. 4. In geval van onmiddellijke inning gebeurt de betaling van de verschuldigde bedragen op één van de volgende wijzen:
1° betaling met een bank- of kredietkaart;
2° betaling met overschrijving;
3° betaling in contanten indien de persoon geen vaste woon- of verblijfplaats in België heeft en de onmiddellijke inning wordt voorgesteld door een ambtenaar van de federale of lokale politie overeenkomstig de toepasselijke federale regelgeving.".
Art.5. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 5. De betaling met overschrijving is slechts van toepassing op personen die een woonplaats of vaste verblijfplaats in België hebben. Wanneer gebruik wordt gemaakt van de betaling door overschrijving, wordt een overschrijvingsformulier aan de overtreder overhandigd of hem toegezonden indien hij op het moment van de vaststelling afwezig is, samen met het exemplaar van het formulier voor onmiddellijke inning. De betaling wordt uitgevoerd binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de afgifte of verzendingsdatum van het formulier voor onmiddellijke inning. De datum van betaling door de bank- of kredietinstelling dient als bewijs van de datum van betaling. Bij niet-betaling wordt een proces-verbaal opgesteld overeenkomstig artikel 7, § 1, van het decreet.".
Art.6. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
" § 1. Bij een inbreuk op artikel 5, § 1, 1° en 4°, §§ 3 tot 5, of in artikel 5bis van het decreet, wanneer de overtreder geen woonplaats of vaste verblijfplaats in België heeft en de voorgestelde som niet onmiddellijk betaalt of weigert te betalen, moet hij een som in consignatie geven die gelijk is aan het totaalbedrag van de onmiddellijke inningen die per inbreuk verschuldigd zijn.
§ 2. In geval van consignatie wordt er gebruik gemaakt van het formulier overeenkomstig het model opgenomen in bijlage 1 of 3 bij dit besluit. Indien tegelijkertijd meerdere inbreuken ten laste van eenzelfde overtreder worden vastgesteld, moeten deze op hetzelfde formulier worden vermeld.
§ 3. De consignatie van het bedrag van de onmiddellijke inning geeft aanleiding tot het opmaken van een proces-verbaal overeenkomstig artikel 7, § 1, van het decreet.
§ 4. Het door de overtreder bestuurde voertuig, schip of gemotoriseerde watervaartuig blijft voor rekening en risico van de overtreder totdat de waarborgsom is betaald en het bewijs van betaling van de eventuele kosten voor het houden van het voertuig, schip of gemotoriseerde watervaartuig is geleverd.
§ 5. Alle betaalmiddelen voor het stellen van het bedrag van de zekerheid zijn toegestaan. De levering van contant geld in handen is alleen toegestaan als de consignatie door een ambtenaar van de federale of lokale politie wordt uitgevoerd.
§ 6. Indien de verschuldigde som niet betaald wordt binnen de zesennegentig uren, te rekenen vanaf de vaststelling van de inbreuk, mag de inbeslagneming van het voertuig, het schip of het gemotoriseerde watervaartuig door het openbaar Ministerie bevolen worden. Een bericht van inbeslagneming wordt binnen twee werkdagen aan de eigenaar van het voertuig, het schip of het gemotoriseerde watervaartuig gezonden. De kosten en het risico voor het voertuig, het schip of het gemotoriseerde watervaartuig van voertuigen blijven tijdens de duur van de inbeslagneming ten laste van de overtreder. De inbeslagneming wordt opgeheven nadat het bewijs is geleverd dat de som die in consignatie moet worden gegeven en de eventuele bewaringskosten zijn betaald.
§ 7. Het bedrag van de geconsigneerde som wordt op dezelfde manier gebruikt als het bedrag van de onmiddellijke inning volgens de modaliteiten bedoeld in artikel 8bis van het decreet.".
Art.7. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.8. Artikel 8, enig artikel, van hetzelfde besluit, wordt aangevuld door de volgende zin:
"Bij indexering wordt het resultaat, indien nodig, verhoogd met maximaal 0,50 euro of verlaagd met maximaal 0,49 euro om een geheel getal te verkrijgen.".
Art.9. In hetzelfde besluit worden de bijlage 1 en de bijlage 2 vervangen door de bijlage 1 bij dit besluit.
Hetzelfde besluit wordt aangevuld met de bijlagen 2 en 3 bij dit besluit.
Art.10. In artikel 2, § 1, eerste lid, en in artikel 3, § 1, eerste lid, van het besluit van de Waalse Regering van 18 juni 2009 tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 betreffende de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen worden de woorden "in artikel 5" vervangen door de woorden "in de artikelen 5 en 5bis".
Art.11. § 1. In artikel 3, § 1, van het besluit van de Waalse Regering van 18 juni 2009 tot vaststelling van de inwerkingtreding van het decreet van 19 maart 2009 de instandhouding van het gewestelijke openbaar wegen- en waterwegendomein en de nadere regels voor de aanwijzing van de domaniale politieagenten en de ambtenaren die gemachtigd zijn om administratieve geldboetes op te leggen wordt de zin "Eén enkel personeelslid dat met die hoedanigheid bekleed wordt, wordt aangewezen voor het openbare wegendomein en één enkel ander personeelslid voor het openbare waterwegendomein" vervangen door de zin "Eén of meerdere personeelsleden die met die hoedanigheid bekleed worden, kunnen worden aangewezen voor het openbare wegendomein en voor het openbare waterwegendomein.".
§ 2. In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt de zin "De Directeur-generaal of een personeelslid dat de voorwaarden vervult, bepaald in artikel 9, § 1, lid 3, van het decreet en speciaal gemachtigd door de Directeur-generaal, is bevoegd om de administratieve geldboeten op te leggen bedoeld in artikel 9 van het decreet." vervangen door de zin "De Directeur-generaal of één of meerdere personeelsleden die de voorwaarden vervullen, bepaald in artikel 9, § 1, lid 3, van het decreet en speciaal gemachtigd door de Directeur-generaal, zijn bevoegd om de administratieve geldboeten op te leggen bedoeld in artikel 9 van het decreet.
Art.12. De Minister van Openbare Werken is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 25-11-2019, p. 108165)