Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

28 JUNI 2019. - Koninklijk Besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen en tot aanpassing aan de welvaart van bepaalde pensioenen in de regeling voor zelfstandigen



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK 1. - Aanpassing van sommige pensioenen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
Art. 2-5
HOOFDSTUK 3. - Gemeenschappelijke bepaling
Art. 6
HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art. 7-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1967122203 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK 1. - Aanpassing van sommige pensioenen
Artikel 1. Met uitsluiting van de in de artikelen 131, 131bis en 131ter van de wet van 15 mei 1984 houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen, bedoelde pensioenen en van het onvoorwaardelijk pensioen bedoeld in artikel 37 van het koninklijk besluit nr. 72 van 10 november 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, worden de pensioenen van de zelfstandigen die daadwerkelijk en voor de eerste maal zijn ingaan vóór 1 januari 2010, verhoogd met 0,785 % op 1 augustus 2019.

HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen
Art.2. In artikel 46ter, § 1, van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 juli 1997 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in de bepaling onder B, 1), tweede lid, worden de woorden "met het omgekeerde van de in artikel 6, § 3, 3°, van hetzelfde besluit bedoelde breuk" vervangen door de woorden "met het omgekeerde van de in artikel 6, § 5, 3°, van hetzelfde besluit bedoelde breuk";
  2° in B, 1), derde lid, worden de woorden "de noemer de in artikel 6, § 2bis, 3°, eerste lid, van het koninklijk van 30 januari 1997" vervangen door de woorden "de noemer de in artikel 6, § 4, 3°, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997";
  3° in B, 1), vierde lid, worden de woorden "de noemer de in artikel 6, § 2, 3°, eerste lid van het koninklijk besluit van 30 januari 1997" vervangen door de woorden "de noemer de in artikel 6, § 3, 3°, eerste lid van het koninklijk besluit van 30 januari 1997";
  4° E, 2), a), zesde lid, wordt vervangen als volgt:
  "De bedrijfsinkomsten beoogd in artikel 5, § 2, 1°, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997, worden, voor de toepassing van het eerste lid, vermenigvuldigd met het omgekeerde van de breuk die, krachtens artikel 6, § 5, 3°, van hetzelfde besluit, bepaald werd voor het jaar waarin het gelijkgesteld tijdvak begint voor de kwartalen gelegen na 1983 en vóór 1997, met een breuk waarvan de teller 1 is en de noemer de in artikel 6, § 4, 3°, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 bedoelde coëfficiënt voor de kwartalen gelegen na 1996 en vóór 2003 en met een breuk waarvan de teller 1 is en de noemer de in artikel 6, § 3, 3°, eerste lid, van hetzelfde besluit bedoelde coëfficiënt voor de kwartalen gelegen na 2002. Voor de herwaardering ervan overeenkomstig het vijfde lid, wordt het gemiddelde van de maandelijkse indexcijfers van het jaar waarop die inkomsten betrekking hebben, vervangen door de spilindex waaraan genoemde inkomsten gebonden zijn.";
  5° in E, 3), worden de woorden "binnen de perken gesteld bij de artikelen 8, 9, tweede lid, en 10, tweede lid, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een verzekering tegen arbeidsongeschiktheid ten voordele van de zelfstandigen" vervangen door de woorden "binnen de perken gesteld bij de artikelen 8, 9, § 2, en 10, § 3, van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschaps-verzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten".

Art.3. In artikel 53ter, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 18 juli 1997 en vervangen bij het koninklijk besluit van 29 juni 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het eerste lid worden de woorden "te vermenigvuldigen met de breuk bedoeld, naargelang van het geval, in artikel 6, § 3, 3°, of in artikel 9bis, § 4, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking heeft" vervangen door de woorden "te vermenigvuldigen met de breuk bedoeld, naargelang het geval, in artikel 6, § 5, 3°, of in artikel 9bis, § 5, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking heeft";
  2° in het tweede lid worden de woorden "te vermenigvuldigen met de coëfficiënten bedoeld, naargelang van het geval, in artikel 6, § 2bis, 3°, of in artikel 9bis, § 3, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking hebben" vervangen door de woorden "te vermenigvuldigen met de coëfficiënten bedoeld, naargelang het geval, in artikel 6, § 4, 3°, of in artikel 9bis, § 4, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking hebben";
  3° in het derde lid worden de woorden "te vermenigvuldigen met de coëfficiënten bedoeld, naargelang van het geval, in artikel 6, § 2, 3°, of in artikel 9bis, § 2, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking hebben" vervangen door de woorden "te vermenigvuldigen met de coëfficiënten bedoeld, naargelang het geval, in artikel 6, § 3, 3°, of in artikel 9bis, § 3, 3°, van hetzelfde besluit die erop betrekking hebben".

Art.4. Artikel 53quinquies, van hetzelfde besluit, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 november 2005, wordt vervangen als volgt:
  "Het inkomen waarmee rekening dient gehouden voor de toepassing van artikel 11, § 1, laatste lid, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997 is gelijk aan de bedrijfsinkomsten beoogd in artikel 5, § 2, 1°, van hetzelfde besluit. Voor de kwartalen gelegen na 1983 en vóór 1997 worden deze inkomsten vermenigvuldigd met het omgekeerde van de breuk bedoeld in artikel 6, § 5, 3°, van het koninklijk besluit van 30 januari 1997. Voor de kwartalen gelegen na 1996 en vóór 2003 worden deze inkomsten vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 1 is en de noemer de in artikel 6, § 4, 3°, eerste lid, van hetzelfde besluit bedoelde coëfficiënt.
  Voor de kwartalen gelegen na 2002 en vóór 2019 worden deze inkomsten vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 1 is en de noemer de in artikel 6, § 3, 3°, eerste lid, van hetzelfde besluit bedoelde coëfficiënt.
  Voor de kwartalen gelegen na 2018 worden deze inkomsten vermenigvuldigd met een breuk waarvan de teller 1 is en de noemer de in artikel 6, § 2, 3°, van hetzelfde besluit bedoelde coëfficiënt.".

Art.5. Artikel 107quater, § 4, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 27 maart 2008 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 augustus 2017, wordt vervangen als volgt :
  " § 4. Wanneer het in toepassing van § 1 betaalbaar overlevingspensioen hoger is dan het in artikel 6 van de wet van 22 maart 2001 tot instelling van een inkomensgarantie voor ouderen bepaalde bedrag, wordt het overlevingspensioen tot dat bedrag teruggebracht.".

HOOFDSTUK 3. - Gemeenschappelijke bepaling
Art.6. Wanneer het een overlevingspensioen betreft, is het in aanmerking te nemen ingangsjaar het jaar tijdens hetwelk het rustpensioen van de overleden echtgenoot daadwerkelijk en voor de eerste maal is ingegaan indien hij op het ogenblik van zijn overlijden dat pensioen genoot.

HOOFDSTUK 4. - Slotbepalingen
Art.7. Met uitzondering van artikel 1 dat in werking treedt op 1 augustus 2019 en artikel 5 dat in werking treedt op 1 juli 2019 treedt dit besluit in werking op 1 januari 2020.

Art. 8. De minister bevoegd voor Pensioenen en de minister bevoegd voor Zelfstandigen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.